48 Voorstel van Niels de Kort aan het huishoudelijk reglement voor de gemeenteraad.NIET GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Niels de Kort wil hieraan toevoegen dat dit amendement via mail ook ondertekend werd door andere fractievoorzitters.  Hij stelt voor dat zij dit in de loop van de verdere discussie nog verder toelichten. 

Raadslid Niels de Kort wil graag het woord geven aan raadslid Claessens aangezien zij het amendement geschreven heeft.  Raadslid Niels de Kort had de mail gestuurd, maar het komt van haar. 

Raadslid Claessens geeft mee dat het punt al 2 keer is uitgesteld, dus ze is blij dat het vanavond toch nog aan bod komt.  Ze vindt het jammer dat dit toen niet ineens kon in orde gebracht worden. 

Fractie CD&V heeft een amendement ingediend om het huishoudelijk reglement aan te passen, dit inzake 1 element, namelijk de livestream.  Ze willen vastleggen dat de zitting steeds wordt uitgezonden via livestreaming en dat de zitting dan achteraf ook beschikbaar blijft op de website.  Ze willen dit graag omdat ze transparantie en openbaarheid van bestuur zeer belangrijk vinden.  De burgers moeten volgens haar de gemeenteraad op een laagdrempelige manier kunnen volgen.  Op deze manier kunnen ze ook meer jongeren aantrekken die ze toch willen betrekken bij de lokale politiek. 

Tijdens de corona-periode is gebleken dat het werkt.  Het is volgens raadslid Claessens nu maar een kwestie van het gewoon vast te leggen en het te blijven doen.  Deze maatregel verlaagt de drempel naar politiek en daarom willen ze dit verankeren. 

Voorzitter Versompel geeft het woord aan waarnemend burgemeester Cools. 

Waarnemend burgemeester Cools bevestigt dat ze bij aanvang van de corona-periode de livestream hebben toegestaan.  De gemeenteraad is openbaar en moest kunnen gevolgd worden door de burgers.  Hij herhaalt het standpunt dat het bestuur niet verder wenst te gaan met de livestream vanaf het ogenblik dat de gemeenteraad terug fysiek kan doorgaan en het publiek dit terug kan bijwonen.

Raadslid Claessens vraagt een verantwoording hieromtrent omdat ze niet begrijpt waarom het bestuur hier tegen is.

Waarnemend burgemeester Cools geeft hier graag zijn persoonlijke verantwoording over.  Iedereen die geïnteresseerd is en dit wilt volgen heeft de mogelijkheid om dit live bij te wonen.  Tijdens een online vergadering neemt men veel minder mee dan wat er live verteld wordt.  Het is volgens hem voor het publiek beter dat ze live aanwezig zijn. 

Raadslid Hoegaerts betreurt deze beslissing, het is volgens hem terug naar af.  Hij wil graag Raadslid Claessens verbeteren, het is niet alleen goed voor de jongeren.  Volgens hem zijn het meestal oudere dames en heren die het willen volgen en dus ook via de livestream.  Hij begrijpt niet waarom we moeten terugvallen op een oud systeem als dit systeem nu blijkt te werken.  Hij vermoed dat er geen extra werk voor nodig is, het is bij wijze van spreken gewoon op de knop drukken en vervolgens kan iedereen het nadien blijven raadplegen op youtube.  Het is handig om nadien terug iets op te zoeken.  Hij begrijpt niet wat het bezwaar is van de burgemeester en het college. 

Raadslid Vanpoucke wilde al eerder tussen komen, na de tussenkomst van raadslid Pauwels.  Hij wil nog graag even tussen komen over de gang van zaken.  Hij geeft aan moeite te hebben gehad met het indienen van zijn toegevoegd punt.  Hij verwijst graag naar de tussenkomst van raadslid Niels de Kort.  Indien men de procedure na al die jaren wil veranderen, vindt hij het vreemd dat men dit niet heeft toegelicht op het fractieleidersoverleg dat heel recent heeft plaats gevonden.  48 uur, 2 volle dagen na het indienen van zijn punt, kreeg hij de melding dat zou punt werd geweigerd wegens vormvereisten. Hij werd gecontacteerd door voorzitter Versompel, hij citeert “Kasper, we gaan een kat een kat noemen, uw punt werd gebruikt om een voorbeeld te stellen.”  Een voorbeeld stellen, kan volgens raadslid Vanpoucke maar dan moet het wel op gelijke grond gebeuren.  Collega raadslid Verbert had ook een toegevoegd punt ingediend met dezelfde vormvereisten en dat werd wel aanvaard.  Hij heeft niets tegen fractie Vlaams Belang, maar het is iedereen gelijk voor de wet.  Ofwel moeten ze allemaal aanvaard worden, ofwel geen één.  Toen hij voorzitter Versompel hierover aansprak, heeft die bevestigd dat hij gelijk had en dat het zou worden bijgestuurd.  Voorzitter Versompel zou raadslid Verbert contacteren om haar punt ook aan te passen en zo te voldoen aan de vormvereisten.  Raadslid Vanpoucke stelt dat dit niet gebeurd is, het punt van raadslid Verbert werd niet aangepast.  Hij heeft pas vandaag kunnen vaststellen dat zijn punt werd toegevoegd aan de agenda.  Gelijke behandeling van raadsleden is niet iets waar je licht over gaat volgens hem.  Hij betreurt dat de laatste gemeenteraad voor de vakantie zo moet eindigen.  Hij vraagt aan de mensen van de overkant om eens goed te bezinnen over wat hun taken / verantwoordelijkheden wel en niet zijn.  Hij vindt dit zeker niet voor herhaling vatbaar. 

Raadslid Eeman wil graag nog tussen komen rond het punt over de livestreaming.  Hij komt terug op de verwijzing van de burgemeester waarin die stelt dat hij graag heeft dat de burgers goed geïnformeerd worden.  Hij zou graag een gefundeerd antwoord krijgen namens heel zijn fractie en geen persoonlijk antwoord van de burgemeester.  Raadslid Eeman vindt de livestream eerder een meerwaarde om informatie over te brengen.  Hij vindt het niet kloppen dat het een meerwaarde is om live te komen luisteren, en dan heeft hij het nog niet over de minder mobiele mensen die er moeilijk geraken.  De installatie is er (en heeft geld gekost), men zou ze beter gebruiken. 

Raadslid Pauwels en zijn fractie steunen dit punt wel.  Zij begrijpen de argumentatie om het niet te doen niet.  De zitplaatsen voor het publiek zijn zeer beperkt in de raadzaal, volgens hem kunnen de 2 systemen perfect naast mekaar bestaan.  Het zou volgens hem de democratie versterken. 

Raadslid Van der Schoepen wil meegeven dat hij zich stoort aan de formulering van agendapunt 45.  Dit betreft een toegevoegd punt van raadslid Greet Verbert.  Er werd in de titel “mondelinge vraag van GV” gezet, hij vindt dit zeer on-respectvol ten opzichte van een gemeenteraadslid.  Andere collega’s worden volgens hem met hun volledige naam vermeld, hij vraagt om hier in de toekomst toch op te letten. 

Voorzitter Versompel bevestigt dat hier nota van genomen wordt. 

Raadslid Claessens vraagt zich af of dit nu het standpunt is van de burgemeester of van het volledige bestuur?  Ze vindt het op dit moment niet echt duidelijk, ook de motivatie niet.  Iedereen van de oppositie weet volgens haar wat openbaarheid van bestuur is.  Indien je maar een bepaald punt wenst te volgen, is het makkelijker om dit via de livestream te doen i.p.v. speciaal naar het gemeentehuis te gaan.  Dit is los van of je nu mobiel bent of niet.  Andere gemeenten doen dit ook, het is perfect mogelijk volgens haar.  Er zijn in haar ogen geen redenen om dit tegen te houden.  Volgens raadslid Claessens is dit puur een politiek spel, ze wil dan ook graag weten of fractie Open VLD hier ook mee achter staat?  Tot slot geeft ze mee dat ze het nodig vindt dat hierover zal gestemd worden. 

Raadslid Vermeulen geeft in naam van fractie N-VA ook nog toelichting m.b.t. de livestreaming, een punt dat vorig jaar al ter sprake kwam.  Volgens hen kan de populatie makkelijk aanwezig zijn op de gemeenteraad zelf.  Raadslid Vermeulen bevestigt dat hij namens de volledige fractie bij zijn standpunt blijft. 

Voorzitter Versompel vraagt na bij raadslid Claessens of ze een stemming wenst.  Raadslid Claessens bevestigt dit.  Raadslid Thomas van Open VLD is verontschuldigd, voorzitter Versompel vraagt aan schepen Van Honste om een standpunt in te nemen hieromtrent.

Schepen Van Honste deelt mee dat ze met de livestreaming op zich geen probleem heeft, maar ze denkt dat het iets is dat nog zal moeten rijpen.  Ze sluit zich aan bij de meerderheid zoals ze dat gewoonlijk ook doen. 

Raadslid Claessens stelt dat schepen Van Honste het een goed idee vindt maar dat ze enkel tegen stemt op basis van loyaliteit.  Ze begrijpt dit echt niet.

Schepen Van Honste bevestigt dat er in een meerderheid loyaal beslist wordt.

Raadslid Hoegaerts vindt dat schepen Van Honste ook haar mening kan geven aangezien de meerderheid haar hier niet nodig heeft omdat de meerderheid in de meerderheid is.  Het idee rijpt volgens hem nu al 3-4 maanden. 

Schepen Van Honste bevestigt dat men dit op een bepaald moment niet gaat kunnen tegen houden, maar het heeft nog tijd nodig. 

Voorzitter Versompel geeft het woord aan de algemeen directeur voor de hoofdelijke stemming omtrent dit punt. Er moet gestemd worden met betrekking tot de toevoeging van het amendement aan het huishoudelijk reglement met betrekking tot de livestreaming van de gemeenteraad. 

JA : 14 stemmen

NEEN : 17 stemmen

Afwezigen : 2

Raadslid Vanpoucke komt nog eens terug op zijn tussenkomst.  Hij had te laat het woord gekregen en is tussen de andere tussenkomsten gefietst.  Hij had graag nog een antwoord gekregen van de voorzitter.  Hij vraagt zich af hoe hier de gelijkheid van de raadsleden is gevolgd?

Voorzitter Versompel licht toe dat iedereen gelijk behandeld is.  Het was volgens hem moeilijk om raadslid Verbert nog te vragen om nog een toevoeging te doen aan haar punt.  Er is geen enkele seconde gedacht aan niet gelijke berechtiging, het was gewoon een samenloop van omstandigheden. 

Raadslid Vanpoucke vraagt waarom het niet praktisch mogelijk was om haar te bereiken als het wel mogelijk was om hem te bereiken?  Zijn punt zou geweigerd worden en dat van haar zou toegelaten worden.  Dit vindt hij heel duidelijk een ongelijke behandeling. 

Voorzitter Versompel bevestigt dat het niet de bedoeling was om een ongelijkheid in het leven te roepen. 

Raadslid Vanpoucke geeft mee dat dit nog vervolgd zal worden. 

Beslissing

Feiten en motivering

Op 19 mei 2020 stuurde Niels de Kort, namens CD&V, een amendement voor het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT:

Met 14 ja-stemmen (Dirk de Kort, Dimitri Hoegaerts, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Robrecht Eeman, Ingeborg Hermans, Greet Verbert, Kasper Vanpoucke en Shana Claessens), 17 neen-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Jan Jambon, Karin Willemen-Beyers, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Cathy Mallentjer en Tom Versompel).

Neemt kennis van het amendement van Niels de Kort, namens CD&V, om een wijziging aan te brengen aan het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad en besluit geen goedkeuring te hechten aan het voorstel.

1 Politiezone rekening 2019. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Vanpoucke verwijst naar pagina 6 : “aankoop rollend materieel – 2500 euro aan fietsen”. Hij vraagt zich af of dit wil zeggen dat men de fietspatrouilles terug gaat opvoeren en/of bijstellen?  Het is een onschuldige vraag van hem.

De korpschef licht toe dat ze dit moet nakijken.  Ze veronderstelt dat dit gaat over de vervanging van fietsen.  Naar aanleiding van corona worden er op dit moment al zoveel als mogelijk fietspatrouilles georganiseerd.  Dit hangt echter wel samen met de beschikbare capaciteit.  Het wordt niet structureel ingepast, maar indien mogelijk wordt dit zeker gedaan. 

Raadslid Vanpoucke dankt de korpschef voor haar antwoord.

Raadslid Buysse verwijst naar pagina 8 : “kosten reis, verblijf en kleding / erelonen en presentiegelden – rond de 65 000 euro”.  Ze vraagt zich af wat deze erelonen en presentiegelden zijn? 

De financieel directeur geeft mee dat hij de detail moet nakijken in de boekhouding, hij kan hier niet zomaar een antwoord op geven.  Hij vraagt om deze reden om detailvragen op voorhand te stellen.  Hij zal dit opzoeken en aan raadslid Buysse laten weten waarover dit precies gaat. 

Raadslid Buysse dankt de financieel directeur voor zijn antwoord. 

Beslissing

Feiten en motivering

De dienst financiën legt het ontwerp van de politierekening 2019 voor (begrotingsrekening, balans en resultatenrekening), met synthesenota en toelichting bij de balans en resultatenrekening.

Juridisch kader

Wet van 7 december 1998 op de geïntegreerde politie (met latere wijzigingen).

Algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie (koninklijk besluit van 5 september 2001 met latere wijzigingen.

Financiële gevolgen

De gemeentelijke tussenkomsten bedroegen in 2019:

•          5.107.999,92 euro in de gewone dienst

•             422.000,00 euro in de buitengewone dienst

De rekeninguitslag in de gewone dienst is 169.042,36 euro hoger dan geraamd bij het opstellen van de begroting 2020.

Het surplus kan gebruikt worden voor de financiering van een eventuele begrotingswijziging 2020 of van de begroting 2021.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De gemeenteraad stelt de rekening 2019 van de politiezone Brasschaat (5352) vast als volgt :

Begrotingsrekening gewone dienst

netto vastgestelde rechten8.892.082,98 euro

vastgelegde uitgaven             8.368.836,78 euro

begrotingsresultaat gewone dienst                                                       523.246,20 euro

over te dragen vastgelegde uitgaven                                                       483.550,40 euro

boekhoudkundig resultaat gewone dienst                                       1.006.796,60 euro

Begrotingsrekening buitengewone dienst

netto vastgestelde rechten                                                                    773.189,82 euro

vastgelegde uitgaven                                                                                 634.881,04 euro

begrotingsresultaat buitengewone dienst                                          138.308,78 euro

over te dragen vastgelegde uitgaven                                                       368.160,22 euro

boekhoudkundig resultaat buitengewone dienst                                          406.469,00 euro

Balans per 31 december 2019

vaste activa3.406.590,00 euro

vlottende activa1.633.598,00 euro

totaal van de activa5.040.188,00 euro

eigen vermogen3.567.258,00 euro

vreemd vermogen1.472.930,00 euro

totaal van de passiva5.040.188,00 euro

Resultatenrekening over dienstjaar 2019

exploitatieresultaat                                                                                  458.759,00 euro

uitzonderlijk resultaat                                                                                    15.959,00 euro

resultaat van het dienstjaar                 474.718,00 euro

2 Aankoop van een digitaal documentbeheersysteem voor de politiezone Brasschaat - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Vanpoucke licht toe dat hij het met veel aandacht gelezen heeft en bevestigt dat hij dit interessant vindt.  Hij vraagt zich af wat men bedoelt met externe omstandigheden bij pijler 3?

De korpschef meldt dat mevrouw Erica Billen van de politie ook aanwezig is, zij heeft dit bestek opgesteld en kan ook toelichting geven.  De korpschef licht toe dat één van de externe omstandigheden de ontwikkeling van I-police is.  Dit is het ISLP-platform dat in de toekomst zal vervangen worden.  Afhankelijk van hoe dit evolueert, zal men proberen om dit erop aan te sluiten.

Mevrouw Erica Billen stelt zichzelf voor, zij is de DPO voor de zone.  Ze wil er nog aan toevoegen dat het vooral het aspect timing is dat hen ertoe gebracht heeft om bij de 3e pijler voorbehoud te maken.  Ze licht graag toe waarom dit is.  De korpschef vertelde reeds over I-police.  Indien alles blijft zoals het is, is dit pas zichtbaar op het terrein vanaf 2024.  Met deze mobiele toepassing zou het mogelijk zijn om alles mobiel te raadplegen op terrein.  Focus is operationeel en iets dat al eerder zal uitgerold zijn (2020 – 2021).  Het betreft het operationele, hier kan je niet het ganse pakket waar in de zone mee wordt gewerkt, raadplegen.  Omwille van deze reden willen ze afwachten om te bekijken of er aan de mobiele kant vorderingen worden gemaakt.  Indien de uitbreiding van I-police en focus volgens hun behoefte te laat komen, dan zullen ze terugkomen bij de gemeenteraad om over te stappen naar een lokale oplossing.  Het zal pas gevraagd worden indien het echt niet anders kan. 

Raadslid Vanpoucke dankt de korpschef en mevrouw Billen voor de toelichting.  

Beslissing

Feiten en motivering

Om in te spelen op de alomtegenwoordige trend dat meer en meer werkprocessen op een digitale manier gebeuren, wenst de politiezone Brasschaat (PZ Brasschaat) over te gaan tot de aankoop van een digitaal documentbeheersysteem.

De invoering van dit digitaal documentbeheersysteem omvat 3 pijlers :

1. Het digitaliseren van bestaande papieren bronnen (die voorzien worden van de juiste metagegevens), deze bewaren op een server van PZ Brasschaat en, indien nodig, deze archiveren (2020);

2. Inkomende documenten (papier of elektronisch) inlezen en via karakterherkenning voorzien van metagegevens en ze automatisch verdelen naar de juiste afdeling (mogelijk later);

3. Mobiele toegang voorzien tot de gedigitaliseerde dossiers (mogelijk later, afhankelijk van budget en externe omstandigheden).

De opdracht bestaat uit de levering en installatie van een systeem waarmee de opdrachtgever kan instaan voor het digitaliseren en archiveren van bestaande dossiers en de aanmaak van nieuwe digitale dossiers. Daarnaast moet er met zoektools kunnen gezocht worden in de gedigitaliseerde dossiers.

In het kader van de opdracht “Aankoop van een digitaal documentbeheersysteem voor de politiezone Brasschaat” werd een bestek met nummer 2020-084 opgesteld door Gemeente Brasschaat.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 49.586,78 euro btw niet inbegrepen, hetzij 60.000,00 euro btw inbegrepen voor pijler 1 en 2.

De raming btw niet inbegrepen bereikt de limiet van 139.000,00 euro voor het gebruik van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking niet.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Juridisch kader

Wet op de geïntegreerde politie gestructureerd op 2 niveaus, artikel 33.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave btw niet inbegrepen bereikt de drempel van 139.000,00 euro niet).

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

Adviezen

Niet van toepassing.

Financiële gevolgen

De uitgave voor pijler 1 en 2 van deze opdracht is voorzien op artikel 330/744-51 in de buitengewone dienst van de politie in 2020.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het bestek met nummer 2020-084 en de raming voor de opdracht “Aankoop van een digitaal documentbeheersysteem voor de politiezone Brasschaat”, opgesteld door Gemeente Brasschaat worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 49.586,78 euro btw niet inbegrepen, hetzij 60.000,00 euro btw inbegrepen voor pijler 1 en 2 .

Art.2.- Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

Art.3.- De uitgave voor pijler 1 en 2 van deze opdracht is voorzien op artikel 330/744-51 in de buitengewone dienst van de politie in 2020. </$Financiële gevolgen$>

Voor pijler 3 zal afhankelijk van externe omstandigheden gevraagd worden om bijkomend krediet te voorzien.

3 Notulen en zittingsverslag van de zitting van de gemeenteraad van 25 mei 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels meldt dat hij ook de notulen van de extra gemeenteraad van 16 juni 2020 had verwacht. 

Voorzitter Versompel geeft mee dat deze niet zijn af geraakt en dat deze zeker zullen mee opgenomen worden tijdens de volgende gemeenteraad op 31 augustus 2020. 

Raadslid Niels de Kort heeft geen vragen bij het zittingsverslag maar wel bij de notulen.  Hij vraagt of bij de toegevoegde punten van de raadsleden terug de notulering van vroeger kan gebruikt worden.  Nu staat er “neemt kennis van de vraag” maar dit is een evenwaardig punt van de agenda en dan is het toch normaal dat de kern van de zaak  wordt besproken.  Hij vraagt om de kern van de zaak mee op te nemen in de notulen.  Dit moet niet uitgebreid zijn, maar de basis moet toch zeker mee in de notulen opgenomen worden. 

Voorzitter Versompel geeft aan dat deze opmerking zal meegenomen worden.

Beslissing

Feiten en motivering

Op 25 mei 2020 was er een zitting van de gemeenteraad. De gemeenteraad dient de notulen en het zittingsverslag van die zitting goed te keuren.

Juridisch kader

Artikel 32 van het decreet lokaal bestuur.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De notulen en het zittingsverslag van de zitting van de gemeenteraad van 25 mei 2020 worden goedgekeurd.

4 Decretale graden. Vervanging algemeen directeur tijdens afwezigheden. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Om organisatorische redenen is het aangewezen de afwezigheden van de algemeen directeur op te vangen door in de mogelijkheid tot vervanging te voorzien door leden van het managementteam.

De bevoegdheid om een waarnemend algemeen directeur aan te duiden wordt toegekend aan de algemeen directeur, het college van burgemeester en schepenen en de gemeenteraad, dit om de continuïteit te garanderen.

Door de overschakeling van het gemeentedecreet naar het decreet lokaal bestuur en de oppensioenstelling van Chantal Brees en aanstelling van Evi Torfs als beleidsmanager Vrije Tijd is het nu aangewezen om deze regeling te herzien.

Juridisch kader

Artikels 166 en 220 van het decreet lokaal bestuur

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De algemeen directeur duidt zelf een waarnemend algemeen directeur aan in geval van een voorziene afwezigheid van 7 dagen of korter.

Art.2.- Het college duidt een waarnemend algemeen directeur aan in geval van een onvoorziene of een voorziene afwezigheid langer dan 7 dagen.

Art.3.- De gemeenteraad dient in geval van een afwezigheid of verhindering van het ambt langer dan 120 dagen de waarnemend algemeen directeur aan te duiden.

Art.4.- Volgende personen komen in aanmerking om als waarnemend algemeen directeur aangeduid te worden, conform voorgaande:

•          Esther de Groot, beleidsmanager personeel en organisatie;

•          Gigi De Schryver, beleidsmanager organisatie en ontwikkeling;

•          Evi Torfs, beleidsmanager vrije tijd;

•          Jan Moereels, beleidsmanager plaatsgebonden zaken;

•          Bruno Van Mengsel, beleidsmanager persoonsgebonden zaken.

5 Gemeentelijk basisonderwijs. Afsprakennota aanvangsbegeleiding. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels heeft geen probleem met de afsprakennota aanvangsbegeleiding.  Hij vraagt wel om in de toekomst het protocol van de vakbond toe te voegen bij de bijlagen. 

Beslissing

Feiten en motivering

De uren aanvangsbegeleiding worden door de directie aan de voor hen meest geschikte leerkracht toegekend. Dit personeelslid staat de directeur bij in de aanvangsbegeleiding van tijdelijke aanstelling van bepaalde duur leerkrachten maar ook van vast benoemde en tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur leerkrachten waarvan de directeur acht dat ze de begeleiding nodig hebben.

Bij de start van de loopbaan wordt een tijdelijke leerkracht aangesteld voor bepaalde duur (tijdelijke aanstelling van bepaalde duur). Het personeelslid heeft recht op kwaliteitsvolle ondersteuning en begeleiding in en door de instelling. Het personeelslid wordt opgevolgd en gecoacht.

Het is noodzakelijk om de afsprakennota aanvangsbegeleiding in het basisonderwijs vast te stellen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet rechtspositie van 27 maart 1991.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 16 januari 2020 geraadpleegd over de afsprakennota aanvangsbegeleiding.

De afsprakennota aanvangsbegeleiding werd voorgelegd aan het overleg- en onderhandelingscomité van scholengemeenschap Stakabra op 16 januari 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De afsprakennota aanvangsbegeleiding in het basisonderwijs, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing.

6 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Academie voor muziek en woord. Afsprakennota aanvangsbegeleiding. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels vraagt om het protocol van de vakbond toe te voegen bij de bijlagen.

Beslissing

Feiten en motivering

Aanvangsbegeleiding start vanuit een beleid met de focus op de academie die zorgt voor een effectieve ondersteuning van de professionele ontwikkeling van de beginnende leerkracht.

Er zijn drie vormen van aanvangsbegeleiding namelijk:

•          Wegwijsbegeleiding: heeft als doel de startende leerkracht wegwijs te maken in het praktische en organisatorische leven in de academie.

•          Werkbegeleiding: ondersteunt de startende leerkracht bij het uitvoeren van zijn onderwijstaken zowel op (vak)inhoudelijk, (vak)didactisch, opvoedkundig als op praktisch vlak.

•          Leerbegeleiding: wil de leerkracht ondersteunen bij het verder ontwikkelen van zijn professionele identiteit en zijn persoonlijk interpretatiekader.

Het is noodzakelijk om de afsprakennota aanvangsbegeleiding voor de gemeentelijke academie voor muziek en woord vast te stellen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet rechtspositie van 27 maart 1991.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 16 januari 2020 geraadpleegd over de afsprakennota aanvangsbegeleiding.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De afsprakennota aanvangsbegeleiding voor de gemeentelijke academie voor muziek en woord, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing.

7 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Academie voor muziek en woord. Toetsingsinstrument alternatieve leercontext. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels vraagt om het protocol van de vakbond toe te voegen bij de bijlagen.

Beslissing

Feiten en motivering

Leerlingen kunnen in bepaalde omstandigheden een deel van hun lessen buiten de academie voor muziek en woord volgen.

Het is aangewezen dat hier een toetsingsinstrument wordt voor vastgelegd omdat dit eveneens meetelt in de resultaten van de leerling.

De opvolging van deze alternatieve leercontext vraagt een engagement van de leerkracht en de begeleider van de leerling in de alternatieve leercontext.

In praktijk zijn het een beperkt aantal leerlingen die gebruik maken van deze mogelijkheid. Omdat er nu een toetsingsinstrument is, is het niet langer nodig de leerlingen een vrijstelling toe te kennen en wordt de leerling volledig meegeteld voor de berekening van het lestijdenpakket.

Het is noodzakelijk om het toetsingsinstrument alternatieve leercontext voor de academie voor muziek en woord vast te stellen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet betreffende het deeltijds kunstonderwijs van 9 maart 2018.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 16 januari 2020 geraadpleegd over het toetsingsinstrument alternatieve leercontext.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het toetsingsinstrument alternatieve leercontext voor de gemeentelijke academie voor muziek en woord, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd.  Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing.

8 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Academie Noord. Afsprakennota aanvangsbegeleiding. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Aanvangsbegeleiding is voor alle startende personeelsleden een recht en een plicht. Door

coaching krijgt het startende personeelslid de kans geleidelijk in de job in te groeien en zo de

competenties die hij of zij in de opleiding heeft verworven verder te ontwikkelen in de

dagdagelijkse praktijk en dit waar nodig bij te sturen.

Aanvangsbegeleiding wordt daarom ook een onderdeel van het professionaliseringsplan van

elke academie en als dusdanig een onderdeel van het professioneel continuüm dat start bij

de initiële opleiding van een personeelslid en gedurende de volledige loopbaan doorloopt in

een permanente professionalisering.

Een academie ontvangt lestijden om een kwaliteitsvolle aanvangsbegeleiding aan te bieden

en (verder) te ontwikkelen. Deze middelen bieden zowel ruimte en mogelijkheden voor de

personeelsleden die de aanvangsbegeleiding verzorgen, als voor de personeelsleden die de

aanvangsbegeleiding zullen krijgen.

Het is noodzakelijk om de afsprakennota aanvangsbegeleiding voor Academie Noord vast te stellen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet rechtspositie van 27 maart 1991.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 11 juni 2020 geraadpleegd over de afsprakennota aanvangsbegeleiding.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De afsprakennota aanvangsbegeleiding voor Academie Noord, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing.

9 Gemeentelijk secundair onderwijs. Wijzigingen lessentabellen met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels vraagt om het protocol van de vakbond toe te voegen bij de bijlagen.

Beslissing

Feiten en motivering

Met ingang van 1 september 2019 werd een inhoudelijke vernieuwing in het secundair onderwijs ingevoerd. Deze wijziging wordt trapsgewijs ingevoerd.

