Zitting van maandag 21 oktober 2019

Van 20:00 uur

Locatie raadzaal, Verhoevenlei 11, 2930 Brasschaat

 

Aanwezig:

Tom Versompel - voorzitter

Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Philip Cools, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens en Karina Hans - schepenen

Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Karin Willemen-Beyers, Christophe Thomas, Robrecht Eeman, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Bruno Heirman, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Ingeborg Hermans, Greet Verbert en Kasper Vanpoucke - raadsleden

Ward Schevernels - algemeen directeur

Afwezig:

Jan Jambon - burgemeester

Dimitri Hoegaerts, Tom Thys en Shana Claessens - raadsleden

 

 

Barbara Cloet korpschef  verlaat de zitting vanaf punt 1.

Barbara Cloet korpschef  vervoegt de zitting vanaf punt 4.

Barbara Cloet korpschef  verlaat de zitting vanaf punt 7.

Barbara Cloet korpschef  vervoegt de zitting vanaf punt 19.

Barbara Cloet korpschef  verlaat de zitting vanaf punt 20.

 

1 van 1

 

Overzicht punten

 

 

1 Spreekrecht inwoners. Verzoek van Willy Clijmans, namens de buurtbewoners van de Lage Kaart, over de verkeersoverlast op de Lage Kaart. - KENNISGENOMEN

 

 

Zittingsverslag

 

De heer Willy Clijmans dankt de gemeenteraad om het door hem aangeleverde document met de geschetste problematiek en vraaagstelling voorafgaandelijk aan de leden van de gemeenteraad te hebben bezorgd en licht vervolgens zijn probleemstelling toe.

Het probleem handelt over de problematiek naar voor gebracht is door niet enkel hemzelf maar tevens door de verschillende andere bewoners van de Lage Kaart, gesitueerd tussen de Zegersdreef en de Emiellei. Dit gebied is volgens hem stedenbouwkundig gezien als een woonwijk beschreven en dit staat voor hem als een zone waarin het rustig wonen zou moeten zijn. In deze omgeving zijn er tevens verschillende scholen gevestigd. De concrete problemen waarmee de bewoners worden geconfronteerd betreffen de trillingen, veroorzaakt door het doorgaand verkeer, aan zowel vaststaande als losstaande constructies zoals lavabo’s, trapleuningen, enz en leiden deze trillingen eveneens tot tot scheurvorming in de muren van de woningen. verder is er nog de geluidsoverlast die wordt ervaren van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Tenslotte wijst hij nog op het feit dat er een de fietspaden vaak in tegengestelde richting wordt gebruikt wat bijkomende onveilige situiaties tot gevolg heeft.

De oorzaak van deze problemen ligt volgens hem op de eerste plaats bij de hoge verkeersfrequentie. De heer Clijmans geeft aan dat hij zelf tellingen heeft uitgevoerd in de eerste week van september 2019 en dat er meer dan 600 voertuigen per uur op piekmoment voorbij zijn gekomen. Daar bovenop komen er gedurende de gehele dag gemiddeld 350 voertuigen per uur voorbij. Hiervan bestaat 10% uit zwaar vervoer waaronder bestelwagens, vrachtwagens, tractoren, enz.

 

De heer Clijmans stelt dat de bewoners van de Lage Kaart die er recentelijk zijn komen wonen wel wisten dat er een zekere drukte te verwachten was maar niet dat het zo erg zou zijn.  De bewoners die er al langere tijd wonen geven hem aan dat de frequentie de laatste jaren enkel maar is toegenomen. Hij vraagt dan ook expliciet of er in het verleden al tellingen zijn uitgevoerd en of hieruit is af te leiden dat de frequentie inderdaad is toegenomen volgens het gemeentebestuur en of niet kan worden besloten dat de lage Kaart ook een sluipweg is geworden. 

Het tweede probleem dat zich stelt betreft de snelheid van het verkeer. Als inwoner beschikt hij niet over de expertisen en uitrusting om hier tellingen en metingen te doen maar de ervaring leert hem wel dat er vaak aan overdreven snelheid wordt gereden. Hij geeft ook aan dat de huidige signalisatie op zijn minst twijfel zaait over de maximaal toegelaten snelheid en wijst op de inplanting van het aanwijzingsbord “begin en einde bebouwde kom”. Dit bord staat volgens hem namelijk hetzij alleen op de weg geplaatst, hetzij vergezeld van een extra bord dat expliciet de maximale snelheid van 50 km/h vermeldt of dat die snelheid niet meer geldt.

Hij stelt vast dat er flitspalen aanwezig zijn maar dat de locatie ook al lang een algemeen gekend gegeven is. Ter hoogte van deze locatie let men op de snelheid maar verder niet meer.  Bovendien staan deze flitspalen die door omstandigheden praktisch onmogelijk is om sneller te rijden van 50 km/h en stelt hij het nut hiervan in vraag.

Verder stelt hij vast dat het verkeer voor lawaaihinder zorgt en dit niet enkel door de motoren maar tevens door het contactgeluid dat de voertuigen maken met het baanoppervlak.  Dit neemt uiteraard alleen maar toe bij zwaardere types van voertuigen, een hogere snelheid en de aard van het huidige wegoppervlak. 

Volgens de heer Clijmans krijgen de bewoners slechts één antwoord op hun bezorgdheid en dat is dat ze ramen en deuren moeten sluiten. Tot slot wil hij graag aangeven dat de trillingen een problematiek is die sinds de wegenwerken, uitgevoerd in april 2019, alleen maar zijn verergerd.  Ten gevolge van een wegverzakking zijn er herstellingswerken uitgevoerd en zijn er nieuwe betonplaten voorzien.  Echter hebben deze herstellingen geluid tot een toename van geluid en trillingen telkens een voertuig deze zone passeert.

 

De geluidsoverlast is een fenomeen dat hinderlijk is en waarop de klok gelijk kan worden gezet indien de bussen van het openbaar vervoer passeren. 

 

Hij wenst de gemeenteraad dan ook te vragen of de herstellingswerken zijn aanvaard door de gemeente en of deze correct zijn uitgevoerd want de ervaring met de aanwezige hinder is er zeker niet op verbeterd, integendeel. 

Hij wijst tenslotte nog op de mogelijke impact van de huidige verkeerssituatie op het gedrag van de fietsers en vraagt zich af of dit een reden is waarom fietsers veelvuldig niet oversteken en eerder blijven rijden in de tegengestelde richting op de fietspaden met onveilige verkeersituaties en bijkomende risico’s voor de voertuigen die hun oprit verlaten tot gevolg.

De heer Clijmans besluit zijn eerste tussenkomst met de verwijzing naar de expliciete vragen die hij in zijn schrijven aan de gemeenteraad heeft gesteld: Welke maatregelen zal het gemeentebestuur nemen om het wegdek aan te passen en te verbeteren? En welke maatregelen zal het gemeentebestuur nemen om het vervoer te ontmoedigen, de snelheid te reduceren en het zware vervoer te beperken?

 

Schepen Fonteyn antwoordt dat er inderdaad herstellingswerken zijn uitgevoerd ten gevolge van een wegverzakking. De betonplaten van de Lage Kaart hebben een bepaalde ouderdom en zijn op termijn aan vervanging toe. Dat is ook de reden waarom er in verschillende fases, verspreid over de tijd, geld en tijd vrijgemaakt zal worden om de betonplaten te vervangen.

 

In de eerste fase van deze werken wordt voorzien in het deel tussen de Mollei en de Veldstraat. Deze werken waarbij zal voorzien worden in een asfaltlaag zijn ook budgettair voorzien binnen deze legislatuur en de werken zullen ontwerptechnisch aansluiten op de noodzakelijke werken ten behoeve van het scholenproject Kaart.

 

De tweede fase, het stuk van Veldstraat tot de Augustijnslei, staat eveneens in de planning maar valt net buiten deze legislatuur, namelijk in 2025. De redenen hiervoor zijn enerzijds dat de heraanleg van de gehele Lage Kaart een zeer duur werk betreft en anderzijds dat er met de hogere overheid zal worden overlegd om de benodigde rioleringswerken te kunnen laten opnemen als een bovengemeentelijke riolering waardoor er subsidiemogelijkheden ontstaan en het gemeentebestuur niet alleen moet instaan voor deze investeringen.

Aangaande het herstellingswerk dat in het voorjaar van 2019 werd uitgevoerd stelt schepen Fonteyn dat deze zijn uitgevoerd door PIDPA ten gevolge van een inspectieput die in slechte staat was. Door scheurvorming kon water insijpelen in de riolering en wordt hierdoor zand mee afgevoerd met een verzakking tot gevolg. De inspectieput net als de betonplaten zijn ondertussen volledig vervangen. Er is een medewerker van de dienst infrastructuur ter plaatse geweest om de werken te inspecteren en is tevens een plaatsbezoek geweest bij een bewoner. Dit was op een gewone werkdag tussen 16h en 17h waarbij er geen abnormale trillingen of geluiden zijn waargenomen.

 

Schepen Fonteyn gaat verder dieper in op de stelling dat het hier een woonwijk betreft waar rustig moet kunnen verbleven worden. Echter zijn de types die een gewestplan bepaalt hier niet relevant gezien deze geen uitspraak doen over de type van wegcategorisering die een gemeente en haar woonwijken moet ontsluiten. Woonparken zijn inderdaad woongebieden met een groen karakter en het gemeentebestuur ondersteund ten volle wonen in het groen maar daarnaast moet er ook worden gezorgd voor een goede en vlotte ontsluiting. In de rand merkt ze op dat er bovendien naast wonen ook andere functies mogelijk zijn zoals bijvoorbeeld handel, ambachten en kleine bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn en zo zijn er inderdaad ook kleinere bedrijven aanwezig in de omgeving die ook ontsloten moeten kunnen worden.

Schepen Fonteyn wil graag meer toelichting geven over de wegcategorisering. Enerzijds zijn er de bovenlokale wegen zoals de hoofdwegen met de autostrades, primaire wegen zoals de Sint-Jobsesteenweg en secundaire wegen zoals Bredabaan en Kapelsesteenweg. Anderzijds zijn er de lokale wegen die verder zijn onderverdeeld in 3 categorieën: de lokale verbindingswegen zoals de Lage Kaart, Hoogboomsesteenweg, Donksesteenweg, …, de ontsluitingswegen zoals de Voshollei, Miksebaan, Pauwelslei, … en tot slot de woonstraten.

 

De Lage Kaart behoort tot de categorie “lokale verbindingsweg type 1”. De hoofdfunctie van deze wegcategorie is het verbinden van verschillende centra en wijken op lokaal niveau. Alle woonstraten die hier aan grenzen moeten zo snel als mogelijk richting een weg van een hogere categorie worden gebracht zoals in dit geval bijvoorbeeld de Kapelsesteenweg. Het is dus juist de bedoeling dat de Lage Kaart het verkeer opvangt uit de omliggende wijken en verder loodst naar een weg van hogere categorie. Het is dan normaal dat de verkeersintensiteiten en dus ook de intensiteiten vrachtverkeer hoger zijn. Dit is belangrijke informatie die meegenomen moet worden in deze discussie. De Lage Kaart mag ook een hogere intensiteit van vrachtverkeer hebben dan een woonstraat.

 

Wat betreft de hoge snelheden gaat het gemeentebestuur voort op de objectieve gegevens die door de politie worden aangereikt. De voorbije twee jaar voerde de politie vijf uitgebreide verkeersmetingen uit op verschillende meetpunten langsheen de Lage Kaart.

 

De laatste meting is gebeurt in de periode van 7 tot 16 oktober 2019. Daaruit blijkt dat de V85-snelheid op 2 meetpunten licht werd overschreden. De V85 snelheid is de snelheid die door 85% van de automobilisten niet wordt overschreden op een weg met normaal verkeer in normale omstandigheden. Concreet overschrijft 15% dus wel de maximaal toegelaten snelheiden betreft dit veelal de hardleerse overtreders. Aan de andere kant beschouwt 85% deze snelheid als aanvaardbaar. Voor het stuk waar meneer Clijmans woont, is dit 52 km per uur. Dit is een hele lichte overschrijding. Men kan dit dus geen structureel snelheidsprobleem noemen. Enkel wanneer de V85 snelheid en de maximaal toegelaten snelheid enorm uit elkaar liggen, bijvoorbeeld de V85 is 60 km per uur, terwijl de toegelaten snelheid 50km per uur is, dan is er sprake van een structureel snelheidsprobleem, wat hier dus niet het geval is.

 

Het aandeel vrachtverkeer op een lokale verbindingsweg mag volgens de Vlaamse richtlijnen niet hoger liggen dan 10% van het totale verkeer. Vrachtverkeer boven de 10% wordt volgens de richtlijnen aanzien als problematisch, maar dat is hier ook niet het geval. De metingen voor de Lage Kaart tonen aan dat het percentage vrachtverkeer ver onder de maximumgrens zit, namelijk maar 2 tot 3 procent.

 

In het algemeen kunnen we stellen dat de verkeersintensiteiten in Vlaanderen en dus ook in Brasschaat blijven toenemen. Dat is een algemene vaststelling.

Hiervoor zijn verschillende oorzaken aan te duiden, onder andere het feit dat een gezin vaak meer dan één auto heeft, er een steeds groter wordende groep mensen online bestelt en dat de wagens van vandaag zijn uitgerust met moderne GPS systemen die de meest gemakkelijke route berekenen, rekening houdende met de verkeersdrukte en de wagens doorheen woonwijken als alternatieve sturen omdat dit sneller gaat dan de normale route over het hogere wegennetwerk. 

Dit wil zeggen dat de algemene leefbaarheid onder druk komt te staan en dat er ook iets moet worden ondernomen. De oplossingen hiervoor zijn niet eenvoudig en bovendien zijn deze te zoeken zowel op het lokaal als op het bovenlokaal niveau.  En dus ondernemen we heel wat initiatieven op dit vlak.

Op bovenlokaal niveau werkt het gemeentebestuur met de Vervoerregio Antwerpen samen aan een grensoverschrijdend mobiliteitsplan, Routeplan 2030, heel wat maatregelen worden voorzien om de verkeersdruk in de regio te doen afnemen. De doelstelling binnen dit mobiliteitsplan is te komen tot  een modal shift van 50%-50%. Dat betekent letterlijk het verschuiven van 50% van de huidige gebruikers van voertuigen naarandere vervoersmodi dan de auto.

Op gemeentelijke niveau wordt er in het meerjarenplan sterk ingezet op het verbeteren van de verkeersleefbaarheid. Hiervoor zullen er ook de nodige middelen en acties worden voorzien.

Er wordt gekeken naar  het verbeteren van de wijkcirculatieplannen, zoals bijvoorbeeld deze van de wijk Maria-ter-Heide. Via Maria-ter-Heide komt het grootste deel aan sluipverkeer onze gemeente binnen, dit hoofdzakelijk om de files en de drukte op de E19 te vermijden. Het bestuur denkt eraan om maatregelen te nemen op die sluipwegen en het verkeer het op die manier moeilijker te maken en te zorgen dat deze voertuigen op de daarvoor bestemde wegcategorie blijven.

Daarnaast zal de gemeente een nieuw mobiliteitsplan opmaken. En ook hier staat de verkeersleefbaarheid hoog op de agenda. Zo zullen de parkeerplannen, de verkeerscirculaties, de wegcategorisering worden opnieuw bekeken en maatregelen worden voorgesteld.

Via de recent gelanceerde VIB-campagne wilt het bestuur de bewoners aanmoedigen en verleiden om de wagen af en toe te laten staan en een ander vervoersmiddel te gebruiken. De gemeente blijft tot slot ook inzetten op duurzame vervoersmodi via het aanbod van deelfietsen en autodelen.

 

Verder ligt de focus deze legislatuur op het vernieuwen van onze fietsinfrastructuur. Zo werd de Pauwelslei al heraanlegd en zullen o.a. de Voshollei, de Lage Kaart en nog andere straten volgen deze legislatuur.

 

Schepen Fonteyn besluit dat rekening houdend met de wegcategorie, met name de lokale verbindingsweg met als hoofdfunctie het verbinden van kernen en wijken, de gemeente verdere geen maatregelen kan nemen om het verkeer op de Lage Kaart te ontmoedigen. De Lage Kaart heeft namelijk juist als doel om het verkeer uit de woonwijken naar de Lage Kaart te brengen en het zo verder naar een hoger netwerk te sturen.

De gemeente zal wel maatregelen onderzoeken om het sluipverkeer te doen verminderen en de verkeersleefbaarheid te verhogen. Dit zal dan hopelijk ook invloed hebben op de Lage Kaart.

 

De heer Clijmans repliceert op het antwoord besluit hieruit dat de bewoners dus niets moeten verwachten deze legislatuur.

 

Schepen Fonteyn antwoordt dat de Lage Kaart wel wordt aangepakt in fase en dat het stuk Lage Kaart vanaf de Mollei tot de Veldstraat als eerste fase zal gerealiseerd worden.

 

De heer vraagt of het stuk Emiellei en de Zegersdreef dan niet zal worden aangepakt.

 

Schepen Fonteyn geeft aan dat op dit stuk al enkele betonplaten zijn vervangen samen met de inspectieput dus dit zal nu onmiddellijk terug aan bod komen maar de volgende fase rond de aanpak van de Lage Kaart worden wel ingepland.

 

De heer Clijmans merkt op dat schepen Fonteyn sprak over de Lage Kaart als verbindingsweg en hij vraagt zich af in hoeverre er ook sprake is van grensoverschrijdend verkeer want dit valt naar zijn mening niet onder de noemer van verbindingsweg maar dat dit verkeer is dat eerder de Bredabaan en de Kapelsesteenweg zou moeten gebruiken.

