28 Melding voor de exploitatie van een bronbemaling gelegen Lage Kaart 462G. Aktename. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Op 24 september 2025 werd e een melding ingediend voor de exploitatie van een bronbemaling gelegen Lage Kaart 462G  te Brasschaat.

Juridisch kader

Het decreet van 25 april 2014 betreffende omgevingsvergunning.

Het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

Adviezen

De gemeentelijke omgevingsambtenaar is van mening dat de melding rechtsgeldig is.

In het kader van de geplande werken wordt een tijdelijke bronbemaling uitgevoerd voor het plaatsen van regenwaterputten. Deze activiteit is vrijgesteld van meldings- en vergunningsplicht inzake ruimtelijke ordening, conform het Vrijstellingenbesluit ruimtelijke ordening.

Technische kenmerken van de bemaling

* Bemalingskader: 20 m × 8 m

* Afgravingsdiepte: 4 m onder maaiveld

* Filterdiepte: 7 m onder maaiveld

* Maximale duur: 14 dagen

* Maximaal bruto dagdebiet: 294 m³/d

* Stationair bruto dagdebiet: 199 m³/d

* Totale opgepompte hoeveelheid: ca. 3.300 m³

Op basis van het opgegeven debiet en de diepte van de bemaling valt deze bemaling onder omgevingsvergunningsklasse 3, conform rubriek 53.2.1° van VLAREM II.

Lozing van bemalingswater

Conform het cascadesysteem voor lozing, zoals opgenomen in Vlarem II, wordt het bemalingswater geloosd via de hoogst haalbare en milieutechnisch verantwoorde route. Het cascadesysteem bepaalt de voorkeursvolgorde voor lozing als volgt:

1. Hergebruik (bv. voor irrigatie, reiniging, proceswater)

2. Infiltratie in de bodem

3. Lozing op oppervlaktewater

4. Lozing op RWA-stelsel

5. Lozing op DWA-stelsel

In dit dossier is hergebruik of infiltratie niet haalbaar omwille van technische beperkingen en de aard van de werf. Er wordt gekozen voor lozing op het RWA-stelsel, welke afvloeit naar de Binnenkaartse beek.

Het bemalingswater wordt geloosd op het RWA-stelsel. De lozing valt niet onder rubriek 3.8, gelet op de volgende voorwaarden:

* Het bemalingswater bevat geen gevaarlijke stoffen zoals vermeld in bijlage 2C van titel II van VLAREM, in concentraties hoger dan tienmaal de toetsingswaarden (art. 4.2.9.1, §3, 4° VLAREM II).

* Het lozingsdebiet bedraagt maximaal 1000 m³/dag.

* De duur van de bemaling bedraagt maximaal zes maanden.

Effecten op bodem en grondwaterverontreiniging

Werflocatie (19806)

De dichtstbijzijnde peilbuis bevindt zich op ca. 20 m van de bouwput. Volgens theoretische berekeningen zal de stof met de hoogste verplaatsingssnelheid (alifaten C5-C6) zich maximaal 0,5 m richting de bouwput verplaatsen. De verontreiniging bereikt de bouwput niet. Conform de Technische richtlijn grondwaterhandelingen: grondwateronttrekking en -bemalingen (OVAM, nov. 2012) is er geen significante versnelling van de natuurlijke verspreiding. De impact is verwaarloosbaar.

Aanpalende locatie (18226)

Een pH-waarde van 5 is onder de norm voor lozing op oppervlaktewater (vereist: pH tussen 6 en 9). De geleidbaarheid van 331 µS/cm is op zich geen probleem, maar in combinatie met lage pH kan dit wijzen op verzuring. Advies: analyseer het bemalingswater bij opstart op pH en geleidbaarheid.

Locatie op 30 m van de werf (101663)

Er is geen sprake van grondwaterverontreiniging. Er wordt geen impact op of door de bemaling verwacht.

Locatie op 30 m van de werf (16513)

De stof met de hoogste verplaatsingssnelheid (minerale olie, alifaten C5-C6) zal zich ca. 30 cm richting de werf verplaatsen. Volgens OVAM-richtlijn is dit geen significante versnelling van de verspreiding. De impact is verwaarloosbaar.

Locatie op 180 m van de werf (100941)

Peilbuizen met verhoogde concentraties zware metalen bevinden zich op ca. 210 m van de werf, buiten de indicatieve invloedssfeer. Gezien het immobiele karakter van zware metalen wordt geen impact verwacht.

PFAS

De werf ligt deels in de preventief ingestelde no regret-zone (100 m) voor PFAS, gelinkt aan Lage Kaart (OVAM-dossier nr. 97161). Er zijn geen gekende verhoogde PFAS-waarden, maar er is een potentieel risico. Advies: analyseer het bemalingswater bij opstart op PFAS. Voor de controle op emissiegrenswaarden worden de referentiemeetmethodes toegepast zoals vermeld in bijlage 4.2.5.2 van VLAREM II.