Met het gemeenteraadsbesluit van 25 novermber 2019 werden het lessentabel van de eerste jaar van de eerste graad voor het gemeentelijk secundair onderwijs van Brasschaat met ingang van 1 september 2019 vastgesteld.

Hierdoor is het noodzakelijk om de lessentabellen van het tweede jaar van de eerste graad opnieuw vast te stelen, met ingang van 1 september 2020.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Adviezen

De nieuwe lessentabellen werden op 13 februari 2020 aan de schoolraad voorgelegd.

De nieuwe lessentabellen werden voorgelegd aan het overleg- en onderhandelingscomité van scholengemeenschap GIB-Gitok op 18 februari 2020.

De representatieve vakorganisaties werden op 11 juni 2020 geraadpleegd over de nieuwe lessentabellen voor het tweede jaar van de eerste graad.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De lessentabellen voor het tweede jaar van de eerste graad van het gemeentelijk secundair onderwijs van Brasschaat wordt vastgesteld met ingang van 1 september 2020 als volgt:

10 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Verlenging intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst tussen gemeentebesturen van Brasschaat, Essen, Schoten, Wijnegem en Wuustwezel en het g.o.l. Baarle-Hertog van 1 september 2020 tot en met 31 augustus 2026. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels vraagt om het protocol van de vakbond toe te voegen bij de bijlagen.

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 26 januari 2006 werd een intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst afgesloten tussen de gemeentebesturen van Brasschaat, Essen, Schoten, Wijnegem en Wuustwezel en het grensoverschrijdend lichaam Baarle-Hertog tot vorming van een samenwerkingsplatform ICT, voor de periode van 1 september 2005 tot en met 31 augustus 2011.

Met de besluiten van 25 augustus 2011 en 29 september 2014 werd telkens goedkeuring gehecht aan de verlengingen van de intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeentebesturen van Brasschaat, Essen, Schoten, Wijnegem en Wuustwezel en het g.o.l. Baarle-Hertog, van de periode van 1 september 2011 tot en met 31 augustus 2020.

Om de middelen voor ICT-coördinatie te kunnen aanwenden in het deeltijds kunstonderwijs is het noodzakelijk om de voornoemde intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeentebesturen van Brasschaat, Essen, Schoten, Wijnegem en Wuustwezel en het g.o.l. Baarle-Hertog te verlengen voor zes schooljaren, namelijk van 1 september 2020 tot en met 31 augustus 2026.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

De ministeriële omzendbrief GD/2003/04 van 18 juli 2003 over de maatregelen voor ICT-coördinatie.

Adviezen

De verlenging van de interlokale vereniging voor de periode van zes schooljaren werd digitaal voorgelegd aan het beheercomité van het samenwerkingsplatform ICT op 21 april 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Goedkeuring wordt verleend aan de verlenging van de intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeentebesturen van Brasschaat, Essen, Schoten, Wijnegem en Wuustwezel en het g.o.l. Baarle-Hertog voor de periode van 1 september 2020 tot en met 31 augustus 2026, zoals voorzien in bijlage.

11 Gemeentelijk basisonderwijs. Inrichten uren vanuit de werkingsmiddelen vanaf het schooljaar 2020-2021. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met de nota van 28 mei 2020 van Sylvia Viaene, deskundige onderwijs, wordt verzocht om met ingang van 1 september 2020 de uren van stafmedewerker-ICT voor de scholen van het gemeentelijk basisonderwijs definitief uit te breiden van 6/36 naar 14/36 zodat er blijvend kan ingezet worden om het ICT-park in de basisscholen en de ICT-kennis bij de leerkrachten te versterken. Uit de corona-crisis is gebleken dat dit absoluut noodzakelijk is hier blijvend op in te zetten.

Sedert 1 september 2018 wordt een bijkomend personeelslid aangesteld als ICT-ondersteuning om de versterking van de ICT-kennis bij de leerkrachten en de versterking van de ICT-werking samen met de ICT-coördinator te realiseren. Het doel is hem blijvend in deze functie aan te stellen.

Het budget wordt maximaal geraamd op 15 812,64 euro om bijkomend 8/36 stafmedewerker ICT aan te stellen. Voor het schooljaar 2020-2021 kan de kostprijs verminderd worden met

5 959,21 € van de eenmalige bijkomende ICT-middelen corona toegekend door het Ministerie van onderwijs.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet van 27 maart 1991 over de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, zoals gewijzigd.

De ministeriële omzendbrief omzendbrief PERS/2012/08 van 15 oktober 2012 over de aanwending van het werkingsbudget voor aanwerving van personeel.

Adviezen

Het directieteam van het gemeentelijk basisonderwijs geeft positief advies.

De schepen van onderwijs geeft positief advies.

Financiële gevolgen

Voor de uren die ingericht worden in de periode van 1 september tot en met 31 december 2020, zal het departement onderwijs de afrekening pas in januari 2021 uitvoeren.

De financiële gevolgen worden geraamd op:

Kost15 812,64 euro (jaarlijks)

Budgetsleutel62- rekeningen/0800 01 Basisonderwijs algemeen/64 95 0000                                                                       tussenkomst wedde beleidsondersteuning /

Actie 1419/71/11/1 basisonderwijs.

Budget/jaarExplotatie 2021

Krediet beschikbaarJa

Visum financieel directeurNiet van toepassing

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Goedkeuring wordt gegeven aan het voorstel om vanaf het schooljaar 2020-2021 de functie van stafmedewerker ICT uit te breiden met 8/36 tot 14/36 in te richten als uren vanuit de werkingsmiddelen en zo de verschillende schoolteams in hun ICT-werking te versterken.

Vanaf 1 september 2020 worden de uren vanuit de werkingsmiddelen ingericht als volgt:

•          Gibo-Mariaburg: 12 lestijden (tijdelijk opgeschort door aanwending middelen op dienst HRM);

•          Gibo-Heide: 12 lestijden;

•          Gilo de Kaart: 3 lestijden;

•          Gibo-Driehoek: 12 lestijden;

•          overkoepelend: 14/36 in de functie van ICT-coördinator.

Voor het schooljaar 2020-2021 zullen bijkomende ICT-middelen corona, toegekend aan de gemeentelijke basisscholen, gebruikt worden om de kosten van het inrichten van deze functie te verminderen.

12 Gemeentelijk basisonderwijs. Afsprakennota aanvangsbegeleiding. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

De uren aanvangsbegeleiding worden door de directie aan de voor hen meest geschikte leerkracht toegekend. Dit personeelslid staat de directeur bij in de aanvangsbegeleiding van tijdelijke aanstelling van bepaalde duur leerkrachten maar ook van vast benoemde en tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur leerkrachten waarvan de directeur acht dat ze de begeleiding nodig hebben.

Bij de start van de loopbaan wordt een tijdelijke leerkracht aangesteld voor bepaalde duur (tijdelijke aanstelling van bepaalde duur). Het personeelslid heeft recht op kwaliteitsvolle ondersteuning en begeleiding in en door de instelling. Het personeelslid wordt opgevolgd en gecoacht.

Het is noodzakelijk om de afsprakennota aanvangsbegeleiding in het basisonderwijs vast te stellen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet rechtspositie van 27 maart 1991.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 16 januari 2020 geraadpleegd over de afsprakennota aanvangsbegeleiding.

De afsprakennota aanvangsbegeleiding werd voorgelegd aan het overleg- en onderhandelingscomité van scholengemeenschap Stakabra op 16 januari 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De nota over de aanvangsbegeleiding in het basisonderwijs, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing.

13 Gemeentelijke academie voor muziek en woord. Aanpassing academiereglement. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels vraagt om het protocol van de vakbond toe te voegen bij de bijlagen.

Raadslid Hermans heeft het nieuw academiereglement gelezen en ze heeft hier toch wat vragen en opmerkingen rond met betrekking tot de formulering van sommige artikels.  Het is wat veel om dat vanavond door te nemen dus ze zal hierover een uitgebreide schriftelijke vraag stellen via mail.  Omwille hiervan zal fractie Brasschaat 2012 zich hier onthouden. 

Raadslid Brughmans vraagt zich af of waarom de zalen Thys en Born vervangen worden door de Grasdries?  Hij wil graag weten of de lessen die de muziekschool nu organiseerde in Thys en Born zullen verplaatst worden naar de Grasdries?  Hij wil hiervoor ook graag de reden kennen. 

Raadslid Brughmans merkt op dat de zaal Grasdries maar een beperkt aantal publieke parkings heeft.  Het zou dan noodzakelijk zijn om zo veel mogelijk met de fiets naar de zaal te komen.  Voor sommige muziekinstrumenten is het echter niet evident om met de fiets te komen.  Hij vraagt zich af of men hier rekening mee heeft gehouden?  Als laatste wil hij ook graag weten of deze verhuis is afgestemd met de leerkrachten van de muziekschool? 

Schepen Ven licht toe dat dit niet over muziekonderwijs gaat, maar over de afdeling woord.  Tijdens de werken aan de Hemelhoeve was zaal Thys en Born niet beschikbaar en werd er naar een andere oplossing gezocht.  Samen met de leerkracht van “woord” werd zaal Grasdries als alternatief gekozen en ze vinden het daar goed.  Deze groep “woord” is maar een kleine, beperkte groep.

Raadslid Brughmans dankt schepen Ven voor de toelichting. 

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 25 juni 2018 werd het academiereglement van de gemeentelijke academie voor muziek en woord goedgekeurd.

Het academiereglement regelt de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de leerlingen en/of de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het academiereglement aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet deeltijds kunstonderwijs zoals goedgekeurd door het Vlaams parlement in zitting van 28 februari 2018.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT:

Met 27 ja-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Dirk de Kort, Dimitri Hoegaerts, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Jan Jambon, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen, Karin Willemen-Beyers, Robrecht Eeman, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Greet Verbert, Shana Claessens, Cathy Mallentjer en Tom Versompel), 4 onthoudingen (Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Ingeborg Hermans en Kasper Vanpoucke).

Art.1.- Het academiereglement van de gemeentelijke academie voor muziek en woord, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

14 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Academie Noord. Aanpassing academiereglement. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels stelde vast dat er werd opgenomen in het academiereglement dat men het inschrijvingsgeld niet kan terugvorderen.  Dit lijkt hem logisch, maar hij vraagt zich af waarom dit nu pas in het reglement werd opgenomen?  Hij vraagt zich af of er hieromtrent problemen zijn geweest? 

Raadslid Pauwels heeft nog een tweede vraag en deze heeft ook betrekking op alle volgende schoolreglementen die nog gaan komen.  Corona heeft duidelijk gemaakt dat de regels die er zijn, iets of wat moeten aangepast worden (overmacht).  Hij vindt het een gemiste kans dat dit niet mee is opgenomen in de reglementen dat dit kan gebeuren.  Men zou kunnen opnemen dat regels kunnen wijzigen door de inrichtende overheid bij overmacht. 

Schepen Ven licht toe dat er zich niets speciaal heeft voorgedaan waarom ze dit nu hebben opgenomen in het reglement.  Dit werd mee opgenomen om ervoor te zorgen dat leerlingen die stoppen met hun opleiding, hun opleidingsgeld niet zouden kunnen terug vragen.  Zij geeft mee dat tijdens de corona-periode de lessen op een creatieve manier zijn verder gezet.  De lessen gingen online door op een andere manier. 

Raadslid Pauwels merkt op dat die andere manier van lesgeven tijdens deze uitzonderlijke periode niet voorzien is in het reglement, dit zou men kunnen voorzien hebben. 

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 27 augustus 2018 werd het academiereglement van Academie Noord goedgekeurd.

Het academiereglement regelt de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de leerlingen en/of de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het academiereglement aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet deeltijds kunstonderwijs zoals goedgekeurd door het Vlaams parlement in zitting van 28 februari 2018.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het academiereglement van Academie Noord, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

15 Gemeentelijk secundair onderwijs. Aanpassingen schoolreglementen met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Buysse geeft aan dat ze het moeilijk blijft hebben met de speekseltest die op blz. 28 vermeld staat.  Vorig jaar was hier ophef rond.  Er staat volgens haar nog steeds vermeld met een dreigende toon: “bij vermoeden van druggebruik kunnen we je vragen om vrijwillig een speekseltest uit te voeren, indien je hier niet op ingaat, kunnen er verdere maatregelen genomen worden”.  Haar fractie blijft de wettelijkheid hiervan in twijfel trekken.  Het is ook een vreemde manier om met zoveel druk tegen deze minderjarigen te praten.  Zij stelt dat men ook geen keuze heeft aangezien er maatregelen worden getroffen indien ze het niet vrijwillig doen.  Raadslid Buysse wil nog eens benadrukken dat het expertisecentrum had afgeraden om dit te doen.  Brasschaat2012 is voorstander van een goede samenwerking tussen politie en school maar van dreigen vanuit de school zijn ze geen voorstander.

Schepen Ven geeft mee dat dit werd goedgekeurd door alle schoolraden.  Ze bevestigt dat deze speekseltest alleen in het schoolreglement van de gemeenteschool werd opgenomen.  Ze geeft wel mee dat de speekseltest ondertussen nog nergens gedaan is.   Dit werd er vorig jaar op een duidelijke manier in gezet zodat er geen discussies mogelijk zijn.  Het is misschien een strenge manier, maar het is een duidelijke manier.  Indien een leerling minderjarig is, zal men altijd het akkoord vragen van de ouders.  Ze geeft toe dat het werd opgenomen in het reglement maar het is niet zo dat ze zo streng bezig zijn dat het al werd toegepast.

Raadslid Buysse licht toe dat ze geen problemen heeft met de duidelijkheid maar ze vindt wel dat het duidelijk moet zijn wat de taken zijn van de leerkrachten en de directeur en wat de taken zijn van de politie.  Het is belangrijk om de vertrouwensband tussen leerkrachten en directie en de leerlingen niet te beschadigen. 

Schepen Ven geeft haar gelijk, maar ze geeft mee dat dit goed afgesproken is. 

Raadslid Pauwels komt nog eens terug op het begrip “niet consequent dragen van religieuze symbolen”.  Hij vindt dat men consequent moet zijn.  Hij vraagt zich af wat er met de kruisjes uit onze cultuur zal gebeuren.  Hij vermoed dat die snel de revue zullen passeren.  Hij vindt dat iedereen gelijk is voor de wet.  In het verleden hebben ze zich onthouden door deze opmerking. 

Raadslid Pauwels heeft verder nog een aantal vragen.  Wanneer een leerling zijn smartphone moet afgeven, zou men moeten vragen of deze zelf af te zetten.  Dit om achteraf discussies te vermijden. 

Raadslid Pauwels vraagt zich af of men het hard kan maken dat grootouders mee in het reglement zijn opgenomen? Ouders tekenen mee, maar grootouders niet.  Hij vindt het niet ok dat leerlingen dan zouden moeten opdraaien voor iets van hun grootouders. 

Raadslid Pauwels vraagt zich af of men een apart formulier moet ondertekenen voor beeldmateriaal?  Hoe gaat men controleren of er iemand op een foto staat die er niet wilt opstaan?

Raadslid Pauwels verwijst nog naar een foutje in de tekst op het einde.  Daar staat gemeenteraad genoteerd, maar dit moet “inrichtende macht” zijn.  

Schepen Ven zal dit laatste doorgeven en aanpassen.  Ze geeft mee dat niemand zal controleren wat er op facebook wordt gezet.  Ze vermoed dat als iemand het niet wilt, het wel genoteerd is.  Bij schoolreizen worden er foto’s gepubliceerd 

De vraag met betrekking tot de grootouders is er niet ingezet omdat er problemen zijn, dit zal eerder zijn om dit tegen te gaan. 

Raadslid Pauwels bevestigt dat zij deze vraag niet zullen goedkeuren omwille van de speekseltesten. 

Raadslid Eeman wilt graag toch wat meer toelichting rond de speekseltesten.  Hij vermoedt dat de problematiek er nog wel zal zijn en wil dan ook graag weten wanneer het wel en wanneer het niet gebruikt wordt.  Hij vraagt zich af waarom alle scholen rond de tafel zijn gaan zitten om een consensus te vinden aangezien de gemeenteschool de enige school is die het heeft opgenomen in haar reglement?  Wanneer de andere scholen in hun opzet slagen zonder dit mee op te nemen in een reglement zijn ze goed bezig.  Hij vraagt om toch nog eens na te denken over de strengheid, aangezien dit meestal een tegenovergesteld effect heeft. 

Schepen Ven geeft mee dat dit werd opgenomen op basis van een voorval vorig schooljaar.  Zij konden toen niets ondernemen omdat een bepaalde ouder zei : “jullie kunnen niets bewijzen”.  Bij toekomstige schoolreizen wordt deze informatie altijd meegegeven.  Er werd in de media meegeven dat er speekseltesten aanwezig zijn in de school, maar het is niet de bedoeling om zomaar eender wie te gaan controleren.  De testen zullen wel meegaan op buitenlandse reizen.  Een schoolbestuur maakt de beslissing om het mee op te nemen in het reglement.  Brasschaat staat hier mee achter. 

Raadslid Eeman zal niet tegen stemmen voor dit punt.  Hij heeft het reglement volledig gelezen.

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 24 juni 2019 werd met ingang van 1 september 2019 het schoolreglement van het gemeentelijk secundair onderwijs gewijzigd.

Door gewijzigde reglementering en praktische organisatie binnen de school is het noodzakelijk het schoolreglement aan te passen met ingang van 1 september 2020.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet van 4 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse onderwijsraad.

Het besluit van de Vlaamse regering van 16 september 1997 betreffende de controle op de inschrijvingen van leerlingen in het secundair onderwijs of in het stelsel van leren en werken.

Het besluit van 13 juli 2007 betreffende het onderwijs aan huis voor zieke kinderen en jongeren.

Het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 2010 betreffende de codificatie van het secundair onderwijs.

De omzendbrief SO 64 van 5 juni 1999 betreffende de structuur en organisatie van het voltijds secundair onderwijs.

Adviezen

Het schoolreglement werd door de schoolraad in zitting van 19 mei 2020 goedgekeurd.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT:

Met 27 ja-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Dirk de Kort, Dimitri Hoegaerts, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Jan Jambon, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen, Karin Willemen-Beyers, Robrecht Eeman, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Greet Verbert, Shana Claessens, Cathy Mallentjer en Tom Versompel), 4 neen-stemmen (Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Ingeborg Hermans en Kasper Vanpoucke).

Art.1.-  Het schoolreglement van het gemeentelijke secundair onderwijs, zoals voorzien in bijlage wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

16 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Academie voor muziek en woord. Aanpassing arbeidsreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 25 maart 2019 werden het arbeidsreglement en de bijlagen voor het gesubsidieerd personeel van de gemeentelijke academie voor muziek en woord goedgekeurd.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het arbeidsreglement aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Volgens het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs, onder meer gewijzigd door het decreet XVIII, afdeling III, artikel VIII.19, is het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de aanstelling, vaste benoeming en het ontslag van personeelsleden evenals voor het toekennen van een afwezigheid.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 11 juni 2020 geraadpleegd over wijzigingen aan het arbeidsreglement.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Goedkeuring wordt gehecht aan de aanpassingen in het arbeidsreglement en de bijlagen van de gemeentelijke academie voor muziek en woord, zoals voorzien in bijlage. Deze bijlagen vormen een integraal deel van deze beslissing. Het arbeidsreglement gaat in op 1 september 2020.

17 Gemeentelijk deeltijds kunstonderwijs. Academie Noord. Aanpassing arbeidsreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 25 maart 2019 werden het arbeidsreglement en de bijlagen voor het gesubsidieerd personeel van Academie Noord goedgekeurd.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het arbeidsreglement aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Volgens het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs, onder meer gewijzigd door het decreet XVIII, afdeling III, artikel VIII.19, is het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de aanstelling, vaste benoeming en het ontslag van personeelsleden evenals voor het toekennen van een afwezigheid.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 11 juni 2020 geraadpleegd over wijzigingen aan het arbeidsreglement.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Goedkeuring wordt gehecht aan de aanpassingen in het arbeidsreglement en de bijlagen van Academie Noord, zoals voorzien in bijlage. Deze bijlagen vormen een integraal deel van deze beslissing. Het arbeidsreglement gaat in op 1 september 2020.

18 Gemeentelijk basisonderwijs. Aanpassing arbeidsreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 25 juni 2018 werden het arbeidsreglement en de bijlagen voor het gesubsidieerd personeel van het gemeentelijk basisonderwijs goedgekeurd.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het arbeidsreglement aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Volgens het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs, onder meer gewijzigd door het decreet XVIII, afdeling III, artikel VIII.19, is het college van burgemeester en schepenen bevoegd voor de aanstelling, vaste benoeming en het ontslag van personeelsleden evenals voor het toekennen van een afwezigheid.

Adviezen

De representatieve vakorganisaties werden op 11 juni 2020 geraadpleegd over wijzigingen aan het arbeidsreglement.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Goedkeuring wordt gehecht aan de aanpassingen in het arbeidsreglement en de bijlagen van het gemeentelijk basisonderwijs, zoals voorzien in bijlage. Deze bijlagen vormen een integraal deel van deze beslissing. Het arbeidsreglement gaat in op 1 september 2020.

19 Gemeentelijk basisonderwijs. Gibo-Driehoek. Aanpassing schoolreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 24 juni 2019 werd, met ingang van 1 september 2019 het schoolreglement van Gibo-Driehoek gewijzigd.

Het schoolbestuur moet voor zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het schoolreglement voor alle gemeentelijke basisscholen aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse onderwijsraad.

Adviezen

Het schoolreglement werd besproken en goedgekeurd in de schoolraad van ... juni 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het schoolreglement van de gemeentelijke basisschool Gibo-Driehoek, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

20 Gemeentelijk basisonderwijs. Gibo-Heide. Aanpassing schoolreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 24 juni 2019 werd, met ingang van 1 september 2019 het schoolreglement van Gibo-Heide gewijzigd.

Het schoolbestuur moet voor zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het schoolreglement voor alle gemeentelijke basisscholen aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse onderwijsraad.

Adviezen

Het schoolreglement werd besproken en goedgekeurd in de schoolraad van ... juni 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het schoolreglement van de gemeentelijke basisschool Gibo-Heide, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

21 Gemeentelijk basisonderwijs. Gibo-Mariaburg. Aanpassing schoolreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 24 juni 2019 werd, met ingang van 1 september 2019 het schoolreglement van Gibo-Mariaburg gewijzigd.

Het schoolbestuur moet voor zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het schoolreglement voor alle gemeentelijke basisscholen aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse onderwijsraad.

Adviezen

Het schoolreglement werd besproken en goedgekeurd in de schoolraad van ... juni 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het schoolreglement van de gemeentelijke basisschool Gibo-Mariaburg, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

22 Gemeentelijk basisonderwijs. Giko-Kaart en Gilo de Kaart. Aanpassing schoolreglement met ingang van 1 september 2020. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Met het besluit van 24 juni 2019 werd, met ingang van 1 september 2019 het schoolreglement van Giko-Kaart en Gilo de Kaart gewijzigd.

Het schoolbestuur moet voor zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt.

Door wijzigingen aan de wetgeving is het noodzakelijk het schoolreglement voor alle gemeentelijke basisscholen aan te passen.

Juridisch kader

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

Het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse onderwijsraad.

Adviezen

Het schoolreglement werd besproken en goedgekeurd in de schoolraad van ... juni 2020.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het schoolreglement van de gemeentelijke kleuterschool Giko-Kaart en basisschool Gilo de Kaart, zoals voorzien in bijlage, wordt goedgekeurd. Deze bijlage vormt een integraal deel van deze beslissing. Het reglement gaat in op 1 september 2020.

23 Belasting 2020-2025 op het huis-aan-huis verspreiden van reclamedrukwerken en van gelijkgestelde producten. Herinvoering. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Niels de Kort en zijn fractie zullen deze herinvoering van de belasting niet goedkeuren.  Een half jaar geleden werd deze belastingverhoging al eens besproken.  Hij vindt het schrijnend dat een half jaar later de kritieken die zijn fractie toen heeft geformuleerd nog altijd van toepassing zijn.  Het schepencollege heeft het voorbije half jaar niet gebruikt om het reglement aan te passen en beter te maken. 

Raadslid Niels de Kort zijn eerste punt in november 2019 was de toepassing van de zogenaamde ondernemerstoets.  Hij heeft het besluit dat er vanavond voor ligt grondig bekeken maar van een ondernemerstoets is er nog steeds geen sprake.  In de voorbereidende documenten kan hij geen enkele aanwijzing terugvinden waaruit blijkt dat de ondernemerstoets is uitgevoerd. 

Ook een tweede opmerking die raadslid Niels de Kort in november 2019 formuleerde is niet uitgevoerd, nochtans werd deze ondersteund door raadslid Jambon.  Zijn voorstel is om een echte ondernemerstoets uit te voeren en het voorstel van Unizo te integreren in het reglement.  Het reglement moet volgens hem ondernemingsvriendelijk gemaakt worden.  Het voorstel van Unizo is om een vrijstelling van deze belasting in te voeren bij wegenwerken.  Het college zou dan deze vrijstelling kunnen geven.  Corona heeft volgens hem zeker ook het nut van deze vrijstelling nog eens benadrukt.  Veel handelszaken konden niet open en hebben dan extra campagne gevoerd door bijvoorbeeld te bussen. 

Raadslid Van der Schoepen verwijst naar de gemeenteraad van 25/11/2019 waar ze ook tegen hebben gestemd.  Hun grootste bezorgdheid is dat handelaars beperkt worden om handel te voeren in Brasschaat.  Vaak is geadresseerd reclamedrukwerk te duur voor de kleine zelfstandige.  Dit lijkt eerder op inkomsten voor de gemeente Brasschaat en daarom keurt zijn fractie dit niet goed. 

Raadslid Pauwels sluit zich aan bij de vorige tussenkomsten en ze gaan ook tegen stemmen bij dit punt. 

Schepen Heirman licht toe dat ze de vraag van raadslid Niels de Kort van de gemeenteraad van 25 november 2019 zeker wel hebben meegenomen.  Ze zijn hier vrij intensief mee bezig geweest.  Het college heeft overwogen om een vrijstelling in te voeren, maar bij het definiëren van uitzonderingen/vrijstellingen op een belastingreglement is het van belang dat de vrijstellingen goed gedefinieerd zijn en niet discriminatoir werken.  Belasting op reclamebladen is een lokale belasting, belasting ongeacht waar men een vestiging heeft.  Het bedelen van reclame is dus geen grondgebiedszaak.  Uit navraag bij toezicht Vlaanderen blijkt dat een vrijstelling discriminatoir zou kunnen zijn. 

Schepen Heirman bevestigt dat het idee van raadslid Niels de Kort zeker is meegenomen en daarom opteert hij voor een toelagereglement gecombineerd met een pakket aan maatregelen.  Hij licht toe dat men in een toelagereglement soepeler kan zijn.  Dit toelagereglement moet nog opgesteld worden, maar ook hier dienen de begrippen hinder en perimeter uitgebreid omschreven te worden.  Raadslid Heirman geeft mee dat daarom, in samenwerking met de afdeling infrastructuur en de afdeling lokale economie, de modaliteiten opgesteld worden tot invoering van een alternatieve ondersteuning voor handelaars die getroffen worden door grote wegenwerken. Hij geeft mee dat qua planning het toelagereglement klaar dient te zijn voor de eerste grote wegenwerken die impact hebben op lokale handelaars.  Dit zal waarschijnlijk volgend jaar zijn bij de aanlag van het Dr. Roosensplein. 

Schepen Heirman bevestigt nogmaals aan raadslid Niels de Kort dat zijn vraag zeker niet vergeten is en dat dit er zeker aankomt. 

Raadslid Niels de Kort bedankt schepen Heirman.  Hij vindt dit een prachtig antwoord.  Indien het technisch niet kan en hij heeft een ander voorstel, dan verdient dit volgens raadslid Niels de Kort een dikke pluim.  Hij hoopt dat de middenstandorganisaties ook hun input kunnen geven bij de uitwerking.

Schepen Pantens geeft graag ook nog wat extra toelichting omtrent de ondernemerstoets.  Deze is zo goed als klaar en hier zal snel mee naar buiten kunnen getreden worden.  Ze kan ook nog meegeven dat er altijd bij de ondernemers wordt afgetoetst of er draagvlak voor is. 

Beslissing

Feiten en motivering

Het besluit van de gemeenteraad van 25 november 2019 houdende goedkeuring van de belasting 2020-2025 op het huis-aan-huis verspreiden van reclamedrukwerken en daarmee gelijkgestelde producten.

In opvolging van de Coronacrisis heeft de gemeenteraad in zitting van 30 maart 2020 het belastingreglement op het huis-aan-huis verspreiden van reclamedrukwerk tijdelijk opgeheven.