 

Schepen Fonteyn verduidelijkt dat ze niet gesproken heeft van grensoverschrijdend verkeer maar wel van een weg met een bovenlokaal karakter waarbij het hier gaat over de riolering die wel grensoverschrijdend werkt en er dus ook bovenlokale middelen voor zouden moeten worden uitgetrokken.

Verder geeft ze aan er hier sprake is van zowel doorgaand verkeer als van bestemmingsverkeer en beide ook moeten kunnen.  De Lage Kaart ontsluit verkeer richting Kapelsesteenweg alsook de verschillende wijken.   . Zo moeten bijvoorbeeld de bestelwagens ook over de Lage Kaart kunnen rijden en juist zo min mogelijk in de aangetakte woonstraten. 

 

De heer Clijmans wenst nog te verduidelijken dat er tijdens het plaatsbezoek geen geluid waarneembaar was.  Dit is volgens hem niet te wijten aan het feit dat er geen geluid was maar dat er tegelijkertijd een zestal andere personen aanwezig waren die onderling besprekingen voerden en dat er in dergelijke omstandigheden er dan ook weinig te horen valt.

 

Schepen Fonteyn antwoord dat ze bereid is om eventueel een extra bezoek in te plannen indien gewenst.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

Met de mail van 20 september 2019 verzoekt Willy Clijmans, namens de buurtbewoners van de Lage Kaart, tot spreekrecht op de gemeenteraad over de verkeersoverlast op de Lage Kaart.

 

Juridisch kader

Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad van 28 januari 2019, artikels 39 en 40.

 

Art.1.- Neemt kennis van het spreekrecht van Willy Clijmans, namens de buurtbewoners van de Lage Kaart, over de verkeersoverlast op de Lage Kaart.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

2 Notulen en zittingsverslag van de zitting van de gemeenteraad van 30 september 2019. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Konings geeft aan dat op pagina 9 van het zittingsverslag een woord ontbreekt bij zijn tussenkomst die een belangrijke nuance geeft. Hij heeft in zijn tussenkomst gesteld dat er een budget noodzakelijk is van 350.000 euro om het BK nog maar te mogen organiseren. Het woord “mogen” ontbreekt hier en hij verzoekt de gemeenteraad om dit te willen aanpassen.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

Op 30 september 2019 was er een van de gemeenteraad. De gemeenteraad dient de notulen en het zittingsverslag van die zitting goed te keuren.

 

Juridisch kader

Artikel 32 van het decreet lokaal bestuur.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- De notulen en het zittingsverslag van de zitting van de gemeenteraad van 30 september worden goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

3 Akteneming verhindering burgemeester. - KENNISGENOMEN

 

 

Zittingsverslag

 

De gemeenteraad neemt akte van de verhindering van de burgemeester.

Beslissing

 

 

Neemt er akte van dat de burgemeester conform artikel 62 van het decreet lokaal bestuur, ingevolge zijn eedaflegging als minister-president in de Vlaamse regering op 2 oktober 2019, verhinderd is.

 

Neemt er ook akte van dat Philip Cools , derde schepen, ingevolge het derde en vierde lid van artikel 62 van het decreet lokaal bestuur, door de burgemeester werd aangeduid om hem te vervangen als waarnemend burgemeester.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

4 Kwartaalrapportering van het derde kwartaal jaar 2019. - KENNISGENOMEN

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid N. de Kort heeft een aantal vragen bij de kwartaalrapportering. In eerste instantie wordt er op pagina 5 toelichting gegeven over de inzet rond het schooltoezicht en omtrent het toezicht van verkeersveilige routes. Deze cijfers zijn duidelijk en spreken voor zich over de inzet van de politie. Het kwartaalrapport vermeldt ook dat in functie van speciale noden bepaalde punten extra worden aangepakt. Hij vraagt wat die speciale noden juist zijn en of er voorbeelden gegeven kunnen worden.

 

Verder vraagt hij hoe de parkeerproblemen aan scholen worden gecontroleerd en opgevolgd. Zo zal bij er bij slecht weer door meer mensen de auto worden genomen en er een andere impact op de parkeerproblematiek zijn dan bij goede weersomstandigheden. Dit leidt soms tot problemen met de omgeving en hij vraagt hoe de politie dit aanpakt. Hij heeft tevens een vraag in verband met de controles op werven. Op pagina 8 kan worden afgeleid dat de snelheidscontroles meer overtredingen laten zien bij dergelijke werven en dit tot 20% in dit kwartaal. Dit toont dan ook het belang van snelheidscontroles op de werven van het werk van de politie aan. Hij vraagt of er een verklaring is voor de plotse stijging in dit kwartaal. Heeft dit bijvoorbeeld te maken met controles op een welbepaalde werf of zijn er andere oorzaken. Hij kan zich voorstellen dat dit kwartaal per kwartaal wijzigt, maar vindt het ook wel interessant om een analyse en besluit hieromtrent mee op te nemen. 

 

Tot slot heeft hij nog een vraag losstaande van de kwartaalrapportage. Op zaterdag 21 september 2019 heeft hij samen met de leden van de gemeenteraad een werkbezoek gebracht aan de brandweer. Dit vond hij heel interessant en alle fracties waren hier heel positief over. Men kon aan den lijve ondervinden hoe het is om brandweerman te zijn. Hij zegt het zeker een meerwaarde te zullen vinden mocht dit ook zou kunnen in het politiecommissariaat. Hij vraagt zich af wat de korpschef van dit voorstel vindt.

 

Raadslid Brughmans geeft een pluim aan de korpschef voor het werk dat werd gepresteerd het voorbije kwartaal. Ook vanuit de vaststelling dat het politiekader een beetje een zorgenkind blijft. In de voorbije maanden en jaren was de werving van politie inspecteurs een moeilijk gegeven en ging dit vaak op en neer.

 

Verder stelt hij dat er inhet begin van dit jaar een campagne werd gelanceerd voor de aanwerving en selectie van inspecteurs. In de gemeenteraad werden die procedures vereenvoudigd door de bevoegdheden te delegeren naar de burgemeester. Er is toen ook beslist om van bij het moment van het ontstaan van vacatures, deze automatisch vacant te kunnen verklaren en werfreserves vast te stellen. Dit allemaal om geen tijd te verliezen in procedures tussen de gemeenteraden door. Hij stelt vast dat dit heel tijdelijk heeft geholpen in de eerste helft van het jaar, toen zat het korps licht boven het kader. In het tweede kwartaal wordt er gesproken over een kader van 51 VTE met een effectieve bezetting van 51,43 VTE dus dit was positief. In het derde kwartaal zakt dit echter terug naar een kader van 52 VTE naar een effectieve bezetting van 47,9 VTE. Hij begrijpt dat dit een gegeven is waarmee vele korpsen te maken hebben maar vraagt wel aan de korpschef hoe zij hier in de toekomst mee zal omgaan.

 

Raadslid Eeman merkt op dat op pagina 9, punt 3.2.2 aangaande de de onbemande controles door flitspalen, de cijfers ontbreken van de Brechtsebaan en Sint-Jobsesteenweg in het tweede kwartaal. Dit werd eerder tijdens de bespreking van dat kwartaalrapport door toen door Brasschaat2012 aangegeven. De vraag werd toen gesteld wat de oorzaak was en er werd gesteld dat dit zou worden nagekeken.  Hij stelt echter vast dat deze cijfers opnieuw ontbreken voor deze plaatsen maar dat ze ook ontbreken voor de locatie Lage Kaart-Molenweg.

 

Raadslid Hermans heeft ook een vraag over de korpsbezetting. Ze geeft aan geen specialist ter zake te zijn maar hoopt om toch antwoorden op haar vragen te krijgen.  In eerste instantie merkt ze op dat onder punt 2.1 te lezen is dat er een operationeel kader is voorzien van 71 VTE en dat dit in praktijk slechts 60,1 VTE bedraagt terwijl er aan de andere kant een hoger aantal CALog personeel aanwezig is.  Ze vraagt of er niet beter ineens meer operationeel personeel kan worden aangeworven en of de onderbezetting van het operationeel kader met verschuiving naar CALog personeel geen impact heeft op de dienstverlening.

 

In het rapport worden ook verschillende afkortingen gebruikt. Raadslid Hermans zegt dit zeer goed te vinden en merkt op dat “NAVAP” nog zou moeten toegevoegd worden.

Op pagina 4 merkt ze verschillen op tussen de gegeven en gekregen steun. Dat verschil wordt worden hoe langer hoe groter en dus is er steeds meer gegeven steun dan omgekeerd.  Ze vraagt wat hiervan de oorzaak is en welke conclusies hieruit getrokken kunnen worden of welk gevolg hieraan moet worden gegeven. Op pagina 5, punt 3.1.1 is er ok een grote dalende trend merkbaar in zowel het schooltoezicht als de verkeersveilige routes en vraagt of hier een verklaring voor is.

Op pagina 6 punt 3.1.2 merkt zij op dat er ook hier dalende cijfers merkbaar zijn er er zelfs een cijfer 0 wordt gerapporteerd.  Ze vraagt zich af of de doelstellingen nog behaald kunnen worden en of ze zelfs realistisch zijn dan wel bijgestuurd moeten worden. Op pagina 6 punt 3.2 staat vermeld dat er 23 snelheidsinformatieborden zijn, maar er werden er slechts 15 ingezet in het derde kwartaal. Ze stelt dat er onlangs nog extra borden zijn aangekocht en waarom ze niet allemaal ingezet zijn.  Op pagina 8 stelt ze vast dat de doelstelling “105 uur van bemande controles” niet werd gehaald in het derde kwartaal. Ze stelt vast dat dit slechts 72,16 uur minder is of dus 30% en wat hiervan de reden is.

Op pagina 9 gaat het over de onbemande controles via de flitspalen. Daar is vooropgestelde norm van 1500 uren volgens het rapport behaald. Maar zij merkt op dat als men de optelsom maakt in het derde kwartaal men slechts aan 1319,57 uur komt. Zij vraagt wat hiervoor de verklaring is.

Op pagina 11 punt 3.3 gaat het over het ontradend optreden en het verhogen van de “pakkans” door het uitvoeren van acties inzake alcohol en drugs. Zij merkt op dat hier een target werd vooropgesteld van 2000 ademtesten per kwartaal. In het derde kwartaal zijn er reeds meer dan het dubbel van de target van de ademtesten afgenomen, namelijk 5205. Bijkomend werd de doelstelling van 350 controle-uren met een gemiddelde van 78,5 uur per kwartaal ruimschoots behaald. Er werd op dit specifieke onderdeel over de drie kwartalen heen al 58 uur meer gecontroleerd dan vooropgesteld. Zij vraagt waarom men dan op dat moment niet stopt met het uitvoeren van de testen en de vrijgekomen tijd niet gebruikt om daar waar de doelstellingen niet behaald werden, om die wel trachten te behalen.

Op pagina 14 punt 5.1 vraagt zij om toelichting over de definities van koude en warme berichten.

Op pagina 15 punt 5.2 merkt zij op dat er iets vreemd is aan de cirkeldiagrammen. Wanneer het cijfer onbekend is, kan dit uiteraard niet worden weergegeven in procenten. Zij zegt dat men hier consequent in moet zijn, ofwel kan het in alle diagrammen ofwel nergens. Soms wordt onbekend wel opgenomen in de diagrammen, in andere niet.

Op pagina 17 punt 6.1 wordt er opmerkelijk veel meer hinder waargenomen bij de horeca, maar er werden geen pv’s opgesteld. Zij vraagt of er daar een verklaring voor is en wat de link is van de plaatsen van de overlastcamera’s en deze overlastcijfers.

Op pagina 17 punt 6.2 vraagt ze verduidelijking over de de laatste kolom. In de tabelziet men een reeks cijfers staan aangaande diefstal uit voertuig, fietsdiefstal en voertuigdiefstal. Dit zijn dezelfde cijfers als in kwartaal één. Dit kan toeval zijn, maar zij denkt dat hier toch mogelijks andere cijfers moeten staan.

Op pagina 18 punt 7.1 vreest zij ook hier dat er een fout is ingeslopen. Getallen van het tweede kwartaal zijn volgens haar blijven staan en daarmee dus ook de procentuele weergave in de tekst.

Op pagina 20 merkt zij op dat in de wijkwerking, onderste tabel, de wooncontroles een opmerkelijk stijging vertonen. Zij vraagt wat de ingeving is om meer controles te doen: waarom, waar en wanneer.

 

Raadslid Van der Schoepen zegt dat de werking van het ANPR systeem in Brasschaat en omstreken is toegelicht op de algemene commissie. Wat betreft Brasschaat heeft hij daarbij nog een bijkomende vraag namelijk of er permanent toezicht is op het ANPR netwerk en of een beëdigd persoon dit moet controleren of dit toezicht ook door een administratief personeelslid uitgevoerd kan worden.

 

Op bladzijde 16 leest hij in de titel “Evolutie DIW vanaf 2014”. In de grafiek merkt hij echter op dat de cijfers worden vermeld vanaf 2016 tot en met het derde kwartaal van 2019. Hij vraagt of dit berust op een typefout.

 

Raadslid Pauwels heeft nog een paar aanvullingen. Op pagina negen, omtrent de onbemande controles door flitspalen, merkt hij op dat er in het tweede kwartaal nog 3 camera’s waren en nu nog maar 2. Hij vraagt of er 1 stuk is en als dit zo is, hoelang dit dan zal duren.

Op pagina 12 werd er bij het vorige kwartaal gevraagd om nogmaals te bekijken of de aard van de kwetsuren van de fietsers opgenomen kon worden. Dit was vroeger zo, maar is weggevallen en er werd gezegd door de korpschef dat men dit terug ging bekijken.

Op pagina 17 stelt hij vast het aantal meldingen lawaaihinder op de openbare weg alweer stijgt. Hij zegt ook dat er een kleine fout staat, namelijk dat bij de locatie van de overlastcamera de Neervelden-de Morgenster staat, maar de morgenster ligt volgens hem de wijk Het Leeg  De Rietbeemden.

Hij merkt op dat de fietsdiefstallen helaas weer in de stijgende lijn zitten. Er werd vroeger reeds geopperd om te werken met traceerbare chips in de fiets, zoals bijvoorbeeld in Mechelen. Hij vraagt of dit nog verder zal worden bekeken.

 

Raadslid Buysse leest op pagina 8 dat 16% van de overtreders te snel rijdt aan een school en 20% aan de werven. Zij vraagt dat wanneer de percentages dergelijke duidelijke trends aangeven, hoe hier dan concreet wordt op gecontroleerd in het volgende kwartaal en hoe de politie daar concreet op inspeelt.

 

De korpschef antwoordt dat het korps concreet inspeelt op de noden aan scholen als er bijvoorbeeld een ongeval gebeurt. Dan zal die plaats meer bemand worden dan anders. Dit heeft zich in de eerste 3 maanden van de aanstelling van de korpschef nog niet voorgedaan. De meeste scholen werken ook reeds met gemachtigd toezichters. Om die mensen te steunen, worden elke ochtend mensen van zowel de verkeersdienst als de interventieploeg ingezet om schooltoezicht te doen. Scholen worden vooraf toegewezen met de bedoeling dat elke school evenveel aan bod komt.

Over de vraag van de parkeerproblemen en hoe de politie dit opvolgt antwoordt ze dat er inderdaad een aantal klachten zijn geweest. Er wordt bekeken met het bestuur wat de gemeente er aan kan doen. Dit probeert men ook in kaart te brengen.

 

Schepen Fonteyn merkt bijkomend op dat het bestuur bezig is met het “Route-2-school” project. De opmerkingen die de scholen hebben gegeven zijn verwerkt in een website en zullen binnenkort aan het college voorgesteld worden. Daarna zullen de resultaten ook toegelicht worden op een algemene commissie. Het is een interactieve website waar iedereen duidelijk kan zien waar de problemen zijn en zo kunnen deze problemen gericht weggewerkt worden.

 

De korpschef geeft aan dat het percentage van de overtreders aan werven inderdaad hoog ligt. In het afgelopen kwartaal werden vooral de werven op de Bredabaan en de Pauwelslei gecontroleerd. In de gemeenteraad van juni 2019 werd er ook al gesuggereerd om te controleren op sluipwegen, maar bij navraag is gebleken dat dit reeds gebeurt. Het percentage is hoog, maar dit werd besproken op het college om hier actie te ondernemen met de focus op sensibilisatie. Het initiatief is genomen vanuit politie om samen met de dienst communicatie hier meer op te sensibiliseren.

Het werkbezoek vindt zij een goed idee en stelt voor om dit vast te leggen. De raadsleden zijn zeer welkom om bij de politie op bezoek te komen.

 

De korpschef gaat verder met het beantwoorden van de vragen van raadslid Brughmans en bedankt hem allereerst voor de gegeven felicitaties.

Wat betreft de capaciteit zijn er al een aantal initiatieven genomen, maar dat, in tegenstelling tot wat men beoogt, dit vrij beperkt blijft. De reden waarom het korps niet ingevuld geraakt op vlak van inspecteurs is, in haar ogen, het project van de lokale politie Antwerpen. Zij doen aan rechtstreekse werving naast de federale politie en hebben hier een ongelooflijke aantrek van kandidaten door 1) een sterke campagne te voeren en 2) hun heel snelle doorlooptijden.

Bij de externe werving van de federale politie, waar ook het korps van Brasschaat een oproep moet doen, liggen de doorlooptijden zodanig hoog, en politie Antwerpen doet haar werk zodanig goed, dat dit een heel aantrekkelijk werkgever is. Er zijn vanuit het korps van Brasschaat al initiatieven genomen zoals een wervingsfilmpje, informatieavonden voor afgestudeerde klassen waar iedereen wordt uitgenodigd, aanwezigheid op mobiliteitsavonden op campus Vesta,… De initiatieven die binnen de mogelijkheden liggen, worden genomen.