Ecologische effecten

De enige mogelijke invloed betreft een tijdelijke grondwaterverlaging. Enkel vegetatie met diepe wortels die tot aan het grondwater reiken, komt in aanmerking voor risicoanalyse. Op 200 m afstand (BWK-zone 1) wordt een maximale verlaging van ca. 30 cm verwacht. Deze verlaging is verwaarloosbaar, gezien natuurlijke fluctuaties van de grondwatertafel.

Dennen- en naaldhoutbestanden zijn niet specifiek gevoelig aan tijdelijke verlaging. Gezien de korte duur van de bemaling (14 dagen) wordt geen significante ecologische impact verwacht.

Financiële gevolgen

Op deze aanvraag is een retributie van toepassing, zoals bepaald in de beslissing van de gemeenteraad van 27 februari 2023.

BESLUIT:

Art.1.- Er wordt akte genomen van de melding ingediend door  voor de exploitatie van een bronbemaling gelegen Lage Kaart 462G  te Brasschaat.

Volgende bijzondere milieuvoorwaarden worden opgelegd:

• De aanvrager moet het opgepompte water lozen in: regenwater riolering enkel als de kwaliteit van het water onvoldoende is voor lozing in een oppervlakte water mag er geloosd worden in de gemengde riolering;
• Indien de pomp of de buizen voor de bronbemaling op het openbaar domein worden geplaatst moet hiervoor een toelating inname openbare weg verkregen worden via www.brasschaat.be;
• Alle maatregelen dienen te worden genomen om schade aan naburige eigendommen, beplantingen en bomen door droogte of wateroverlast te voorkomen. De aanvrager moet er op toezien dat er in geen geval waterschade ontstaat naar naburige eigendommen toe;
• Er mag geen water op de openbare weg komen;
• In het algemeen is het belangrijk op de werf om het waterpeil te monitoren en op die manier niet té veel water weg te pompen en de grond te diep droog te maken.
• Een bemalingspomp mag enkel geplaatst worden door een boorbedrijf dat erkend is conform het VLAREL van 19 november 2010 voor de discipline, vermeld in artikel 6, 7°, a), 1), van het voormelde besluit. Uiterlijk de derde werkdag nadat een bemalingspomp is geplaatst, bezorgt het erkende boorbedrijf van elke debietmeter die bedoeld is voor de registratie van het opgepompte en terug in de ondergrond gebrachte debiet, de volgende informatie via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen:
  • het merk en serienummer;
  • het tijdstip van plaatsing en de tellerstand op het moment van de plaatsing;
• Bij het ontmantelen van de bemalingsinstallatie, bezorgt het erkende boorbedrijf uiterlijk de derde werkdag na de ontmanteling: het tijdstip van de ontmanteling en de tellerstand op het moment van de ontmanteling via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen. Meer informatie over het doorgeven van deze informatie is te vinden op Https://www.dov.vlaanderen.be/richtlijnen-actieve-bemalingen
• Er dient geëvalueerd te worden of de kwaliteit van het opgepompte water voldoet aan de Vlarem normen. Bovendien mogen bodemverontreinigingen in geen geval vrijkomen als gevolg van de bemaling.
• Een staalname van het grondwater en van het bemalingswater wordt opgelegd, eenmaal bij opstart om de kwaliteit van het grondwater/bemalingswater na te gaan. Er dient ook getest te worden op PFAS.
• Het bemalingswater moet eerst belucht wordt in een groot buffervat/container gezien de mogelijks glauconiet-(ijzer)houdende zandlagen. Hierdoor wordt het eventuele aanwezige ijzer geoxideerd, ontzand en wordt de temperatuur van het bemalingswater aangepast aan de omgevingstemperatuur. Vanuit dit buffervat kunnen eventueel ook particulieren of gemeentelijke diensten water aftappen indien gewenst. We vestigen hier bijkomende aandacht op de nodige signalisatie voor herbruik van dit niet-drinkbaar water.
• Bij eventuele schade aan het openbaar domein dient dit hersteld te worden in oorspronkelijke toestand;
• Debieten tot 20L/s kunnen in normale omstandigheden geloosd worden zonder problemen te veroorzaken.
• De start van de bronbemaling moet altijd vooraf gemeld worden aan de dienst Integraal Waterbeleid van de provincie Antwerpen via diw@provincieantwerpen.be.

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM zijn van toepassing. 

De algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II van het VLAREM. Bij wijziging van  

VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen 

na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de 

milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

Art.2.- De beroepsprocedure en vervalregeling van de omgevingsvergunning zijn van toepassing.