Er werden tijdens de crisis in zeer geringe mate folders bedeeld.

De winkels heropenden op 11 mei 2020 hun deuren. Er worden opnieuw, zoals voor de crisis, grote hoeveelheden reclamefolders in de bussen vastgesteld.

Het ongevraagd en systematisch verspreiden van ongeadresseerd reclamedrukwerk en gelijkgestelde producten in alle brievenbussen is nadelig voor het milieu, het volume papierafval verhoogt en brengt bijkomende kosten van onder meer afhaling en verwerking met zich mee.

De financiële toestand van de gemeente maakt de heffing noodzakelijk van alle rendabele belastingen.

Het is aangewezen voormeld besluit met ingang van 1 juli 2020 opnieuw in te voeren.

Juridisch kader

Het decreet van  30 mei 2008 en latere wijzigingen betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van gemeentebelastingen.

Het decreet van 23 december 2011 betreffende  het duurzaam beheer van  materiaalkringlopen en afvalstoffen (Materialendecreet), met latere wijzigingen.

Het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), met latere wijzigingen;

Het decreet van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het Lokaal Bestuur.

Financiële gevolgen

De opbrengst wordt geraamd op 210.000 euro.

BESLUIT:

Met 17 ja-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Jan Jambon, Karin Willemen-Beyers, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Cathy Mallentjer en Tom Versompel), 14 neen-stemmen (Dirk de Kort, Dimitri Hoegaerts, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Robrecht Eeman, Ingeborg Hermans, Greet Verbert, Kasper Vanpoucke en Shana Claessens).

Art.1.- Met ingang van 1 juli 2020 en eindigend op 31 december 2025 wordt een gemeentebelasting gevestigd op het huis-aan-huis verspreiden van reclamedrukwerk en daarmee gelijkgestelde producten op het grondgebied van de gemeente.

Art.2.- Definities

Reclamedrukwerk: elke publicatie die er toe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken, merknamen en andere elementen, en die erop gericht is een potentieel cliënteel er toe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder.

Huis-aan-huis verspreiding:  het systematisch achterlaten van drukwerk zonder adressering in de brievenbussen van woningen, zonder dat de bestemmeling hiervoor enig initiatief heeft betoond.

Niet-geadresseerd: het ontbreken van een individuele adressering, waarbij ook de collectieve adresaanduiding per straat, of een gedeeltelijke adresvermelding, wordt beschouwd als niet-geadresseerd.

Gelijkgestelde producten: onder meer alle stalen en reclamedragers, door de adverteerder aangeboden, die willen aanzetten tot het gebruik of verbruik van diensten, producten of transacties.

De opsomming is niet limitatief.

Art.3.- Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door de natuurlijke persoon of rechtspersoon die geldt als de verantwoordelijke uitgever van het betreffende reclamedrukwerk.

Indien deze niet gekend is, degene onder wiens handelsnaam, logo of embleem de reclame wordt gevoerd, hoofdelijk en ondeelbaar gehouden tot de betaling van de belasting.

Art.4.- Berekeningsgrondslag en tarief

De belasting is verschuldigd telkens er een huis-aan-huis verspreiding van reclamedrukwerk of daarmee gelijkgesteld product plaatsvindt en wordt onderverdeeld in twee categorieën, naargelang de grootte, volume of aard:

•          1ste categorie: 0,005 euro per bedeeld exemplaar met een minimum van 25 euro per bedeling voor reclamedrukwerk (of gelijkgesteld) kleiner of gelijk aan A4 met maximum 1 blad (= 2 bladzijden);

•          2de categorie: 0,02 euro per bedeeld exemplaar met een minimum van 100 euro per bedeling voor alle reclamedrukwerk of gelijkgestelde producten die niet tot categorie 1 behoren

Het al dan niet volledig bedrukt zijn van de bladzijden geeft geen aanleiding tot een belastingvermindering.

Art.5.- Vrijstellingen

Zijn van de belasting vrijgesteld:

•          publicaties van publiekrechtelijke personen

•          publicaties van socio-culturele, politieke- en sportverenigingen

Art.6.- Aangifteplicht

De belastingplichtige moet uiterlijk op de laatste werkdag voor elke verspreiding een aangifte indienen bij het gemeentebestuur. Deze aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van de aanslag van het verspreide drukwerk of het gelijkgestelde product.

De aangifte kan digitaal ingediend worden via het e-loket van de gemeente Brasschaat (www.brasschaat.be / e-loket).

Op eenvoudig verzoek kan een aangifteformulier bekomen worden. Het aangifteformulier kan via één van volgende kanalen terug bezorgd worden:

•          e-mail: reclamefolders@brasschaat.be

•          post: Gemeentehuis dienst financiën, Verhoevenlei 11, 2930 Brasschaat

•          afgifte: Gemeentehuis onthaal, Verhoevenlei 11, 2930 Brasschaat 

Art.7.- Procedure van ambtshalve vaststelling en bijhorende belastingverhoging

Bij gebrek aan aangifte op de gestelde datum, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast conform de procedure voorzien in artikel 7 van het decreet van 30 mei 2008

Indien een verspreiding van reclamedrukwerk in de brievenbussen ambtshalve wordt vastgesteld wordt het aantal verspreide exemplaren als volgt vastgesteld:

- zone Driehoek:2.447 exemplaren

- zone Centrum:2.772 exemplaren

- zone Kaart:2.000 exemplaren

- zone Mariaburg-Vriesdonk:2.189 exemplaren

- zone Bethanië-Maria-ter-Heide2.399 exemplaren

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.

De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 100% van de ontdoken belasting. De belastingverhoging  wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

Art.8.- Wijze van inning

De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

24 Gemeentelijke toelage 2020-2024 aan jeugdverenigingen. Goedkeuring. Eenmalige verhoging toelage 2020 naar aanleiding van Coronapandemie. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Vanpoucke heeft via een eerder ongewone weg, namelijk voetbal Vlaanderen, vernomen dat Brasschaat recht heeft op 502 629,38 euro uit het noodfonds van de Vlaamse regering ter ondersteuning van de sport-, jeugd- en cultuurverenigingen om de corona-crisis financieel het hoofd te bieden.  Op de website van voetbal Vlaanderen staat naast een lijst van de steun per gemeente ook dat de Minister-President alvast 20 miljoen euro van de ongeveer 87 miljoen euro voor sport, jeugd en cultuurverenigingen wil reserveren voor cultuur.  Er blijft dan nog 67 miljoen euro over die via steden en gemeenten verdeeld zal worden onder de lokale sport- en jeugdverenigingen. 

De steden en gemeenten kunnen dit geld gebruiken om sport-, cultuur- en jeugdverenigingen te steunen.  Zij staan het dichtst bij de verenigingen en weten welke verenigingen het geld het meest nodig hebben, is de argumentatie van de Vlaamse regering.

Raadslid Vanpoucke stelt dat de gemeenteraad vanavond een reeks van bijzondere en extra of verhoogde toelagen zal goedkeuren.  Bij deze is in de ontwerp-beslissingen, toelichting of bijlagen nergens melding gemaakt van de financiering via dit bijzondere noodfonds van de Vlaamse regering. 

Raadslid Vanpoucke en zijn fractie kunnen zich niet van de indruk ontdoen dat de gemeente gretig deze extra middelen aankondigt als zijnde noodmiddelen en het “schoon weer” maakt met het geld van de Vlaamse regering.  Hij denkt dat men het werk van raadslid Jambon hierbij te weinig eer aandoet.  Het zou volgens hem het college sieren als ze de oorsprong van de extra middelen ook zouden vermelden. 

Raadslid Vanpoucke benadrukt dat ze als fractie uiteraard grote voorstander zijn van de steun aan onze lokale sport-, cultuur en jeugdverenigingen en zijn fractie vraagt dan ook op een gepast tijdstip een opvolgingstabel van de precieze en gereserveerde bedragen voor deze 3 sectoren bekend te maken. 

Raadslid Eeman kan zich niet van de mening ontdoen dat men zeer snel is overgegaan tot de beslissing om éénmalig verhoogde toelages uit te delen en dit vertrekkende van een totaalbedrag dat werd voorzien.  Hij heeft reeds op de voorbije gemeenteraden voorgesteld om te vertrekken vanuit de noden en om niet vertrekken van een bepaald bedrag dan men wil investeren voor verenigingen of lokale economie.  Hij is ervan overtuigd dat veel verenigingen het financieel moeilijk hebben door de coronacrisis.  Gezien de verschillende aard van de verenigingen en hun activiteiten is het nu zeer moeilijk te achterhalen of de toelages volledig op de juiste plaats zitten en volgens de juiste behoeften zullen terechtkomen.  Zijn fractie zal deze punten goedkeuren en de verenigingen zullen dit met open armen ontvangen, maar uitgekiende zorgvuldigheid ontbreekt volgens hem. 

Schepen Van Gerven bevestigt dat ze heel blij is met deze mooie bijdrage van de minister president en zijn heel team.  Zij was al enkele weken op de hoogte van het bedrag, maar de specifieke modaliteiten heeft ze pas vorige week ontvangen.  Aangezien ze het voorzichtigheidsbeginsel belangrijk vindt, werd er in die zin nog geen actie ondernomen.  De middelen moeten niet in dit jaar gespendeerd worden.  Niemand weet wat de toekomst gaat brengen, dus het bestuur zal hier heel voorzichtig mee omgaan.  De regering heeft gesteld dat dit moet gekoppeld worden aan de meerjarenplanning, er zal dus zeker een terugkoppeling gebeuren zoals raadslid Vanpoucke heeft gevraagd.  Schepen Van Gerven licht toe dat ook zij alle uitgaven met betrekking tot de corona-epidemie wekelijks bijhouden.  Er werd voor de verenigingen geprobeerd om continuïteit te creëren zodat zij het nieuw werkjaar in de beste omstandigheden kunnen opstarten.  Ze denkt hier onder andere aan het onderhoud van de velden, cash-flow probleem oplossen,…  Ze bevestigt dat de extra middelen correct zullen verdeeld worden, zoals dit bij de eerste middelen ook gebeurd is.  De opvolging zal ook correct gebeuren. 

Schepen Pantens licht nog even toe dat de noden wel degelijk zijn afgetoetst, ook in het handelaarsoverleg en de denktank voor de handelaars.  Op dit moment wordt alles in kaart gebracht van verenigingen die niet aan raden verbonden zijn.  Professionelen binnen de culturele sector die geen recht hebben op subsidies of premies zullen zeker ook meegenomen worden.  De noden zullen afgetoetst worden en vervolgens zal dit op het college komen. 

Raadslid Hoegaerts wil zich aansluiten bij de initiële opmerking van raadslid Vanpoucke.  Het bestuur wil hier volgens hem een aantal pluimen op zijn hoed steken, dit zonder te vermelden van waar dit geld eigenlijk komt.  Hij vraagt zich af of het bestuur al geen kennis had van deze 500 000 euro toen de tegemoetkomingen werden goedgekeurd in mei 2020?  Hij vindt het lachwekkend dat het gemeentebestuur probeert te doen naar de verenigingen toe dat het haar geld is, maar het gaat om geld van de Vlaamse belastingbetaler. 

Schepen Heirman kan met de hand op het hart zeggen dat ze pas 14 dagen geleden vernomen hebben dat ze die 500 000 euro zouden krijgen.  De insinuaties dat dit al op voorhand zou gekend zijn, ontkend hij pertinent.  Hij vindt het vreemd dat raadslid Vanpoucke zegt dat men mooi weer speelt met het geld van anderen en raadslid Eeman zegt dat er te snel geld naar de verenigingen is gegaan.  Schepen Heirman kan hier niet goed volgen, in het begin kon het niet snel genoeg gaan en moest er snel geld uitgegeven worden, hij vindt dat ze ook geen mooi weer mogen spelen met het geld van de belastingbetaler.  Er werd van bij het begin reeds 150 000 euro voorzien voor de verenigingen, maar er was ook een minderontvangst van 200 000 euro voor concessies die wegvallen en dergelijke.  Er werd dus in totaal al 350 000 euro gespendeerd aan verenigingen, en nu moet hier dus nog 150 000 euro bovenop gespendeerd worden.  Hij komt ook nog even terug op de opmerking van raadslid Eeman, hij begrijpt niet dat die durft zeggen dat er onzorgvuldig te werk is gegaan aangezien er heel veel overleg is geweest met sportraad, cultuurraad, jeugdraad,…  Er is veel gewikt en gewogen.  Schepen Heirman stelt iedereen gerust door te zeggen dat de extra 150 000 euro ook zal gespendeerd worden.  Dit bedrag hoeft echter niet dit jaar opgebruikt te zijn.  Men zal dit rustig bekijken. 

Raadslid Niels de Kort heeft nog een vraag die in lijn ligt met de vragen van de andere oppositiepartijen.  Hij had de subsidies van de Vlaamse regering anders geïnterpreteerd.  De financiering van het Brasschaats actieplan, dat er gekomen is na voorstellen vanuit de oppositie, kon volgens het bestuur gefinancierd worden met een overschot van het goed bestuur van de voorbije jaren.  De subsidie van de Vlaamse regering is volgens hem dus “en plus” hierop.  Hij vraagt zich af hoe dit bedrag nog verder zal aangewend worden?  Raadslid Niels de Kort vraagt of de gemeenteraad bij deze beslissingen ook een rol kan krijgen?  Dit zou bijvoorbeeld besproken kunnen worden op een algemene commissie.  Er zijn volgens hem nog verenigingen die nog niet hebben kunnen genieten van de steunmaatregelen, hij denkt hierbij in het bijzonder aan de seniorenverenigingen.  Raadslid Konings heeft hieromtrent al aangekaart dat er grote noden zijn waar iets aan gedaan moet worden.  De lokale mediapartners zoals bijvoorbeeld de Brasschaatse film en radio het park vallen technisch gezien niet onder de hinderpremie.  Hij vindt dat er voor hen ook iets voorzien moet worden.  Concreet wil hij dus weten hoe dit geld verder zal aangewend worden en wil hij hier als gemeenteraadslid ook een rol in krijgen. 

Voorzitter Versompel geeft graag het woord aan de Minister president, raadslid Jambon, want die heeft één en ander toe te lichten. 

Raadslid Jambon wil graag tussen komen om de lage insinuaties richting gemeentebestuur te ontkrachten.  Het bestuur heeft in mei een plan voorgelegd op de gemeenteraad.  De beslissing om het noodfonds uit te breiden en het via de gemeente te laten lopen is pas op 2 juni 2020 genomen door de Vlaamse regering.  Toen het gemeentebestuur het actieplan in mei voorbereidde was hier nog geen sprake van.  Met klem ontkent raadslid Jambon dat eender welke gemeente al voorkennis had van het feit dat het noodfonds zou verdeeld worden via de lokale besturen.  Hij vraagt om eerst vragen te stellen vooraleer men begint te insinueren.  Het is nu aan het college, eventueel in samenspraak met de gemeenteraad, om te zien hoe ze dit laten voort vloeien naar het verenigingsleven.  Hier is vanuit Vlaanderen geen specifieke richtlijn over.  Het is belangrijk volgens hem om dit te bekijken vanuit een lokale autonomie.  Er is binnen veel gemeenten al mooi werk geleverd en vanuit de Vlaamse regering dragen zij hier nu ook aan bij, dit is hun rol.  Hij ontkent nogmaals met klem dat het gemeentebestuur van Brasschaat in mei op de hoogte kon zijn van de extra te verdelen middelen van het noodfonds. 

Voorzitter Versompel vraagt aan raadslid Konings of hij hier wenst terug te komen op zijn oorspronkelijke vraag van bij het begin van de gemeenteraad. 

Raadslid Konings wenst nog eens terug te komen op zijn eerdere vraag omtrent de seniorenraad.  Op de laatste vergadering heeft de schepen gevraagd om op te lijsten wat de noden zijn van de seniorenraad.  De seniorenverenigingen zijn er nu mee bezig om alles op te lijsten.

Op de seniorenraad was er iemand die de vraag aan hem stelde of de gemeente niets kan doen aan de tarieven voor senioren in Sportoase?  Raadslid Konings heeft hem toen geantwoord dat de gemeente daar niets aan kan doen aangezien er voor senioren reeds tarieven zijn afgesproken.  Hij heeft vastgesteld dat Sportoase korting geeft aan het personeel van Brasschaat.  Hij vraagt aan de schepen van sport of dit niet kan opgenomen worden via de interlokale vereniging? 

Schepen Van Gerven geeft mee dat de laatste bijeenkomst van de interlokale vereniging in oktober 2019 was.  In de tweede helft van maart 2020 was er een nieuwe vergadering ingepland maar die werd geannuleerd omdat Sportoase op dat moment ook niet operationeel was.  Er stond heel wat personeel van Sportoase op technische werkloosheid.  Deze vergadering komt 2x per jaar samen en dit zal ook nu gebeuren.  Schepen Van Gerven heeft gevraagd om reeds een nieuwe datum te prikken om zo toch naar de evolutie van de laatste maanden te kunnen kijken. 

Er is een exploitatie-overeenkomst tussen Sportoase en het gemeentebestuur, de korting voor het personeel van het gemeentebestuur is een extraatje.  Dit is iets extra waartoe zij niet verplicht zijn.  Ze geeft ook mee dat Sportoase voor elke nieuwe inwoner in Brasschaat een kennismakingsaanbod heeft, bv. gratis zwembeurt, bring a friend, korting voor zwembad,..  Er is ook een continu prijsverschil van 20% voor inwoners van Brasschaat en Schoten, dit was bij het begin zo overeen gekomen.  Schepen Van Gerven komt regelmatig in het zwembad, zij heeft vastgesteld dat Sportoase toch geregeld mooie acties doet voor zowel nieuwe leden als voor bestaande leden.  Iedereen kan hiervan genieten.  Gezien de afspraken die gemaakt werden, doet Sportoase op dit moment zeker genoeg als extra’s in haar ogen.  Ze geeft mee dat ze de vraag nog eens zal opwerpen in de interlokale vereniging, vragen staat tenslotte vrij. 

Raadslid Konings dankt schepen Van Gerven om de vraag mee te nemen. 

Raadslid Vanpoucke is blij dat raadslid Jambon zich niet miskent voelt door deze gemeentelijke coalitie. De insinuaties kwamen niet van hem, maar van raadslid Hoegaerts.  Hij wil wel graag nog een repliek geven op de tussenkomst van schepen Heirman.  Hij geeft mee dat het nergens vermeld is vanwaar het extra budget komt, het zou het bestuur wel sieren om dit te vermelden.  Zoals hij het vernomen heeft, gaat het hier om extra budget dus hij is in blijde verwachting van goed nieuws.

Beslissing

Feiten en motivering

De gemeente verleent toelagen voor de werking van jeugdverenigingen; het vorige reglement daarvoor betrof enkel dienstjaar 2019.

Het is aangewezen de bestaande modaliteiten te verlengen voor de volgende jaren. Een eventuele herwerking zal met een uitgebreid participatietraject met de jeugdverenigingen opgestart worden in het komende werkingsjaar 2020-2021.

Tevens is het aangewezen om voor 2020 een verhoogde toelage toe te kennen, ter compensatie van gederfde inkomsten (75 % van de ontvangen toelage voor het werkjaar 2018-2019, en basissubsidie voor 2 verenigingen die voor dat werkjaar geen aanvraag indienden).

Juridisch kader

Het decreet van 6 juli 2012 van de Vlaamse Gemeenschap en de latere jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid.

Gemeenteraadsbesluit van 21 oktober2019 inzake de gemeentelijke toelage 2019 aan jeugdverenigingen.
Decreet lokaal bestuur art. 41, tweede lid, 23° (bevoegdheid gemeenteraad inzake vaststellen subsidiereglementen en nominatieve subsidies)

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- ALGEMENE BEPALINGEN

De gemeente verleent voor de dienstjaren 2020-2024 subsidies aan Brasschaatse jeugdverenigingen volgens de normen en voorwaarden hierna gesteld.

- een basissubsidie = erkenningstoelage 10% van totale krediet

- een werkingssubsidie MET specifieke toelage afhankelijk van de jeugdwerkvorm = 90% van krediet

Art.2.- BEGRIPPEN

•          Jeugdvereniging: de overkoepelende benaming voor alle vormen van jeugdwerk zijnde jeugdbewegingen, jeugdhuizen, vakantiespeelpleinwerkingen, …

•          Jeugdwerk: Groepsgerichte activiteiten voor en door kinderen en jongeren, in de vrije tijd, onder educatieve begeleiding van voornamelijk vrijwilligers en georganiseerd door particuliere jeugdverenigingen, op basis van niet-commerciële doelen. De deelname gebeurt op vrijwillige basis.

•          Jeugdbeweging: alle groeperingen die een aanbod aanreiken specifiek voor kinderen en jongeren in permanent groepsverband, gericht op de algehele en harmonische ontplooiing van de leden, en waarvan een kampperiode tijdens de zomervakantie een specifiek kenmerk vormt.

•          Jeugdhuis: elke inrichting (die beschikt over binnen- en eventueel buiteninfrastructuur) waar voor jongeren tot 30 jaar een ontmoetings-, experimenteer- of ontspanningsruimte aangeboden wordt en waar openheid, betrokkenheid, engagement en zelforganisatie centraal staan. Zij beschikt over een permanent beschikbare polyvalente ontmoetingsruimte en heeft niet-consumptiegerichte werking. Er is een binnenhuisreglement waarin rechten en plichten van de leden en bezoekers bepaald worden.

•          Speelpleinwerking: elke inrichting die tijdens de schoolvakanties in een binnen- en buiteninfrastructuur een zo ruim mogelijk, gevarieerd en avontuurlijk spelaanbod aanbiedt aan drie- tot zestienjarigen, onder gekwalificeerde begeleiding, met aangepast speelmateriaal en tegen een beperkte kostprijs. Overnachting is geen deel van de werking.

•          Werkingsjaar: loopt van 1 september van het voorgaande jaar tot 31 augustus van het lopende jaar.

•          Jaarwerking: afhankelijk van jeugdwerkvorm

•          Jeugdbeweging (JB) = gedurende het werkingsjaar is er een minimum van twee ledenwerkingen/maand, met uitzondering van de zomermaanden.

•          Jeugdhuizen (JH = het jeugdhuis is minimum drie dagen open met minstens vijftien uren open werking. De duur van de opening bedraagt minimum 3 aaneensluitende uren.

•          Speelpleinwerkingen (SPPL): de werking naar de leden deelnemers omvat minstens twintig vakantiedagen per jaar, eventueel gespreid over meerdere werkingsperioden; de werking omvat per dag minstens vier uren effectieve werking. Ook buiten de vakantieperiodes is er op regelmatige basis een monitorenwerking (werking gericht naar leden begeleiders)

•          Lid van een jeugdvereniging: iemand wordt als lid van een jeugdvereniging beschouwd, wanneer hij/zij opgenomen is in de verzekeringspolis van de vereniging en in de ledenlijst van de vereniging.

•          Lid deelnemer: elk verzekerd lid, tussen 3 en 30 jaar (of binnen de vooropgestelde leeftijdsgrens van de organisatie vallend) dat aan activiteiten deelneemt, niet als begeleider.

•          Lid begeleider : elk verzekerd lid, tussen 16 en 30 jaar dat activiteiten begeleidt.

•          Gebrevetteerde begeleider: elke leid(st)er die de cursus ‘animator’, ‘hoofdanimator’, ‘instructeur’ of ‘hoofdinstructeur’ in het jeugdwerk’ gevolgd heeft bij een erkende landelijke organisatie en de daaraan verbonden stage met succes volbracht heeft.

Dit wordt bewezen door het attest afgeleverd door de afdeling jeugd ofwel door een verklaring van de organisator van de gevolgde cursus én een verklaring van de organisatie waar de stage werd gevolgd.

•          Gekwalificeerde begeleider: elke leid(st)er die niet gebrevetteerd is, minstens 20 jaar is en drie jaar ervaring heeft in het actief in leiding staan binnen het jeugdwerk of een pedagogisch diploma kan voorleggen.

Dit wordt bewezen door een verklaring van de organisatie en/of federatie waar de begeleider heeft meegewerkt of een kopie van het pedagogisch diploma.

Art.3.- VOORWAARDEN VOOR SUBSIDIE

Om subsidie te verkrijgen dient de vereniging te voldoen aan volgende voorwaarden:

1)      Het doel van de jeugdvereniging is particulier jeugdwerk, niet in schoolverband noch bedrijfsmatig, aan te bieden.

2)      De jeugdverenigingen moet open staan voor iedere inwoner van Brasschaat.

3)      De vereniging moet een plaatselijke jaarwerking kunnen aantonen aan de hand van programmaboekjes en/of werkingsverslag.

a. De vereniging moet minimum 1 jaar actief zijn op grondgebied van Brasschaat.

b. Zijn lokaal en maatschappelijke zetel of werkingsadres op grondgebeid Brasschaat hebben en zich hoofdzakelijk richten naar Brasschaatse kinderen en jongeren.

c. De vereniging moet zijn leden kunnen identificeren door middel van ledenlijsten, lidkaarten, verzekeringsattesten of andere.

d. De vereniging moet een minimum aantal van 10 verzekerde leden kunnen aantonen.

4)      De vereniging moet mede door jeugd geleid worden, minstens 1/3 van de bestuursleden/begeleiding is jonger dan 30 jaar.

5)      Voor alle leden en begeleiders moet een verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid en lichamelijke ongevallen worden afgesloten.

6)      De jeugdvereniging moet een vzw of een feitelijke vereniging zijn, opgericht door een privé-initiatief, zonder beroepsdoeleinden of winstoogmerk.

7)      De jeugdvereniging moet aangesloten zijn bij een federatie, erkend door Afdeling Jeugd van de Vlaamse Overheid.

8)      De jeugdvereniging beschikt over een eigen zicht- of bankrekening

9)      Het lokaal (werkingsinfrastructuur) beschikt over een vereist aantal/minimum één brandblusapparaat; alle nooddeuren (bij voorkeur met paniekklinken) in de lokalen openen naar buiten, de lokalen zijn voorzien van de vereiste pictogrammen en gebouwen met een verdiep zijn voorzien van een brandtrap.

Art.4.- AANVRAAG OM TOELAGE VOOR JEUGDVERENIGINGEN

Een aanvraag om in aanmerking te komen voor toelage gebeurt middels het invullen van een specifiek aanvraagformulier van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

10)  Het door de jeugdvereniging volledig ingevulde aanvraagformulier voor het verkrijgen van de toelage moet elektronisch of per post verstuurd worden of tegen ontvangstbewijs afgegeven worden, en op de gemeentelijke jeugddienst toekomen uiterlijk op 30 september, aansluitend op het werkingsjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. De post- of aftekendatum geldt als bewijs.

11)  Volgende bewijsstukken dienen samen met de aanvraag gestuurd te worden naar de jeugddienst:

- een duidelijk organogram van de vereniging met de contactgegevens van de bestuursleden.

- kopie van bewijs van deelname aan vorming die niet leidt tot een attest (A-HA, instr)

12)  De verenigingen die om subsidies verzoeken, verklaren zich uitdrukkelijk akkoord met het feit dat het college van burgemeester en schepenen of een daartoe aangesteld ambtenaar, kan en mag overgaan tot het controleren van de door hen verstrekte gegevens en activiteiten. Zij verklaren zich tevens akkoord om binnen twee weken na de vraag, op gevaar van uitsluiting, alle bijkomende informatie of bewijsvoering over de ingestuurde gegevens te verstrekken. De jeugdvereniging die de nodige inlichtingen weigert te verschaffen of niet tijdig verschaft, of waarvan de verklaringen onjuist worden bevonden, wordt van elke betoelaging uitgesloten gedurende 1 werkingsjaar.

13)  De uitbetaling van de subsidie zal gebeuren door overschrijving op de rekening van de jeugdvereniging.

Art.5.- SAMENSTELLING VAN DE SUBSIDIE

De gemeentelijke subsidies worden onderverdeeld in een basissubsidie (10%van het totale subsidiekrediet) en een werkingssubsidie (90% van het totale subsidiekrediet).

Werkingssubsidies zijn onderverdeeld in een subsidie op basis van het ledenaantal in de jaarwerking (20% van de totale werkingssubsidies) (met uitzondering voor speelpleinen, dit onderdeel geldt enkel voor hun monitorenwerking), een subsidie op basis van het kwaliteitsvolle aanbod (20% van de totale werkingssubsidies) en een subsidie voor de specifieke jeugdwerkvormen (60% van de totale werkingssubsidies).