Politie Antwerpen heeft momenteel aangegeven dat het grote tekort dat zij hadden min of meer opgevuld geraakt. Zij hoopt dus dat het in Antwerpen wat zal stabiliseren en dat de verdeling van de werving via de federale politie en werving via de politie Antwerpen meer verspreid zal zijn en meer in het voordeel zal zijn van politiezones die in de rand liggen.

Zij geeft ook nog mee dat de mensen die vertrokken zijn van het basiskader, dat dit hetzij in het kader van een promotieopleiding is hetzij in het kader van een specialisatie. Zij kiezen dus om van job of politiezone te veranderen, bijvoorbeeld omdat men wil gaan werken met explosieven of speurhonden, en dit is iets wat men als lokale politiezone, zeker als kleinere zone, niet kan aanbieden aan hun werknemers. De reden waarom mensen vertrekken is dus gelukkig vaak positief.

 

Op de vragen van raadsleden Eeman en Pauwels omtrent de flitspalen antwoordt zij dat de camera van de flitspaal van de Lage Kaart-Molenweg er niet heeft ingehangen het voorbije kwartaal. Daarentegen is de flitspaal Brechtsebaan-Sint-Jobsesteenweg al enkele maanden defect en die zal ook niet onmiddellijk hersteld worden. Die beslissing werd genomen omdat de politiezone wil overstappen naar digitale flitspalen aangezien die werken in twee richtingen in plaats van één. De kant richting Bredabaan blijft behouden, maar daar komt een ander systeem waardoor die paal zal flitsen in twee richtingen.

 

Wat betreft de vragen rond de bezetting, dat het korps met 64,1 FTE’s zit, en of dit gevolgen heeft op de dienstverlening stelt de korpschef dat dit uiteraard voelbaar is. Alle diensten kunnen wel nog steeds worden uitgevoerd, maar er zijn wel steeds een groot deel overuren. Er is ook een bewuste keuze gemaakt om taken waar mogelijk door te geven aan CAlog-personeelsleden. In casus gaat dit over het onthaal als de eerste lijn dienstverlening van mensen die toekomen. Daarom is ook geopteerd om het budget van een aantal inspecteurs, die niet als zodanig kunnen ingevuld kunnen worden, te investeren in tijdelijke contracten van onthaalmedewerkers. Die plaatsen worden dus vervangen door burger-personeelsleden en zij kunnen deze taak ook perfect uitvoeren. De plaatsen van inspecteurs blijven uiteraard openstaan, maar wanneer die zullen worden ingevuld is een groot vraagteken.

 

De afkorting NAVAP zal opgenomen worden in de lijst van afkortingen. NAVAP wil zeggen ‘non-activiteit voorafgaand aan hun pensioen’. Dat zijn mensen die voorafgaand aan hun pensioen in een bepaald stelsel gaan en dus niet meer komen werken. Deze loonkost wordt wel terugbetaald door de federale politie.

 

De gegeven steun neemt inderdaad toe en de gekregen steun neemt af. Dit staat volledig los van elkaar. Er is een omzendbrief, een gemeenschappelijk richtlijn van Binnenlandse Zaken, de zogenaamde MFO2. Dat wil zeggen dat in ruil voor een stuk federale dotatie het korps ten allen tijde in staat moet zijn om capaciteit te leveren aan andere politiezones in kader van bovenlokale solidariteit. Als er bijvoorbeeld morgen een staking uitbreekt in de gevangenis van Antwerpen of Merksplas dan moet er een aantal procent van de capaciteit geleverd kunnen worden. Dat gaat van 4 tot 7 procent. Het is een gegeven dat die steunvraag meer en meer toeneemt. Dat is vooraleerst omdat er meer en meer veiligheidsmaatregelen zijn naar aanleiding van TERRO. Dat laatste zakt momenteel maar anderzijds is er ook een stijging van het aantal gemeentelijke evenementen, zo ook tijdens de afgelopen zomer. Evenementen worden ook groter. Tomorrowland evolueert bijvoorbeeld naar 2 weekends in plaats van 1 weekend en dit vraagt onnoemelijk veel steun. De wederzijdse inzet wordt gemonitored door de algemene inspectie van de lokale en federale politie en hierover wordt jaarlijks een verslag uitgebracht. Er wordt bekeken of de steun en inzet gerechtvaardigd is en dit voor elke provincie. Het is hierbij ook vast te stellen dat provincie Antwerpen een druk bevraagde zone is.

 

Er worden ook initiatieven genomen om meer en meer te werken met inzet van de private bewaking. Ook bij evenementen in Brasschaat, als het binnen de perimeter blijft, wordt er maximaal op aangestuurd om te gaan werken met private bewaking.

Er wordt echter wel vastgesteld dat nog niet overal zo is dus dat er nog steeds politie wordt ingezet. Dit is ook iets dat heel regelmatig wordt aangekaart door de korpschefs op verschillende fora omdat dit enorm veel manschappen vraagt. Zeker tijdens de zomermaanden wanneer een politiezone al vaak op een minimumbezetting moet werken.

 

De cijfers omtrent de schooltoezichten en de projecten inzake verkeersveiligheid liggen lager omdat de maanden juli en augustus in kwartaal 3 vallen. Dit ligt dus niet aan verminderde capaciteit.

Over de snelheidsinformatieborden zegt de korpschef er inderdaad maar over 12 te beschikken. In hoever de acht nieuwe bestelde borden hier deel van uitmaken zou ze moeten navragen.

 

De korpschef bevestigt dat de normen van de onbemande controles, pagina 8, niet zijn gehaald. Hetzelfde is het geval met de flitspalen, en de reden hiervoor is te zoeken bij verloven en ziektevan de 3 personen in de verkeersdienst waarvan hun kerntaak het flitsen en verwerken ervan is.

 

De cijfers inzake alcohol en drugs liggen hoog en de normen worden ruim behaald. De procedure is nu eenmaal vereenvoudigd. Vroeger moest men iedereen laten blazen in een plastieken pijpje, wat tijd vroeg om dit te vervangen na iedere ademtest. Nu is er iets nieuw en dit is de “sampler”. Dit is iets heel eenvoudig, mensen moet hier enkel even in blazen en binnen 5 seconden ziet de politie of die persoon in aanmerking komt voor een positieve ademtest. Dit kan zelfs zijn na het eten van enkele likeurpralines. Het gaat dus sneller, maar de resultaten zijn iets onbetrouwbaarder. We doen dit om meer controles te kunnen doen dan dat men in het verleden kon doen op dezelfde tijd.

Of die capaciteit ergens anders ingezet kan worden, daar moet over nagedacht worden. Dit zou in principe kunnen, maar dit wordt grotendeels gedaan door mensen van de dienst verkeer. Dit wordt reeds deels verlegd door meer controles te doen op drugs en dat is ook te zien in de cijfers. Het aantal acties is hetzelfde gebleven, maar het zijn de aantal tests tijdens die acties die zijn gestegen.

 

Verder geeft de korpschef toelichting over de definitie van warme en koude berichten. De koude berichten zijn vooral bedoeld om te sensibiliseren. Bijvoorbeeld in geval van klachten van mensen die doorklikken op een mail die aangeeft dat men bv een loterij heeft gewonnen of iemand in het buitenland die geld nodig heeft. Als daar een toename van wordt vastgesteld, dan wordt er initiatief genomen om met de BIN-coördinatoren een bericht uit te sturen om te sensibiliseren. Ook bijvoorbeeld met de donkere dagen waarbij de inbraken stijgen, wordt er preventief gecommuniceerd over sociale controle. Dit is altijd via mail en via de BIN-coördinatoren omdat de koude berichten niet dringende berichten zijn.

De warme berichten zijn dringende berichten. Dat is bijvoorbeeld wanneer er iets is gebeurt van verdachte handelingen of een onrustwekkende verdwijning dan wordt er gevraagd aan de noodcentrale om het BIN te activeren, maar dat is enkel op het moment van een gebeurtenis en het initiatief ligt altijd bij de politie zelf.

Vandaar ook dat men zegt dat voor de koude berichten dat er een doel wordt gelegd van sensibilisering en de warme berichten hangen echt af van de interventies die op dat moment lopen en of er al dan niet een BIN-netwerk aanwezig is op de locatie van de interventie.

 

De diefstallen in woningen waarvan het cijfer “onbekend” wordt gerapporteerd vindt zijn oorzaak in het tijdsstip van het incident. Indien iemand aangifte wenst te doen doen moeten men altijd aangeven wanneer het juist is gebeurd. Dit is niet altijd juist identificeerbaar bijvoorbeeld als dit is gebeurd op het moment dat mensen met vakantie waren. 

 

De vaststellingen van horeca liggen inderdaad hoog, ook dit heeft te maken met de zomer. Mensen komen dan meer en sneller buiten op het terras of op de stoep. Daarom bellen omwonenden ook sneller naar de politie. Er werden inderdaad geen processen-verbaal opgesteld. Er wordt altijd geprobeerd om sensibiliserend op te treden en er wordt pas een GAS of proces verbaal opgesteld wanneer de politie dit zelf kan vaststellen, dus niet wanneer persoon X of Y aangeeft dat er overlast is. Die vaststelling moet door de politie zelf gebeuren.

 

De link tussen de locaties van de camera’s en de overlast is er effectief. Elk van de camera’s die wordt geplaatst is op aangeven van meldingen waar er overlast is. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan een nota die de plaatstelling van de camera’s, de manier waarop die geplaatst worden, hoe men dit gaat opvolgen, of dit loont of niet, de rol van de gemeente, … weergeeft. Er is dus effectief een link tussen de locaties van de camera’s, de meldingen en alle belanghebbenden van de overlast zelf. Er wordt nu al vastgesteld dat het zich gemakkelijk verplaatst dus er vlot moet worden ingespeeld op de locaties van de camera’s, maar hier wordt bewust mee omgegaan.

 

De korpschef beaamt dat er een aantal schoonheidsfoutjes zijn ingekropen, zoals bijvoorbeeld cijfers die niet kloppen. Er zal meer aandacht aan besteed worden.

 

Over de woonstcontroles die zijn gestegen antwoordt zij dat een woonstcontrole altijd op aangeven van de gemeente gebeurt. Er komen mensen aangeven aan de gemeente dat ze verhuisd zijn en dan volgt er automatisch een bezoek van de wijkagent. Dit wil dus gewoon zeggen dat er logischerwijs meer inschrijvingen zijn omdat er meer vraag is geweest om woonstcontroles uit te voeren.

 

ANPR werd al kort even toegelicht tijdens de commissie. ANPR is vooral in 1ste instantie iets wat retroactief wordt gebruikt. Naar aanleiding van feiten wordt er gekeken naar opsporingsindicaties die kunnen leiden tot opheldering in het verder onderzoek naar de feiten.

Naast het retroactieve wordt er ook gewerkt op de moment zelf. In de backoffice worden databanken ingegeven van lijsten van gestolen voertuigen, niet gekeurde voertuigen, niet verzekerde voertuigen,… en wanneer die voertuigen voorbij de ANPR-palen rijden, gaat er een alarm af. Idealiter zou dit bij de noodcentrale moeten zitten en worden alle ploegen daar aangestuurd, maar tot op vandaag wordt er niet zo gewerkt. Deels gaat dit over capaciteit. Aangezien de ANPR-palen zodanig toenemen, kan men dit niet beheersen. De koprschef leest in het verslag dat de verkeersdienst een aantal uren krijgt opgelegd wanneer zij de databases, vooral gericht op verkeer, gaan verwerken. Als die 24/24h zou aanstaan, gaan er ook constant alarmen af en daarvoor zou het korps 20 ploegen moeten hebben. De werking wordt daardoor beperkt in tijd en ruimte.

Op zich kunnen de CAlog-medewerkers de melding opvangen en doorgeven aan de ploegen, maar er wordt vandaag in het korps geen aparte capaciteit voor voorzien. De bedoeling is om dit bovenlokaal te bekijken met de federale politie of de mensen die het korps dispatchen, zij hier ook een stuk van kunnen overnemen. Dit werd al een tijd gedaan voor een aantal politiezones, maar er werd gemerkt dat dit heel veel werk met zich meebrengt. Er wordt nog steeds geprobeerd om dit te doen, maar wel beperkt in tijd en gericht naar een bepaalde problematiek.

Over de opmerking op bladzijde 16 antwoordt zij dat het effectief 2016 moet zijn in plaats van 2014.

 

Over de aard van de kwetsuren van de fietsers zegt de korpschef dat er werd bekeken of het mogelijk is om bij de verkeersongevallen van fietsers een opdeling te maken qua kwetsuren en of het dan over een al dan niet elektrische fiets gaat. Dit is toch nog steeds een heel gevoelig item.

De indelingen zijn mogelijk, maar dit is iets waar het korps op moeten werken omdat het niet verplicht is dit in te geven in het systeem. Soms geeft men dit wel in, soms niet waardoor er nog veel lege vakken zijn. Zeker de opdeling elektrisch of niet is een belangrijk item waar er aansturing zal gebeuren om dit zeker in te vullen. Tot op vandaag is het nog niet mogelijk om hierover exacte cijfers te geven.

 

De korpschef beaamt dat de meldingen over overlast en lawaaihinder op de openbare weg gestegen zijn, maar ook hier ziet men dat de warme zomer waarbij er veel meer mensen buiten aanwezig zijnveel te maken heeft met deze stijging. Er wordt hier dan ook een daling verwacht in het volgende kwartaal.

Zij beaamt ook dat er een stijging is van de fietsdiefstallen. In kwartaal 3 zit Brasschaat aan 24 diefstallen. Zij heeft vernomen dat er ook al gewerkt is met een lokfiets. De ervaring leert, ook uit andere politiezones, dat de lokfiets op een bepaalde moment in de mode was, maar dit principe werd weer afgeschaft omdat het weinig tot geen resultaten opleverde.

 

Raadslid Brughmans antwoordt dat het in Brasschaat iets genuanceerder was.

 

De korpschef zegt daar niet van op de hoogte te zijn.

Zij voegt nog toe dat er ook een aantal zijn teruggevonden, wat zeer positief is. Zoals de raadsleden misschien hebben kunnen zien heeft de politie een bericht geplaatst over kijkdagen. Er is een hele grote buit teruggevonden waarvan de onderzoeksrechter gezegd heeft dat dit niet zal worden neergelegd worden op de griffie, maar er mag een bericht gemaakt worden om de slachtoffers van de gestolen goederen terug te vinden. Daar zitten ook fietsen tussen.

 

Op de vraag van raadslid Buysse over de snelheid aan de scholen en de werven antwoordt zij dat dit inderdaad hoog ligt, hoog blijft en dit zelf ook te hoog vindt. Inzake werven werd initiatief genomen om daar sensibiliserend op te treden. Het korps merkt dat er minderen overtredingen zijn als er wordt geflitst, maar zodra de politie stopt met flitsen de overtredingen weer de hoogte in gaan. Het verhaal van informeren en sensibiliseren blijft hier enorm belangrijk. Dit is idem voor schoolomgevingen. Deze week werd nog een initiatief genomen over fietspaden en de schoolomgeving samen met de dienst verkeer en communicatie van de gemeente om ook daar te blijven sensibiliseren op die snelheid.

 

Raadslid N. de Kort bedankt de korpschef voor de positieve en inhoudelijke antwoorden. Hij vindt het duidelijk dat de resultaten van de snelheidscontroles op de werven van de Pauwelslei en Bredabaan ernstig zijn. De werken op de Pauwelslei zullen ook nog eens worden verdergezet dus hoopt hij dat ook de werfcontroles nog worden verdergezet.

Verder vraagt hij wat de ambitie is rond de ANPR-werking en de inschaling in de politiewerking. In Turnhout werkt men hier bijvoorbeeld al heel anders mee. Hij stelt voor om dit te bespreken naar aanleiding van het zonaal veiligheidsplan zodat de visie van de korpschef toegelicht kan worden.

 

Raadslid Brughmans merkt op dat bij het operationeel kader 2,6 voltijdse equivalenten worden gedetacheerd naar CICANT of de provinciegouverneur. Hij vraagt of het mogelijk is om dit tijdelijk op te schorten.

Hij stelt ook nog vast via sociale media dat er heel wat berichten circuleren over spijkers en vijzen op de Miksebaan. Hij vraagt of er hier een visie of aanpak voor is.

 

De korpschef antwoordt dat de detachering naar de provinciegouverneur volledig wordt terugbetaald, het betreft een persoon die loopbaanonderbreking neemt om niet meer voor de politie te werken. Het is dus geen optie om die persoon terug te halen. De detachering naar CICANT is verplicht. Dit is een federale opdracht voor de lokale politie. Alle politiezones moeten iemand detacheren naar het CIC, maar ook die loonkost wordt terugbetaald aan de lokale zone.

Momenteel loopt er een detachering van iemand van PZ Antwerpen die wel voor een stuk werd onderhandeld voor een bepaalde periode omdat er iemand mocht vertrekken. Waar het kan wordt het zeker geprobeerd, maar de lange detacheringen die in het rapport staan, zijn dat niet.

Het bericht over de nagels heeft de korpschef onlangs zelf ook gelezen, maar het viel haar op dat er hier nog geen meldingen van zijn binnengekomen. Zij kan over dit onderwerp dus niet meer info geven.

Beslissing

 

 

Neemt kennis van het kwartaalrapport van het derde kwartaal van 2019 van de lokale politie van Brasschaat.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

5 Studie en uitbreiding ANPR sites via raamovereenkomst federale overheid. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid N. de Kort vermeldt dat de fractie dit zeker goedkeurt en verwijst naar zijn eerdere tussenkomst bij de bespreking van het bestuursakkoord in januari 2019.  Zijn fractie steunt zeker de meerderheid inzake de verdere uitrol van het ANPR en het verlengen van de engagementen uit het verleden. Zijn fractie is evenwel vragende partij om binnen een algemene commissie dieper in te gaan over de visie aangaande het ANPR netwerk in de toekomst.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De politiezone van Brasschaat wenst het ANPR netwerk uit te breiden met 3 sites. De 3 sites zijn: De Caterslei 57, Donksesteenweg 231 en de Elshoutbaan ter hoogte van de in- en uitgang van Sportoase.

 

Deze diensten kunnen gebeuren via de raamovereenkomst NR Procurement 3017 R3 042 die de federale overheid sloot met de ondernemer THV Proximus-Trafiroad, Koning AlbertII-laan 27 te 1030 Brussel en Proximus.

 

De uitgave voor de opdracht “Studie en uitbreiding ANPR sites” worden geraamd op 113.003,81 euro btw niet inbegrepen, hetzij 136.734,61 euro btw inbegrepen.

 

Juridisch kader

Wet op de geïntegreerde politie, artikel 33

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave btw niet inbegrepen bereikt de drempel van 144.000,00 euro niet), en meer bepaald artikels 2, 6° en 47 §2 die de aanbestedende overheden vrijstelt van de verplichting om zelf een plaatsingsprocedure te organiseren wanneer ze een beroep doen op een aankoopcentrale.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Financiële gevolgen

Er is een budget voorzien van 130.000 euro op het begrotingsartikel 330/735-60 uitbreiding ANPR netwerk van de buitengewone dienst 2019.

Aan de financiedienst wordt opdracht gegeven om  bijkomende kredieten te voorzien op artikel 330/735-60 (uitbreiding netwerk ANPR) en artikel 330/104-06 (werkingskosten ANPR).

Voor zover de benodigde bijkomende uitgaven niet door een interne kredietaanpassing kunnen gebeuren, wordt aan de dienst financiën verzocht de vereiste bijkomende kredieten op te nemen in een volgende budgetwijziging, die voor goedkeuring aan de gemeenteraad zal worden voorgelegd.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Hecht goedkeuring aan de opdracht “Studie en uitbreiding ANPR sites”, via de raamovereenkomst van de federale overheid voor een totaal bedrag van 113.003,81euro btw niet inbegrepen, hetzij 136.734,61euro btw inbegrepen, hetzij

          Voor studie en uitbreiding door THV Proximus-Trafiroad: 131.372,37 euro btw inbegrepen;

          Voor installatiekosten door Proximus: 1633,50 euro btw inbegrepen;

          Voor de jaarlijkse werkingskosten van Proximus: 3.728,74 euro btw inbegrepen

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

6 Vernieuwing administratief netwerk voor de politiezone Brasschaat. Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Vanpoucke merkt op dat dergelijke projecten steeds een vrij dure aangelegenheid zijn. Dit is zeker geen kritiek, maar hij vraagt wel of er al onderzocht is om met andere zones samen te werken in het kader van schaalvergroting of gezamenlijk in te tekenen op bestaande initiatieven zoals bijvoorbeeld VERA in Vlaams-Brabant om op deze wijze tal van schaalvoordelen te creëren.

 

De korpschef antwoordt dat verschillende opties werden bekeken, maar dat er momenteel geen andere oplossing mogelijk is omdat ieder korps werkt met een eigen netwerk met zodanige lokale specificaties dat dit niet haalbaar is.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

Omwille van een aantal structurele technische problemen werd door een gespecialiseerde firma een on-site assistentie uitgevoerd om de uitdagingen exact vast te stellen alsook de prioriteit ervan mee te bepalen.

 

De belangrijkste en meest dringende prioriteit werd gedefinieerd als de vervanging van het administratief netwerk. Het administratief netwerk van de lokale politie Brasschaat is immers sterk verouderd en de performantie ervan laat te wensen over. Bovendien is de koppeling via de OpenSource firewall vandaag een complexe configuratie met veel instelwerk.

In het kader van de opdracht “Vernieuwing administratief netwerk voor de politiezone Brasschaat” werd een bestek met nummer 2019-116 opgesteld door de dienst financiën.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 36.500,00 euro btw niet inbegrepen, hetzij 44.165,00 euro btw inbegrepen voor aankoop en onderhoud gedurende een periode van 5 jaar.

De raming btw niet inbegrepen bereikt de limiet van 144.000,00 euro voor het gebruik van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking niet.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

 

Juridisch kader

Wet op de geïntegreerde politie gestructureerd op 2 niveaus, artikel 33.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave btw niet inbegrepen bereikt de drempel van 144.000,00 euro niet).

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.

 

Financiële gevolgen

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in de buitengewone dienst van de politiebegroting 2019 op begrotingsartikel 330/742-53 en op het krediet van de volgende jaren .

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Het bestek met nummer 2019-116 en de raming voor de opdracht “Vernieuwing administratief netwerk voor de politiezone Brasschaat”, opgesteld door de dienst financiën worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 36.500,00 euro btw niet inbegrepen, hetzij 44.165,00 euro btw inbegrepen voor aankoop en onderhoud gedurende een periode van 5 jaar.

 

Art.2.- Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.

 

Art.3.- De uitgave voor deze opdracht is voorzien in de buitengewone dienst van de politiebegroting 2019 op begrotingsartikel 330/742-53 en op het krediet van de volgende jaren.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

7 Gemeentelijke toelage kadervorming jongeren 2019-2024 Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid N. de Kort stelt, in afwezigheid van raadslid Claessens, voor  de punten 7 en 8 dat zijn de fractie deze voorstellen zal steunen en inzonderheid de aangebrachte aanpassingen die door de jeugdraad zijn voorgesteld. Zijn tussenkomst geldt dan ook voor deze beide punten.

 

Raadslid Callens stelt dat de raadsleden in kader van de kadervorming van de jongeren hier enkel maar kunnen achter staan en dat deze initiatieven ook deze legislatuur verder ondersteund zullen worden.  De voorstellen van punten 7 en 8 tonen aan dat er door het bestuur inspanningen worden geleverd en dat deze duidelijke signalen zijn naar de jongeren toe over het feit dat dat het beleid hun vorming verder ondersteunt en dat men niet alleen hoort wat de jeugd zegt, maar dat het bestuur ook luistert en er naar handelt..

 

Raadslid Thomas geeft aan dat bij de punten 7 tot en met 11 er herhaaldelijk wordt gesteld dat het aangewezen is om deze reglementen verder te zetten.  Hij vindt dit zeer terecht maar wijst op het feit dat deze legislatuur ondertussen toch al verschillende maanden gevorderd is.  Hij vraagt zich bijkomend af hoeveel reglementen er nog aan bod moeten komen en/of het ontbreken ervan er voor zorgt dat verenigingen en aanvragers in het ongewisse gelaten worden.  Een kortere en kordatere opvolging aan de start van een legislatuur is dus voor zeker aan de orde in de toekomst.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De gemeente verleent toelagen aan jongeren die kadervorming gevolgd hebben en aan organisatoren van vormingsactiviteiten voor jeugdwerkers.

Het is aangewezen deze ondersteuning, verder te zetten in de nieuwe legislatuur

 

Juridisch kader

Het decreet van 6 juli 2012 van de Vlaamse Gemeenschap en de latere jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid.

Gemeenteraadsbesluit van 24 juni 2013 (toelagereglement kadervorming jongeren).

 

Adviezen

De werkgroep van de jeugdraad formuleerde bedenkingen omtrent de toelagereglementen. Zij adviseerde om het maximum toelagebedrag op te trekken van 50 % tot 100% van de kostprijs, met een maximum van 100,00 euro.(voorheen 80,00 euro)  Hierdoor wil zij bekrachtigen dat jeugdwerk laagdrempelig gehouden moet blijven, met de nodige aandacht aan en waardering van het volgen van kadervorming.

Volgens een simulatie op basis van eerdere uitkeringen wordt door deze aanpassing het voorziene budget niet overschreden.

Naar analogie met andere toelagereglementen en om voor de aanvrager een zekerheid van tussenkomst te garanderen wordt voorgesteld de afroming af te schaffen. Wanneer het totaal van de subsidieaanvragen het ingeschreven budget toch zou overtreffen wordt dan ook voorgesteld om via kredietverschuiving of aanpassing van het meerjarenplan het budget te verhogen.

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

Kost

3.500,00euro (jaarlijks)

Budgetsleutel

075001/64910000 Toelage kadervorming

Budget/jaar

Exploitatiebudget 2019

Krediet beschikbaar

Ja

Visum financieel directeur

Niet van toepassing

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1- De gemeente verleent voor de dienstjaren 2019-2024 onder voorbehoud van goedkeuring door gemeenteraad van het vereiste krediet in het budget of (aangepast) meerjarenplan, toelagen aan jongeren vanaf zestien tot dertig jaar die:

          ofwel te Brasschaat gedomicilieerd zijn;

          ofwel elders gedomicilieerd zijn doch actief zijn en prestaties leveren in verenigingen op het grondgebied van Brasschaat, mits deze personen bovendien het bewijs leveren dat zij in hun eigen gemeente voor de gevolgde cursus geen toelage ontvangen.

 

Art.2.- Onder kadervorming wordt verstaan: de pedagogische, de technische en geprogrammeerde vorming en vervolmaking van leden (toekomstige jeugdwerkers, leider/leidster; monitor; animator; bestuursleden) met het oog op de animatie en de begeleiding van jongeren op hun weg naar volwassenheid.

 

Art.3.- Uitsluitend de kadervorming georganiseerd door organisaties  erkend door het Departement Cultuur, Jeugd en Media van de Vlaamse Gemeenschap, wordt in aanmerking genomen.

 

Art.4.- Om voor de subsidiëring in aanmerking te komen dient de cursus een minimum duur te hebben van vier uren werkelijke vorming. Indien de kadervorming een cycluskarakter heeft, moet de werkelijke vormingstijd ten minste acht uren in totaal bedragen en ten minste twee uren per onderdeel.

 

Art.5.- De toelage bedraagt voor de dienstjaren 2019 tot en met 2024:

          100% van de werkelijk betaalde deelnameprijs van de erkende cursussen, met een maximum toelage van 100,00 euro. Om voor de subsidiëring in aanmerking te komen is de minimum deelnameprijs gesteld op 10,00euro.

Wanneer het totaal van de subsidieaanvragen het ingeschreven krediet in het budget of (aangepast) meerjarenplan overtreft wordt via kredietverschuiving of aanpassing van het meerjarenplan het budget verhoogd.

 

Art.6.- De aanvragen om toelage worden ingediend binnen 6 maanden na het volgen van de cursus

De aanvraag dient gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen, ofwel door de belanghebbende, ofwel door de in de gemeente Brasschaat gevestigde jeugdvereniging voor zover deze vereniging zelf de kosten van de kadervorming voor haar leden heeft gedragen.

 

Art.7.- De aanvraag om subsidiëring gebeurt op een aanvraagformulier met vermelding van volgende gegevens:

          naam, adres, geboortedatum van de cursisten;

          eventueel de naam en het adres van de jeugdvereniging die het inschrijvingsgeld heeft betaald;

          postcheque - of bankrekeningnummer waarop de toelage mag worden uitbetaald;

          attest van de organisatoren waaruit blijkt dat de cursus voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikels 2, 3 en 4 van onderhavig reglement, het bedrag van de betaalde deelnameprijs, de plaats en de datum of data waarop de cursus heeft plaatsgevonden, het onderwerp van de cursus en eventueel het behaalde brevet;

          voor de jongeren die niet te Brasschaat gedomicilieerd zijn: een attest van het gemeentebestuur van hun woonplaats, waaruit blijkt dat zij van dit bestuur geen toelage ontvangen voor de gevolgde cursus en tenslotte ook het bewijsstuk waaruit blijkt dat zij in een vereniging op het grondgebied van Brasschaat actief zijn en prestaties leveren.

 

Art.8.- De uitbetaling van de toegekende toelage gebeurt 2 keer per jaar (juni en december).

 

Art.9.- Binnen de perken van de betrokken budgetsleutel (maximum 25% van het totale krediet voorzien voor kadervorming) verleent de gemeente Brasschaat voor de dienstjaren 2019-2025 een toelage aan vormingsactiviteiten voor begeleiders binnen het jeugdwerk die

          worden georganiseerd in overleg met de gemeentelijke jeugdraad;

          gericht zijn op begeleiders van alle Brasschaatse jeugdwerkvormen rekening houdend met hun vormingsnoden en vragen;

          plaatsvinden op grondgebied van Brasschaat;

          gratis zijn;

          een verzekering voor de deelnemers hebben afgesloten;

          gevolgd worden door minimum tien deelnemers.

 

Art.10.- Onder vormingsactiviteiten wordt verstaan: activiteiten die werken aan inzichten, houding en vaardigheden van de jeugdbegeleiders met betrekking tot maatschappelijke thema’s zoals bijvoorbeeld drugpreventie, seksualiteit, kansarmoede, veiligheid, natuur en milieu.

 

Art.11.- Om in aanmerking te komen, dient de vormingsactiviteit een minimumduur van vier uren werkelijke vorming te hebben. De vormingsactiviteit dient gegeven te worden door deskundigen op gebied van jeugd en op gebied van het aangeboden onderwerp.

 

Art.12.- De aanvraag om toelage dient, een maand vóór de activiteit gesteld te worden op een formulier vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen en moet vermelden:

          naam, adres en rekeningnummer van de persoon of organisatie die de vormingsactiviteit inricht;

          onderwerp en doel van de vormingsactiviteit;

          naam en adres van de persoon die de vormingsactiviteit begeleidt;

          duur van de vormingsactiviteit;

          een gedetailleerde kostenraming;

          het aantal verwachte deelnemers aan de vormingsactiviteit;

          attest van de verzekeringsmaatschappij.

 

Art.13.- Het college van burgemeester en schepenen beslist over het al dan niet toekennen van subsidie en bepaalt de bedragen, na uitdrukkelijk advies van de jeugdraad. De betaling gebeurt aan de hand van facturen.

 

Art.14.- Aanvragen tot betoelaging dienen bij het college van burgemeester en schepenen toe te komen uiterlijk op 30 september van het begrotingsjaar, en hebben betrekking op de periode van 1 november van het voorgaande jaar tot 31 oktober van het lopende jaar.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

8 Gemeentelijke toelage 2019-2024 voor integratie kansarme kinderen en jongeren in het jeugdwerk. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid N. de Kort stelt, in afwezigheid van raadslid Claessens, voor  de punten 7 en 8 dat zijn de fractie deze voorstellen zal steunen en inzonderheid de aangebrachte aanpassingen die door de jeugdraad zijn voorgesteld. Zijn tussenkomst geldt dan ook voor deze beide punten. 

 

Raadslid Callens stelt dat de raadsleden in kader van de kadervorming van de jongeren hier enkel maar kunnen achter staan en dat deze initiatieven ook deze legislatuur verder ondersteund zullen worden.  De voorstellen van punten 7 en 8 tonen aan dat er door het bestuur inspanningen worden geleverd en dat deze duidelijke signalen zijn naar de jongeren toe over het feit dat dat het beleid hun vorming verder ondersteunt en dat men niet alleen hoort wat de jeugd zegt, maar dat het bestuur ook luistert en er naar handelt.

 

Raadslid Thomas geeft aan dat bij de punten 7 tot en met 11 er herhaaldelijk wordt gesteld dat het aangewezen is om deze reglementen verder te zetten.  Hij vindt dit zeer terecht maar wijst op het feit dat deze legislatuur ondertussen toch al verschillende maanden gevorderd is.  Hij vraagt zich bijkomend af hoeveel reglementen er nog aan bod moeten komen en/of het ontbreken ervan er voor zorgt dat verenigingen en aanvragers in het ongewisse gelaten worden.  Een kortere en kordatere opvolging aan de start van een legislatuur is dus voor zeker aan de orde in de toekomst. 

 

Raadslid Van der Schoepen leest dat er eerst wordt gekeken naar het participatiebudget van het OCMW want beide aanvragen zijn niet te cumuleren. Dit vindt hij logisch maar stelt zich de vraag hoe dit zal worden gecontroleerd.

 

Schepen Van Gerven antwoordt dat er eerst gekeken zal wordenof dit via het OCMW kan worden betoelaagd. Is dat niet het geval, dan kan dit reglement worden gebruikt. Dit vraagt uiteraard een samenwerking tussen de jeugddienst en de algemeen sociale dienst om dit af te toetsen.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De gemeente verleent toelagen aan jeugdverenigingen die inspanningen doen voor de integratie van kansarme kinderen en jongeren in het jeugdwerk.

Het is aangewezen deze ondersteuning verder te zetten in de nieuwe legislatuur.

 

Juridisch kader

Het decreet van 6 juli 2012 van de Vlaamse Gemeenschap en de latere jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid.

Gemeenteraadsbesluit van 24 juni 2013 (toelagereglement integratie achtergesteld kinderen en jongeren in het jeugdwerk).

 

Adviezen

De werkgroep van de jeugdraad  adviseert om de modaliteiten ongewijzigd te handhaven, is zeker een waardevolle subsidie die bijkomende drempels kan verlagen.

De benaming “achtergestelde jeugd” willen we herbenoemen tot “kansarme jeugd”.

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

Kost

1.600,00 euro,(jaarlijks)

Budgetsleutel

075001/64930100 Toelage integratie kansarme jeugd

Budget/jaar

Exploitatiebudget 2019

Krediet beschikbaar

Ja

Visum financieel directeur

Niet van toepassing.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1- De gemeente verleent voor de dienstjaren 2019-2024, onder voorbehoud van goedkeuring door de gemeenteraad van het vereiste krediet in het budget of (aangepast) meerjarenplan, toelagen voor de integratie van kansarme kinderen en jongeren in het jeugdwerk en projecten opgezet rond integratie van kansarme jeugd.