Art.5.1.- Basissubsidie (10%) van het totale subsidiekrediet (BS)

De basissubsidie of erkenningssubsidie wordt evenredig verdeeld tussen de verenigingen, a rato van het totaal bekomen aantal punten op basis van volgende criteria:

•          terugsturen van de verplichte en volledige briefwisseling = Adm

•          binnen de voorziene termijn, uiterlijk 30 september volgend op het werkingsjaar = 20 punten

•          buiten de voorziene termijn, maar binnen 14 dagen na 30 september volgend op het werkingsjaar = 10 punten

•          buiten de voorziene termijn = 0 punten

Totaal voor BS = Adm met een maximum van 20 punten

Art.5.2.- Berekening van de basissubsidie (BS)

Het bedrag van de basissubsidie die aan iedere in aanmerking komende vereniging wordt toegekend, wordt op volgende wijze berekend:

Grootte van de basissubsidie BS van vereniging Y =

Punten vereniging Y x 10% van het totale subsidiekrediet

Totaal van de punten van alle verenigingen

Art.5.3.- Werkingssubsidie (90% van het totale subsidiekrediet) (WS)

De werkingssubsidie wordt toegekend aan verenigingen die erkend werden als Brasschaatse jeugdvereniging en dus basissubsidie (erkenningssubsidie) ontvangen.

De werkingssubsidie wordt berekend op basis van de gegevens en activiteiten van het vorige werkjaar; dit werkjaar loopt van 1 september van het vorige jaar tot 31 augustus van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

De werkingssubsidie wordt evenredig verdeeld tussen de verenigingen, a rato van het totaal bekomen aantal punten. Met een maximum van:

•          20% van het totale krediet van de werkingssubsidie die verdeeld wordt over deel 1 Jaarsubsidie, geldend voor elke jeugdwerkvorm

•          20% van het totale krediet van de werkingssubsidie die verdeeld wordt over deel 2 Kwaliteitssubsidie, geldend voor elke jeugdwerkvorm en

•          60% van het totale krediet van de werkingssubsidie die verdeeld wordt over deel 3 Specifieke subsidie, specifiek geldend afhankelijk van de jeugdwerkvorm.

DEEL 1. JAARSUBSIDIE (20% van de werkingssubsidie) = WS1 op basis van het aantal leden (voor speelpleinen enkel voor leden begeleiders)

1. doelgroepenaanbod

Criterium 1.1. Afhankelijk van ledenaantal

•          Verzekerde leden van Brasschaat

◦          per verzekerd lid deelnemer (tussen 3 en 30j) = 10 punten

VJB = verzekerde jeugdleden van Brasschaat x 10 punten.

◦          per verzekerd lid begeleider (tussen 16 en 30j) = 10 punten

VVB = verzekerde volwassen leden van Brasschaat x 10 punten.

•          Verzekerde leden niet van Brasschaat

◦          per verzekerd lid deelnemer(tussen3 en 30j) = 6 punten

VJnB = verzekerde jeugdleden niet van Brasschaat x 6 punten.

◦          per verzekerde lid begeleider (tussen16 en 30j) = 6 punten

VVnB = verzekerde leden begeleider niet van Brasschaat x 6 punten.

Gelden als bewijs: een ledenlijst van de vereniging.

Criterium 1.2. Drempelverlagende initiatieven voor specifieke doelgroepen

•          integratie van personen met een handicap van Brasschaat in de reguliere werking = 15 punten

PHB = geïntegreerd lid met een handicap van Brasschaat in de reguliere werking x 15 punten

•          integratie van personen met een handicap niet van Brasschaat in de reguliere werking = 9 punten

PHnB = geïntegreerd lid met een handicap niet van Brasschaat in de reguliere werking x 9 punten

Gelden als bewijs om in rekening te worden gebracht als persoon met een handicap:

•          een bewijs van inschrijving in het buitengewoon onderwijs

•          ofwel een attest, afgeleverd door een kinderbijslagfonds of door het ministerie, bevoegd voor uitkeringen aan personen met een handicap, waaruit een invaliditeit van 66% of meer blijkt

•          ofwel een bewijs van verlengde minderjarigheid. Voor de deelnemers die dit attest voorleggen geldt er geen leeftijdsgrens.

TOTAAL ledenWERKING (WS1) = VJB + VVB+ VJnB + VVnB + PHB + PHnB

Ten belope van 2.500 punten + 60% van de punten boven 2.500

Grootte van de werkingssubsidie WS1 van jeugdvereniging Y =

Punten vereniging Y x 20% van het totale krediet werkingssubsidie (= 90%)

Totaal van de punten van alle jeugdverenigingen

DEEL 2. KWALITEITSSUBSIDIE (20% van de werkingssubsidie) = WS2 op basis van de kwaliteit

2. Kwaliteitsvolle Begeleiding / bestuursleden (B + V)

Criterium 2.1. Gekwalificeerde / gebrevetteerde begeleiding (B)

Voor de begeleiding worden punten toegekend naargelang de aard van het behaalde brevet, de kwalificatie of ervaring.

Per begeleiding wordt slechts één diploma/attest/ervaring in aanmerking genomen. Cumulatie van brevetten/diploma’s is niet mogelijk.

•          Gebrevetteerde begeleider in bezit van attest hoofdanimator (HA)

BHA = 10 punten per gebrevetteerde hoofdanimator

•          Gebrevetteerde begeleider in bezit van attest animator (A)

BA = 6 punten per gebrevetteerde animator

•          Gekwalificeerde niet-gebrevetteerde begeleider met behaald pedagogisch diploma

BDip = 4 punten per begeleider

•          Gekwalificeerde niet-gebrevetteerde begeleider met 3 jaar ervaring in actief in leiding staan

BErv = 4 punten per begeleider

•          Niet-gebrevetteerde begeleider (zonder brevet, diploma of ervaring)

Bzd = 1 punt per begeleider

Een kopie van attest of diploma of verklaring van de federatie/organisaties omtrent de ervaring als actieve begeleiding gedurende 3 jaar gelden als bewijs.

TOTAAL van B = BHA + BA + Bdip + BErv + Bzd

Criterium 2.2. Volgen van kadervorming (V)

•          Gevolgde vorming die leidt tot een attest erkend door de Vlaamse Gemeenschap (A-HA-Instr)

V1 = 5 punten/deelnemer

•          Gevolgde vorming die niet leidt tot een attest (A-HA-Instr)

V2 = 1 punten/deelnemer

Een kopie van bewijs of attest van deelname gelden als bewijs.

De bewijzen voor de gevolgde vorming dat niet leidt tot een attest dienen aan de aanvraag toegevoegd te worden.

TOTAAL van V = V1 + V2

3. Jeugdaanbod op verschillende niveaus (JA)

•          Organiseren van grensoverschrijdende ontmoetingen met andere jeugdverenigingen of jeugdwerkvormen

Evaluatie 1 = 15 punten per activiteit

•          Als vereniging of afdeling ervan meewerken/deelnemen aan organisaties van lokale en bovenlokale initiatieven zoals activiteiten van jeugdraad, jeugddienst, jeugdcentrum (vb. jeugddorp, buitenspeeldag, comedy ism cultuurcentrum, T-day,…)

Evaluatie 2 = 10 punten per activiteit

Opgave van een contactpersoon van de lokale of bovenlokale organisatie geldt als bewijs.

•          Organiseren van drempelverlagende initiatieven. Hieronder vallen initiatieven en inspanningen van jeugdvereniging ter bevordering van de instap van nieuwe leden of het behouden van het bestaande ledenpotentieel en dit voornamelijk op financieel vlak. (Bv. een gedifferentieerd lidgeld hanteren voor diverse doelgroepen, of reductie geven voor aansluiting van een volgend gezinslid, of reductie geven voor personen met een handicap, …)

Evaluatie 3 = 5 punten (eenmalig)

Voorbeelden/afdrukken van de communicatie hierover gelden als bewijs

•          Organisatie van drempelverlagende initiatieven ter bevordering van een inclusieve werking ten aanzien van diverse kansengroepen (gehandicapten, allochtonen, …) in de reguliere jeugdvereniging

Evaluatie 4 = 5 punten (eenmalig)

Voorbeelden van aanpak en de communicatie hierover gelden als bewijs

•          Organiseren van activiteiten anders dan het eigen jeugdwerkaanbod en in functie van de promotie. Dit zijn alle ledenwervingsacties met als doel de aantrekkelijkheid van de vereniging te promoten met de mogelijkheid nieuwe leden aan te werven. (bv opendeur-, open werkingsdagen, kampaanbod voor niet-leden …)

Evaluatie 5 = 5 punten per activiteit

Voorbeelden/afdrukken van de communicatie hierover gelden als bewijs

•          Zelf organiseren van een vormingsaanbod van minimum 2 uur durende specifieke vorming

Evaluatie 6 = 5 punten per vorming

Omschrijving van het vormingsaanbod en de communicatie hierover gelden als bewijs

Totaal voor JA = Ev1 + Ev2 + Ev3 + Ev4 + Ev5 + Ev 6 met een maximum van 45 punten

4. Communicatie (Com)

Criterium 4.1. Beschikken over verschillende communicatiekanalen

•          nieuwsbrief = 10 punten

•          Actuele website = 5 punten

•          Eigen logo = 5 punten

•          Contactadres(sen) voor (nieuwe) leden/leiding = 5 punten

•          Bereikbare communicatieverantwoordelijke = 5 punten

Totaal voor Com = maximum 30 punten

5. Structuur vereniging (SV)

Criterium 5.1. Beschikken over een duidelijke structuur

•          De vereniging hanteert een vzw structuur.

JuV = 5 punten

Een kopie van het uittreksel uit het staatsblad geldt als bewijs.

•          Beschikken over een duidelijk organogram met de contactgegevens van de bestuursleden.

Org = 5 punten

Een kopie van het organogram met de contactgegevens van de bestuursleden geldt als bewijs.

•          Beschikken over een vrijwilligersnota en kunnen aantonen dat alle begeleiding/medewerkers op de hoogte is van deze informatie.

Vrijw = 5 punten

Een kopie van de nota en de nodige communicatie hierrond gelden als bewijs.

Criterium 5.2. Aangesloten zijn bij de jeugdraad

•          Actief lid zijn van en minimum op 60% van de vergaderingen van de Algemene Vergadering van de jeugdraad aanwezig zijn.

JRAv = 5 punten

•          Deelnemen aan het bestuur of een werkgroep van de jeugdraad:

◦          Bestuurslid en minimum op 60% van de vergaderingen van de raad van bestuur van de jeugdraad aanwezig zijn

JRWb= 5 punten

OF

◦          Lid of leden van de jeugdvereniging die meewerken in een werkgroep die (mede)organisator is van één of meerdere activiteiten van de jeugdraad. (vb. werkgroep speelruimte, jeugddorp,...) Welke werkgroepen en welke taken wordt bepaald door het gemeentebestuur.

JRWm= 3 punten

JRW = JRWb + JRWm met een maximum van 5 punten

Totaal voor SV = JuV + Org + Vrijw + JRAv + JRW

met een maximum van 25 punten

TOTAAL VOOR verenigingsWERKING WS 2 = B + V + JA + Com + SV

Grootte van de werkingssubsidie WS2 van jeugdvereniging Y =

 punten vereniging Y x 20% van het totale krediet werkingssubsidie (=90%)

totaal van de punten van alle jeugdverenigingen

DEEL 3. (60% van de werkingssubsidie) = WS3 afhankelijk van jeugdwerkvorm

6. Jeugdbewegingen: kampsubsidie

Voorwaarden:

•          het kamp bedraagt minimum vier en maximum vijftien overnachtingen (kampen met minder overnachtingen worden niet gesubsidieerd, voor kampen langer dan vijftien overnachtingen worden maximum vijftien overnachtingen gesubsidieerd);

•          er is minimum één begeleider per 15 deelnemers aanwezig;

•          (tak)kampen met gebrevetteerde begeleiding gedurende de hele periode aanwezig worden beloond;

•          er is minimum één begeleider die in het bezit is van het brevet hoofdanimator binnen het jeugdwerk, aanwezig op een groepskamp. Vanaf honderd vijftig deelnemers zijn er 2 hoofdanimatoren aanwezig.

Bedrag:

per kamp worden per deelnemend lid per overnachting punten toegekend. Het aantal punten is afhankelijk van de aanwezigheid van gebrevetteerde of gekwalificeerde begeleiding.

Een deelnemende lid met een handicap wordt gelijkgesteld aan 2 deelnemers.

•          indien voldoende gebrevetteerde begeleiding (min 1 per 30 deelnemers) aanwezig = 12 ptn / deeln / overnachting

•          indien onvoldoende gebrevetteerde begeleiding, wel voldoende gediplomeerden of begeleiding met ervaring (min 1 per 30 deelnemers) aanwezig = 6 ptn / deeln / overnachting

•          indien geen gebrevetteerde begeleiding, wel gediplomeerden of begeleiding met ervaring = 5 ptn / deeln / overnachting

•          indien enkel niet-gebrevetteerde begeleiding, zonder diploma of ervaring aanwezig (min 1 begeleider van min 21j aanwezig) = 1pnt / deeln /overnachting

7. Jeugdhuizen: activiteitensubsidie

Voorwaarden:

•          Er is tijdens de activiteit minimum één organisator aanwezig van minimum 18jaar.

•          De duur van de activiteiten bedraagt minimum 3 aaneensluitende uren.

Bedrag

Per activiteit worden punten toegekend afhankelijk van de aard van de activiteit. Elke activiteit kan slecht voor 1 categorie in rekening genomen worden.

•          activiteit van sociaal - culturele aard (sport, kwis, gezelschapsspelen, filmforum, daguitstap…) = 10 punten per activiteit

•          eigen georganiseerde fuiven= 10 punten per fuif

•          open café-avonden = 5 punten per open café-avond

•          fuiven georganiseerd in de jeugdhuisinfrastructuur door externen = 5 punten per fuif

•          buitenactiviteit waarvoor een specifieke toelating van het lokale bestuur noodzakelijk is = 20 punten per buitenactiviteit

•          activiteit samen met de buurt = 20 punten per activiteit

•          vormings-preventieactiviteit (vb. werken met video; info-avond rond zelfverdediging bij meisjes; cursussen in verband met muziek maken, technisch omgaan met geluidsinstallaties, e.d.…) = 20 punten per vormingsactiviteit

•          Repetities van muziekgroepen

◦          Vaste repeterende muziekgroep met jaarcontract = 50 punten per groep

◦          Repetitie van occasionele muziekgroep = 2 punten per repetitie

◦          Extra openingsdagen/avonden tijdens de schoolvakantie = 5 punten per dag.

8. Speelpleinen : dagsubsidie

Voorwaarden

Voor alle schoolvakanties waarin minimum vier dagen effectieve speelpleinwerking wordt aangeboden, wordt een dagsubsidie toegekend.

Bedrag:

De dagsubsidie bedraagt 0,5 punt per uur per kind, met een maximum van 2 punten per kind per halve dag. Een kind met een handicap wordt gelijkgesteld aan 2 kinderen.

Deze punten worden vermenigvuldigd met wegingscoëfficiënten behaald op begeleiding, het aanwezige materiaal, de speelruimte en het aanbod, met een maximum coëfficient van 3.

Wegingscoëfficient

•          Voorwaarden vanuit begeleiding

◦          er is minimum één begeleider per 15 deelnemers aanwezig, er is min. één gediplomeerde/geattesteerde begeleider aanwezig per 30 deelnemers, én er is minimum één begeleider die in het bezit is van het brevet hoofdmonitor binnen het jeugdwerk(of voor BKO met vakantieaanbod: 1 coördinator); per honderd vijftig (verzekerde) leden aanwezig op elke speelpleindag - wegingscoëfficiënt 0.6

◦          de animatoren geven de meeste activiteit op een animatieve en ingeklede wijze aan - wegingscoëfficiënt 0.3

•          Voorwaarden vanuit materiaal

◦          bouwspeelmogelijkheden: dit impliceert én de toelating om te bouwen (al dan niet op een afgeschermd deel van het plein) én de nodige bouwmaterialen (planken; panelen; paletten …) én de nodige instrumenten (zagen; hamers; schoppen; spijkers…) - wegingscoëfficiënt 0.3

◦          gebruiks- en verbruiksmateriaal: verwijst naar het ter beschikking staan van voldoende en verscheiden speel- en sportmateriaal, uitrusting voor creatieve expressie, en dergelijke - wegingscoëfficiënt 0.4

•          Voorwaarden vanuit speelruimte

◦          binnenruimte om te spelen - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          speelgroen: het betreft struiken en bomen die daadwerkelijk tot de speelruimte behoren, die beschikbaar zijn - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          beschutte speelruimte: kinderen moeten zich kunnen beschermen én tegen de hevige zon én tegen plotse regenbuien - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          drie verschillende bespeelbare grondbedekkingen: verharding (asfalt, beton); zandvlakte,aarde, gras en dergelijke - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          verankerde speeltoestellen: aangepast aan de doelgroep - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          sportterreinen: de mogelijkheid én naar terrein én naar specifiek materiaal (effectief beschikbaar) moet voorhanden zijn - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          een zelf aan te brengen speelvoorziening die het gamma speelmogelijkheden uitbreidt - wegingscoëfficiënt 0.1

•          Voorwaarden vanuit aanbod

◦          open speelsysteem: kinderen zijn vrij om te kiezen welke activiteiten zij doen en mogen ten allen tijde vrij spelen, dit impliceert dat een aangeboden specifieke activiteit niet verplicht is - wegingscoëfficiënt 0.3

◦          uitstappen die geen of slechts een geringe financiële meerkost zijn - wegingscoëfficiënt 0.1

◦          specifieke speelkansen op maat van kleuters - wegingscoëfficiënt 0.2

◦          specifieke speelkansen op maat van tieners - wegingscoëfficiënt 0.2

◦          specifieke speelkansen op maat van lagereschoolkinderen - wegingscoëfficiënt 0.1

Alle jeugdverenigingen

Grootte van de werkingssubsidie WS3 van jeugdvereniging Y =

 punten vereniging Y x 50% van het totale krediet werkingssubsidie (=90%)

totaal van de punten van alle jeugdverenigingen

Art.5.4.- Berekening TOTALE werkingssubsidie (WS)

Het bedrag van de werkingssubsidie die aan iedere in aanmerking komende vereniging wordt toegekend, wordt op volgende wijze berekend:

Totaal aantal punten van de werkingssubsidie WS van vereniging Y =

WS Y = WS1 + WS2 + WS3

Art.6.- Ter compensatie van gederfde inkomsten ingevolge de coronapandemie, verleent de gemeente in diensjaar 2020 een eenmalige aanvullende toelage als volgt:
-75 % van de toelage ontvangen voor het werkingsjaar 2018-2019
-basissubsie van 258,00 euro voor verenigingen die geen aanvraag indiende voor werkingsjaar 2018-2019

Art.7.- Aan de financiedienst wordt opdracht gegeven hiervoor bijkomend krediet te voorzien in de eerstvolgende aanpassing van de meerjarenplanning.

25 Toelage sportvelden. Verhoging bedragen 2020 ter compensatie gederfde inkomsten door coronapandemie. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Om de clubs die beschikken over grasvelden, tennisterreinen of atletiekpiste te compenseren voor gederfde inkomsten ingevolge de coronapandemie, is het aangewezen om voor 2020 verdubbelde toelagebedragen vast te stellen.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur art. 41, tweede lid, 23° (bevoegdheid gemeenteraad inzake vaststellen subsidiereglementen en nominatieve subsidies)
Gemeenteraadsbesluit van 30 maart 2020 inzake de gemeentelijke toelage 2020-2024 voor onderhoud sportvelden, atletiekbaan en tennisvelden.

Adviezen

De sportraad is voorstander van deze verhoging van toelage omdat dit, in combinatie met de kwijtschelding van de concessievergoedingen, overeenkomt met de voorgestelde verdubbeling van de subsidies voor de indoorclubs.

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn:

BESLUIT eenparig:

Art.1.- In afwijking van het gemeenteraadsbesluit van 30 maart 2020, worden de toelagebedragen voor dienstjaar 2020 vastgesteld als volgt :

•          inzaaien groot grasveld : 1.900,00 euro per grasveld
inzaaien klein grasveld :     476,00 euro per grasveld

•          onderhoud tennisveld :       800,00 euro per veld
onderhoud atletiekpiste   1.900,00 euro

Art.2.- Voor het overige blijven de bepalingen van het raadsbesluit van 20 maart 2020 gelden.

Art.3.- Aan de dienst financiën wordt opdracht gegeven hiervoor bijkomend krediet te voorzien in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.

26 Toelage sportverenigingen. Verhoging bedrag 2020 naar aanleiding van de Coronapandemie. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Om de indoor sportverenigingen, die aangesloten zijn bij de sportraad van Brasschaat, en die niet in aanmerking komen voor de outdoor steun, te compenseren voor gederfde inkomsten ingevolge de coronapandemie, is het aangewezen om voor het dienstjaar 2020 het hun toegekende subsidiebedrag met 100% te verhogen.

Om de sportverenigingen nu al een financiële buffer aan te bieden kan er in juli 2020 al een deel van het subsidiebedrag uitgekeerd worden aan alle sportverenigingen die voor het dienstjaar 2019 een toelage ontvangen hebben en waarvan nu al zeker geweten is dat ze voor het dienstjaar 2020 ook in aanmerking komen om een toelage te ontvangen.

Voor de indoor sportverenigingen die recht hebben op het verhoogde subsidiebedrag zal dit 80% zijn van het met 100% verhoogde bedrag op basis van de berekeningen voor de  werkingstoelage van 2019. Voor de sportverenigingen die niet in aanmerking komen voor het verhoogde bedrag zal dit 80% zijn van het bedrag op basis van de berekeningen voor de werkingstoelage van 2019.

Op het einde van 2020 kan er een rechtzetting gebeuren op basis van de dossiers die voor het dienstjaar 2020 ingediend gaan worden en zullen de resterende bedragen waarop de verenigingen  recht hebben uitbetaald worden.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur art. 41, tweede lid, 23° (bevoegdheid gemeenteraad inzake vaststellen

subsidiereglementen en nominatieve subsidies)

Gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2019 inzake het toelagereglement voor rechtstreekse toelagen aan sportverenigingen 2019-2024.

Adviezen

De sportraad is grote voorstander om nu reeds 80% van de toelage uit te betalen omdat de verenigingen dan over een financiële buffer beschikken bij de opstart van hun activiteiten.

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn:

Kost 17.443,96 euro, (eenmalig)

Budgetsleutel 0740/64930400 Toelagen sportverenigingen

Budget/jaar Exploitatiebudget 2020

Krediet beschikbaar Ontoereikend. Het tekort bedraagt 17.443,96 euro

Visum financieel directeur Niet van toepassing.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- In afwijking van het gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2019 zal voor de indoor sportverenigingen, die aangesloten zijn bij de sportraad van Brasschaat, en die niet in aanmerking komen voor de outdoor steun, het hun toegekende subsidiebedrag voor het dienstjaar 2020 met 100% verhoogd worden.

Art.2.- Opdracht wordt gegeven aan de dienst financiën om:

•          aan de indoor sportverenigingen, die in aanmerking komen voor de verhoogde toelage, 80% van het met 100% verhoogde bedrag op basis van de berekeningen voor de werkingstoelage van 2019 uit te betalen in juli/augustus 2020;

•          aan de overige sportverenigingen, die niet in aanmerking komen voor de verhoogde toelage, 80% van het bedrag  op basis van de berekeningen voor de werkingstoelage van 2019 uit te betalen in juli/agustus 2020;

•          aan alle sportverenigingen, die in aanmerking komen voor betoelaging in 2020, op het einde van 2020 de bedragen uit te betalen waarop de verenigingen nog recht hebben nadat de rechtzetting berekend is aan de hand van de dossiers die voor het dienstjaar 2020 ingediend gaan worden.

Art.3.- Voor het overige blijven de bepalingen van het raadsbesluit van 25 maart 2019 gelden.

Art.4.- Aan de dienst financiën wordt opdracht gegeven hiervoor bijkomend krediet te voorzien in de

eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan

27 Toelage kwaliteitsvolle jeugdwerking sportverenigingen. Verhoging bedrag 2020 naar aanleiding van de Coronapandemie. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Om de indoor sportverenigingen, die aangesloten zijn bij de sportraad van Brasschaat en die niet in aanmerking komen voor de outdoor steun te compenseren voor gederfde inkomsten ingevolge de coronapandemie, is het aangewezen om voor het dienstjaar 2020 het hun toegekende subsidiebedrag met 100% te verhogen.

Om de sportverenigingen nu al een financiële buffer aan te bieden kan er in juli/augustus 2020 al een deel van het subsidiebedrag uitgekeerd worden aan alle sportverenigingen die voor het dienstjaar 2019 een toelage ontvangen hebben en waarvan nu al zeker geweten is dat ze voor het dienstjaar 2020 ook in aanmerking komen om een toelage te ontvangen.

Voor de indoor sportverenigingen die recht hebben op het verhoogde subsidiebedrag zal dit 80% zijn van het met 100% verhoogde bedrag op basis van de berekeningen voor de toelage kwaliteitsvolle jeugdwerking sportverenigingen van 2019. Voor de sportverenigingen die niet in aanmerking komen voor het verhoogde bedrag zal dit 80% zijn van het bedrag op basis van de berekeningen voor de toelage kwaliteitsvolle jeugdwerking sportverenigingen van 2019.

Op het einde van 2020 kan er een rechtzetting gebeuren op basis van de dossiers die voor het dienstjaar 2020 ingediend gaan worden en zullen de resterende bedragen waarop de verenigingen  recht hebben uitbetaald worden.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur art. 41, tweede lid, 23° (bevoegdheid gemeenteraad inzake vaststellen

subsidiereglementen en nominatieve subsidies)

Gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2019 inzake het toelagereglement ter bevordering van kwaliteitsvolle jeugdwerking bij sportverenigingen 2019-2024.

Adviezen

De sportraad is grote voorstander om nu reeds 80% van de toelage uit te betalen omdat de verenigingen dan over een financiële buffer beschikken bij de opstart van hun activiteiten.

Financiële gevolgen

Kost 17 454,46 euro, (eenmalig)

Budgetsleutel 0740 64930480 Subsidie ter bevordering van de kwaliteitsvolle

jeugdsportbegeleiding

Budget/jaar Exploitatiebudget 2020

Krediet beschikbaar Ontoereikend. Het tekort bedraagt 17 454,46 euro

Visum financieel directeur Niet van toepassing.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- In afwijking van het gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2019 zal voor de indoor sportverenigingen, die aangesloten zijn bij de sportraad van Brasschaat, en die niet in aanmerking komen voor de outdoor steun, het hun toegekende subsidiebedrag voor het dienstjaar 2020 met 100% verhoogd worden.

Art.2.- Opdracht wordt gegeven aan de dienst financiën om:

•          aan de indoor sportverenigingen, die in aanmerking komen voor de verhoogde toelage, 80% van het met 100% verhoogde bedrag op basis van de berekeningen voor de toelage kwaliteitsvolle jeugdwerking sportverenigingen van 2019 uit te betalen in juli/augustus 2020;

•          aan de overige sportverenigingen, die niet in aanmerking komen voor de verhoogde toelage, 80% van het bedrag  op basis van de berekeningen voor de toelage kwaliteitsvolle jeugdwerking sportverenigingen van 2019 uit te betalen in juli/augustus 2020;

•          aan alle sportverenigingen, die in aanmerking komen voor betoelaging in 2020, op het einde van 2020 de bedragen uit te betalen waarop de verenigingen nog recht hebben nadat de rechtzetting berekend is aan de hand van de dossiers die voor het dienstjaar 2020 ingediend gaan worden.

Art.3.- Voor het overige blijven de bepalingen van het raadsbesluit van 25 maart 2019 gelden.

Art.4.- Aan de dienst financiën wordt opdracht gegeven hiervoor bijkomend krediet te voorzien in de

eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.

28 Budgetopvolging. Op te nemen wijzigingen in eerstvolgende aanpassing meerjarenplan (AMJP). - KENNISGENOMEN

Zittingsverslag

Raadslid Niels de Kort herhaalt zijn vraag van zonet.  Hij hoopt dat hij mee van gedachten kan wisselen over de middelen die van Vlaanderen komen. 

Beslissing

In de regelgeving BBC 2020 bestaan de concepten "budget" en "budgetwijziging" niet meer, er is enkel nog sprake van het meerjarenplan en aanpassing van het meerjarenplan (AMJP).

Elk bestuur moet zijn meerjarenplan minstens één keer per jaar aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen, waarbij ook de kredieten van het lopende jaar kunnen aangepast kunnen worden. De schema's vermelden dan de gewijzigde kredieten voor het lopende boekjaar (zonder dat daaruit duidelijk wordt wat er precies gewijzigd wordt) en de kredieten voor de volgende boekjaren.