 

Art.2.- Voor elke aanvraag wordt eerst bekeken of in eerste instantie het participatiebudget van het OCMW kan aangesproken worden; beide vormen van ondersteuning zijn niet cumuleerbaar.

 

Art.3.- Alle jeugdorganisaties en verenigingen die een duidelijke inspanning doen om kansarme kinderen en jongeren te integreren in hun werking kunnen gebruik maken van deze subsidie, mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

          de organisatie geeft blijk van een werking in Brasschaat;

          de “kansarme” jongere waarvoor de aanvraag geldt is tussen 4-30 jaar;

          voor de persoon waarvoor een aanvraag geldt wordt een verzekering afgesloten.

 

Art.4.- De integratiesubsidie omvat de gedeeltelijke terugbetaling van lidgeld en/of kampgeld. Jaarlijks wordt het toegekende bedrag verdeeld onder de goedgekeurde aanvragen, en wordt maximum de helft van het inschrijvingsgeld of kampgeld gesubsidieerd.

 

Art.5.- De aanvraag ingediend door de organisatie zelf, dient te gebeuren op de daarvoor bestemde formulieren en dient te bevatten:

          naam en zetel van de aanvragende organisatie;

          totaal bedrag waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

          naam en adres van de verantwoordelijke die de aanvraag indient;

          naam en adres van de verantwoordelijke die gemachtigd is gelden te ontvangen;

          bank- en/of postrekening.

 

Art.6.- Projecten ter bevordering van de integratie van kansarme jeugd, komen in aanmerking mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

          het project is gericht naar de leeftijdsgroep van 4-30 jarigen;

          het project moet daadwerkelijk de integratie van “kansarme” jeugd bevorderen en moet passen binnen het jeugdwerk;

          voor deelnemers aan het project is een verzekering afgesloten.

 

Art.7.- De aanvraag voor projecten ter bevordering van de integratie van kansarme jeugd dient minimum 1 maand voor de start van het project te gebeuren op de daarvoor bestemde formulieren en dient te bevatten:

          datum start van het project;

          wijze waarop integratie van kansarme jeugd bevorderd wordt;

          bewijs van verzekering van de deelnemers;

          kostenraming van het project;

          naam en adres van de verantwoordelijke die de aanvraag indient;

          naam en adres van de verantwoordelijke die gemachtigd is gelden te ontvangen;

          bank- en/of postrekeningnummer.

 

Art.8.- Het college van burgemeester en schepenen beslist over de verdere modaliteiten en bedragen van de toelage voor projecten ter bevordering van de integratie van achtergestelde jeugd, na advies van de gemeentelijke jeugdraad.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

9 Gemeentelijke toelage 2019 aan jeugdverenigingen. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Thomas geeft aan dat bij de punten 7 tot en met 11 er herhaaldelijk wordt gesteld dat het aangewezen is om deze reglementen verder te zetten.  Hij vindt dit zeer terecht maar wijst op het feit dat deze legislatuur ondertussen toch al verschillende maanden gevorderd is.  Hij vraagt zich bijkomend af hoeveel reglementen er nog aan bod moeten komen en/of het ontbreken ervan er voor zorgt dat verenigingen en aanvragers in het ongewisse gelaten worden.  Een kortere en kordatere opvolging aan de start van een legislatuur is dus voor zeker aan de orde in de toekomst. 

 

Raadslid N. de Kort sluit zich hierbij aan en vraagt zich eveneens af waarom dit slechts voor één jaar wordt goedgekeurd.  Dit gaat over immers over de activiteiten van de jeugdverenigingen die hebben plaatsgevonden in 2018. Dit jaar zijn de verenigingen uiteraard ook actief en hebben ook al vele activiteiten plaatsgevonden.

In het reglement zitten een aantal sturende elementen zoals digitaal werken, inclusief werken, … waarmee het beleid sturing wilt geven aan de jeugdverenigingen. Alle verenigingen passen dit nu toe op basis van de veronderstelling dat dit reglement wordt voort gezet en stelt voor om het reglement dan minstens voor twee jaar goed te keuren.  Hij kent het proces van het herzien van een reglement zeer goed en beseft dat dit tijd vraagt.  Tegen dat de herziening rond is en alle besprekingen gevierd zijn zal het snel opnieuw november van volgend jaar zijn.  Vandaar zijn voorstel om het reglement voor twee jaar goed te keuren en de beoordeling te doen op basis van de bestaande criteria wat zekerheid geeft aan de verenigingen.  Hij vult aan met het feit dat hij van het secretariaat het overzicht van de reglementen heeft gekregen en dat er inderdaad al heel wat zijn voorgelegd.  Maar er ontbreken er ook nog zoals bijvoorbeeld een belangrijke groep zijnde de milieuverenigingen die nu in het ingewisse gelaten worden.  Hun nieuwe aanvragen diende te zijn ingediend voor einde september en ze weten niet wat hiermee gebeurd en of ze nog een toelage zullen krijgen.  Hij vraagt wanneer dit zal worden voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

Schepen Van Gerven antwoordt dat de jeugdraad zelf vragende partij was om het reglement te herzien en te vereenvoudigen.  De verschillende bezorgdheden zoals de vereenvoudiging, de stimulans tot ondernemen, … zijn geïnventariseerd maar een nieuw voorstel is nog niet klaar.  Gzien de jeugdraad zelf vragende partij was en het proces gestart is stelt ze voor om het voorstel van één jaar te behluden in afwachting van het komende voorstel.  Het gemeentebestuur zal in ieder geval de verenigingen ten volle blijven ondersteunen.  Ook een laatste reglement met betrekking tot het organiseren van activiteiten en projecten is nog in opmaak en op de volgende gemeenteraad geagendeerd worden.

 

Raadslid Thomas verduidelijkt dat zijn opmerking algemeen te beschouwen is en niet enkel gaat over de geagendeerde punten van vandaag.  Hij begrijpt dat niet alle reglementen in januari voorgelegd kunnen worden maar vraagt toch naar een meer planmatige aanpak. 

Waarnemend burgemeester Cools antwoordt dat dit voorstel inderdaad zal worden meegenomen naar de toekomst.

 

Schepen Fonteyn stelt dat het toelagereglement voor de milieuverenigingen in ontwerp is en dat deze ook volgende gemeenteraad zullen worden voorgelegd. 

Raadslid N. de Kort bedankt het bestuur voor het positieve antwoord en zegt dat dit ook rust zal brengen. Hij geeft aan dat er tot nu toe ook een nominatieve toelage van jeugd werd voorzien voor de Zonnepinkers, de scouts in Ekeren, omdat dit niet bestaat op het eigen grondgebied. 

 

.

 

Schepen Van Gerven antwoordt dat dit inderdaad het geval was maar dat gezien de vaste wederkerigheid en het principe van vereenvoudiging er toe geleid heeft deze toelage op te nemen als een nominatieve toelage.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De gemeente verleent toelagen voor de werking van jeugdverenigingen.

Het is aangewezen deze ondersteuning verder te zetten in de nieuw legislatuur.

In afwachting van verdere evaluatie en eventuele aanpassingen vanaf 2020 wordt voorgesteld voor 2019 de vorige modaliteiten te behouden.

 

Juridisch kader

Het decreet van 6 juli 2012 van de Vlaamse Gemeenschap en de latere jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid.

Gemeenteraadsbesluit van 24 juni 2013 inzake de gemeentelijke toelage 2013-2018 aan jeugdverenigingen.

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn.

Kost

31.028,00 euro, (jaarlijks)

Budgetsleutel

075001/64930140 Toelage jeugdverenigingen

Budget/jaar

Exploitatiebudget 2019

Krediet beschikbaar

Ja

Visum financieel directeur

Niet van toepassing.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- ALGEMENE BEPALINGEN

De gemeente verleent voor dienstjaar 2019, subsidies aan Brasschaatse jeugdverenigingen volgens de normen en voorwaarden hierna gesteld.

- een basissubsidie = erkenningstoelage 10% van totale krediet

- een werkingssubsidie MET specifieke toelage afhankelijk van de jeugdwerkvorm = 90% van krediet

 

Art.2.- BEGRIPPEN

          Jeugdvereniging: de overkoepelende benaming voor alle vormen van jeugdwerk zijnde jeugdbewegingen, jeugdhuizen, vakantiespeelpleinwerkingen, …

          Jeugdwerk: Groepsgerichte activiteiten voor en door kinderen en jongeren, in de vrije tijd, onder educatieve begeleiding van voornamelijk vrijwilligers en georganiseerd door particuliere jeugdverenigingen, op basis van niet-commerciële doelen. De deelname gebeurt op vrijwillige basis.

          Jeugdbeweging: alle groeperingen die een aanbod aanreiken specifiek voor kinderen en jongeren in permanent groepsverband, gericht op de algehele en harmonische ontplooiing van de leden, en waarvan een kampperiode tijdens de zomervakantie een specifiek kenmerk vormt.

          Jeugdhuis: elke inrichting (die beschikt over binnen- en eventueel buiteninfrastructuur) waar voor jongeren tot 30 jaar een ontmoetings-, experimenteer- of ontspanningsruimte aangeboden wordt en waar openheid, betrokkenheid, engagement en zelforganisatie centraal staan. Zij beschikt over een permanent beschikbare polyvalente ontmoetingsruimte en heeft niet-consumptiegerichte werking. Er is een binnenhuisreglement waarin rechten en plichten van de leden en bezoekers bepaald worden.

          Speelpleinwerking: elke inrichting die tijdens de schoolvakanties in een binnen- en buiteninfrastructuur een zo ruim mogelijk, gevarieerd en avontuurlijk spelaanbod aanbiedt aan drie- tot zestienjarigen, onder gekwalificeerde begeleiding, met aangepast speelmateriaal en tegen een beperkte kostprijs. Overnachting is geen deel van de werking.

          Werkingsjaar: loopt van 1 september van het voorgaande jaar tot 31 augustus van het lopende jaar.

          Jaarwerking: afhankelijk van jeugdwerkvorm

          Jeugdbeweging (JB) = gedurende het werkingsjaar is er een minimum van twee ledenwerkingen/maand, met uitzondering van de zomermaanden.

          Jeugdhuizen (JH = het jeugdhuis is minimum drie dagen open met minstens vijftien uren open werking. De duur van de opening bedraagt minimum 3 aaneensluitende uren.

          Speelpleinwerkingen (SPPL): de werking naar de leden deelnemers omvat minstens twintig vakantiedagen per jaar, eventueel gespreid over meerdere werkingsperioden; de werking omvat per dag minstens vier uren effectieve werking. Ook buiten de vakantieperiodes is er op regelmatige basis een monitorenwerking (werking gericht naar leden begeleiders)

          Jeugdmuziekatelier (JMA) enkel voor 2013: gedurende het werkingsjaar met uitzondering van de schoolvakantieperiodes, wordt er wekelijks muziekonderricht gegeven in ten minste 20 werksessies per muziekgroep. De duur van een werksessie bedraagt 1 of meer lestijden, voorbereiding, evaluatie en speeltijd niet inbegrepen. Een lestijd bedraagt minimum 30 minuten.

          Lid van een jeugdvereniging: iemand wordt als lid van een jeugdvereniging beschouwd, wanneer hij/zij opgenomen is in de verzekeringspolis van de vereniging en in de ledenlijst van de vereniging.

          Lid deelnemer: elk verzekerd lid, tussen 3 en 30 jaar (of binnen de vooropgestelde leeftijdsgrens van de organisatie vallend) dat aan activiteiten deelneemt, niet als begeleider.

          Lid begeleider : elk verzekerd lid, tussen 16 en 30 jaar dat activiteiten begeleidt.

          Gebrevetteerde begeleider: elke leid(st)er die de cursus ‘animator’, ‘hoofdanimator’, ‘instructeur’ of ‘hoofdinstructeur’ in het jeugdwerk’ gevolgd heeft bij een erkende landelijke organisatie en de daaraan verbonden stage met succes volbracht heeft.

Dit wordt bewezen door het attest afgeleverd door de afdeling jeugd ofwel door een verklaring van de organisator van de gevolgde cursus én een verklaring van de organisatie waar de stage werd gevolgd.

          Gekwalificeerde begeleider: elke leid(st)er die niet gebrevetteerd is, minstens 20 jaar is en drie jaar ervaring heeft in het actief in leiding staan binnen het jeugdwerk of een pedagogisch diploma kan voorleggen.

Dit wordt bewezen door een verklaring van de organisatie en/of federatie waar de begeleider heeft meegewerkt of een kopie van het pedagogisch diploma.

 

Art.3.- VOORWAARDEN VOOR SUBSIDIE

Om subsidie te verkrijgen dient de vereniging te voldoen aan volgende voorwaarden:

1)      Het doel van de jeugdvereniging is particulier jeugdwerk, niet in schoolverband noch bedrijfsmatig, aan te bieden.

2)      De jeugdverenigingen moet open staan voor iedere inwoner van Brasschaat.

3)      De vereniging moet een plaatselijke jaarwerking kunnen aantonen aan de hand van programmaboekjes en/of werkingsverslag.

a. De vereniging moet minimum 1 jaar actief zijn op grondgebied van Brasschaat.

b. Zijn lokaal en maatschappelijke zetel of werkingsadres op grondgebeid Brasschaat hebben en zich hoofdzakelijk richten naar Brasschaatse kinderen en jongeren.

c. De vereniging moet zijn leden kunnen identificeren door middel van ledenlijsten, lidkaarten, verzekeringsattesten of andere.

d. De vereniging moet een minimum aantal van 10 verzekerde leden kunnen aantonen.

4)      De vereniging moet mede door jeugd geleid worden, minstens 1/3 van de bestuursleden/begeleiding is jonger dan 30 jaar.

5)      Voor alle leden en begeleiders moet een verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid en lichamelijke ongevallen worden afgesloten.

6)      De jeugdvereniging moet een vzw of een feitelijke vereniging zijn, opgericht door een privé-initiatief, zonder beroepsdoeleinden of winstoogmerk.

7)      De jeugdvereniging moet aangesloten zijn bij een federatie, erkend door Afdeling Jeugd van de Vlaamse Overheid.

8)      De jeugdvereniging beschikt over een eigen zicht- of bankrekening

9)      Het lokaal (werkingsinfrastructuur) beschikt over een vereist aantal/minimum één brandblusapparaat; alle nooddeuren (bij voorkeur met paniekklinken) in de lokalen openen naar buiten, de lokalen zijn voorzien van de vereiste pictogrammen en gebouwen met een verdiep zijn voorzien van een brandtrap.

 

Art.4.- AANVRAAG OM TOELAGE VOOR JEUGDVERENIGINGEN

Een aanvraag om in aanmerking te komen voor toelage gebeurt middels het invullen van een specifiek aanvraagformulier van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

 

10)  Het door de jeugdvereniging volledig ingevulde aanvraagformulier voor het verkrijgen van de toelage moet elektronisch of per post verstuurd worden of tegen ontvangstbewijs afgegeven worden, en op de gemeentelijke jeugddienst toekomen uiterlijk op 30 september, aansluitend op het werkingsjaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd. De post- of aftekendatum geldt als bewijs.

11)  Volgende bewijsstukken dienen samen met de aanvraag gestuurd te worden naar de jeugddienst:

- een duidelijk organogram van de vereniging met de contactgegevens van de bestuursleden.

- kopie van bewijs van deelname aan vorming die niet leidt tot een attest (A-HA, instr)

12)  De verenigingen die om subsidies verzoeken, verklaren zich uitdrukkelijk akkoord met het feit dat het college van burgemeester en schepenen of een daartoe aangesteld ambtenaar, kan en mag overgaan tot het controleren van de door hen verstrekte gegevens en activiteiten. Zij verklaren zich tevens akkoord om binnen twee weken na de vraag, op gevaar van uitsluiting, alle bijkomende informatie of bewijsvoering over de ingestuurde gegevens te verstrekken. De jeugdvereniging die de nodige inlichtingen weigert te verschaffen of niet tijdig verschaft, of waarvan de verklaringen onjuist worden bevonden, wordt van elke betoelaging uitgesloten gedurende 1 werkingsjaar.

13)  De uitbetaling van de subsidie zal gebeuren door overschrijving op de rekening van de jeugdvereniging.

 

Art.5.- SAMENSTELLING VAN DE SUBSIDIE

De gemeentelijke subsidies worden onderverdeeld in een basissubsidie (10%van het totale subsidiekrediet) en een werkingssubsidie (90% van het totale subsidiekrediet).

Werkingssubsidies zijn onderverdeeld in een subsidie op basis van het ledenaantal in de jaarwerking (20% van de totale werkingssubsidies) (met uitzondering voor speelpleinen, dit onderdeel geldt enkel voor hun monitorenwerking), een subsidie op basis van het kwaliteitsvolle aanbod (20% van de totale werkingssubsidies) en een subsidie voor de specifieke jeugdwerkvormen (60% van de totale werkingssubsidies).

 

Art.5.1.- Basissubsidie (10%) van het totale subsidiekrediet (BS)

De basissubsidie of erkenningssubsidie wordt evenredig verdeeld tussen de verenigingen, a rato van het totaal bekomen aantal punten op basis van volgende criteria:

          terugsturen van de verplichte en volledige briefwisseling = Adm

          binnen de voorziene termijn, uiterlijk 30 september volgend op het werkingsjaar = 20 punten

          buiten de voorziene termijn, maar binnen 14 dagen na 30 september volgend op het werkingsjaar = 10 punten

          buiten de voorziene termijn = 0 punten

Totaal voor BS = Adm met een maximum van 20 punten

 

Art.5.2.- Berekening van de basissubsidie (BS)

Het bedrag van de basissubsidie die aan iedere in aanmerking komende vereniging wordt toegekend, wordt op volgende wijze berekend:

Grootte van de basissubsidie BS van vereniging Y =

Punten vereniging Y x 10% van het totale subsidiekrediet

Totaal van de punten van alle verenigingen

 

Art.5.3.- Werkingssubsidie (90% van het totale subsidiekrediet) (WS)

De werkingssubsidie wordt toegekend aan verenigingen die erkend werden als Brasschaatse jeugdvereniging en dus basissubsidie (erkenningssubsidie) ontvangen.

De werkingssubsidie wordt berekend op basis van de gegevens en activiteiten van het vorige werkjaar; dit werkjaar loopt van 1 september van het vorige jaar tot 31 augustus van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

De werkingssubsidie wordt evenredig verdeeld tussen de verenigingen, a rato van het totaal bekomen aantal punten. Met een maximum van:

          20% van het totale krediet van de werkingssubsidie die verdeeld wordt over deel 1 Jaarsubsidie, geldend voor elke jeugdwerkvorm

          20% van het totale krediet van de werkingssubsidie die verdeeld wordt over deel 2 Kwaliteitssubsidie, geldend voor elke jeugdwerkvorm en

          60% van het totale krediet van de werkingssubsidie die verdeeld wordt over deel 3 Specifieke subsidie, specifiek geldend afhankelijk van de jeugdwerkvorm.

 

DEEL 1. JAARSUBSIDIE (20% van de werkingssubsidie) = WS1 op basis van het aantal leden (voor speelpleinen enkel voor leden begeleiders)

 

1. doelgroepenaanbod

Criterium 1.1. Afhankelijk van ledenaantal

          Verzekerde leden van Brasschaat

          per verzekerd lid deelnemer (tussen 3 en 30j) = 10 punten

VJB = verzekerde jeugdleden van Brasschaat x 10 punten.

          per verzekerd lid begeleider (tussen 16 en 30j) = 10 punten

VVB = verzekerde volwassen leden van Brasschaat x 10 punten.

          Verzekerde leden niet van Brasschaat

          per verzekerd lid deelnemer(tussen3 en 30j) = 6 punten

VJnB = verzekerde jeugdleden niet van Brasschaat x 6 punten.

          per verzekerde lid begeleider (tussen16 en 30j) = 6 punten

VVnB = verzekerde leden begeleider niet van Brasschaat x 6 punten.

Gelden als bewijs: een ledenlijst van de vereniging.

 

Criterium 1.2. Drempelverlagende initiatieven voor specifieke doelgroepen

          integratie van personen met een handicap van Brasschaat in de reguliere werking = 15 punten

PHB = geïntegreerd lid met een handicap van Brasschaat in de reguliere werking x 15 punten

          integratie van personen met een handicap niet van Brasschaat in de reguliere werking = 9 punten

PHnB = geïntegreerd lid met een handicap niet van Brasschaat in de reguliere werking x 9 punten

Gelden als bewijs om in rekening te worden gebracht als persoon met een handicap:

          een bewijs van inschrijving in het buitengewoon onderwijs

          ofwel een attest, afgeleverd door een kinderbijslagfonds of door het ministerie, bevoegd voor uitkeringen aan personen met een handicap, waaruit een invaliditeit van 66% of meer blijkt

          ofwel een bewijs van verlengde minderjarigheid. Voor de deelnemers die dit attest voorleggen geldt er geen leeftijdsgrens.

 

TOTAAL ledenWERKING (WS1) = VJB + VVB+ VJnB + VVnB + PHB + PHnB

Ten belope van 2.500 punten + 60% van de punten boven 2.500

 

Grootte van de werkingssubsidie WS1 van jeugdvereniging Y =

Punten vereniging Y x 20% van het totale krediet werkingssubsidie (= 90%)

Totaal van de punten van alle jeugdverenigingen

 

DEEL 2. KWALITEITSSUBSIDIE (20% van de werkingssubsidie) = WS2 op basis van de kwaliteit

 

2. Kwaliteitsvolle Begeleiding / bestuursleden (B + V)

Criterium 2.1. Gekwalificeerde / gebrevetteerde begeleiding (B)

Voor de begeleiding worden punten toegekend naargelang de aard van het behaalde brevet, de kwalificatie of ervaring.

Per begeleiding wordt slechts één diploma/attest/ervaring in aanmerking genomen. Cumulatie van brevetten/diploma’s is niet mogelijk.

          Gebrevetteerde begeleider in bezit van attest hoofdanimator (HA)

BHA = 10 punten per gebrevetteerde hoofdanimator

          Gebrevetteerde begeleider in bezit van attest animator (A)

BA = 6 punten per gebrevetteerde animator

          Gekwalificeerde niet-gebrevetteerde begeleider met behaald pedagogisch diploma

BDip = 4 punten per begeleider

          Gekwalificeerde niet-gebrevetteerde begeleider met 3 jaar ervaring in actief in leiding staan

BErv = 4 punten per begeleider

          Niet-gebrevetteerde begeleider (zonder brevet, diploma of ervaring)

Bzd = 1 punt per begeleider

Een kopie van attest of diploma of verklaring van de federatie/organisaties omtrent de ervaring als actieve begeleiding gedurende 3 jaar gelden als bewijs.

TOTAAL van B = BHA + BA + Bdip + BErv + Bzd

 

Criterium 2.2. Volgen van kadervorming (V)

          Gevolgde vorming die leidt tot een attest erkend door de Vlaamse Gemeenschap (A-HA-Instr)

V1 = 5 punten/deelnemer

          Gevolgde vorming die niet leidt tot een attest (A-HA-Instr)

V2 = 1 punten/deelnemer

Een kopie van bewijs of attest van deelname gelden als bewijs.

De bewijzen voor de gevolgde vorming dat niet leidt tot een attest dienen aan de aanvraag toegevoegd te worden.

TOTAAL van V = V1 + V2

 

3. Jeugdaanbod op verschillende niveaus (JA)

          Organiseren van grensoverschrijdende ontmoetingen met andere jeugdverenigingen of jeugdwerkvormen

Evaluatie 1 = 15 punten per activiteit

          Als vereniging of afdeling ervan meewerken/deelnemen aan organisaties van lokale en bovenlokale initiatieven zoals activiteiten van jeugdraad, jeugddienst, jeugdcentrum (vb. jeugddorp, buitenspeeldag, comedy ism cultuurcentrum, T-day,…)

Evaluatie 2 = 10 punten per activiteit

Opgave van een contactpersoon van de lokale of bovenlokale organisatie geldt als bewijs.

          Organiseren van drempelverlagende initiatieven. Hieronder vallen initiatieven en inspanningen van jeugdvereniging ter bevordering van de instap van nieuwe leden of het behouden van het bestaande ledenpotentieel en dit voornamelijk op financieel vlak. (Bv. een gedifferentieerd lidgeld hanteren voor diverse doelgroepen, of reductie geven voor aansluiting van een volgend gezinslid, of reductie geven voor personen met een handicap, …)

Evaluatie 3 = 5 punten (eenmalig)

Voorbeelden/afdrukken van de communicatie hierover gelden als bewijs

          Organisatie van drempelverlagende initiatieven ter bevordering van een inclusieve werking ten aanzien van diverse kansengroepen (gehandicapten, allochtonen, …) in de reguliere jeugdvereniging

Evaluatie 4 = 5 punten (eenmalig)

Voorbeelden van aanpak en de communicatie hierover gelden als bewijs

          Organiseren van activiteiten anders dan het eigen jeugdwerkaanbod en in functie van de promotie. Dit zijn alle ledenwervingsacties met als doel de aantrekkelijkheid van de vereniging te promoten met de mogelijkheid nieuwe leden aan te werven. (bv opendeur-, open werkingsdagen, kampaanbod voor niet-leden …)

Evaluatie 5 = 5 punten per activiteit

Voorbeelden/afdrukken van de communicatie hierover gelden als bewijs

          Zelf organiseren van een vormingsaanbod van minimum 2 uur durende specifieke vorming

Evaluatie 6 = 5 punten per vorming

Omschrijving van het vormingsaanbod en de communicatie hierover gelden als bewijs

Totaal voor JA = Ev1 + Ev2 + Ev3 + Ev4 + Ev5 + Ev 6 met een maximum van 45 punten

 

4. Communicatie (Com)

Criterium 4.1. Beschikken over verschillende communicatiekanalen

          nieuwsbrief = 10 punten

          Actuele website = 5 punten

          Eigen logo = 5 punten

          Contactadres(sen) voor (nieuwe) leden/leiding = 5 punten

          Bereikbare communicatieverantwoordelijke = 5 punten

Totaal voor Com = maximum 30 punten

 

5. Structuur vereniging (SV)

Criterium 5.1. Beschikken over een duidelijke structuur

          De vereniging hanteert een vzw structuur.

JuV = 5 punten

Een kopie van het uittreksel uit het staatsblad geldt als bewijs.

          Beschikken over een duidelijk organogram met de contactgegevens van de bestuursleden.

Org = 5 punten

Een kopie van het organogram met de contactgegevens van de bestuursleden geldt als bewijs.

          Beschikken over een vrijwilligersnota en kunnen aantonen dat alle begeleiding/medewerkers op de hoogte is van deze informatie.

Vrijw = 5 punten

Een kopie van de nota en de nodige communicatie hierrond gelden als bewijs.

 

Criterium 5.2. Aangesloten zijn bij de jeugdraad

          Actief lid zijn van en minimum op 60% van de vergaderingen van de Algemene Vergadering van de jeugdraad aanwezig zijn.

JRAv = 5 punten

          Deelnemen aan het bestuur of een werkgroep van de jeugdraad:

          Bestuurslid en minimum op 60% van de vergaderingen van de raad van bestuur van de jeugdraad aanwezig zijn

JRWb= 5 punten

OF

          Lid of leden van de jeugdvereniging die meewerken in een werkgroep die (mede)organisator is van één of meerdere activiteiten van de jeugdraad. (vb. werkgroep speelruimte, jeugddorp,...) Welke werkgroepen en welke taken wordt bepaald door het gemeentebestuur.

JRWm= 3 punten

 

JRW = JRWb + JRWm met een maximum van 5 punten

 

Totaal voor SV = JuV + Org + Vrijw + JRAv + JRW

met een maximum van 25 punten

 

TOTAAL VOOR verenigingsWERKING WS 2 = B + V + JA + Com + SV

 

Grootte van de werkingssubsidie WS2 van jeugdvereniging Y =

 punten vereniging Y x 20% van het totale krediet werkingssubsidie (=90%)

totaal van de punten van alle jeugdverenigingen

 

DEEL 3. (60% van de werkingssubsidie) = WS3 afhankelijk van jeugdwerkvorm

 

6. Jeugdbewegingen: kampsubsidie

Voorwaarden:

          het kamp bedraagt minimum vier en maximum vijftien overnachtingen (kampen met minder overnachtingen worden niet gesubsidieerd, voor kampen langer dan vijftien overnachtingen worden maximum vijftien overnachtingen gesubsidieerd);

          er is minimum één begeleider per 15 deelnemers aanwezig;

          (tak)kampen met gebrevetteerde begeleiding gedurende de hele periode aanwezig worden beloond;

          er is minimum één begeleider die in het bezit is van het brevet hoofdanimator binnen het jeugdwerk, aanwezig op een groepskamp. Vanaf honderd vijftig deelnemers zijn er 2 hoofdanimatoren aanwezig.

Bedrag:

per kamp worden per deelnemend lid per overnachting punten toegekend. Het aantal punten is afhankelijk van de aanwezigheid van gebrevetteerde of gekwalificeerde begeleiding.

Een deelnemende lid met een handicap wordt gelijkgesteld aan 2 deelnemers.

          indien voldoende gebrevetteerde begeleiding (min 1 per 30 deelnemers) aanwezig = 12 ptn / deeln / overnachting

          indien onvoldoende gebrevetteerde begeleiding, wel voldoende gediplomeerden of begeleiding met ervaring (min 1 per 30 deelnemers) aanwezig = 6 ptn / deeln / overnachting

          indien geen gebrevetteerde begeleiding, wel gediplomeerden of begeleiding met ervaring = 5 ptn / deeln / overnachting

          indien enkel niet-gebrevetteerde begeleiding, zonder diploma of ervaring aanwezig (min 1 begeleider van min 21j aanwezig) = 1pnt / deeln /overnachting

 

7. Jeugdhuizen: activiteitensubsidie

Voorwaarden:

          Er is tijdens de activiteit minimum één organisator aanwezig van minimum 18jaar.

          De duur van de activiteiten bedraagt minimum 3 aaneensluitende uren.

Bedrag

Per activiteit worden punten toegekend afhankelijk van de aard van de activiteit. Elke activiteit kan slecht voor 1 categorie in rekening genomen worden.

          activiteit van sociaal - culturele aard (sport, kwis, gezelschapsspelen, filmforum, daguitstap…) = 10 punten per activiteit

          eigen georganiseerde fuiven= 10 punten per fuif

          open café-avonden = 5 punten per open café-avond

          fuiven georganiseerd in de jeugdhuisinfrastructuur door externen = 5 punten per fuif

          buitenactiviteit waarvoor een specifieke toelating van het lokale bestuur noodzakelijk is = 20 punten per buitenactiviteit

          activiteit samen met de buurt = 20 punten per activiteit

          vormings-preventieactiviteit (vb. werken met video; info-avond rond zelfverdediging bij meisjes; cursussen in verband met muziek maken, technisch omgaan met geluidsinstallaties, e.d.…) = 20 punten per vormingsactiviteit

          Repetities van muziekgroepen

          Vaste repeterende muziekgroep met jaarcontract = 50 punten per groep

          Repetitie van occasionele muziekgroep = 2 punten per repetitie

          Extra openingsdagen/avonden tijdens de schoolvakantie = 5 punten per dag.

 

8. Speelpleinen : dagsubsidie

Voorwaarden

Voor alle schoolvakanties waarin minimum vier dagen effectieve speelpleinwerking wordt aangeboden, wordt een dagsubsidie toegekend.

Bedrag:

De dagsubsidie bedraagt 0,5 punt per uur per kind, met een maximum van 2 punten per kind per halve dag. Een kind met een handicap wordt gelijkgesteld aan 2 kinderen.

Deze punten worden vermenigvuldigd met wegingscoëfficiënten behaald op begeleiding, het aanwezige materiaal, de speelruimte en het aanbod, met een maximum coëfficient van 3.

Wegingscoëfficient

          Voorwaarden vanuit begeleiding

          er is minimum één begeleider per 15 deelnemers aanwezig, er is min. één gediplomeerde/geattesteerde begeleider aanwezig per 30 deelnemers, én er is minimum één begeleider die in het bezit is van het brevet hoofdmonitor binnen het jeugdwerk(of voor BKO met vakantieaanbod: 1 coördinator); per honderd vijftig (verzekerde) leden aanwezig op elke speelpleindag - wegingscoëfficiënt 0.6

          de animatoren geven de meeste activiteit op een animatieve en ingeklede wijze aan - wegingscoëfficiënt 0.3

          Voorwaarden vanuit materiaal

          bouwspeelmogelijkheden: dit impliceert én de toelating om te bouwen (al dan niet op een afgeschermd deel van het plein) én de nodige bouwmaterialen (planken; panelen; paletten …) én de nodige instrumenten (zagen; hamers; schoppen; spijkers…) - wegingscoëfficiënt 0.3

          gebruiks- en verbruiksmateriaal: verwijst naar het ter beschikking staan van voldoende en verscheiden speel- en sportmateriaal, uitrusting voor creatieve expressie, en dergelijke - wegingscoëfficiënt 0.4

          Voorwaarden vanuit speelruimte

          binnenruimte om te spelen - wegingscoëfficiënt 0.1

          speelgroen: het betreft struiken en bomen die daadwerkelijk tot de speelruimte behoren, die beschikbaar zijn - wegingscoëfficiënt 0.1

          beschutte speelruimte: kinderen moeten zich kunnen beschermen én tegen de hevige zon én tegen plotse regenbuien - wegingscoëfficiënt 0.1

          drie verschillende bespeelbare grondbedekkingen: verharding (asfalt, beton); zandvlakte,aarde, gras en dergelijke - wegingscoëfficiënt 0.1

          verankerde speeltoestellen: aangepast aan de doelgroep - wegingscoëfficiënt 0.1

          sportterreinen: de mogelijkheid én naar terrein én naar specifiek materiaal (effectief beschikbaar) moet voorhanden zijn - wegingscoëfficiënt 0.1

          een zelf aan te brengen speelvoorziening die het gamma speelmogelijkheden uitbreidt - wegingscoëfficiënt 0.1

          Voorwaarden vanuit aanbod

          open speelsysteem: kinderen zijn vrij om te kiezen welke activiteiten zij doen en mogen ten allen tijde vrij spelen, dit impliceert dat een aangeboden specifieke activiteit niet verplicht is - wegingscoëfficiënt 0.3

          uitstappen die geen of slechts een geringe financiële meerkost zijn - wegingscoëfficiënt 0.1

          specifieke speelkansen op maat van kleuters - wegingscoëfficiënt 0.2

          specifieke speelkansen op maat van tieners - wegingscoëfficiënt 0.2

          specifieke speelkansen op maat van lagereschoolkinderen - wegingscoëfficiënt 0.1

 

Alle jeugdverenigingen

Grootte van de werkingssubsidie WS3 van jeugdvereniging Y =

 punten vereniging Y x 50% van het totale krediet werkingssubsidie (=90%)

totaal van de punten van alle jeugdverenigingen

 

Art.5.4.- Berekening TOTALE werkingssubsidie (WS)

Het bedrag van de werkingssubsidie die aan iedere in aanmerking komende vereniging wordt toegekend, wordt op volgende wijze berekend:

 

Totaal aantal punten van de werkingssubsidie WS van vereniging Y =

WS Y = WS1 + WS2 + WS3

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

10 Gemeentelijke toelage 2019 inzake bouw of verbouwing jeugdwerkinfrastructuur. Vaststelling modaliteiten. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Thomas geeft aan dat bij de punten 7 tot en met 11 er herhaaldelijk wordt gesteld dat het aangewezen is om deze reglementen verder te zetten.  Hij vindt dit zeer terecht maar wijst op het feit dat deze legislatuur ondertussen toch al verschillende maanden gevorderd is.  Hij vraagt zich bijkomend af hoeveel reglementen er nog aan bod moeten komen en/of het ontbreken ervan er voor zorgt dat verenigingen en aanvragers in het ongewisse gelaten worden.  Een kortere en kordatere opvolging aan de start van een legislatuur is dus voor zeker aan de orde in de toekomst. 