De gemeenteraad neemt kennis, in het kader van de budgetopvolging van het meerjarenplan, van de lijst met op te nemen wijzigingen in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan, met herberekening van de financiële evenwichten.

29 Gemeenterekening 2019 . Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Pauwels had tijdens de commissie laten weten dat ze hun bijkomende vragen zouden richten aan de financieel beheerder.  Hij bevestigt hierbij dat ze geen bijkomende vragen hadden.  Zijn fractie vindt de gemeenterekening een afspiegeling van de vorige coalitie en daarom hebben ze geen verdere toelichting gevraagd. 

Raadslid Brughmans neemt ook kennis van de administratieve afsluiting van de rekening 2019 van de gemeente.  Het is volgens hem eigenlijk de foto-finish van de vorige meerjarenplanning 2013-2019 en van het eerste jaar van de nieuwe legislatuur.  Een foto waarop volgens hem vele zaken staan : er werd gewerkt met duidelijk omschreven prioritaire doelstellingen en actieplannen en een afgewerkte meerjarenplanning waarbij de gemeenteraad alle informatie kreeg.  Vanaf de volgende rekeningen zal daar waarschijnlijk verandering in komen maar die discussie werd als gevoerd, geeft hij mee. 

Raadslid Brughmans vond dit nog een financieel veilig jaar omdat de gunstige resultaten van de voorbije jaren verwerkt konden worden.  De komende jaren zal er geen spaarpot meer zijn en bij de bespreking van de nieuwe meerjarenplanning wees zijn fractie al op de enorme toename van de schuldenlast, en daar komen nu nog eens extra leningen bij.   Hij geeft aan dat zijn fractie kritisch zal mee kijken over de schouders van de schepenen. 

Raadslid Eeman gaat niet helemaal in detail treden maar hij heeft toch nog een vraagje.  Op blz. 75 bij armoedebestrijding staat er een budget van 16 200 euro, en bij de aanrekening staat 0 euro.  Hij vraagt zich af of dit budget dan niet gebruikt is of uitgesteld is?  Als het zou uitgesteld zijn vindt hij dit een gemiste kans.  Het gaat hier niet over het uitstellen van plannen met betrekking tot het aanleggen van riolen of straten.  Bij armoede zou dit een verloren jaar zijn.   Op dezelfde bladzijde wordt er bij de kwetsbare jongeren een budget voorzien van 1000 euro, ook hier werd er maar 446 euro aangerekend.  Graag had hij hier een toelichting bij. 

Voorzitter Versompel stelt voor om eerst alle vragen te stellen vooraleer men begint te antwoorden.  Raadslid Niels de Kort krijgt het woord.

Raadslid Niels de Kort wil het standpunt van stemming van zijn fractie doorgeven.  Fractie CD&V gaat zich onthouden omdat de afschaffing van de poetsdienst mee in deze jaarrekening zit. 

Schepen Heirman reageert op de vraag van raadslid Eeman.  Hij deelt mee dat die bedragen onder een andere rubriek kunnen zijn buiten gegaan.  Hij vraagt dit na bij de dienst financiën en zal het antwoord bezorgen. 

Raadslid Eeman geeft mee dat zij zich ook onthouden op dit punt. 

Raadslid Pauwels geeft mee dat ook fractie Brasschaat2012 zich zal onthouden.

Beslissing

Feiten en motivering

De dienst financiën legt het ontwerp van de gemeentelijke jaarrekening 2019 voor.

Juridisch kader

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, titel IV hoofdstuk VI (jaarrekening).

Besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Financiële gevolgen

Het resultaat op kasbasis bedraagt 4.103.108 euro, of 3.103.108 euro meer dan voorzien na de laatste budgetwijziging.

De autofinancieringsmarge bedraagt 4.413.151 euro.

BESLUIT:

Met 21 ja-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Dimitri Hoegaerts, Jan Jambon, Luc Van der Schoepen, Karin Willemen-Beyers, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Greet Verbert, Cathy Mallentjer en Tom Versompel), 11 onthoudingen (Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Robrecht Eeman, Ingeborg Hermans, Kasper Vanpoucke en Shana Claessens).

Art.1.- De gemeenteraad stelt de jaarrekening 2019 vast als volgt :
 

Resultaat op kasbasis:

Exploitatiebudget:               5.948.698 euro

Investeringsbudget: -5.390.064 euro

Andere:                -11.648.863 euro

Budgettair resultaat boekjaar:                                                                           -310.100 euro

Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar:  4.413.208 euro

Gecumuleerd budgettair resultaat:  4.103.108 euro

Bestemde gelden:   0 euro

Resultaat op kasbasis: 4.103.108 euro

Autofinancieringsmarge

Exploitatie-ontvangsten:            59.575.778 euro

Exploitatie-uitgaven exclusief netto kosten schulden:                                    - 53.346.481 euro

Financieel draagvlak: 6.229.298 euro

Netto periodieke leningsuitgaven:-1.816.146 euro

Autofinancieringsmarge: 4.413.151 euro

Balans per 31 december 2019

- vlottende activa: 8.529.926 euro

- vaste activa:          160.926.250 euro

Totaal van de activa:          169.456.176 euro

- schulden:           29.579.575 euro

- netto actief:         139.876.601euro

Totaal van de passiva:         169.456.176 euro

De staat van opbrengsten en kosten dienstjaar 2018

Kosten:         -59.842.076 euro

Opbrengsten:          61.274.099euro

Overschot van het boekjaar:            1.432.023 euro

30 Toelage culturele verenigingen voor niet recupereerbare onkosten ingevolge de coronapandemie. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

Verenigingen hebben kosten gemaakt voor activiteiten die geannuleerd werden ingevolge de Coronapandemie. De gemeente wenst hierin tegemoet te komen.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur art. 41, tweede lid, 23° (bevoegdheid gemeenteraad inzake vaststellen

subsidiereglementen en nominatieve subsidies)

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Het gemeentebestuur verleent steun aan verenigingen die niet recupeerbare uitgaven deden voor activiteiten die omwille van Corona geannuleerd moesten worden.

Het gaat om uitgaven die niet voor een andere activiteit gebruikt kunnen worden zoals: drukwerk, huur (huishuur, zaalhuur niet gemeentelijke zaal, materiaalhuur,…).

Art.2.- De in aanmerking komende kosten bedragen minimaal 200,00 euro en maximaal 1.000,00 euro per vereniging en worden gestaafd door onkostennota's of facturen en betaalbewijzen.

Art.3.- De toelage bedraagt 50 % van de bewezen kosten.(minimum toelage 100,00, maximum toelage 500,00 euro).

Art.4.- De aanvragen met bewijsmateriaal dienen uiterlijk 1/11/2020 ingediend te worden op het secretariaat van de cultuurraad (cultuurraad@brasschaat.be / Verhoevenlei 11 te Brasschaat).

Art.5.- Aan de dienst financiën wordt opdracht gegeven hiervoor het nodige krediet te voorzien in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.

31 Definitie dagelijks bestuur. Bepaling Visumgrenzen. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Niels de Kort licht toe dat fractie CD&V dit visum niet gaat goedkeuren. Het voorliggend besluit is volgens hem een provocatie.  Dit is een verdere uitholling van de democratische rol van de gemeenteraad.  Het toont volgens hem aan dat het schepencollege niet constructief wil samenwerken met de gemeenteraadsleden.  Het schepencollege beslist alles liever zelf achter gesloten deuren, in plaats van de beslissingen te komen uitleggen op de gemeenteraad aan de gemeenteraadsleden.  Het is hem ook niet helemaal duidelijk hoe de controle op de delegatie zal worden uitgevoerd.  Hij vraagt zich af hoe de controle op delegatie naar bijvoorbeeld het niveau van beleidsmanagers en afdelingshoofden georganiseerd en teruggekoppeld zal worden naar het schepencollege en de gemeenteraad? 

Raadslid Niels de Kort vindt het opmerkelijk dat ook de minister–president, raadslid Jambon, dit besluit mee goedkeurt.  Voor de raadsleden die er toen niet bij waren gaat hij even terug naar 2013, bij de start van de vorige legislatuur.  In 2013 heeft raadslid Jambon de gemeenteraad gerustgesteld over haar rol in de besluitvorming.  Raadslid Broos had toen heel wat vragen naar aanleiding van het nieuw decreet en de rapportering rond het meerjarenplan.  Raadslid Jambon heeft toen de gemeenteraad gerustgesteld met de beslissing om de visumdrempel niet aan te passen.  Raadslid Niels de Kort vraagt zich af waarom hij dan nu, 7 jaar later, het omgekeerde doet.

Raadslid Niels de Kort betreurt dit besluit enorm.  Op deze manier zullen er veel toegevoegde punten moeten ingediend worden om nog te kunnen bespreken wat politiek/democratisch belangrijk is.

Schepen Heirman licht toe dat het grensbedrag voor investeringen verhoogd wordt van 67 000 euro naar 100 000 euro.  Verder zijn er geen verhogingen, maar wel verlagingen.  Hij begrijpt het probleem van raadslid Niels de Kort niet zo goed. 

Raadslid Niels de Kort geeft mee dat er door de grenzen bij de jeugd aan te passen, heel wat punten niet meer op de agenda zullen komen.  Elk jaar zijn er subsidies voor jeugdzaken,… die besproken worden.    Dit zou nu verdwijnen en hij vraagt zich af waarom?

Waarnemend burgemeester Cools bevestigt wat schepen Heirman meegaf.  De exploitatiekosten zitten nu al bij het college.  De bijzondere zaken met toelagen die worden gedaan, zullen nog altijd passeren via de gemeenteraad.  Dit is altijd geweest en dit zal volgens hem altijd zo blijven.  De investeringsuitgaven zijn verhoogd van 67 000 euro naar 100 000 euro omdat er soms snel moet geschakeld worden in bepaalde dossiers.  Indien er op die momenten goedkeuring moet zijn van de gemeenteraad, loopt men al snel een maand achter.  Alle grote dossiers en grote werken overstijgen de 100 000 euro en zullen dus zeker nog wel besproken worden.  De visumgrens waarbij de financieel directeur zijn toestemming moet geven wordt dan weer verlaagd van 50 000 euro inclusief BTW naar 30 000 euro exclusief BTW.  Dit wil zeggen dat de financieel directeur meer visums zal moeten geven voor bepaalde uitgaven ter controle.  Waarnemend burgemeester Cools geeft ook nog graag mee dat er een vergelijk is geweest met de omliggende besturen en deze liggen in dezelfde lijn als Brasschaat. 

Raadslid Hoegaerts geeft mee dat er niemand een probleem heeft met de verlaging.  Dit was ook niet het punt van collega raadslid Niels de Kort.  Hij vraagt zich af of de aanpassing van 67 000 euro naar 100 000 euro het grote verschil gaat maken bij investeringsdossiers?  Het lijkt hem maar een fractie van het aantal dossiers dat op de gemeenteraad passeert. 

Waarnemend burgemeester Cools vraagt zich af waarom raadslid Hoegaerts het niet zou goedkeuren als hij die mening heeft?  De aanpassing gebeurt op vraag van de financieel directeur.

Beslissing

Feiten en motivering

In de gemeenteraad van 16 december 2013 werd voor het laatst de definitie van dagelijks bestuur goedgekeurd.

Een efficiënte en effectieve werking van het Lokaal bestuur Brasschaat (gemeente en OCMW) vereist ook een efficiënte besluitvorming waarbij beslissingen op relatief korte termijn en op het juiste niveau in de organisatie kunnen worden genomen. De herdefiniëring van het begrip dagelijks bestuur en de verdere delegatie van bevoegdheden in de administratieve organisatie kunnen dit ondersteunen.

Het uitgangspunt hierbij is dat de Gemeenteraad de belangrijke richtinggevende beleidskeuzes maakt en het daarbij behorende budget (meerjarenplan) goedkeurt. Het College brengt deze beslissingen verder ten uitvoer onder de vorm van dagelijks bestuur.

Het is dan ook belangrijk het begrip dagelijks bestuur concreet te beschrijven.

Een volgende stap is de delegatie van bevoegdheden vanuit het College naar de Algemeen Directeur die op zijn beurt verder in de organisatie kan delegeren. Deze beslissingen worden uitgewerkt na goedkeuring van het begrip dagelijks bestuur.

Het verlenen van het Visum is een vorm van interne controle/organisatiebeheersing door de financieel directeur. Ook daar wordt gestreefd naar voldoende controle vanaf een bepaald niveau en bepaalde categorieën van uitgaven.

Het is de bevoegdheid van de gemeenteraad om het begrip dagelijks bestuur en de bepaling van de visumgrenzen vast te stellen.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

Art. 41 8° van het decreet lokaal bestuur en Art 78 voor RVMW: het vaststellen van wat onder het begrip ‘dagelijks bestuur’ moet worden verstaan is een bevoegdheid van de gemeenteraad

Art. 56 Bevoegdheden College Burgemeester en Schepenen en Art 84 voor Vast Bureau

Art. 266 van het decreet lokaal bestuur

De voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom zijn onderworpen aan een voorafgaand visum, voordat enige verbintenis kan worden aangegaan.

De gemeenteraad bepaalt, na advies van de financieel directeur, de nadere voorwaarden waaronder de financieel directeur de controle uitoefent. De gemeenteraad kan binnen de perken die vastgelegd zijn door de Vlaamse Regering, en na advies van de financieel directeur, bepaalde categorieën van verrichtingen uitsluiten van de visumverplichting.

Besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus.

Art. 99. De volgende categorieën van verrichtingen kunnen niet worden uitgesloten van de visumverplichting:

1° de aanstelling van statutaire personeelsleden;

2° de aanstelling van contractuele personeelsleden voor onbepaalde duur;

3° de aanstelling van contractuele personeelsleden voor een periode van één jaar of meer;

4° de verbintenissen waarvan het bedrag hoger is dan vijftigduizend euro;

5° de verbintenissen die een contractuele looptijd hebben van meer dan één jaar en waarvan het jaarlijkse bedrag hoger is dan vijfentwintigduizend euro;

6° de investeringssubsidies waarvan het bedrag hoger is dan tienduizend euro.

Bij opeenvolgende contracten voor de aanstelling van contractuele personeelsleden voor dezelfde functie wordt de totale duur aangenomen voor de toepassing van het eerste lid.

In afwijking van het eerste lid, 3°, kunnen de aanstellingen van één jaar of meer in de volgende gevallen wel uitgesloten worden van de visumverplichting:

1° een tewerkstelling met toepassing van artikel 60, paragraaf 7, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

2° een tewerkstelling ter uitvoering van andere werkgelegenheidsmaatregelen van hogere overheden dan de werkgelegenheidsmaatregelen, vermeld in punt 1°, voor maximaal vier jaar, in het kader van de opdracht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in hoofdstuk IV, afdeling 1, van de voormelde wet, of in het kader van de opdracht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 8, 9 of 13, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.

Wet inzake de overheidsopdrachten van 17 juni 2016

Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren van 18 april 2017

Adviezen

Het managementteam gaf op 2 juni 2020 goedkeuring voor de uitwerking van dit punt op basis van de voorgestelde principes.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen verbonden aan dit besluit.

BESLUIT:

Met 26 ja-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Dimitri Hoegaerts, Jan Jambon, Luc Van der Schoepen, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Karin Willemen-Beyers, Robrecht Eeman, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Ingeborg Hermans, Greet Verbert, Kasper Vanpoucke, Cathy Mallentjer en Tom Versompel), 6 neen-stemmen (Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort en Shana Claessens).

Art.1.- Volgende uitgaven en opdrachten worden beschouwd onder het begrip dagelijks bestuur:

Uitgaven met uitzondering van toelagen

•          alle exploitatie uitgaven

•          investeringsuitgaven tot 100.000 euro exclusief BTW

•          verrekeningen van verbintenissen waarvan de lastvoorwaarden werden vastgesteld door de gemeenteraad voor een totaalbedrag kleiner dan 20% van de geraamde waarde tot een maximaal bedrag van 100.000 euro exclusief BTW met kennisgeving naar de gemeenteraad in eerstkomende zitting

•          gunningen van de dossiers, waarvan de lastvoorwaarden werden vastgesteld door de gemeenteraad, voor een totaalbedrag kleiner dan 20% van de geraamde waarde tot een maximaal bedrag van 100.000 euro exclusief BTW met kennisgeving naar de gemeenteraad in eerstkomende zitting

Uitgaven van toelagen

•          de vaststelling van toelagebedragen (exploitatie en investering) conform de goedgekeurde reglementen

•          de gemeenteraad blijft bevoegd voor

◦          de vaststelling van de toelagereglementen

◦          de bepaling nominatieve toelagebedragen in het meerjarenplan en de voorwaarden voor uitbetaling ervan

De vervreemding van afgeschreven en/of niet meer bruikbare roerende goederen;

Art.2- Het college kan opdrachten gunnen die het beschikbare krediet met maximum 20 %  tot een maximaal bedrag van 100.000 euro overschrijden mits

•          de oorspronkelijke raming past in het voorziene krediet

•          de verhoging van het krediet wordt opgenomen in de eerstvolgende kredietverschuiving of aanpassing van het meerjarenplan

•          kennisgeving naar de gemeenteraad in eerstkomende zitting

Uitgaven met uitzondering van toelagen

•          alle exploitatie uitgaven

•          investeringsuitgaven tot 100.000euro exclusief BTW

•          verrekeningen van verbintenissen waarvan de lastvoorwaarden werden vastgesteld door de gemeenteraad voor een totaalbedrag kleiner dan 20% van de geraamde waarde tot een bedrag van 100.000euro exclusief BTW met kennisgeving naar de gemeenteraad in eerstkomende zitting

•          gunningen van de dossiers, waarvan de lastvoorwaarden werden vastgesteld door de gemeenteraad, voor een totaalbedrag kleiner dan 20% van de geraamde waarde tot een bedrag van 100.000euro exclusief BTW met kennisgeving naar

Uitgaven van toelagen

•          de vaststelling van toelagebedragen (exploitatie en investering) conform de goedgekeurde reglementen

•          de Gemeenteraad blijft bevoegd voor

◦          de vaststelling van de toelagereglementen

◦          de bepaling nominatieve toelagebedragen in het meerjarenplan en de voorwaarden voor uitbetaling ervan

De vervreemding van afgeschreven en/of niet meer bruikbare roerende goederen;

Art.3.- Overeenkomstig artikel 266 van het decreet lokaal bestuur zijn de voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande netto-kasstroom, onderworpen aan een voorafgaand visum voordat enige verbintenis kan worden aangegaan.

De financieel directeur onderzoekt de wettigheid en de regelmatigheid van die voorgenomen verbintenissen in het kader van zijn opdracht vermeld in artikel 177, eerste lid, 1° van het decreet lokaal bestuur.

Tevens onderzoekt hij/zij of er voldoende financiële middelen zijn ingeschreven in het meerjarenplan zodat de uitbetaling budgettair geen probleem zal zijn.

Het visum blijkt uit een gedateerde en (digitaal) gehandtekende verklaring van de financieel directeur. Het wel of niet verkrijgen van een visum wordt ook steeds expliciet vermeld in de rubriek "financiële gevolgen" van de besluiten van de gemeenteraad en College.

Als de financieel directeur weigert zijn visum te verlenen aan een voorgenomen verbintenis, kan het college op eigen verantwoordelijkheid viseren; in voorkomend geval wordt dit op de eerstvolgende gemeenteraad gerapporteerd.

Art.4. De volgende categorieën van verrichtingen zijn onderworpen aan de visumverplichting:

•          de verbintenissen waarvan het bedrag gelijk of hoger is dan 30.000 euro exclusief BTW

•          de verbintenissen die een contractuele looptijd hebben van meer dan één jaar

en waarvan het jaarlijkse bedrag hoger is dan 25.000euro exclusief BTW (wettelijk maximum);

•          de investeringssubsidies.

•          de verrekeningen voor een bedrag groter dan 10%

De volgende categorieën van verrichtingen worden uitgesloten van de visumverplichting:

•          de verbintenissen waarvan het bedrag lager is dan 30.000euro exclusief btw;

•          de verbintenissen die een contractuele looptijd hebben van minder dan één jaar en

waarvan het jaarlijkse bedrag lager is dan 25.000 euro exclusief BTW (wettelijk maximum)

•          contractuele aanstellingen van personeel voor een periode kleiner dan 1 jaar.

Art.5.- Voor de aanstelling van personeelsleden, beslist de gemeenteraad de bepalingen van de BBC wetgeving artikel 99 aan te houden:

De volgende categorieën van verrichtingen kunnen niet worden uitgesloten van de visumverplichting:

1° de aanstelling van statutaire personeelsleden;

2° de aanstelling van contractuele personeelsleden voor onbepaalde duur;

3° de aanstelling van contractuele personeelsleden voor een periode van één jaar of meer;

4° de verbintenissen waarvan het bedrag hoger is dan vijftigduizend euro;

Bij opeenvolgende contracten voor de aanstelling van contractuele personeelsleden voor dezelfde

functie wordt de totale duur aangenomen voor de toepassing van het eerste lid.

In afwijking van het eerste lid, 3°, kunnen de aanstellingen van één jaar of meer in de volgende gevallen wel uitgesloten worden van de visumverplichting:

1° een tewerkstelling met toepassing van artikel 60, paragraaf 7, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

2° een tewerkstelling ter uitvoering van andere werkgelegenheidsmaatregelen van hogere overheden dan de werkgelegenheidsmaatregelen, vermeld in punt 1°, voor maximaal vier jaar, in het kader van de opdracht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in hoofdstuk IV, afdeling 1, van de voormelde wet, of in het kader van de opdracht van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 8, 9 of 13, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.

32 Retributie 2020-2025 gebruik sportaccommodaties. Wijziging. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Buysse geeft mee dat de bedragen haar redelijk lijken.  De sportraad heeft dit ook bekeken dus dit is zeker ok.  Ze merkt op dat het advies niet toegevoegd was en vraagt of dit nog kan toegevoegd worden. 

Schepen Van Gerven bevestigt dat het advies positief was.  Ze zal ervoor zorgen dat het advies nog wordt bezorgd aan raadslid Buysse. 

Beslissing

Feiten en motivering

Turnhal Driehoek werd recentelijk uitgebreid met drie kleedkamers en bijhorende douches. Deze kleedkamers en douches zijn afzonderlijk bruikbaar. Voor het gebruik van deze kleedkamers en douches is het aangewezen om gebruikstarieven vast te stellen.

De sportraad heeft hiervoor op 18 mei 2020 advies gegeven en stelt voor om per dagdeel (dagdeel = voormiddag, namiddag of avond = 4 uur) een retributie vast te stellen van 40 euro. Het gebruik per uur bedraagt 12 euro.

Het is financieel aangewezen het gemeenteraadsbesluit van 25 november 2019 voor de jaren 2020-2025 te wijzigen.

Juridisch kader

Het decreet van 30 november 2007 betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau.

Ministeriële omzendbrief van 25 juli 1991, referte JURA/11/AOW, betreffende gezondheidstoezicht en sociale voordelen vanaf schooljaar 1991-1992, met latere wijzigingen.

Het besluit van de gemeenteraad van 25 november 2019 houdende goedkeuring van de retributies 2020-2025 op het gebruik van de sportaccommodaties.

Het decreet van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het Lokaal Bestuur.

Adviezen

Het advies van de sportraad van 18 mei 2020.

Financiële gevolgen

De meeropbrengst van deze nieuwe tarieven wordt voor het jaar 2020 geraamd op 360 euro.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Met ingang van 1 augustus 2020 en eindigend op 31 december 2025 wordt de retributie voor het gebruik van de gemeentelijke sporthallen, de turnzalen en het Louis De Winterstadion als volgt vastgesteld:

§1.-Gemeentelijke sporthal Mariaburg

20 euro/uur voor het gebruik van de volledige zaal; indien slechts een gedeelte van de zaal wordt gebruikt is niettemin het tarief voor de volledige zaal verschuldigd.

§2.-Gemeentelijke turnhal Driehoek

a.  10 euro/uur voor het gebruik van 1/3 van de zaal (voor beoefenen van boccia);

b.  20 euro/uur voor het gebruik van de volledige zaal (voor Brasschaatse turnverenigingen);

c.  40 euro/dagdeel (dagdeel = voormiddag, namiddag of avond = 4 uur) of 12 euro/ uur voor het afzonderlijk gebruik van de kleedkamers met douches.

§3.-Gemeentelijke turnzaal G.I.B.

10 euro/uur voor het gebruik van de volledige zaal.

§4.-Gemeentelijke turnzaal Maria-ter-Heide

10 euro/uur voor het gebruik van de volledige zaal.

§5.-Gemeentelijke turnzaal Kaart

10 euro/uur voor het gebruik van de volledige zaal.

§6.-Louis De Winterstadion

§6.1-Gebruik atletiekpiste (inclusief atletiekonderdelen, kleedkamers en water)

atletiektraining: 25 euro/uur

atletiektraining met verlichting: 30 euro/uur

atletiekmeeting per dagdeel, inclusief tribune: 130,00 euro/dagdeel

(dagdeel = voormiddag, namiddag of avond = 4 uur)

§6.2-Gebruik voetbalveld (inclusief tribune, kleedkamers en water)

voetbaltraining: 25 euro/uur

voetbaltraining met verlichting: 30 euro/uur

voetbalwedstrijd: 130 euro per dagdeel (dagdeel = voormiddag, namiddag of avond = 4 uur)

§6.3-Sportevenementen en sportdagen (volledig stadion inclusief alle sportieve aanhorigheden en tribune)

•          voor sportverenigingen,  niet-commerciële verenigingen of schoolsportdagen voor niet Brasschaatse scholen: 130 euro per dagdeel (dagdeel = voormiddag, namiddag of avond)

•          opstellen of afbouwen tijdens de dag(en) vóór of na het sportevenement of sportdag: 20 euro/uur

§6.4-Het gebruik van het Louis De Winterstadion door atletiekclub AC Break is geregeld middels een aparte gebruiksovereenkomst met het gemeentebestuur (gemeenteraadsbesluit van 28 juni 2012 en latere wijzigingen)

§6.5-De cafetaria in het Louis De Winterstadion wordt beheerd door atletiekclub AC Break middels een aparte concessieovereenkomst met het gemeentebestuur (gemeenteraadsbesluit van 27 september 2012 en latere wijzigingen).

Art.2.- Voor de Brasschaatse onderwijsinstellingen, voor zover het gaat om leerlingen die tijdens de lesuren in het kader van de gewone onderwijsactiviteiten en onder toezicht gebruik maken van de gemeentelijke sporthallen, turnzalen en het Louis De Winterstadion, wordt geen retributie geheven.

Art.3.- Vermindering van retributie

1) Voor de gemeentelijke sporthallen, turnzalen en het Louis De Winterstadion vermeld onder artikel 1 wordt een vermindering van 50% op de retributie toegestaan voor:

•          Brasschaatse sportverenigingen met clubzetel te Brasschaat én aangesloten bij de Brasschaatse sportraad.

•          Sportverenigingen voor personen met een handicap.

•          Verenigingen die in het raam van de verbroedering van buitenlandse steden en gemeenten met de gemeente Brasschaat wedstrijden in de sportzalen of tornooien en evenementen in het Louis De Winterstadion organiseren.

•          Schoolsportverenigingen voor het organiseren van buitenschoolse sport voor de onderwijsinstellingen.

•          De Sportregio Antwerpse Kempen voor het organiseren van regionale sportactiviteiten voor de bevolking.

2) Sportverenigingen van de brandweerzone Rand - post Brasschaat en de politiezone Brasschaat hebben per week recht op een vrijstelling van 1,50 uren.

Deze verminderingen zijn niet cumulatief.

Art.4.- Voor bedrijven en commerciële sportaanbieders worden alle gebruikstarieven van het Louis De Winterstadion met 50 % vermeerderd.

Art.5.- Waarborg badge/sleutels

Voor sleutels die worden uitgeleend om toegang te verlenen tot de gemeentelijke sportaccommodatie, moet een waarborg van 50,00 euro overhandigd worden aan de sportdienst.

Indien de sportaccommodatie uitgerust is met een badgesysteem dienen de gebruikers 10 euro waarborg per badge in bewaring te geven.

De teruggave van de waarborg gebeurt na beëindiging van het gebruik.

Art.6.- De retributie voor het gebruik van de kleedkamers en/of douches in de gemeentelijke sporthallen en turnzalen en zonder dat daarbij andere lokalen of ruimten in hetzelfde gebouw gebruikt worden, wordt vastgesteld op 1,25 euro per persoon.

Art.7.- Betalen van de retributie

De retributie is verschuldigd door de gebruiker.

De gebruiker is verantwoordelijk voor de betaling van de retributies en van de onkosten in geval van schade aan de accommodatie en/of het materiaal en/of het niet proper achterlaten van de ter beschikking gestelde sportaccommodatie.