 

Schepen Van Gerven vraagt om een kleine aanpassing van het reglement bij artikel 7. Hier staat ‘Na verificatie (of eventueel het verminderde percentage zoals vastgesteld in art. 4) …’. Dit is nog aan te passen gezien het bestuur nu het principe toepast dat zal gegeven worden wat beloofd is en indien kredieten ontoereikend zijn dit het voorwerp zal zijn ban een voorstel tot budgetaanpassing en niet van een verdeling die zorgt dat iedereen minder krijgt.

 

Raadslid Callens geeft aan dat vele reglementen voor de gehele legislatuur zijn en kan enkel toejuichen dat de tijd wordt genomen om deze grondig te bekijken.  Hij heeft ook meermaals in tussenkomsten gehoord dat er vaak wordt gewezen naar de vorige legislatuur waar de initiatieven zijn genomen.  Hij stelt dat juist toen er vaak onzekerheid was of de middelen daadwerkelijk zouden gegeven worden en voor hoeveel dan.  Hij heeft zelf ervaren als volwassenen begeleider van een chiro hoe moeilijk het is om aan het geld van het eigen aandeel te komen en er onzekerheid was over het feit dat de toelage zou komen en of er nog extra zou moeten worden bijgepast.  Dit laatste is nu weggewerkt, men weet nu exact wat men kan verwachten en dit is toe te juichen.  

 

Raadslid N. de Kort geeft aan dat hij niet de intentie had om de nieuwe schepen en de initiatieven te bekritiseren maar dat hij uiteraard wel het voorgaand beleid wenst te verdedigen.  De voorbije 4 jaar is er enorm veel geïnvesteerd in de jeugdinfrastructuur en in de jeugdverenigingen. Er was een enorm stijging van het budget, personeel en inzet vanuit het college. Hij vindt het onwaarschijnlijk dat raadslid Callens dit naar voor brengt. Hij hoopt dat de nieuwe schepen het beleid juist verder zal zetten en indien dit zo is zal hij dit zeker ondersteunen. Hij blijft wel bij het standpunt dat er een reglement wordt goedgekeurd in 2019 over activiteiten in 2018 en dat er een zekere rechtsonzekerheid wordt gecreëerd. 

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De gemeente verleent toelagen voor de bouw en verbouwing van jeugdwerkinfrastructuur.

Het is aangewezen deze ondersteuning, verder te zetten in de nieuwe legislatuur.

In afwachting van aanpassing van de modaliteiten in functie van een uitgebreide rondgang en prioriteitenstelling in het meerjarenplan 2020-2025, wordt voorgesteld om voor dienstjaar 2019 de modaliteiten van voorheen toe te passen zodat de reeds uitgevoerde/geplande werken betoelaagd kunnen worden.

 

Juridisch kader

Gemeenteraadsbesluit van 26 januari 1984 inzake de toepassing van de wet van 14 november inzake de controle op toekenning en aanwending van gemeentelijke toelagen

Gemeenteraadsbesluit van 24 juni 2013 inzake de toelage voor bouw of verbouwing van jeugdwerkinfrastructuur.

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

Kost

24.800,00 euro, btw inbegrepen

Budgetsleutel

075001/66400000 Subsidies jeugdwerkinfrastructuur

Budget/jaar

Investeringsbudget 2019

Krediet beschikbaar

Ja

Visum financieel directeur

Te verlenen vóór goedkeuring individuele dossiers.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1- De gemeente verleent voor dienstjaar 2019, buitengewone toelagen voor de bouw of verbouwing van infrastructuur van Brasschaatse verenigingen voor jeugdwerk.

 

Art.2.- Onder Brasschaatse verenigingen voor jeugdwerk wordt verstaan elke vereniging voor jeugdwerk die minstens één jaar onafgebroken werkzaam is in de gemeente Brasschaat (lokalen of speelterrein in Brasschaat) en die aangesloten is bij een federatie, erkend door Afdeling Jeugdwerk van de Vlaamse Gemeenschap. Worden voor de toepassing van dit reglement niet beschouwd als vereniging voor jeugdwerk: politieke jongerenorganisaties en sportverenigingen.

 

Art.3.- Om in aanmerking te komen voor deze toelage voor bouw of verbouwing moet voldaan worden aan volgende voorwaarden:

- de vereniging moet werken uitvoeren of laten uitvoeren tot het oprichten, verbeteren of saneren (met uitzondering van onderhouds- en kleine herstellingswerken) van een lokaal en hiervoor de kosten zelf hebben gedragen. Onder een lokaal wordt verstaan een gebouw of een gedeelte ervan dat door de vereniging in gebruik wordt genomen in functie van zijn werking. Het lokaal moet in Brasschaat gelegen zijn;

- de vereniging moet de premie aanvragen bij het gemeentebestuur en controle op de verstrekte gegevens en werken aanvaarden. Zonodig moeten de vereiste wettelijke toelatingen of vergunningen voor het uitvoeren van de infrastructuurwerken kunnen worden voorgelegd. Het gemeentebestuur kan bijkomende voorwaarden stellen en/of de werken laten inspecteren in functie van de brandveiligheid en de hygiëne en hiervan de toekenning van de premie geheel of gedeeltelijk afhankelijk stellen;

- voor het lokaal moet een brandverzekering door de vereniging, als eigenaar of huurder, worden afgesloten;

- bij nieuwbouw: de grond waarop het gebouw wordt opgetrokken moet ofwel eigendom zijn van de vereniging ofwel moet er een schriftelijke overeenkomst zijn tussen de vereniging en de eigenaar van de grond die op het moment van de aanvraag nog tenminste 15 jaar loopt;

- bij het plaatsen van een prefab-gebouw (keet of barak) en/of gedeeltelijke nieuwbouw: moet de grond waarop dit gebeurt, ofwel eigendom zijn van de vereniging, ofwel moet er een schriftelijke overeenkomst zijn tussen de vereniging en de eigenaar van de grond die op het moment van de aanvraag nog tenminste 9 jaar loopt;

- bij verbouwing: het lokaal moet ofwel eigendom zijn van de vereniging ofwel moet er een schriftelijke overeenkomst zijn tussen de vereniging en de eigenaar die op het moment van de aanvraag nog tenminste 6 jaar loopt, en waarin het exclusief gebruik door de vereniging bepaald is.

 

Art.4.- De toelage bedraagt 75 % van de in aanmerking genomen en bewezen kosten. De toelage bedraagt maximum 7.500 euro per jaar . In uitzonderlijke gevallen kan de gemeenteraad, op advies van de jeugdraad, voor uitzonderlijke grote projecten een hoger toelagebedrag vaststellen.

Indien het vastgestelde krediet ontoereikend is, wordt bijkomend krediet voorzien in de eerstvolgende bugetwijziging of aanpassing van het meerjarenplan.

 

Art.5.- De aanvraag dient bij het college van burgemeester en schepenen toe te komen uiterlijk op 30 juni en heeft betrekking op de periode van 1 juli van het vorige tot 30 juni van het lopende jaar.

De aanvraag op het voorgeschreven formulier dient volgende gegevens te bevatten:

          naam en zetel van de vereniging;

          adres van de lokalen;

          benaming en adres federatie waarbij de vereniging aangesloten is;

          een verklaring van de federatie, waarbij deze bevestigt dat de vereniging werkelijk bij haar aangesloten is;

          datum waarop de vereniging in Brasschaat gevestigd werd;

          omschrijving van de werken met gedetailleerde raming van de kostprijs;

          naam van de verzekeringsmaatschappij en bewijs dat voor het lokaal een brandverzekering werd afgesloten, hetzij als eigenaar, hetzij als huurder.

 

Art.6.- Elke aanvraag wordt onderzocht en, na advies van de jeugdraad binnen de gestelde termijn te hebben ingewonnen, beslist het college van burgemeester en schepenen of de aanvraag al dan niet, geheel of gedeeltelijk, of mits het vervullen van bijkomende voorwaarden in aanmerking zal worden genomen voor de toekenning van een toelage. Hiervan wordt onmiddellijk mededeling gedaan aan de vereniging. De gemeenteraad stelt de maximale toelage per vereniging vast op basis van de raming van de kostprijs bij de aanvraag.

 

Art.7.- Uitbetaling van de toelage geschiedt na voorlegging door de betrokken vereniging van facturen (op naam van de vereniging) en

          ofwel betalingsbewijzen voor deze facturen;

          ofwel bewijzen dat de gefactureerde werken uitgevoerd werden.

Na verificatie wordt 75 % van de factuurbedragen aan de vereniging betaald als toelage, binnen de grenzen van de maximale toelage zoals vastgesteld door de gemeenteraad, en tot 90 % van dit bedrag is bereikt.

Nadat alle werken uitgevoerd zijn, bezorgt de vereniging een eindstaat, waarop alle uitgevoerde werken en aangekochte materialen worden vermeld, met afschrift en betalingsbewijs van niet eerder voorgelegde facturen.

Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt, eventueel na bezoek ter plaatse, of de werken conform de aanvraag werden uitgevoerd en of het saldo van de toelage mag uitbetaald worden.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

11 Gemeentelijke toelage 2019 inzake openstellen speelplaatsen. Goedkeuring modaliteiten. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Thomas geeft aan dat bij de punten 7 tot en met 11 er herhaaldelijk wordt gesteld dat het aangewezen is om deze reglementen verder te zetten.  Hij vindt dit zeer terecht maar wijst op het feit dat deze legislatuur ondertussen toch al verschillende maanden gevorderd is.  Hij vraagt zich bijkomend af hoeveel reglementen er nog aan bod moeten komen en/of het ontbreken ervan er voor zorgt dat verenigingen en aanvragers in het ongewisse gelaten worden.  Een kortere en kordatere opvolging aan de start van een legislatuur is dus voor zeker aan de orde in de toekomst. 

 

Raadslid N. de Kort is zeer tevreden dat dit reglement, dat werd opgesteld en goedgekeurd is in de vorige legislatuur door CD&V en N-VA, terug wordt hernomen.

Ook hier heeft hij de vraag waarom dit niet meteen gedurende de gehele legislatuur wordt goedgekeurd.  Hij leest in de motivering dat er melding wordt gemaakt van mogelijke Vlaamse subsidies en dat hierop wordt gewacht zodat hiermee rekening kan worden gehouden.  Hij stelt voor het reglement wel voor de gehele periode goed te keuren en bij te sturen als er daadwerkelijk Vlaamse initiatieven worden genomen op dit vlak.  Dit creëert volgens hem meer stabiliteit en rechtszekerheid voor de initiatiefnemers. 

 

Schepen Van Gerven maakt hiertegen toch enig voorbehoud.  Ze vindt het reglement een goed reglement maar wil dit inderdaad met het oog op de aangekondigde Vlaamse initiatieven nog herbekijken. Tevens heeft ze vastgesteld dat dit vooral werkt op plaatsen met een zekere sociale controle maar minder voor ingesloten terreinen en dus niet alle scholen hier vragende partij zijn. 

 

Schepen Ven kan dit beamen en heeft dezelfde signalen gekregen tijdens haar overleg met de schooldirecties.  Er zijn nu twee scholen die hier gebruik van maken en die positieve resultaten boeken maar voor vele scholen die eerder ingesloten zijn leert de ervaring dat dit vaak overlast met zich meebracht waardoor ze minder of zelfs geen vragende partij zijn. 

 

Raadslid Van der Schoepen stelt dat het goed is dat er twee positieve projecten zijn en neemt aan dat deze middelen gebruikt kunnen worden om van de speelplaatsen een hippe en aantrekkelijke ruimte wordt gemaakt.  Hoewel dit ogenschijnlijk geen verband houdt stelt met dit punt stelt hij dat dit er voor zou kunnen zorgen dat jongeren eerder tijdens de middagpauzes op de school kunnen verblijven in tegenstelling tot de huidige situatie waarbij er honderden leerlingen zich buiten de school bevinden, “worden losgelaten”, met hier en daar overlast tot gevolg. Niet iedereen heeft jammer genoeg goede bedoelingen en het zou volgens hem goed zijn dat dit beter beheerst kan worden op het schoolterrein zelf.

 

Raadslid Eeman vraagt zich af of het inderdaad de bedoeling is om de scholen deze keuzevrijheid te laten.  Als hij bijvoorbeeld naar het scholenproject in wijk Kaart kijkt kan het bestuur toch ineens deze keuzes maken en een visie hierover ontwikkelen en dit niet binnen de keuzevrijheid te laten. 

 

Schepen Ven verduidelijkt dat dit inderdaad kan maar dat ze wilde aangeven dat in bestaande situaties dit niet steeds eenvoudig is.  Ze heeft dit zelf ook ervaren toen ze zelf nog les gaf dat ze maandagmorgen regelmatig eerst opruimwerken dienden te organiseren.  Zelfs over de afsluitingen werd geklommen en naast vuil en roimmel werden soms ook zitbanken omver gegooid.  Allemaal zaken die niet zouden moeten gebeuren.  Dit is de reden dat het in GIBO Mariaburg en het GIB wel lukt, er is immers veel sociale controle aanwezig door de openheid van ruimte en de aanwezigheid van verschillende gebruikers. 

 

Raadslid Pauwels wijst er op dat bij het initiëren van dit voorstel zijn fractie reeds heeft gewaarschuwd voor deze effecten.  Aan de andere kant is hij het niet eens met de stigmatisatie van de jongeren tijdens de tussenkomsten.  De impact van de honderden jongeren wordt hier overdreven en hij wil dit graag nuanceren. 

Raadslid Van der Schoepen geeft aan dat hij dit niet wilde veralgemenen maar dat er ook jongeren zijn die overlast veroorzaken en hiervoor mag men niet blind zijn.  Hij gaf ook niet aan dat er honderden jongeren zijn die overlast veroorzaken maar dat er wel honderden jongeren zijn die buiten de schoolpoorten aanwezig zijn.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De gemeente verleende in 2018 toelagen aan scholen voor het openstellen van hun speelplaatsen.

Het is aangewezen deze ondersteuning verder te zetten in de nieuwe legislatuur.

 

Aangezien er mogelijk Vlaamse middelen voorzien worden voor dit project is het aangewezen het reglement slechts te verlengen voor dienstjaar 2019, en in 2020 te beoordelen of het reglement al dan niet dient aangepast te worden.

 

Juridisch kader

Gemeenteraadsbesluit van 26 januari 1984 inzake de toepassing van de wet van 14 november inzake de controle op toekenning en aanwending van gemeentelijke toelagen

Gemeenteraadsbesluit van 26 februari 2018 inzake de toelage voor het openstellen van speelplaatsen.

Het decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid, zoals gewijzigd en het uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van 9 december 2016.

Het KB van 28 maart 2001 betreffende de veiligheid van speeltoestellen

Het KB van 28 maart 2001 betreffende de uitbating van speelterreinen

aangepast door het KB van 28 september 2003

De Europese Norm 1176 ‘ speeltoestellen’

De Europese Norm 1177 ’schokdempende bodemoppervlakken

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op

Kost

25.000,00 euro euro, btw inbegrepen (jaarlijks)

Budgetsleutel

075001/66400000 Investeringstoelage scholen openstelling speelplaats

Budget/jaar

Investeringsbudget 2019

Krediet beschikbaar

In de laatst goedgekeurde meerjarenplanning is enkel in 2018 en 2019 krediet voorzien

Visum financieel directeur

Te verlenen vóór goedkeuring individuele dossiers.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- De gemeente verleent voor dienstjaar 2019 een investeringstoelage aan Brasschaatse scholen voor het, geheel of gedeeltelijk, openstellen voor het publiek van hun speelplaats om zo meer speelruimte te creëren in de buurt.

 

Art.2.- Definities

          Onder Brasschaatse scholen wordt verstaan: elke school, op grondgebied Brasschaat, erkend door de Vlaamse gemeenschap . Inrichtende macht of oudervereniging van een onderwijsinstelling op Brasschaats grondgebied.

          Speelplaats : de speelzone in openlucht binnen het afgebakende domein van de school

          Publiek toegankelijk stellen : derden wordt toegang verleend tot het terrein

          Schooljaar : loopt van 1 september van het lopende jaar tot 31 augustus van het volgende jaar

          Speelaanleidingen of speeltoestellen : een product bestemd voor vermaak of ontspanning, ontworpen of kennelijk bestemd om te worden gebruikt door personen die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, waarbij uitsluitend van zwaartekracht of van fysieke kracht van de mens gebruik wordt gemaakt en bestemd voor collectief gebruik op een tijdelijk of blijvend speelterrein.

 

Art.3.- Om in aanmerking te komen voor deze toelage moet voldaan worden aan volgende voorwaarden:

          De school verbindt er zich toe om de speelplaats, geheel of gedeeltelijk, publiek toegankelijk te stellen voor minstens 300 uur per schooljaar, gedurende 3 opeenvolgende schooljaren. De openingsmomenten gebeuren volgens haalbaarheid van de school, doch volgens een vast en weerkerend stramien. Afwijkingen op de vaste openingsmomenten kunnen worden toegestaan, mits voorafgaandelijke gemotiveerde mededeling aan de jeugddienst en moeten publiekelijk bekendgemaakt worden. Het minimum aantal openingsuren moet gerespecteerd blijven.