Art.8.-

De betaling moet gebeuren vóór het gebruik van de gereserveerde sportaccommodatie.

Op verzoek van de vereniging kan het verschuldigde bedrag verdeeld worden over twee facturen en dient de eerste helft betaald te worden voor het eerste gebruik en de tweede helft van het verschuldigde bedrag voor 15 december.

Indien de verenigingen, groepen of privé-personen om één of andere reden geen gebruik maken van de ter beschikking gestelde sportzaal of sportveld blijft de vergoeding nochtans verschuldigd.

Een uitzondering hierop wordt toegestaan voor de accommodatie in het openluchtstadion Louis de Winter. Omwille van uitzonderlijke weersomstandigheden kan het gebruik geannuleerd worden door een mail te sturen naar sport@brasschaat.be voor de aanvang van het gebruiksuur, met vermelding van de reden. Mits bevestiging van de sportdienst zal de aangerekende kost op het einde van de maand gecrediteerd worden.

Indien de gebruiker buiten zijn wil geen gebruik kan maken van één van de turnzalen en moet uitwijken naar één van de sporthallen blijft slechts de retributie van de gereserveerde turnzaal verschuldigd.

Art.9.-

Artikel 177 van het decreet Lokaal Bestuur voorziet in de mogelijkheid om een dwangbevel uit te vaardigen met het oog op de invordering van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen. Bij betwisting kan het gemeentebestuur zich tot de burgerlijke rechtbank wenden om de retributie in te vorderen.

Art.10.-

Het gemeenteraadsbesluit van 25 november 2019 houdende vaststelling van de gebruikstarieven 2020-2025 van de sportaccommodaties wordt opgeheven vanaf de inwerkingtreding van onderhavig besluit.

33 Voetbalclub Excelsior Mariaburg Goedkeuring investeringstoelage en goedkeuring aanvraag borgstelling. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Vanpoucke wil verwijzen naar de hoorzitting die er geweest is met hen in de commissie.  Hij wil hen bedankten voor de informatie en de achtergrond die men toen heeft gegeven.  Dit heeft hem echt vertrouwen gegeven.  In tegenstelling tot andere clubs, was dit echt een goed voorbeeld hoe het best zou kunnen in de toekomst.  Hun democratische inspanningen of de sport zo toegankelijk mogelijk te houden, heeft hem ook gecharmeerd.  Zijn fractie keurt dit met veel plezier goed en hopelijk is dit een voorbeeld voor andere clubs. 

Beslissing

Feiten en motivering

Voetbalclub KFC Excelsior Kaart VZW en Voetbalclub Koninklijke Mariaburg V.K zijn gefusioneerd tot de nieuwe fusieclub voetbalclub Excelsior Kaart VZW.

Deze fusieclub wil een project realiseren voor een bedrag van 860.000 euro.

Dit betreft:

•          op de site Rustoord: kleedkamers 248.000 euro, een extra kunstgrasveld (huidige daterend van 2006)  574.000euro, aanpassing verlichting 23.000 euro

•          op de site Zwemdok; kleedkamers 20.000 euro

Belangrijkste financiering: investeringstoelage door gemeentebestuur Brasschaat van 286.000 euro (goedgekeurd in Meerjarenplan 2020-2025) en een lening voor een bedrag van 573.000 euro met jaarlijkse rentelast van 44.000 euro.

Voetbalclub Excelsior Mariaburg VZW vraagt een borgstelling voor een lening aan en bezorgde de volgende informatie:

•          kasverslagen van KFC Excelsior Kaart seizoen 2017/2018 en 2018/2019,

•          kasverslagen Koninklijke Mariaburg VZW seizoen 2017/2018 en 2018/2019

•          meerjarenplanning op kasbasis, versie 20 mei 2020 met Covid19 impact

•          simulatietabel krediet 573.000 euro op 15 jaar - Belfius

•          leningcontract met aflossingtabel (nog op komst).

•          offertes voor de investeringen.

De documenten werden geanalyseerd en tussen de dienst financiën en Excelsior Mariaburg VZW verder besproken. Een aantal bedragen werden bijgestuurd zodat een reserve wordt ingebouwd.

De meerjarenkasplanning gaat uit van onder andere onderstaande ontvangstenposten:

•          jaarlijkse stijging leden 40 leden gedurende 5jaar: omzet van 92.000 naar 125.000 euro; het doel voor 2019 van 85.000euro werd behaald en overschreden: 92.000 euro.

Dit bedrag werd na overleg bijgestuurd tot 115.000 euro in 2024 en 125.000 euro tegen 2028.

•          crowdfunding: jaarlijks 50€/lid voor 22.000 euro vanaf 2021. Dit wordt een verplichte afname door de leden die de steunkaarten kunnen doorverkopen;

•          sponsoring 40.000 euro : momenteel voor 38.000 euro contracten / 14.000 euro in onderhandeling (covid19 aanpassing van 55.000 naar 40.000euro)

De meerjarige cash planning (opgegeven tot 2029) is positief. Meer in detail stijgen de kasmiddelen van 2020 tot 2025 van 27.000 euro tot 120.000 euro; een stijging dewelke voornamelijk uit de stijging van het aantal leden voortkomt en waarbij gerekend wordt op een BTW recuperatiemodel met een positieve impact 10.000euro/jaar.

De gemeentelijke toelage wordt berekend op 33% van de netto gefactureerde bedragen verhoogd met de niet-recupeerbare BTW tot een maximum van 286.000euro.

Lopende grootte van ontvangst en borgrisico's voor de gemeente:

Bij borgstelling is er een uitbreiding van het risico met 43.000euro/jaar. De laatste onderhandelingen tussen de club en de financiële instellingen lopen nog en hebben een positieve impact omwille van een lagere intrestvoet. 

Als voorwaarde tot het bekomen van de investeringstoelage wordt gesteld dat voor alle voorgestelde vergunningsplichtige werken een uitvoerbare omgevingsvergunning bekomen dient te worden. Op 24 april 2020 verleende het college van burgemeester en schepenen de omgevingsvergunning voor het slopen en nieuwbouwen van kleedkamers en overkapping en het regulariseren van de berging en kassagebouw ter hoogte van Rustoordlei 92A, met referentie 2019OMV0701.

Adviezen

De financieel directeur wijst op het volgende:

•          er wordt uitgegaan van een grote jaarlijkse stijging van het aantal leden en bijhorende stijging van de ontvangsten uit lidgelden;

•          er wordt een tamelijk hoog bedrag voor sponsoring van 40.000 euro per jaar ingeschreven, momenteel voor 38.000 euro gecontracteerd. Er is wel een goede spreiding over sponsors naar aantal en bedrag per sponsor: dit verkleint het risico wanneer er een sponsor wegvalt.Er zijn ook meerjarige sponsor contracten.

•          22.000 euro crowdfunding (jaarlijks vanaf 2021) : deze financiering is nog niet opgestart en een volledige, jaarlijks wederkerende ontvangst van dit bedrag houdt risico in.

•          Er wordt gerekend op een gunstig verhoudingsgetal inzake BTW recuperatie met een jaarlijkse positieve impact van 10.000 euro jaarlijks, dit BTW model is nog niet bevestigd.

•          Het openhouden en exploiteren van 2 sites heeft voordelen, maar heeft ook een aantal dubbele kosten.

•          Algemeen is de combinatie van relatief lage startkasmiddelen met verwachte stijgingen van ontvangsten om tot een positief resultaat te komen tegenover de financiële lasten,  een risico.

•          Adviseert om gedurende de looptijd van de borgstelling, de jaarrekeningen VZW Excelsior Mariaburg op te vragen om het risico op te volgen.

De raad van bestuur van de Sportraad geeft met het advies met nummer A19 020 op datum van 14 oktober 2019,  positief advies inzake de vraag van Voetbal Excelsior Mariaburg voor

een buitengewone toelage van 286.727,00 euro voor volgende werkzaamheden:

- Campus Rustoord: aanleg van een kunstgrasveld op A-veld, led-verlichting op B-veld en nieuwe

kleedkamers;

- Campus Zwemdok: renovatie kleedkamers.

Financiële gevolgen

De borgstelling op zich heeft geen financiële gevolgen maar kan wel een financieel risico inhouden.

De financiële gevolgen voor de investeringstoelage zijn:

Uitgave max 286.000euro

Budgetsleutel0740 Sportsector- en verenigingsondersteuning /                                                         6640 0000 Investeringssubsidies

Actie 05.03.08.05 Infrastructuurtoelagen sportclubs:  Ondersteunen van de

kwalitatieve uitbouw van de sportverenigingen via een doelgericht subsidiebeleid en onze taak als sportclubondersteuner verbreden.

onder beleidsdoelstelling 05.03 Verhoging sportparticipatie

Budget/jaar2020

Krediet beschikbaarJa

Visum2020_03

BESLUIT eenparig:

Art.1.- geeft goedkeuring aan de investeringstoelage aan de investeringstoelage voor een bedrag van maximum 286.000euro zoals goedgekeurd in het meerjarenplan 2020-2025.

De toelage wordt uitbetaald op basis van het bewijs van de uitgevoerde werken en betaalde facturen.

Het bedrag wordt beperkt tot maximum 33% van de projectuitgaven, momenteel geraamd op 860.000euro en berekend op de bedragen exclusief BTW verhoogd met de niet-aftrekbare BTW volgens het aangetoonde BTW verhoudingsgetal.

Art.2.-  geeft, rekening houdende met de gekende risico's, goedkeuring aan een borgstelling (opgenomen in artikel 3.) voor de lening van Excelsior Mariaburg VZW (573.000 euro met een looptijd van 15 jaar). Gedurende de looptijd van de borgstelling, bezorgt Excelsior Mariaburg VZW jaarlijks de jaarrekeningen met specifieke rapportering over de evolutie van de sponsoring, de ontvangen lidgelden en de crowdfunding. De vertegenwoordigers van de club ondertekenen daartoe dit gemeenteraadsbesluit " voor akkoord voor het jaarlijks bezorgen van de gevraagde informatie in artikel 2 van dit besluit".

Art.3.- geeft goedkeuring aan volgende borgstelling :

""

EXCELSIOR MARIABURG VZW, RPR Antwerpen afdeling Antwerpen, BTW BE 0408.093.054, met maatschappelijke zetel Zwemdoklei 1 A te 2930 Brasschaat,

hierna genoemd "de kredietnemer",

heeft besloten bij Belfius Bank NV, met maatschappelijke zetel Karel Rogierplein 11 -1210 Brussel, RPM Brussel, BTW BE 0403.201.185, FSMA (Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten) nr 019649 A,

hierna genoemd "Belfius Bank",

een verhoging van de kredietopening aan te gaan ten belope van 573.000,00  EUR (vijfhonderddrieënzeventigduizend  euro) naar 720.169,19 EUR (zevenhonderdtwintigduizend honderdnegenenzestig euro negentien cent).

Deze kredietopening zal worden omgezet in een krediet bestemd voor infrastructuur- en renovatiewerken (o.a.  ombouw van natuurgrasveld naar kunstgrasveld Zwemdok, elektrische en sanitaire installaties  en vloerbedekking Rustoord, verlichting,  sanitair kleedkamers  enz. ) op de  campussen ; “ Zwemdok” gelegen Zwemdoklei 1 te  2930 Brasschaat  en  “Rustoord” gelegen  Rustoordlei 92B, 2930 Brasschaat  volgens de in de kredietbrief van 11 juni 2020  bepaalde modaliteiten.

Dit krediet met nr.  071-064013-14  van 573.000,00  EUR (vijfhonderddrieënzeventigduizend  euro) dient gewaarborgd te worden door de gemeente Brasschaat 

De gemeenteraad:

-Verklaart zich onvoorwaardelijk en onherroepelijk hoofdelijk borg te stellen ten belope van 573.000,00 EUR  voor de terugbetaling van alle bedragen die door de kredietnemer verschuldigd zouden zijn ten gevolge van het krediet wat betreft zowel het kapitaal als de intresten ( verwijlinteresten inbegrepen ), de reserveringscommissie, de onkosten en de bijhorigheden.

-Machtigt Belfius Bank op het debet van haar rekening, met waarde van hun vervaldag, om het even welke bedragen te boeken, verschuldigd door de kredietnemer in het kader van dit krediet en die nog mochten onbetaald blijven na een tijdsverloop van 30 dagen, berekend vanaf de vervaldag. Het waarborggevend bestuur zal hiervan op de hoogte gehouden worden door middel van een afschrift van de correspondentie aan de kredietnemer.

De gemeente

- verbindt zich, tot de eindvervaldatum van  dit krediet en haar eigen leningen bij Belfius Bank alle nodige maatregelen te nemen om de storting te verzekeren op haar rekening geopend bij deze maatschappij, van al de sommen die er op dit ogenblik gecentraliseerd worden, hetzij uit hoofde van de wet (o.a. haar aandeel in het gemeentefonds en in elk ander fonds dat dit zou vervangen of aanvullen, de opbrengst van de gemeentelijke opcentiemen op de rijks-, geswest- en provinciebelastingen, alsmede de opbrengst van gemeentebelastingen geïnd door de Staat of het gewest), hetzij uit hoofde van een overeenkomst, en dit niettegenstaande elke eventuele wijziging in de manier van de inning van deze inkomsten.

- machtigt Belfius Bank ertoe deze inkomsten aan te wenden tot dekking van de bedragen die door de kredietnemer, uit welke hoofde ook, mochten verschuldigd zijn en die aan de gemeente aangerekend worden.

Deze door de gemeenteraad gegeven machtiging geldt als onherroepelijke delegatie in het voordeel van Belfius Bank. 

De gemeente kan zich niet beroepen noch op de bepalingen van eventuele overeenkomsten tussen zichzelf en de kredietnemer, noch op om het even welke beschikking om haar verplichtingen uit hoofde van deze borgstelling niet uit te voeren. De gemeente ziet af van het voorrecht van uitwinning en van elke indeplaatsstelling in de rechten van Belfius Bank en van elk verhaal tegen de kredietnemer, tegen elke medeschuldenaar of medeborg, zolang Belfius Bank niet volledig is terugbetaald in kapitaal, interesten, kosten en bijhorigheden. De gemeente staat aan Belfius Bank het recht toe om aan de kredietnemer alle uitstel, voordelen en schikkingen toe te kennen die Belfius Bank geschikt acht. De gemeente verklaart uitdrukkelijk dat de borgtocht gehandhaafd blijft, tot beloop van de hierboven vermelde bedragen, welke wijzigingen Belfius Bank en/of de kredietnemer ook mogen aanbrengen aan de bedragen en/of modaliteiten van het aan de kredietnemer toegekende krediet. Belfius Bank wordt uitdrukkelijk ontslagen van de verplichting de gemeente kennis te geven van de wijzigingen waarvan hierboven sprake. Er wordt ten overvloede bepaald dat de gemeente eveneens verzaakt aan het voordeel van artikel 2037 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek, volgens hetwelk de borg ontslagen is wanneer door toedoen van de schuldeiser, de indeplaatsstelling ten gunste van de borg niet meer tot stand kan komen.

Aangezien de kredietnemer zich verbonden heeft, o.m. in geval van liquidatie, onmiddellijk het totaal bedrag van zijn schuld, zowel wat kapitaal als intresten, reserveringscommissie, onkosten en bijhorigheden betreft, aan Belfius Bank terug te betalen, bevestigt de gemeenteraad de hierboven aangegane verbintenissen, in verband met de betaling van de bedragen, die door Belfius Bank uit dien hoofde zullen gevorderd worden.

Mochten voormelde ontvangsten ontoereikend zijn voor de betaling van de verschuldigde bedragen die aan de gemeente zullen aangerekend worden dan gaat ze de verbintenis aan, bij Belfius Bank het bedrag te storten nodig om de vervallen schuld volledig af te betalen.

Bij gehele of gedeeltelijke laattijdige betaling van de verschuldigde bedragen, zijn de interesten voor laattijdige betaling en de vergoeding voor invorderingskosten van rechtswege en zonder ingebrekestelling verschuldigd, berekend volgens de wettelijke rentevoet die van toepassing is bij betalingsachterstand bij handelstransacties.

De borg verklaart kennis te hebben genomen bovenvermelde kredietbrief en bijhorend Kredietreglement van juni 2012  en er de bepalingen van te aanvaarden.

Dit besluit is onderworpen aan de toezichthoudende overheid zoals voorzien in de toepasselijke decreten en besluiten.

34 AGB. Verlenging Aanstelling Revisor met 3 jaar. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

De voorzitter geeft het woord aan de algemeen directeur voor dit punt. 

De algemeen directeur licht toe dat er voor het AGB een bedrijfsrevisor werd aangesteld, dit is de heer Boudewijn Van Ussel.  De wettelijke termijn voor een verlenging van een bedrijfsrevisor is 3 jaar.  Hij vraagt aan de gemeenteraad om het besluit dat voor ligt goed te keuren voor 3 jaar in plaats van 1 jaar.  Er zal verder werk gemaakt worden van de prijsvraag om in de toekomst alles als 1 opdracht te kunnen behandelen (voor het AGB en de EVA’s). 

Beslissing

Feiten en motivering

De controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de

verrichtingen weergegeven in de jaarrekening van het autonoom gemeentebedrijf, wordt uitgeoefend

door een erkend bedrijfsrevisor die benoemd wordt door de gemeenteraad.

De aanstelling van de huidige revisor wordt met drie jaar verlengd.

Juridisch kader

Decreet Lokaal bestuur.

Gemeenteraadsbesluit van 29 januari 2019: Statuten Autonoom Gemeentebedrijf, VI. Controle, 1 Aanstelling, Artikel 34:

De controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de

verrichtingen weer te geven in de jaarrekening van het autonoom gemeentebedrijf wordt uitgeoefend

door een erkend bedrijfsrevisor die benoemd wordt door de gemeenteraad. De revisor is onderworpen

aan de wettelijke en reglementaire bepalingen die hun ambt en hun bevoegdheid regelen. Hij wordt

buiten de Raad van Bestuur gekozen.

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn voorzien binnen budget AGB.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De aanstelling van de huidige revisor, Moore audit BV vertegenwoordigd door Boudewijn Van Ussel en Vincent Van Praet, wordt met drie jaar verlengd.

35 AGB rekening 2019. Advies. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

De gemeenteraad bevestigt de aanstelling van Van Ussel als bedrijfsrevisor.

De Raad van Bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Brasschaat, stelde op 17 juni 2020 de jaarrekening 2019 vast met volgende resultaten:

•          Resultaat op kasbasis:428.668 euro

•          Autofinancieringsmarge:     36.578 euro

•          Balanswaarde per 31 december 2019:      10.616.973 euro

•          De staat van opbrengsten en kosten dienstjaar 2019: overschot van het boekjaar: 10.345 euro

De gemeenteraad dient advies te geven op de jaarrekening 2019.

Juridisch kader

Artikel 61.

§1. De controle op de financiële toestand en op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de

verrichtingen, weer te geven in de jaarrekening, vanuit het oogpunt van het gemeentedecreet, deze

statuten of de beheersovereenkomst, wordt uitgeoefend door de commissaris.

§2. De Raad van Bestuur stelt de jaarrekening vast en legt jaarlijks en uiterlijk op 30 juni de

jaarrekening van het voorbije boekjaar ter advies voor aan de gemeenteraad. Als de gemeenteraad

geen advies heeft verstuurd aan de toezichthoudende overheid binnen een termijn van vijftig dagen,

die ingaat op de dag na de ontvangst van de jaarrekening door het gemeentebestuur, wordt de

gemeenteraad geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht. Als de toezichthoudende overheid

geen besluit heeft verzonden over de goedkeuring van de jaarrekening binnen een termijn van

honderdvijftig dagen, wordt ze geacht de jaarrekening goed te keuren. Die termijn gaat in op de dag

nadat de gemeente de toezichthoudende overheid op de hoogte gebracht heeft van de bekendmaking

van de jaarrekening van het autonoom gemeentebedrijf, met toepassing van artikel 286, § 1, en het

autonoom gemeentebedrijf de digitale rapportering erover aan de Vlaamse Regering heeft bezorgd.

De gemeenteraad beslist na deze termijn over de aan de bestuurders te verlenen kwijting.

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen. Het AGB heeft een positief resultaat dat niet uitgekeerd wordt.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Er wordt gunstig advies gegeven op de jaarrekening 2019 van het Autonoom Gemeentebedrijf Brasschaat. Dit advies wordt verstuurd naar het Autonoom Gemeentebedrijf Brasschaat en de toezichthoudende overheid.

36 Investeringstoelagen jeugdinfrasctructuur 2020-2024. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Niels de Kort geeft mee dat zijn fractie zich zal onthouden voor dit punt.  Hij is zeker akkoord met de doelstellingen van dit reglement aangezien dit een verder zetting is van de vorige legislatuur maar ze zijn niet akkoord met alle bijkomende administratieve lasten die worden opgelegd aan de jeugdverenigingen.  Hij vraagt zich af vanwaar dit precies komt?  Volgens hem is er toch geen enkele jeugdvereniging in Brasschaat die ooit misbruik heeft gemaakt van dit reglement.  Tot op heden moesten de jeugdverenigingen gewoon facturen binnen brengen voor de werken die ze hadden uitgevoerd.  In dit reglement is er een bijkomende planlast.  Hij geeft een voorbeeld : elke jeugdvereniging zal in de toekomst een schriftelijk akkoord moeten hebben van de eigenaar voor een verbouwingswerk (artikel 8).  Een Chiro die zijn ramen wil vervangen moet dan een akkoord hebben van de dekenale vzw die het gebouw beheert.  Of als de scouts van Sint Michiel een nieuwe vloer wil leggen gaan ze goedkeuring van Averbode nodig hebben alvorens ze subsidies krijgen.  Hij vraagt zich af waar men mee bezig is, dit helpt de jeugdverenigingen niet vooruit. 

Raadslid Niels de Kort vraagt om al die overbodige administratieve planlast te schrappen.  Hij kan zich ook niet voorstellen dat dit een voorstel is van de schepen van jeugd, zo kent hij haar niet, maar ondertussen ligt het hier wel ter goedkeuring vanavond. Jeugdverenigingen hebben vaak vrijwilligers die na hun uren nog een dossier indienen om de vereniging te helpen, zij moeten niet overladen worden met al deze administratieve last vindt hij. 

Schepen Van Gerven licht toe dat de vraag toch wel van haar is gekomen.  Zij wil dit recht trekken naar analogie met de subsidies die voor sport worden gegeven.  De eigenaar wordt erbij betrokken om er zeker van te zijn dat de investering kan afgeschreven worden.  Indien de eigenaar van plan is om de huur stop te zetten, gaat de gemeente geen investeringen meer doen.  Ramen worden bijvoorbeeld afgeschreven op 20 jaar, indien de eigenaar na 5 jaar de huur zou opzeggen, moet hij nog 15/20 terugbetalen aan de gemeente.  Voor grote investeringen vindt ze het dus echt wel belangrijk dat er een akkoord is van de eigenaar. 

Schepen Van Gerven is op een dossier gestoten dat haar niet zo fraai leek en daarom wil ze nu graag foto’s voor en na opvragen.  Het is volgens haar ook goed dat jeugdverenigingen leren plannen in hun investeringen.  Indien alles voor hen wordt gedaan merkt ze dat de jeugdverenigingen niet altijd een goed plan van aanpak hebben.  Schepen Van Gerven ziet het als een hulp en niet als een zware planlast.  De jeugdverenigingen moeten gewoon foto’s bezorgen voor kleinere investeringen.  Voor de grote investeringen zullen ze eerst een toelating moeten vragen en na goedkeuring kunnen dan de werken uitgevoerd worden.  Deze procedures worden bij sport ook gebruikt. 

Schepen Van Gerven bevestigt dat het niet is om het de jeugdverenigingen moeilijk te maken, maar ze wil hen helpen om verder in het leven te staan. 

Raadslid Niels de Kort bedankt schepen Van Gerven voor de duidelijke toelichting.  Voor grote dossiers heeft hij hier absoluut geen problemen mee.  Hij verwijst naar een dossier bij Don Bosco.  Dit reglement is op alles van toepassing, dus ook op kleine investeringen.  Er zijn jeugdverenigingen die wel voldoende vrijwilligers hebben maar soms is het de hoofdleider die deze taken er extra moet bijnemen.  Raadslid Niels de Kort vraagt om bij een eventuele herziening de kleine werken te herbekijken met betrekking tot de formaliteiten. 

Schepen Van Gerven geeft mee dat er sowieso nog zal gewerkt worden aan dit reglement aangezien de dienst ruimtelijke ordening ook nog een bepaalde insteek heeft gegeven.  Zij zal het idee van raadslid Niels de Kort meenemen.

Beslissing

Feiten en motivering

De gemeente verleent toelagen voor de bouw en verbouwing van jeugdwerkinfrastructuur.

Het is aangewezen deze ondersteuning verder te zetten in de nieuwe legislatuur.

In afwachting van aanpassing van de modaliteiten in functie van een uitgebreide rondgang en prioriteitenstelling in het kader van het meerjarenplan 2020-2025, werden voor dienstjaar 2019 de modaliteiten van voorheen toegepast zodat de reeds uitgevoerde/geplande werken betoelaagd konden worden.

Vanaf 2020 blijven veiligheid en duurzaamheid de belangrijkste prioriteiten.

Na afstemming met andere toelagereglementen werd in geval van vroegtijdige stopzetting van het gebruik door de vereniging een terugbetalingsclausule in verhouding met de afschrijvingsduur van de investering toegevoegd.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur art. 41, tweede lid, 23° (bevoegdheid gemeenteraad inzake vaststellen subsidiereglementen en nominatieve subsidies)

Gemeenteraadsbesluit van 26 januari 1984 inzake de toepassing van de wet van 14 november inzake de controle op toekenning en aanwending van gemeentelijke toelagen

Gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 inzake de toelage voor bouw of verbouwing van Jeugdwerkinfrastructuur

Adviezen

De werkgroep van de jeugdraad adviseert om de modaliteiten grotendeels te behouden, bijkomend een mogelijkheid te voorzien om het maximumbedrag in bepaalde gevallen te overschrijden en in geval van krediettekort werken voor veiligheid prioritair te betoelagen

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

BESLUIT:

Met 26 ja-stemmen (Philip Cools, Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Bruno Heirman, Dimitri Hoegaerts, Jan Jambon, Luc Van der Schoepen, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Karin Willemen-Beyers, Robrecht Eeman, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Ingeborg Hermans, Greet Verbert, Kasper Vanpoucke, Cathy Mallentjer en Tom Versompel), 6 onthoudingen (Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort en Shana Claessens).

Art.1- De gemeente verleent voor de dienstjaren 2020-2024, onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad van kredieten in de jaarlijkse aanpassing van het meerjarenplan, investeringstoelagen voor de bouw of verbouwing van infrastructuur van Brasschaatse verenigingen voor jeugdwerk.

Art.2.- Onder Brasschaatse vereniging voor jeugdwerk wordt verstaan, elke vereniging voor jeugdwerk die minstens één jaar onafgebroken werkzaam is in de gemeente Brasschaat (lokalen of speelterrein in Brasschaat) en die aangesloten is bij een federatie, erkend door de Afdeling Jeugd van de Vlaamse Gemeenschap.

Worden voor de toepassing van dit reglement niet beschouwd als vereniging voor jeugdwerk: politieke jongerenorganisaties en sportverenigingen.

Art.3.- Om in aanmerking te komen voor deze toelage voor bouw of verbouwing moet voldaan worden aan volgende voorwaarden:

-de vereniging moet werken uitvoeren of laten uitvoeren tot het oprichten, verbeteren of saneren van een lokaal of terrein, gelegen in Brasschaat. Werken ter bevordering van veiligheid en duurzaamheid krijgen prioriteit

-ze moet hiervoor de kosten zelf dragen

-onder een lokaal wordt verstaan, een gebouw of een gedeelte ervan dat door de vereniging in gebruik wordt genomen in functie van zijn werking, hetzij op basis van eigendomsrecht, hetzij op basis van gebruiksrecht

-de vereniging moet de premie aanvragen bij het gemeentebestuur en controle op de verstrekte gegevens en werken aanvaarden

-de vereiste wettelijke toelatingen of vergunningen voor het uitvoeren van de infrastructuurwerken moeten kunnen worden voorgelegd. Het gemeentebestuur kan bijkomende voorwaarden stellen en/of de werken laten inspecteren in functie van de brandveiligheid en de hygiëne en hiervan de toekenning van de premie geheel of gedeeltelijk afhankelijk stellen

-voor het lokaal moet een brandverzekering door de vereniging, als eigenaar of huurder, worden afgesloten

Art.4.- De toelage kan verleend worden aan een vereniging die het gebouw en/of terrein

a)in gebruik heeft volgens een overeenkomst afgesloten met de gemeente inzake ter beschikkingstelling van gemeentelijke terreinen en/of lokalen, en mits de bepalingen van de overeenkomst worden nageleefd.

b)in eigendom heeft en er zich toe verbindt de infrastructuur gedurende de geschatte economische levensduur of afschrijvingsduur (maximaal 20 jaar) vanaf het toekennen van de subsidieaanvraag, te gebruiken voor jeugdwerking. In geval deze termijn niet gerespecteerd wordt, verbindt zij zich om een bedrag in verhouding met de afschrijvingsduur van deze investering, na het verkrijgen van de subsidie, ten titel van schadevergoeding aan de gemeente te betalen.

c)in gebruik heeft volgens een overeenkomst met een derde eigenaar. Hierbij verbindt de eigenaar zich om de infrastructuur gedurende de geschatte economische levensduur of afschrijvingsduur (maximaal 20 jaar) vanaf het toekennen van de subsidieaanvraag, te laten gebruiken voor jeugdwerking. In geval de eigenaar deze termijn niet respecteert, verbindt hij zich om een bedrag in verhouding met de afschrijvingsduur van deze investering, na het verkrijgen van de subsidie, ten titel van schadevergoeding aan de gemeente te betalen.

Art.5.- De periode van aanvraag van de toelage voor uitvoering van de infrastructuurwerken, is afhankelijk van de totale kost van de werken op jaarbasis en in functie van de dringendheid van de werken.

Aanvragen voor werken tot en met 1.500 euro of voor dringende herstellingswerken, kunnen gebeuren na de uitvoering van de werken.

Met dringende herstellingswerken wordt bedoeld, herstellingswerken die het gevolg zijn van niet-voorziene omstandigheden (buiten de normale verplichtingen inzake goed beheer van de infrastructuur) en die, om veiligheidsredenen of omwille van het vrijwaren/in stand houden van het gebouw (of een gedeelte ervan) onmiddellijk of binnen een zeer kort tijdsbestek moeten worden uitgevoerd (vb. herstellingswerken na brand of vandalisme, gesprongen waterleidingen, enz.).

Indien de werken reeds uitgevoerd zijn, dienden deze te gebeuren gedurende de periode tussen 1 juli van het vorige en 31 augustus van het lopende jaar. Zij worden bij de aanvraag voor toelage gestaafd met fotomateriaal van de toestand vóór de start van de werken én na de uitgevoerde werken.

-Aanvragen voor werken die de maximumkost van 1.500 euro overstijgen, dienen vóór aanvang van de werken te gebeuren. De werken kunnen pas starten na goedkeuring van de toelage. De aanvraag wordt gestaafd met fotomateriaal van de huidige toestand van het gebouw of terrein. Na goedkeuring van de toelage en na uitvoering van de werken, dienen de uitgevoerde werken gestaafd te worden met fotomateriaal met het oog op de uitbetaling van de toelage.

Art.6.- De toelage bedraagt 75 % van de in aanmerking genomen en bewezen kosten (inclusief BTW). De toelage bedraagt maximum 7.500 euro per jaar .

Indien het vastgestelde krediet ontoereikend is, om alle aanvragen tot max 7.500 euro te betoelagen wordt hiervoor bijkomend krediet voorzien in de eerstvolgende aanpassing van het meerjarenplan.

In uitzonderlijke gevallen kan de gemeenteraad, op advies van de jeugdraad, voor uitzonderlijk grote projecten een hoger toelagebedrag vaststellen. Hiervoor dient een uitgebreid dossier met financieel plan toegevoegd te worden.

Art.7- De aanvraag dient uiterlijk op 31 augustus ingediend te zijn bij het college van burgemeester en schepenen.

De aanvraag gebeurt middels het voorgeschreven formulier en dient volgende gegevens te bevatten:

-identificatiegegevens van de vereniging;

-benaming en adres van de federatie waarbij de vereniging aangesloten is;

-een verklaring van de federatie, waarbij deze bevestigt dat de vereniging werkelijk bij haar aangesloten is;

-datum waarop de vereniging in Brasschaat gevestigd werd;

-een schriftelijke overeenkomst tussen de vereniging en de eigenaar waaruit blijkt dat de vereniging gedurende de geschatte afschrijvingsduur van de investering als hoofdgebruiker kan beschikken over de accommodatie (niet van toepassing voor verenigingen met een overeenkomst met de gemeente);

-een schriftelijk akkoord van de eigenaar met de uitvoering van de werken;

-een schriftelijke verklaring van de vereniging dat de infrastructuur gedurende de geschatte afschrijvingsduur van de investering door haar zal gebruikt worden;

-omschrijving van de werken met gedetailleerde raming van de kostprijs;

-gestaafd met fotomateriaal van de toestand van het gebouw of terrein vóór de uitvoering van de werken;

-ingeval van uitgevoerde werken tot maximum 1.500 euro of dringende herstellingswerken zoals gedefinieerd in artikel 5, ook gestaafd met fotomateriaal van de aangepaste toestand na de werken, uitgevoerd tijdens de periode van 1 juli van het vorige tot 31 augustus van het lopende jaar;

-naam van de verzekeringsmaatschappij en bewijs dat voor het lokaal een brandverzekering werd afgesloten, hetzij als eigenaar, hetzij als gebruiker/huurder;

-een gezond financieel plan voor grote projecten.

Art.8.- Elke aanvraag wordt onderzocht en na advies van de jeugdraad beslist het college van burgemeester en schepenen of de aanvraag al dan niet, geheel of gedeeltelijk, of mits het vervullen van bijkomende voorwaarden in aanmerking zal worden genomen voor de toekenning van een toelage.

De gemeenteraad stelt de maximale toelage per vereniging vast op basis van de raming van de kostprijs bij de aanvraag of op basis van facturen van reeds uitgevoerde werken.

Art.9.- Uitbetaling van de toelage geschiedt na voorlegging van facturen (op naam van de vereniging of ondersteunend beheersorgaan) of aankoopbewijzen van materialen door de betrokken vereniging.

Na verificatie wordt 75 % van de factuurbedragen aan de vereniging betaald als toelage, binnen de grenzen van de maximale toelage zoals vastgesteld door de gemeenteraad, en tot 90 % van dit bedrag is bereikt

Nadat alle werken uitgevoerd zijn, bezorgt de vereniging een eindstaat, waarop alle uitgevoerde werken en aangekochte materialen worden vermeld, met afschrift en betalingsbewijs van niet eerder voorgelegde facturen.

Ook fotomateriaal wordt bezorgd van de uitgevoerde werken en de aangepaste situatie.

37 OCMW Jaarrekening 2019. Advies. - GOEDGEKEURD

Beslissing

Feiten en motivering

In de zitting van 29 juni 2020 heeft de raad voor maatschappelijk welzijn de jaarrekening 2019 goedgekeurd. De gemeenteraad dient zijn advies te verlenen binnen de 50 dagen na vaststelling van de rekening.

Juridisch kader

Decreet lokaal bestuur 21 december 2017.

Besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de

gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn:

Het resultaat op kasbasis bedraagt 1.288.587 euro of 982.474 euro meer dan bij de laatste

budgetwijziging en opmaak meerjarenplan 2020-2025.

De autofinancieringsmarge bedraagt -1.690.219euro ten opzichte van -2.537.069 voorzien bij opmaak

meerjarenplan 2020-2025.

Deze resultaten worden mee verwerkt in de nieuw "geïntegreerde" financiële evenwichten bij

budgetcontrole en aanpassing meerjarenplan.

BESLUIT eenparig:

Art.1.- De gemeenteraad geeft positief advies op de neergelegde jaarrekening met hieronder opgenomen resultaten van OCMW Brasschaat dienstjaar 2019.

Resultaat op kasbasis:

Exploitatiebudget - saldo:   -1.647.695 euro

Investeringsbudget - saldo:     -144.623 euro

Andere (liquiditeiten) - saldo:         -42.524 euro

Budgettair resultaat boekjaar:  -1.834.842 euro

Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar:   3.123.429 euro

Gecumuleerd budgettair resultaat:   1.288.587 euro

Bestemde gelden (werden uitgeboekt):    0 euro

Resultaat op kasbasis:   1.288.587 euro

Autofinancieringsmarge

Exploitatie-ontvangsten:10.170.718 euro

Exploitatie-uitgaven exclusief netto kosten schulden: -11.801.69 euro

Financieel draagvlak: -1.630.219 euro

Netto periodieke leningsuitgaven:    + 59.243 euro

Autofinancieringsmarge:-1.690.219 euro

Balans per 31 december 2018

- vlottende activa:           2.072.824,19 euro

- vaste activa:        29.100.778.74 euro

Totaal van de activa:         31.173.602,93 euro

- schulden:        16.401.344,95 euro

- netto actief:       14.772.257,98 euro

Totaal van de passiva:        31.173.602,93 euro

De staat van opbrengsten en kosten dienstjaar 2019

Kosten:      - 12.481.014,40 euro

Opbrengsten:        10.285.788,57 euro

Tekort van het boekjaar:         -2.195.225,83 euro

38 Stand van zaken organisatiebeheersing. Kennisneming. - KENNISGENOMEN

Beslissing

Het Decreet Lokaal bestuur schrijft voor dat vanaf 2019 de algemeen directeur jaarlijks uiterlijk op 30 juni een globale rapportering voorziet over organisatiebeheersing. Dit rapportering is voorzien in art.217 tot en met 220 van het decreet Lokaal bestuur. Een dergelijk rapport bevat ook de stand van zaken betreffende de uitvoering van aanbevelingen die voortkwamen uit diverse doorlichtingen waaronder Audit Vlaanderen, POD Maatschappelijke Integratie, ....

Neemt kennis van de stand van zaken van het organisatiebeheerssysteem.

39 Molenweg. Verkoop carport 3. Principiële goedkeuring aankoop-verkoopovereenkomst. - GOEDGEKEURD

Zittingsverslag

Raadslid Vanpoucke vraagt zich af hoeveel niet-verkochte en beschikbare carports er vandaag nog over zijn.

Schepen Fonteyn weet dat er nog een aantal carports zijn die niet verkocht zijn, maar ze kan geen exact aantal geven.  Zij zal dit navragen en de informatie nog bezorgen. 

Beslissing

Feiten en motivering

De gemeente is eigenaar van carport met nummer 3 aan de zijde met inrit langs de Molenweg, behorende tot project PPS Mariaburg. De carport staat momenteel te huur en te koop.

In zitting van 16 maart 2015 werd goedkeuring verleend aan de verkoop van de carports door

Metropool Vastgoed, Kantoor Noord (voorheen Brasschaats Immo), Frilinglei 2 te Brasschaat tegen een ereloonpercentage van 1,75%, btw niet inbegrepen.

De waarde van de carports is vastgesteld op 10.500,00 euro per carport voor de

constructie en het grondaandeel.

Op 25 mei 2020 ontving de dienst administratie patrimoniumbeheer het verzoek tot aankoop van de betreffende carport van de heer Van Boven Wim Jan Karel Alfons, geboren te Wilrijk op 16 oktober 1955,  en zijn echtgenote mevrouw Van Mol Christina Johanna Maria, geboren te Hoboken op 24 november 1951, samen wonende te 2930 Brasschaat, Molenweg 57. 

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd in te stemmen met de verkoop van de carport met nummer

3 aan de zijde van de Molenweg aan het bedrag van 10.500,00 euro. Het ereloonpercentage van de makelaar (1,75% + btw) dient hierbij in mindering gebracht te worden.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd goedkeuring te hechten aan het ontwerp van aankoop-verkoopovereenkomst, opgemaakt door notariaat De Decker, Donksesteenweg 33 te Brasschaat.

Juridisch kader

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en artikels 330 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht.

Financiële gevolgen

Bij verlijden van de verkoopakte ontvangt de gemeente het bedrag van 10.277,66 euro (verkoopbedrag van 10.000,00 euro verminderd met ereloonkosten makelaar van 1,75% + 21% btw)

BESLUIT eenparig:

Art.1.- Er wordt goedkeuring gehecht aan het ontwerp van aankoop-verkoopovereenkomst tussen de gemeente Brasschaat en de heer en mevrouw Van Boven - Van Mol, wonende te Molenweg 57 te Brasschaat, opgemaakt door notariaat De Decker, Donksesteenweg 33 te Brasschaat, betreffende de verkoop van carport 3 aan de zijde Molenweg binnen het project PPS Mariaburg aan het bedrag van 10.500,00 euro, verminderd met het ereloon van de makelaar van 1,75% met tekst als volgt:

"WOP - Dossiernr.:   521/20/JA                           

Overeenkomst inhoudende een VERKOOP/AANKOOP BELOFTE (Vlaanderen)

Opgesteld door Notariaat DE DECKER te Brasschaat

en

afgesloten tussen ONDERGETEKENDEN, zijnde:

Enerzijds:

De "GEMEENTE BRASSCHAAT", publiekrechtelijke instelling, gevestigd te Brasschaat, gemeentehuis (Verhoevenlei 11), met ondernemingsnummer 0206.677.801,

vertegenwoordigd door:

a) de heer COOLS Philip Isidorus Louisa, wonende te Bredabaan 1099 B, 2930 Brasschaat, waarnemend burgemeester, en;

b) de heer Ward Schevernels, wonende te Mispelaarlaan 12, 2940 Stabroek, algemeen directeur.

Handelend namens het College van Burgemeester en Schepenen van zelfde gemeente in uitvoering van een gemeenteraadsbesluit van ###, zoals blijkt uit de notulen, waarvan een uittreksel in het dossier zal bewaard worden.

Steeds hoofdelijk en ondeelbaar verbonden indien het om meerdere personen gaat,

Die verklaren de (enige) eigenaars te zijn van het hierna vermeld onroerend goed, en bevoegd en  bekwaam om het hierna vermeld eigendom te verkopen.

Hierna genoemd "kandidaat-verkoper"

En anderzijds:

De heer vAN BOVEN Wim Jan Karel Alfons, geboren te Wilrijk op 16 oktober 1955,  en zijn echtgenote mevrouw vAN MOL Christina Johanna Maria, geboren te Hoboken op 24 november 1951, samen wonende te 2930 Brasschaat, Molenweg 57. 

Zij verklaren gehuwd te zijn te Hoboken op 26 augustus 1980 onder het wettelijk stelsel zonder huwelijkscontract, tot op heden niet gewijzigd, zo verklaard.

Steeds hoofdelijk en ondeelbaar verbonden indien het om meerdere personen gaat,

Die verklaren bevoegd en bekwaam te zijn om het hierna vermeld eigendom aan te kopen.

Hierna samen genoemd "kandidaat-koper"

Onverminderd, in voorkomend geval, hetgeen hierna bepaald wordt onder punt D.2.b) (rechterlijke machtiging tot verkoop uit de hand) met betrekking tot de bekwaamheid van partijen.

Met betrekking tot volgend onroerend goed:

GEMEENTE BRASSCHAAT (derde kadastrale afdeling)

In een gebouwencomplex binnen het project genaamd “Molenveld” op en met grond en aanhorigheden, gelegen Annadreef 7, gekadastreerd volgens titel sectie F, respectievelijk nummer 64/K (voor een oppervlakte van honderd zestien vierkante meter (116 m²)), 64/H (voor een oppervlakte van tweeduizend honderd negenennegentig vierkante meter (2.199 m²)) en deel van 61/L/2 (hebbende een oppervlakte bij benadering van dertienduizend honderd dertig vierkante meter (13.130 m²)), zoals aangeduid op het plan dat gehecht is gebleven aan een akte verleden voor notaris Hans De Decker te Brasschaat, minuuthouder, en notaris Pierre Van den Eynde te Brussel (Sint-Joost-ten-Node) op 2 oktober 2009 inhoudende vestiging van erfpachtrecht (zijnde het perceel 61/L/2, ter uitzondering van de bestaande sporthal met grond en aanhorigheden, hebbende een oppervlakte bij benadering van duizend vijfhonderd vierkante meter (1.500 m2), die dus niet in onderhavige akte worden begrepen) en te verminderen met de grond, groen ingekleurd op het aangehechte plan “inplanting terrein de dato 29 maart 2010”, die zal worden opgenomen in de openbare wegenis, en thans ten kadaster bekend sectie F nummer 64/P/P0000, voor een oppervlakte van vijftienduizend vierhonderd vijfenveertig vierkante meter (15.445,00 m²):

- In gebouw II, de CARPORT nummer 3, zoals aangegeven op het plan “inplantingsplan – carports de dato 18 maart 2010” dat gehecht is gebleven aan de hierna vermelde statuten van het gebouw, begrijpende volgens de statuten:

a) in privatieve en uitsluitende eigendom: de carport zelf;

b) in mede-eigendom en gedwongen onverdeeldheid: tien / tienduizendsten (10/10.000sten) in de grond en de overige gemeenschappelijke gedeelten van het gebouw die, blijkens de hierna gemelde statuten, aan deze carport verbonden werden.

Deze privatieve kavel is thans ten kadaster gekend sectie F, nummer 64/P/P0029 (GEBOUWIIS.GV/3/).

Kadastraal inkomen: nul euro (€ 0,00).

STATUTEN:

Zoals voorschreven eigendom beschreven is in de statuten van het complex, houdende onder meer de juridische verdeling van het eigendom, verleden voor notaris Hans De Decker te Brasschaat, minuuthouder, met tussenkomst van notaris Pierre Van den Eynde te Brussel (Sint-Joost-ten-Node) op 12 mei 2010, overgeschreven op het tweede hypotheekkantoor te Antwerpen op 8 juni daarna, onder formaliteitsnummer 58-T-08/06/2010-10936.

eigendom dat de kandidaat-koper verklaart zelf te hebben bezichtigd.

De kandidaat-verkoper geeft geen zekerheid dat de kadastrale gegevens juist zijn noch dat het bedrag van het kadastraal inkomen kan behouden blijven.

A. HOOFDINHOUD VAN DE OVEREENKOMST

1.VERKOOPBELOFTE van de kandidaat-verkoper (aankoop- of “call-optie”)

De kandidaat-verkoper verbindt er zich toe om, gedurende een termijn, ingaand op heden en

eindigend op .........../10/2020 te 19.00 uur (dit is dus de UITERLIJKE DATUM waarop de notariële akte, ten verzoeke van de kandidaat-koper moet worden verleden), het hierboven beschreven onroerend goed enkel aan de kandidaat-koper TE VERKOPEN, en wél tegen de hierna bepaalde voorwaarden. De kandidaat-koper heeft dus het recht dit eigendom tegen die voorwaarden aan te kopen mits hij, vóór het verstrijken van deze termijn, de hem verleende aankoopoptie licht.

Het bewijs dat deze termijn in onderling akkoord verlengd werd, kan, indien hierover betwisting zou rijzen, enkel geleverd worden door een geschrift, ondertekend door beide partijen.

2.Hierop aansluitende AANKOOPBELOFTE van de kandidaat-koper (verkoop- of “put-optie”)

Voor het geval hij niet (tijdig) zou ingaan op die verkoopbelofte en hij de hem verleende aankoop-optie dus niet licht, verbindt de kandidaat-koper er zich jegens de kandidaat-verkoper toe, gedurende een periode van één maand die een aanvang neemt op het ogenblik van het verstrijken van de onder punt 1 vermelde termijn, het hierboven beschreven eigendom AAN TE KOPEN tegen zelfde voorwaarden, indien de kandidaat-verkoper aangeeft op deze aankoopbelofte te willen ingaan. Tijdens deze periode heeft de kandidaat-verkoper dus het recht van de kandidaat-koper te eisen, dat hij het eigendom aankoopt tegen zelfde voorwaarden. Licht de kandidaat-verkoper deze “put-optie”, dan is de kandidaat-koper hem bovendien interesten verschuldigd op de overeengekomen koopprijs,  berekend aan de wettelijke intrest in burgerlijke zaken, verhoogd met vier procent (4%), gedurende de termijn waarvoor de “put-optie” werd verleend doch uiterlijk tot aan de betaling van de koopprijs.

3.De VERKOOP zelf komt pas tot stand door het verlijden van de NOTARIELE AKTE

Partijen zijn, in afwijking van het gemeen recht, uitdrukkelijk overeengekomen dat de verkoop zelf pas tot stand komt door, en op het ogenblik van het verlijden van de notariële akte vaststellende die verkoop, zodat zij van deze verkoop een PLECHTIG CONTRACT hebben gemaakt. Zij wensen immers enkel te verkopen/kopen indien ook de optredende notaris(sen), door hun medeondertekening van deze akte, aangeven dat er juridisch gezien geen bezwaren bestaan met betrekking tot deze aankoop/verkoop en dit onder hun professionele aansprakelijkheid. Zolang de notariële akte niet werd verleden, bestaat er dus nog geen verkoop maar enkel een verbintenis tot verkopen en/of een verbintenis tot kopen. Zelfs het lichten van de optie brengt de verkoop nog niet tot stand, TENZIJ dwingende overheidsbepalingen zich hiertegen verzetten, zoals bij de uitoefening, door de begunstigde, van het voorkooprecht van de pachter of van een voorkooprecht dat geregeld wordt door het Harmonisatiedecreet.

B. MODALITEITEN VAN DE OVEREENKOMST

1.De partij die wenst in te gaan op de contractbelofte van de andere partij, nodigt deze schriftelijk uit, in voorkomend geval via de optredende notaris(sen), tot het ondertekenen van de notariële akte vaststellende de verkoop tegen de hierna bepaalde voorwaarden, op plaats, dag en uur, bepaald in samenspraak met die notaris(sen). Door deze uitnodiging geeft die partij op voldoende wijze te kennen in te gaan op de contractbelofte van de andere partij, licht hij derhalve de hem verleende optie en ontstaat in hoofde van elke partij dan ook de verplichting de authentieke akte vaststellende de verkoop te verlijden vóór het verstrijken van de termijn waarvoor die contractbelofte geldt.

Indien voorafgaandelijk de verkoop een voorkooprecht in voordeel van één of meerdere derde personen moet worden geëerbiedigd, geven partijen bij deze aan de instrumenterende notaris uitdrukkelijk de opdracht dit voorkooprecht aan te bieden zonder hierover opnieuw overleg te moeten plegen met partijen, hetgeen in hoofde van de kandidaat-koper impliceert dat hij zijn aankoop- of “call-optie” licht.

2.De kandidaat-koper heeft, mits de kandidaat-verkoper hiermede instemt en met dien verstande dat de kandidaat-verkoper niet gehouden is zijn belang bij een eventuele weigering tot instemming uitdrukkelijk te motiveren, het recht een ander persoon in de plaats te stellen voor het geheel of een deel van zijn rechten en verplichtingen, doch met dien verstande dat de verkoop steeds betrekking moet hebben op geheel voorschreven eigendom, en dat de kandidaat-koper in dat geval steeds hoofdelijk en ondeelbaar gehouden is met die personen tot het nakomen van de verbintenissen die uit deze overeenkomst voortspruiten. Indien het eigendom zou worden aangekocht door andere personen dan de kandidaat-koper, dan moet de volledige identiteit van die personen uiterlijk 30 dagen vóór het verlijden van de akte aan de instrumenterende notaris meegedeeld worden. De langstlevende van de kandidaat-kopers is gerechtigd de aankoopoptie alléén te lichten mits hij volledig alle aankoopverbintenissen nakomt.

3.Partijen, die ervan in kennis zijn dat zij steeds het recht hebben een notaris aan te duiden ter behartiging van hun belangen, en dat het optreden van meerdere notarissen geen aanleiding geeft tot verhoging van de kosten, hebben hiertoe aangeduid:

De kandidaat-verkoper: Notariaat De Decker te Brasschaat

De kandidaat-koper: Notaris Peter Geeraerts te Brasschaat

C. OPSCHORTENDE VOORWAARDEN

De bij onderhavige overeenkomst - enerzijds door de kandidaat-koper en anderzijds door de kandidaat-verkoper - aangegane verbintenissen, alsook de verbintenissen die ontstaan na lichting van (één van) de opties, worden, wat elk van beide partijen betreft, afhankelijk gemaakt van de tijdige realisatie van de hierna vermelde opschortende voorwaarden. “Tijdig” wil zeggen dat de voorwaarden dienen gerealiseerd te zijn vóór het verstrijken van de desbetreffende termijn. Een optie kan evenwel in principe reeds gelicht worden hangende de voorwaarde(n), onder voorbehoud van de vervulling van die voorwaarde(n) vóór het verstrijken van de termijn.

Behoudens hierna vermeld specifiek andersluidend beding, zijn partijen elkaar, bij niet-tijdige realisatie van deze opschortende voorwaarden, niets verschuldigd.

Enkel de partij in wiens voordeel de opschortende voorwaarde werd voorzien, kan zich hierop beroepen, of kan, voor zover dit de rechtsgeldigheid van de verkoop niet in het gedrang brengt, eraan verzaken.

1.Opschortende voorwaarden in voordeel van de KANDIDAAT-KOPER

a) Ruimtelijke ordening – ligging en bestemming van het goed

Als opschortende voorwaarde geldt: het verkrijgen, vóór het verstrijken van de termijn waarvoor de verkoopbelofte verleend werd van de zekerheid dat voorschreven eigendom niet zonevreemd is, dat de vereiste vergunningen werden afgeleverd gelet op de bestemming tenzij het gebouw onder toepassing valt van het vermoeden van vergunning, dat het niet het voorwerp uitmaakt van een bouwmisdrijf, van enige stedenbouwkundige beschermings
maatregel (bescherming als monument, landschap, stads- of dorpsgezicht, archeologisch patrimonium, beschermd duingebied, …), niet gelegen is in onteigening of in een ontwerp van onteigeningsplan, niet het voorwerp uitmaakt van een ongeldige verdeling, en, indien de gemeente waarin het eigendom gelegen is reeds beschikt over een goedgekeurd plannen- en vergunningenregister, van een gunstig stedenbouwkundig uittreksel en van de overige informatie waarvan sprake in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

2.Opschortende voorwaarden die geacht worden te zijn overeengekomen in voordeel van BEIDE PARTIJEN

a) Verkoop voor vrij en onbelast en zonder juridische belemmeringen:

Als opschortende voorwaarde geldt: het verkrijgen, indien van toepassing, vóór het verstrijken van de termijn waarvoor de verkoop
belofte verleend werd, vanwege de betrokken (schuld)eisers van de kandidaat-verkoper van de toezegging dat het eigendom kan worden verkocht voor vrij en onbelast van om het even welke bezwarende inschrijving of overschrijving of kantmelding of desgevallend van andere bezwarende vorderingen of belemmeringen (bijvoorbeeld: gevaar voor een latere vordering tot ontbinding), en van de zekerheid dat aan de door die (schuld)eisers gestelde voorwaarden kan worden voldaan. De kosten die hiermee verband houden vallen ten laste van de kandidaat-verkoper.

De ondertekening van onderhavige overeenkomst door de kandidaat-verkoper, en zijn verplichting tot uitvoering te goeder trouw van de aangegane verbintenissen, impliceert wel dat hij er niet van op de hoogte is dat de realisatie van deze voorwaarde op dit ogenblik een probleem zou kunnen stellen.

b) Rechterlijke machtiging tot verkoop uit de hand:

Als opschortende voorwaarde geldt, indien wettelijk vereist bv. door onbekwaamheid die bestaat of ontstaat in hoofde van één van de voormelde personen en die in hoofde van die persoon het aangaan van de in deze overeenkomst opgenomen verbintenissen gewoonweg verhindert – en dit in voordeel van de overige wél contracterende partijen, het verkrijgen, vóór het verstrijken van de termijn waarvoor de verkoopbelofte verleend werd, vanwege de daartoe bevoegde rechterlijke instanties, van de machtiging dat het eigendom uit de hand mag worden verkocht/aangekocht tegen de hierna bepaalde voorwaarden. De kosten die hiermee verband houden, vallen ten laste van de partij op wie de machtiging betrekking heeft.

c) Voorkooprechten:

Voor zover voorschreven eigendom het voorwerp zou uitmaken van enig voorkooprecht, geldt als opschortende voorwaarde: het verkrijgen, vóór het verstrijken van de termijn waarvoor de verkoopbelofte verleend werd, van de zekerheid dat de begunstigden van dit recht hun voorkooprecht niet uitoefenen.

De kandidaat-koper is ervan op de hoogte dat de aanbieding van een voorkooprecht door de instrumenterende notaris, waartoe partijen bij deze uitdrukkelijk opdracht geven indien een dergelijk recht moet worden geëerbiedigd, de lichting van de aankoop- of ‘call’-optie in zijn hoofde impliceert. Indien de begunstigde het voorkooprecht uitoefent, wordt, althans indien de desbetreffende specifieke (overheids-)bepalingen dwingend aldus normeren, afgeweken van het hierboven vermeld plechtig karakter van de verkoop, en komt de verkoop tot stand overeenkomstig die dwingende (overheids-)bepalingen. In dat geval zal de overeenkomst uiterlijk binnen de 4 maanden na de totstandkoming van de verkoop ter registratie moeten worden aangeboden door en op eigen initiatief van de belastingplichtige (te weten: de begunstigde van het voorkooprecht die zijn voorkooprecht heeft uitgeoefend).

D. SANCTIONERING VAN DE OVEREENKOMST EN KOSTEN

1.Indien één van beide partijen zijn verbintenissen niet nakomt, heeft de andere partij steeds het recht om, 20 dagen na de neerlegging ter post van de ingebrekestelling van die partij bij aangetekend schrijven, verstuurd naar diens hoger vermeld adres en binnen zelfde termijn niet gevolgd door de uitvoering door die partij van diens verbintenissen:

- ofwel de gedwongen naleving van deze verbintenissen in rechte te vervolgen, onverminderd vergoeding van de geleden schade,

- ofwel de overeenkomst als van rechtswege ontbonden te beschouwen, waarbij partijen zijn overeengekomen dat de in gebreke blijvende partij in dat geval aan de andere partij een schade-vergoeding verschuldigd is die forfaitair wordt vastgesteld op 10 % (tien procent) van de hierna vermelde prijs tegen dewelke voorschreven eigendom zou worden aangekocht.

2.Indien de kandidaat-koper zijn verbintenissen niet tijdig nakomt, heeft de kandidaat-verkoper van rechtswege en zonder verplichting tot ingebrekestelling, recht op nalatigheidsinteresten die berekend worden van dag tot dag, op het bedrag van de verkoopprijs, aan de wettelijke intrest in burgerlijke zaken, verhoogd met 4 % (vier procent).

Komt de kandidaat-verkoper (na het lichten van de aankoopoptie) zijn verbintenissen niet tijdig na, dan ook is de kandidaat-verkoper van rechtswege en zonder verplichting tot ingebrekestelling ertoe gehouden de kandidaat-koper schadeloos te stellen, door betaling van een forfaitair tussen partijen vastgestelde nalatigheids
vergoeding die berekend wordt, van dag tot dag, aan de wettelijke intrest in burgerlijke zaken, verhoogd met 4 % (vier procent) op de hierna gemelde verkoopprijs.

3.Bij niet-tijdige betaling van een bedrag verschuldigd in uitvoering van onderhavige overeenkomst, is er van rechtswege en zonder verplichting tot ingebrekestelling, recht op nalatigheidsinteresten die berekend worden van dag tot dag, op het te betalen bedrag, aan de wettelijke intrest in burgerlijke zaken, verhoogd met 4 % (vier procent).

4.Indien de verkoop niet tot stand komt om welke reden ook, verbindt elke partij er zich toe de kosten en verschuldigde erelonen te betalen aan de hem/haar aangestelde notaris, onverminderd gebeurlijk verhaal op de tegenpartij indien daartoe een rechtsgrond bestaat.

E. VOORWAARDEN WAARONDER DE VERKOOP ZAL PLAATSVINDEN

Indien één van beide partijen ingaat op de contractbelofte van de andere partij, zal de VERKOOP onder meer geschieden onder de volgende VERKOOPSVOORWAARDEN die door beide partijen moeten worden nageleefd:

1.voor vrij en onbelast van alle hypothecaire en andere bezwarende inschrijvingen en/of overschrijvingen, kantmeldingen of andere bezwarende belemmeringen of vorderingen (bijv. tot ontbinding), hoe ook genoemd.

De kandidaat-verkoper verklaart geen pand te hebben verleend op, noch met beding van eigendomsvoorbehoud te hebben gekocht, een roerend goed dat door incorporatie of bestemming onroerend is geworden en dat thans mee verkocht wordt.

2.in de toestand waarin het eigendom zich bevindt op dit ogenblik, met alle zichtbare en verborgen gebreken en dus zonder waarborg vanwege de kandidaat-verkoper voor de verborgen gebreken waarvan hij zelf geen kennis had, zonder waarborg ook voor de verkochte oppervlakte, hoe groot het verschil tussen de uitgedrukte en de werkelijke oppervlakte ook moge zijn, zelfs indien dit verschil 1/20° overtrof. Dit alles behoudens de dwingende toepassing van de wetgeving inzake de consumentenbescherming (Boek II Wetboek Economisch Recht) in zoverre de kandidaat-verkoper dient beschouwd te worden als ‘onderneming’ en de kandidaat-koper als ‘consument’ in de toepassing van deze wetgeving (zie verder).

3.met alle erfdienstbaarheden en gemeenschappen, waarmede het eigendom zou kunnen bevoordeeld of benadeeld zijn.

De kandidaat-verkoper verklaart dienaangaande geen erfdienstbaarheden te hebben gevestigd of toegestaan ten laste van het voorschreven eigendom en geen kennis te hebben van erfdienstbaarheden andere dan deze vermeld in de eigendomstitel en statuten van het gebouw, waarin onder meer letterlijk vermeld staat hetgeen volgt:

“Gekende erfdienstbaarheden:

(…)

5. De gemeente Brasschaat verbindt zich jegens den verkooper, hem vrijen toegang en wegenis te verzekeren aan de Annadreef ook genaamd Emmadreef voor den nevensliggenden

eigendom des verkooper.”

(…)

“In dit verband wordt vermeld dat de muur-oostwaarts de scheiding vormend met de aanpalende eigenaars aan de Jacobuslei, geheel op eigen erf is opgetrokken. De overige draadafsluitingen vormen de scheiding, behalve aan de uitweg naar de Lage Kaart waar de haag niet medegemeten is.

Verkoopster doet opmerken dat in dit verband, in de aankoopakte van twintig december negentienhonderd achtendertig de scheiding wel genomen is “op halve haag”.

In zelfde akte is vermeld “Langs de kant der verkopers mogen de hagen op de uiterste scheilinie geplant worden en de muren half overgebouwd worden.”

Nieuw gevestigde erfdienstbaarheden in de statuten

Bij onderhavige akte worden, in voor- en nadeel van de hierna beschreven privatieven en gemeenschappelijke infrastructuur, erfdienstbaarheden van zicht, licht en luchtschepping, alsook voor nutsvoorzieningen en toegang, onder meer voor onderhoudswerkzaamheden, eveneens voor de sporthal waarvan hoger sprake (deel van nummer 61/L/2), gevestigd zoals die zullen voortvloeien uit de nieuw te bouwen en bestaande opstallen overeenkomstig de plannen die aan onderhavige akte gehecht worden.”

De kandidaat-verkoper is evenmin op de hoogte van het bestaan van betwistingen met buren of andere derden.

4.met alle rechten en verplichtingen inzake eventuele gemene muren, hagen of andere afsluitingen, die de scheiding uitmaken tussen het verkochte goed en de aanpalende eigendommen en met alle rechten die de verkoper had kunnen inroepen of had ingeroepen in het raam van de tienjarige aansprakelijkheid van architecten, aannemers en andere dienstverleners in de bouwsector, mits de uiteindelijke koper alle kosten die daaruit voorvloeien ten laste neemt. Indien wettelijk voorgeschreven, verbindt de kandidaat-verkoper er zich toe het attest waaruit de verzekering van die beroepsaansprakelijkheid blijkt, uiterlijk bij het verlijden van de notariële akte aan de uiteindelijke koper te overhandigen.

5. Indien het eigendom in de toekomst mocht onderworpen worden aan gehele of gedeeltelijke onteigening, lijnrichting betreffende voorbouw of achterbouw, urbanisatievereisten of om het even welke overheidsbesluiten of reglementen, zal de uiteindelijke koper zich moeten schikken naar al die voorschriften, zonder voor verlies van grond, voor weigering van toelating tot bouwen of welke an
dere reden ook, enig verhaal tegen de kandidaat-verkoper te kunnen uit
oefenen.

De kandidaat-verkoper verklaart dat, voor zover hem bekend, voorschreven eigendom op heden niet gelegen is in onteigening en dat hij ook geen kennis heeft van enig voornemen tot onteigening m.b.t. dit eigendom. 

De kandidaat-verkoper verklaart, voor zover hij zelf bouw-, verbouwings- of afbraakwerkzaam-heden heeft verricht aan voorschreven eigendom of enige andere handeling of activiteit waarvoor een vergunning vereist is, hiervoor de nodige vergunningen te hebben bekomen, en verklaart dat, voor zover hem bekend, voorschreven eigendom op heden het voorwerp niet uitmaakt van enig bouwmisdrijf en dat de vereiste vergunningen werden afgeleverd gelet op de bestemming, dan wel dat het gebouw wordt vermoed vergund te zijn.

De kandidaat-koper erkent ervan op de hoogte te zijn dat het belangrijk is om in de mate van het mogelijke ook zelf na te gaan of voorschreven eigendom wel volledig in overeenstemming is met de bestaande vergunningen en wetgeving. Hij kan zich hiervoor rechtstreeks wenden tot de dienst stedenbouw van de gemeente of de stad waarin het eigendom gelegen is om inzage te vragen van de afgeleverde vergunningen en bijhorende plannen. De kandidaat-verkoper is immers niet noodzakelijk op de hoogte van stedenbouwkundige overtredingen die werden begaan vóór hij zelf eigenaar werd van het goed, en de optredende notarissen gaan enkel voort op de informatie die hen door die stedenbouwkundige dienst van de gemeente of de stad wordt bezorgd, stedenbouwkundige dienst die vaak helemaal niet op de hoogte is van het bestaan van stedenbouwkundige overtredingen.

De kandidaat-verkoper verklaart dat het eigendom niet werd opgenomen op de inventaris van de leegstaande en/of verwaarloosde gebouwen, woningen en/of bedrijfsruimten, en dat hem evenmin enig voornemen daartoe bekend is vanwege de overheid.

De kandidaat-verkoper verklaart dat, voor zover hem bekend, betreffende dit eigendom geen voorkooprecht geldt in hoofde van enige derde (overheid of particulier), BEHOUDENS hetgeen hierna gemeld in de bijzondere verkoopsvoorwaarden.

6. Vlaams Bodemdecreet

De kandidaat-verkoper verklaart verder dat het eigendom voor zover hem bekend geen risicogrond is als bedoeld in het Vlaams Bodemdecreet. De kandidaat-verkoper verbindt zich ertoe tijdens de overeengekomen termijn, zolang hij het genot behoudt van het eigendom, erop geen dergelijke inrichting te zullen vestigen of een dergelijke activiteit te zullen uitoefenen.

De kandidaat-koper erkent in bezit te zijn van een kopie van het bodemattest dat door de OVAM werd afgeleverd op 4 juni 2020 en waarvan de inhoud luidt:

“2 Inhoud van het bodemattest

Deze grond is niet opgenomen in het grondeninformatieregister.

2.1 INFORMATIE UIT DE GEMEENTELIJKE INVENTARIS

De OVAM heeft geen aanwijzingen dat deze grond een risicogrond is.

2.2 UITSPRAAK OVER DE BODEMKWALITEIT

Er zijn geen aanwijzingen bij de OVAM dat op deze grond een bodemverontreiniging voorkomt.

2.3 BIJKOMENDE ADVIEZEN EN/OF BEPALINGEN

Er zijn geen gebruiksadviezen of gebruiksbeperkingen van toepassing op deze grond. Voor grondverzet dient er pas vanaf een volume van 250m³ een technisch verslag opgemaakt te worden.

Dit bodemattest vervangt alle vorige bodemattesten.

3 OPMERKINGEN

1 Voor meer informatie: www.ovam.be/bodemattest.

2 Meer informatie over de gegevensstromen die door de OVAM worden gebruikt vindt u op http://www.ovam.be/disclaimer.

3 De OVAM staat niet in voor de juistheid van de aan haar verstrekte gegevens.

te Mechelen, 04.06.2020”

De kandidaat-verkoper verklaart met betrekking tot het goed verder zelf geen weet te hebben van bodemverontreiniging die schade kan berokkenen aan de uiteindelijke koper of aan derden, of die aanleiding kan geven tot een saneringsverplichting of risicobeheer, tot gebruiks- en bestemmingsbeperkingen of tot andere maatregelen die de overheid in dit verband kan opleggen.

De brief van de Gemeente Brasschaat de dato 22 augustus 2019 maakt wel melding van een VLAREM melding van een inrichting van louter klasse 3 (dossiernummer R 071/003) voor twee bovengrondse stookoliereservoirs van vijfduizend (5.000) liter en drieduizend (3.000) liter en het lozen van normaal huisafvalwater.

Dienaangaande wordt in de statuutakte het volgende vermeld:

“Uit een brief van de gemeente Brasschaat de dato 19 maart 2010 blijkt dat op het perceel Annadreef een schooldomein gevestigd was en dat voor dit perceel een milieuvergunning derde klasse werd afgeleverd op 8 maart 1994 voor het exploiteren van twee bovengrondse stookoliereservoirs van respectievelijk 5.000 en 3.000 liter en het lozen van normaal huishoudelijk afvalwater in de openbare riool. Dit is evenwel geen risico-activiteit in de zin van het Vlaams Bodemdecreet.”

7. Stookolietank – verwarming op gas

Kandidaat-verkoper verklaart dat er zich in of op voorschreven eigendom, te weten in de privatieve delen, geen stookolietank bevindt, noch bovengronds noch ondergronds, en dat hij ervan niet op de hoogte is dat er vroeger in de ondergrond een mazouttank aanwezig was. Hij heeft evenmin kennis van een stookolietank in de gemeenschappelijke delen die uitsluitend bestemd is of was voor hoger vermelde privatieve delen.

8. De uiteindelijke koper zal het eigendomsrecht van voorschreven eigendom pas verkrijgen op het ogenblik van het verlijden van de authentieke akte vaststellende de verkoop.

Hij zal ervan het genot bekomen, mits koopprijs en kosten inmiddels volledig betaald werden vanaf zelfde ogenblik, door het vrij gebruik ervan. De kandidaat-verkoper verklaart en waarborgt dat voorschreven eigendom op dat ogenblik niet verhuurd of verpacht zal zijn aan derden, en dat derden hierop evenmin enig gebruiksrecht kunnen doen gelden. Hij ontzegt zich vanaf heden het recht om nog een huurovereenkomst af te sluiten of de woonvoorwaarden te wijzigen zonder toestemming van de kandidaat-koper.

9. In de verkoop zullen geen roerende goederen begrepen zijn. De kandidaat-verkoper verbindt zich ertoe het goed volledig te ontruimen, met uitzondering van de goederen die onroerend zijn door bestemming, en het goed tegen de afgesproken datum van ingenottreding “bezemschoon” te maken. Wanneer de kandidaat-verkoper dit zou nalaten, heeft de uiteindelijke koper het recht de opruimings- en schoonmaakwerken te laten uitvoeren door een derde, met aanrekening van de kosten aan de nalatige verkoper.

10. De uiteindelijke koper zal, vanaf de notariële akte of vanaf de ingenottreding indien dit op een ander tijdstip valt, de onroerende voorheffing alsook alle overige zakelijke belastingen moeten dragen en betalen. De verrekening van deze belastingen tussen koper en verkoper voor het lopend jaar gebeurt in beginsel ter gelegenheid van het verlijden van de authentieke akte vaststellende de verkoop.

Voormelde verdeling van belastingen geldt evenwel niet voor de belastingen waarvoor de uiteindelijke koper, gezien zijn persoonlijke situatie, vanaf het volgend heffings- of aanslagjaar een vrijstelling (dus niet enkel vermindering) kan bekomen (zoals bijvoorbeeld de heffing op onbebouwde percelen, belasting op tweede verblijven of de heffing omwille van leegstand). Dergelijke belastingen zullen voor het aanslagjaar waarin de akte wordt verleden volledig ten laste blijven van de kandidaat-verkoper en pas vanaf het daarop volgend aanslagjaar ten laste zijn van de uiteindelijke koper.

De kandidaat-verkoper verklaart dat er, betreffende voorschreven eigendom, thans geen verhaalbelastingen meer verschuldigd zijn die betrekking hebben op reeds uitgevoerde infrastructuurwerken.

De belasting, berekend op het waterverbruik, blijft evenwel ten laste van de persoon op wiens naam de facturatie van dat waterverbruik gebeurde.

   Nutsvoorzieningen: De kandidaat-verkoper zal alle bestaande contracten betreffende water-, gas- of elektriciteitsvoorziening of enige andere distributiedienst, behouden en overdragen aan de uiteindelijke koper. Deze zal de diensten op de hoogte brengen van zijn aankoop, de meterstanden meedelen en gebeurlijke aansluitingskosten voor zijn rekening nemen. De verkoop omvat niet de meters en leidingen die aan de maatschappijen toebehoren.

11. Overstromingsgebied

Uit nazicht op onder meer GEO-VLAANDEREN blijkt dat voorschreven eigendom:

- NIET gelegen is in een effectief of mogelijk overstromingsgevoelig gebied;

- NIET gelegen is in een afgebakend overstromingsgebied of een afgebakende oeverzone;

- NIET gelegen is een risicozone voor overstroming;

- NIET gelegen is in een recent overstroomd gebied.

12. De kandidaat-verkoper verklaart en waarborgt dat voorschreven eigendom verzekerd is, en verbindt er zich toe deze verzekering in stand te houden tot minstens 8 dagen na het verlijden van de notariële akte of tot de overdracht van het genot. De koper zal vanaf de notariële akte zelf een brandverzekering afsluiten bij een maatschappij naar keuze.

13. Alle rechten, kosten en erelonen betreffende de verkoopakte, inbegrepen de kosten van eventuele opmeting en plan indien gewenst, vallen ten laste van de uiteindelijke koper. De kosten die verband houden met de leveringsplicht van de verkoper zijn ten laste van de verkoper.

INFORMATIE SYNDICUS

A. Mede-eigendom

In het vooruitzicht van deze verkoop werd de syndicus van het gebouw, te weten: Hiljan Beheer BV te 2050 Antwerpen (Linkeroever), Blancefloerlaan 165, op datum van 4 juni 2020 verzocht de inlichtingen en documenten voorgeschreven door artikel 577-11 § 1 BW mee te delen, te weten :

1° het bedrag van het werkkapitaal en dat van het reservekapitaal, zoals bepaald in § 5, tweede en derde lid;

2° het bedrag van de eventuele door de overdrager verschuldigde achterstallen;

3° de toestand van de oproepen tot kapitaalinbreng met betrekking tot het reservekapitaal en waartoe de algemene vergadering vóór de vaste datum van de eigendomsoverdracht heeft besloten;

4° in voorkomend geval, het overzicht van de hangende gerechtelijke procedures in verband met de mede-eigendom;

5° de notulen van de gewone en buitengewone algemene vergaderingen van de vorige drie jaar, alsook de periodieke afrekeningen van de lasten van de vorige twee jaar;

6° een afschrift van de recentste balans die door de algemene vergadering van de vereniging van mede-eigenaars werd goedgekeurd.

De kandidaat-koper erkent deze inlichtingen en documenten de dato ## te hebben ontvangen.

De instrumenterende notaris zal de syndicus verzoeken, met het oog op het verlijden van de authentieke akte, de inlichtingen en documenten voorgeschreven door artikel 577-11 § 2 BW mee te delen, te weten :

1° het bedrag van de uitgaven voor behoud, onderhoud, herstelling en vernieuwing waartoe de algemene vergadering of de syndicus vóór de vaste datum van de eigendomsoverdracht heeft besloten, maar waarvan de syndicus pas na die datum om betaling heeft verzocht;

2° een staat van de oproepen tot kapitaalinbreng die door de algemene vergadering van de mede-eigenaars zijn goedgekeurd vóór de vaste datum van de eigendomsoverdracht, alsook de kostprijs van de dringende werkzaamheden waarvan de syndicus pas na die datum om betaling heeft verzocht;

3° een staat van de kosten verbonden aan het verkrijgen van gemeenschappelijke delen, waartoe de algemene vergadering vóór de vaste datum van de eigendomsoverdracht heeft besloten, maar waarvan de syndicus pas na die datum om betaling heeft verzocht;

4° een staat van de door de vereniging van mede-eigenaars vaststaande verschuldigde bedragen, ten gevolge van geschillen ontstaan vóór de vaste datum van de eigendomsoverdracht, maar waarvan de syndicus pas na die datum om betaling heeft verzocht.

Tevens zal de instrumenterende notaris, voor zover de inlichtingen en documenten voorgeschreven door artikel 577-11 § 1 BW nog niet zouden afgeleverd geweest zijn aan de kandidaat-koper, hiervan ook mededeling vragen aan de syndicus.

Indien de syndicus niet antwoordt binnen de 30 dagen na het verzoek van de instrumenterende notaris zal de kandidaat-koper hiervan in kennis gesteld worden bij de akte.

De kosten voor de mededeling van de krachtens artikel 577-11 §§ 1 en 2 BW te verstrekken informatie worden gedragen door de verkoper zoals bepaald door de wet.

B. Gemeenschappelijke lasten

Onverminderd eventuele latere andersluidende overeenkomsten tussen partijen inzake de bijdrage in de schuld, draagt de uiteindelijke koper de in het eerste lid van artikel 577-11 § 2, 1°, 2°, 3° en 4° BW vermelde schulden.

De gewone lasten worden gedragen door de uiteindelijke koper vanaf de dag waarop hij effectief gebruik heeft gemaakt van de gemeenschappelijke delen.

Tevens draagt de uiteindelijke koper de buitengewone niet-periodieke gemeenschappelijke lasten en de oproepen tot kapitaalinbreng waartoe de algemene vergadering van de mede-eigenaars zou besluiten tussen de ondertekening van deze overeenkomst en het verlijden van de notariële akte. De kandidaat-verkoper verbindt zich ertoe de kandidaat-koper te verwittigen van elke algemene vergadering die zou plaatsvinden in die periode en verleent hem hierbij volmacht om eraan deel te nemen en te stemmen in zijn plaats.

Overeenkomstig artikel 577-11 § 5 BW is de kandidaat-verkoper schuldeiser van de vereniging van mede-eigenaars voor het gedeelte van zijn aandeel in het werkkapitaal dat overeenstemt met de periode tijdens welke hij niet effectief gebruik heeft gemaakt van de gemeenschappelijke delen (de afrekening wordt door de syndicus opgesteld). Zijn aandeel in het reservekapitaal blijft eigendom van de vereniging der mede-eigenaars.

C. Statuten

De kandidaat-koper verklaart in het bezit te zijn van een kopie van de voormelde statuten, die bijgevolg geacht wordt hier volledig te zijn overgenomen.

De uiteindelijke koper wordt geplaatst in alle rechten en verplichtingen die bepaald zijn in de statuten en die verband houden met het bij deze verkochte goed en in alle rechten en verplichtingen die eruit voortvloeien. Hij is, onder meer, gesubrogeerd in alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de door de algemene vergaderingen der mede-eigenaars regelmatig besliste wijzigingen, die in de boeken en processen-verbaal van deze vergaderingen bewaard worden.

De kandidaat-verkoper verklaart en waarborgt dat voorschreven eigendom verzekerd is via een globale polis of blokpolis of via een individueel door hem afgesloten polis in welk geval hij er zich toe verbindt deze individuele verzekering in stand te houden tot minstens 8 dagen na het verstrijken van de uiterlijke termijn voorzien voor het verlijden van de akte vaststellende de verkoop, of, indien de akte verleden wordt, tot minstens 8 dagen na het verlijden van de akte.

PRIJS

Indien de verkoop tot stand komt, zal deze, onverminderd latere andersluidende overeenkomst

tussen partijen, plaatsvinden tegen de prijs van TIENDUIZEND VIJFHONDERD EURO (€ 10.500,00).

Deze prijs moet betaald worden bij de ondertekening van de notariële akte.

Beide partijen erkennen op de hoogte zijn van de antiwitwaswetgeving die bepaalt: “De prijs van de verkoop van een onroerend goed mag enkel vereffend worden door middel van overschrijving of cheque.”

Herkomst van de gelden:

Beide partijen erkennen op de hoogte zijn gebracht van de anti-witwaswetgeving (artikel 66 Wet 18 september 2017) die bepaalt:

“§1 Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder “de prijs van de verkoop van een onroerend goed” het totale bedrag dat de koper moet betalen en dat betrekking heeft op de aankoop en de financiering van dat goed, hierin inbegrepen de hieruit voortvloeiende bijhorende kosten.

§ 2. De prijs van de verkoop van een onroerend goed mag enkel vereffend worden door middel van overschrijving of cheque.

De verkoopovereenkomst en –akte moeten het of de nummer(s) van de financiële rekeningen vermelden waarlangs het bedrag werd of zal worden overgemaakt, evenals de identiteit van de houders van die rekeningen.

Wanneer de notarissen of de vastgoedmakelaars (…) vaststellen dat het eerste en het tweede lid niet worden nageleefd, brengen ze dit onmiddellijk ter kennis aan de CFI (Cel voor Financiële Informatieverwerking) overeenkomstig de modaliteiten omschreven in artikel 50.”

Volgens de verklaring van de kandidaat-koper zullen de fondsen voor betaling van de prijs en de kosten, wanneer de verkoop tot stand komt, worden overgeschreven van zijn rekening nummer BE43 2200 3776 8301.

F. BIJKOMENDE INFORMATIEVE BEPALINGEN

1. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

° Overeenkomstig artikel 5.2.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening worden partijen gewezen op de bepalingen van artikel 4.2.1 van deze Codex, artikel waarin de handelingen vermeld staan waarvoor een voorafgaande stedenbouwkundige vergunning vereist is.

Partijen erkennen op de hoogte te zijn van de bepalingen van artikel 4.2.1 luidende als volgt:

“Artikel 4.2.1. Niemand mag zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning :

1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken :

a) het optrekken of plaatsen van een constructie,

b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat,

c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie;

2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet;

3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen;

4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt;

5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor :

a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materiaal of afval,

b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens,

c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een vergund of van vergunning vrijgesteld openluchtcreatief terrein in de zin van de decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies;

6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt;

7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer;

8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalterrein, een tennisveld of een zwembad.

9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

° Blijkens de voorhanden zijnde gegevens werd de stad/gemeente waarin voorschreven eigendom gelegen is reeds opgenomen op de lijst waarvan sprake in artikel 7.6.4 van deze Codex (goedgekeurd plannen- en vergunningenregister). De kandidaat-koper bevestigt hiervan een stedenbouwkundig uittreksel te hebben ontvangen, dagtekenend van minder dan één jaar voor heden.

° Uit opzoekingen, verklaringen van de kandidaat-verkoper en hiervoor vermeld stedenbouwkundig uittreksel  met betrekking tot het hoger beschreven eigendom afgeleverd op 22 augustus 2019, blijkt:

1.- Gegevens inzake stedenbouwkundige vergunningen of omgevingsvergunningen voor het uitvoeren van stedenbouwkundige handelingen: - 11008_2010_237: vellen van een esdoorn, fijnspar, appelboom en rode kastanje: vergund dd. 13/04/2010

- 11008_2011_426: het regulariseren van anders uitgevoerde werken: vergund dd. 11/10/2011;

- 11008_2015_179: bouwen van een tuinberging: vergund dd. 20/04/2015;

- 11008_1970_249: het bouwen van een kinderheil: vergund dd. 08/06/1970;

- 11008_2009_227: afbraak van bestaande school, realisatie van tijdelijke school-voorzieningen, realisatie van een basisschool + kinderdagopvang + 26 wooneenheden: vergund dd. 23/06/2009

2.- dat de meest recente stedenbouwkundige bestemming van dit eigendom de volgende is: ligging volgens het Gewestplan in woongebied

3.- dat het onroerend goed niet het voorwerp uitmaakt van een rechterlijke of bestuurlijke maatregel als vermeld in hoofdstuk III en/of IV van de Titel VI ‘Handhaving’ van zelfde Codex, en er geen procedure voor het opleggen van een dergelijke maatregel hangende is;

4.- dat voor dit eigendom (nog) geen recht van voorkoop geldt zoals bedoeld in artikel 2.4.1. van zelfde Codex (zone die in het definitief vastgesteld Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) wordt aangeduid als een zone waarin het voorkooprecht geldt) of in de zin van artikel 34 van het decreet van 25 april 2014 betreffende complexe projecten;

5.- dat voor dit eigendom geen (niet-vervallen) verkavelingsvergunning / omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden van toepassing is.

6.- dat voor dit eigendom op dit ogenblik geen planbatenheffing verschuldigd is.

7.- dat dit eigendom op dit ogenblik niet het voorwerp uitmaakt van een voorkeursbesluit of een projectbesluit.

8.- dat het eigendom gelegen is binnen het Ruimtelijk Uitvoeringsplan verbod op meergezinswoningen de dato 28 juli 2011.