          De school moet werken uitvoeren of laten uitvoeren tot het oprichten en/of verbeteren van de speelaanleidingen en/of speeltoestellen.

          De school moet de toelage aanvragen bij het gemeentebestuur en controle op de verstrekte gegevens en werken aanvaarden. Zonodig moeten de vereiste wettelijke toelatingen of vergunningen voor het uitvoeren van de werken kunnen worden voorgelegd.

          De speelplaats en de speeltoestellen moeten gedurende de 3 opeenvolgende schooljaren voldoen aan alle overige wettelijke bepalingen en regelingen, conform de Europese Norm 1176 en 1177 en de Koninklijk Besluiten van 28 maart 2001 betreffende uitbating van speelterreinen en veiligheid van speeltoestellen, aangepast door het KB van 28 september 2003

          De school verbindt er zich toe om gedurende deze periode van 3 schooljaren het beheer van en alle noodzakelijke inspecties, onderhoud en reparaties voor zijn rekening te nemen.

 

Art.4.- De maximum toelage bedraagt 75 % van de in aanmerking genomen en bewezen kosten. Indien het vastgestelde krediet ontoereikend is, worden de kosten in rekening genomen volgens de onderstaande prioriteitenlijst en worden de toelagebedragen verhoudingsgewijs verminderd.

Volgende prioriteitenlijst zal hierbij in volgorde gehanteerd worden:

1. aankoop van nieuwe toestellen die een unieke aanvulling zijn op het bestaande aanbod

2. uitbreiding of aanvulling bestaande toestellen

3. renovatie of vervanging bestaande toestellen

4. aankoop valdemping

5. grondwerken

6. plaatsing

7. vervoer

 

Art.5.- De aanvraag dient bij de jeugddienst toe te komen uiterlijk op 30 april.

De aanvraag op het voorgeschreven formulier dient volgende gegevens te bevatten:

          naam en adres van de school;

          toegangsadres van het publiek toegankelijk terrein;

          omschrijving van de werken met gedetailleerde raming van de kostprijs opgedeeld overeenkomstig de prioriteitenlijst gedefinieerd in artikel 4.

          omschrijving van de opengestelde uren

          bewijs van instemming van de inrichtende macht of schoolbestuur

Art.6.- Elke aanvraag wordt onderzocht en, na advies van de stuurgroep speelruimte binnen de gestelde termijn te hebben ingewonnen, beslist het college van burgemeester en schepenen of de aanvraag al dan niet, geheel of gedeeltelijk, of mits het vervullen van bijkomende voorwaarden in aanmerking zal worden genomen voor de toekenning van een toelage. De gemeenteraad stelt de maximale toelage per school vast op basis van de raming van de kostprijs bij de aanvraag.

 

Art.7.- Uitbetaling van de toelage geschiedt na voorlegging, uiterlijk op 30 juni 2019, door de betrokken school van facturen (op naam van de school of inrichtende macht) en

          ofwel betalingsbewijzen voor deze facturen;

          ofwel bewijzen dat de gefactureerde werken uitgevoerd werden.

Na verificatie wordt 75 % van de factuurbedragen aan de school betaald als toelage, binnen de grenzen van de maximale toelage zoals vastgesteld door de gemeenteraad.

Nadat alle werken uitgevoerd zijn, bezorgt de school een eindstaat, waarop alle uitgevoerde werken en aangekochte materialen worden vermeld, met afschrift en betalingsbewijs van niet eerder voorgelegde facturen.

 

Art.8.- De jeugddienst kan onderzoeken, in samenwerking met technische dienst, eventueel na bezoek ter plaatse, of de werken conform de aanvraag werden uitgevoerd.

 

Art.9.- Bij niet naleving van één van de vooropgestelde voorwaarden voor toelage uit artikel 3 heeft het gemeentebestuur het recht om de toegekende toelage geheel of gedeeltelijk terug te vorderen. De terugbetaling van de teruggevorderde toelage dient binnen een termijn van 30 dagen na ontvangst van een aangetekend schrijven van het gemeentebestuur te gebeuren.”

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

12 Erediensten. Goedkeuring afsprakennota en meerjarenplannen 2020-2025 en kennisneming budgetten 2020. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Vanpoucke stelt vast dat de exploitatiekosten van de eredienst Heilige Familie fors is en oploopt van 12.000 € in 2020 tot 23.000 € in 2023 en verder.  Hij vraagt wat hiervan de oorzaak is.

 

Waarnemend burgemeester Cools antwoordt dat de hogere exploitatiekost wordt veroorzaakt door het aangaan van een lening om het woonproject als nevenbestemming dat eerder aan de gemeenteraad werd voorgesteld te kunnen realiseren.  Dit zal ook op termijn inkomsten genereren waardoor de exploitatietussenkomsten in de toekomst zullen dalen.  k

 

Raadslid Eeman leest xdat er wordt voorzien in een totale investering voor parochie Heilige Familie van 1.010.000 € en dat er gerekend wordt op een tussenkomst vanwege het gemeentebestuur van 354.000 €.  Hij vraagt of deze reeds een officiële vraag is en op basis waarvan dit bedrag werd bepaald.  Hij vraagt ook achter de stand van zaken van een eventuele borg die wellicht zal worden gevraagd om te stellen.  Verder stelt hij dat zijn fractie voorstander is van de nevenbestemming maar enkel in geval dit een sociaal woonproject betreft.  Hij geeft aan dat de het verstandig is om voordat middelen ter beschikking worden gesteld er een zicht is op de uiteindelijke huurprijzen en dus op de betaalbaarheid ervan. 

 

Waarnemend burgemeester Cools antwoordt de investreingen en de tussenkomsten tot stand zijn gekomen tijdens verschillende onderhandelingsgesprekken met het centraal kerkbestuur.  Initieel werden er zelfs veel grotere tussenkomsten gevraagd maar is verzocht om dit te optimaliseren wat ook gebeurd is.  Er werd gezocht naar verschillende subsidiemogelijkheden die van de investering worden afgetrokken zodat het basisbedrag ontstaat voor de berekening van de tussenkomst van het gemeentebestuur.  Het stelt verder dat het gemeentebestuur reeds lang vragende partij is van neven -of herbestemming en dat hij dan ook tevreden kan vast stellen dat er op dit vlak initiatieven zijn genomen.  De meerderheid wenst dit initiatief dan ook ten volle te ondersteunen.  Tot slot geeft hij aan dat er nog geen vraag tot borgstelling werd ontvangen.  Hij verwacht dit wel en de vraag zal wellicht ook onderzocht en ingewilligd worden.  De bedragen die thans voorliggen zullen de basis vormen voor het meerjarenplan.  Wat de huurprijzen betreft zijn er nog verschillende mogelijkheden in onderzoek zoals bvb een samenwerking met het Sociaal Verhuurkantoor.  Op de effectieve huurprijzen is er nog geen zicht. 

 

Raadslid Vanpoucke stelt dat de vigerende wetgeving een lokaal bestuur verplichten om tusen te komen op eventuele exploitatietekorten die kunnen ontstaan alsook bij te dragen aan de investeringen.  Zo past de gemeente een percentage toe van 90% indien het investeringen betreffen die bijdragen aan milieu en/of veiligheid.  Hij vindt dit ook goed en zijn fractie keurde onlangs nog met veel plezier eer dergelijke aanvraag goed.  Evenwel stelt hij vast dat er ook aanvragen zijn die creatiever omspringen met deze criteria en herinnert zich bijvoorbeeld een aanvraag voor schilderwerken als onderdeel van een veiligheidsinvestering.  Hij vindt dat het verstandig is om goed na te denken over de spelregels en de controle hierop alsook de hoogte van het percentage.  Niet dat hij dit een slecht idee vindt maar er zijn weinig verenigingen die van een dergelijke royale ondersteuning kunnen genieten in budgettair krappe tijden. 

Waarnemend burgemeester Cools antwoordt dat dit inderdaad een bewuste beleidskeuze is om voor dergelijke investeringen sterk tussen te komen en blijft hier ook achter staan. 

 

Raadslid Eeman stelt vast dat er weliswaar gesproken wordt over de mogelijkheden van sociale verhuur maar dat er actueel geen enkele garantie verbonden is ten aanzien van de hoogte van de huurprijzen.  Zolang deze garantie er niet is zal zijn fractie zich blijven onthouden.

 

Raadslid Vanpoucke is niet overtuigd van het antwoord van de waarnemend burgemeester en stelt zich de vraag waarom er niet meer siolidariteit kan zijn tussen de verschillende kerkfabrieken.  Er zijn er immers met tekorten maar er zijn er ook met grote overschotten.  Die onderlinge solidariteit, wat hij ook een Christelijke waarde vindt, mist hij volledig.  Het ontbreekt aan en globale visie hieromtrent en zijn fractie zal dan ook tegen stemmen.

 

Waarnemend burgemeester Cools antwoordt dat de vraag tot solidariteit uiteraard ook door hem werd gesteld aan het centraal kerkbestuur dat met het gemeentebestuur onderhandeld over de begroting.  Tot op heden is nog geen antwoord ontvangen.  Wel is het duidelijk dat dit actueel wettelijk niet is toegelaten en dit wordt nog verder onderzocht.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

Zoals gemeente/OCMW dienen ook de erkende eredienstinstellingen in het eerste jaar van de nieuwe legislatuur een meerjarenplan 2020-2025 voor te leggen.

Het Centraal Kerkbestuur Brasschaat bezorgde op 27 september 2019 de nodige documenten voor de 6 kerkfabrieken op Brasschaats grondgebied.

De protestantse kerkgemeente bezorgde op 10 maart 2019 zijn nieuw meerjarenplan.

De dienst financiën heeft de documenten van de kerkfabriek OLV van Gedurige Bijstand (Mariaburg) gedownload van de website van Religiosoft.

 

Juridisch kader

Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erediensten.(oa artikel 52/1 § 1 : De gemeentebesturen passen de tekorten bij van de exploitatie van de kerkfabrieken en dragen bij in de investeringen in de gebouwen van de eredienst.)
Besluit van 13 oktober 2006 van de Vlaamse Regering houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten.

 

Financiële gevolgen

De vereiste kredieten voor de voorziene exploitatie- en investeringstoelagen dienen opgenomen te worden in het meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente.

Alle vragen voor investeringstoelagen zullen na concretisering afzonderlijk voor goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad.

Visum financieel directeur

Vereist vóór goedkeuring van de individuele investerringstoelagen

 

BESLUIT:

Met 24 ja-stemmen (Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Philip Cools, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen, Karin Willemen-Beyers, Christophe Thomas, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Bruno Heirman, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Greet Verbert en Tom Versompel), 4 neen-stemmen (Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Ingeborg Hermans en Kasper Vanpoucke), 1 onthouding (Robrecht Eeman).

 

Art.1.- De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de afsprakennota Gemeente-Centraal Kerkbestuur Brasschaat en de meerjarenplannen en neemt kennis van de budgettten 2020 van navermelde eredienstinstellingen als volgt

 

Kerkfabriek Sint Antonius Abt (Centrum)

Geen gemeentelijke tussenkomsten voorzien

Goddelijk Kind Jezus (Bethanie)

Voorziene tussenkomsten

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

0

73,00

0

0

0

0

Investeringen

0

0

0

0

0

0

Heilige Familie (Kaart)

Voorziene tussenkomsten

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

11.979,70

14.209,00

0

22.523,00

22.063,00

21.553,00

Investeringen

160.000,00

194.000,00

 

 

 

 

Sint Jozef (Driehoek)

Voorziene tussenkomsten

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

4.230,53

8.090,00

8.645,00

17.305,00

18.070,00

11.920,00

Investeringen

43.200,00

 

 

46.845,00

 

 

Heilig Hart (Donk)

Voorziene tussenkomsten (deel Brasschaat)

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

362,24

1.097,50

1.172,50

1.245,00

1.465,00

1.692,50

Investeringen

 

16.500,00

66.000,00

66.00,00

33.000,00

33.000,00

OVL Onbevlekt Ontvangen (Maria-ter-Heide)

Voorziene tussenkomsten

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

17.818,33

6.588,00

7.169,00

7.324,00

7.462,00

7.586,00

Investeringen

16.000,00

6.000,00

 

8.000,00

3.000,00

 

protestantse kerkgemeente de Olijftak

Voorziene tussenkomsten (deel Brasschaat)

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

0

0

0

0

0

0

Investeringen

4.860,00

4.860,00

5.832,00

5.670,00

8.262, 00

6.318,00

OLV van Gedurige Bijstand
Voorziene tussenkomsten (deel Brasschaat)

 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Exploitatie

0

0

0

0

0

0

Investeringen

36.243,00

 

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

13 Erediensten. Kerkfabriek Heilige Familie (Kaart) budgetwijziging 1 dienstjaar 2019. Kennisneming. - GOEDGEKEURD

 

 

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De kerkfabriek van de parochie van de Heilige Familie (Kaart) legt via het Centraal Kerbestuur Brasschaat een budgetwijzing voor.

Hierin is onder andere bijkomend krediet voorzien voor facturen voor studies inzake de herbestemming van de kerk, gefinancierd via een overbruggingskrediet.

 

Juridisch kader

Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erediensten.

Besluit van 13 oktober 2006 van de Vlaamse regering houdende vaststelling van het algemeen reglement op de boekhouding van de erkende erediensten.

Gemeenteraadsbesluit van 26 augustus 2019 inzake borgstelling voor een lening van de kerkfabriek van de Heilige Familie.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen; de exploitatietussenkomt van de gemeente blijft ongewijzigd.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Neemt kennis van de budgetwijziging 1 dienstjaar 2019 voorgelegd door de kerkfabriek van de parochie van de Heilige Familie.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

14 Organisatie van het Belgisch Kampioenschap Wielrennen 2026. Goedkeuring bevragingstekst. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Pauwels leest dat na de kandidaatstelling er binnen de 30 dagen een eerste schijf van 70.000 euro betaald dient te worden. Hij gaat er dus vanuit dat de kandidatuurstelling binnenkort zal gebeuren.

Vervolgens zal de KBWB het parcours komen verkennen en wordt een bankwaarborg gevraagd. Hij vraagt of het parcours dan reeds vastligt want dit lijkt allemaal snel te moeten gaan en of er al onderhandelingen zijn geweest om in die waarborg te voorzien.

 

In de financiële voorwaarden merkt hij verder op dat er plotseling sprake is van het Belgische kampioenschap Cyclocross. Dat dit ook georganiseerd zou worden vindt hij niet terug in de lijst. Zijn vraag is dan ook waar dit georganiseerd zal worden en hoopt uiteraard niet in de natuurgebieden.

 

Met betrekking tot de engagementen van sponsors neemt de fractie aan dat de twee hoofdsponsors gekend zijn en vraagt of de raadsleden die namen ook mogen kennen.

Verder leest hij dat stad Antwerpen een subsidie verleent van 25.000 euro, althans hier wordt op gerekend maar hij vraagt of dit al formeel is toegezegd.Er is een doortocht voorzien in 10 gemeenten. Het parcours is nog niet gekend, dus weet men niet welke gemeenten in aanmerking komen.  Zijn fractie heeft contacten met andere gemeente maar hij krijgt signalen dat de vraag voor een tussenkomst nog nergens werd voorgelegd.

De waarnemend burgemeester beaamt dat het parcours nog moet worden bepaald. Na de kandidatuurstelling zal dit in overleg gebeuren.  De waarborg is vanuit de gemeente ten aanzien van de KBWB en dit vormt geen probleem volgens hem.  Het Belgisch kampioenschap veldrijden is niet inbegrepen en wordt niet door onze gemeente georganiseerd. Over de twee grote sponsors, zijnde Albert Hein en Sportoase, werd reeds eerder transparant gecommuniceerd tijdens een toelichting de op gemeenteraadscommissie.  Verder geeft hij aan dat er wel degelijk gsprekken tussen burgemeesters zijn gevoerd met omliggende gemeenten om deze principes te bespreken.   

 

Raadslid Koning vraagt waarom deze bevraging nu aan bod komt gezien er tijdens een vorige gemeenteraad reeds gesteld is dat dit BASJ zou zijn.  Er bestaat ook reeds een overeenkomst om koersen te organiseren op gemeentelijk grondgebied.  Heeft het bestuur dan nu vastgesteld dat ze wel pas een partner kunnen aanduiden na een marktbevraging of is er een andere reden. 

Verder vraagt hij zich af op welke zijze de bevraging wordt bekend gemaakt en welke kanalen er worden gebruikt hiervoor.  Hij is bekend met de eisen van de KBWB en die zijn niet klein te noemen waardoor er slechts enkele spelers in de markt in staat zijn om dergelijke organisaties aan te kunnen.  Deze voorwaarde zijn echter zo streng dat hij twijfels heeft of dit haalbaar is.

Hij leest bij de financiële gevolgen dat er een bedrag dient te worden voorzien van 350.000 euro maar dit is een transactie tussen de gemeente en de KBWB en die is reeds goedgekeurd.  Dit is voor dit besluit niet relevant.  Hij wijst ook op het feit dat de gemeente sponsors kan zoeken en stelt zich vragen bij de deontologie hierover.  T

 

De bevragingstekst stelt dat de organisator zelf zijn inkomsten moet zoeken voor de organisatie maar wel kan beschikken over 10% van de visibliteit.  De verdeling van deze percentage vindt hij zeer onduidelijk en vraagt om dit te verklaren.  Het zal bovendien volgens hem niet eenvoudig zijn om grote sponsors te zoeken want de grotere potentiële sponsors zijn vaak reeds gebonden aan de exclusiviteitsvoorwaarden van de KBWB. 

 

De waarnemend burgemeester geeft aan dat het bestek inderdaad de eisen van de KBWB mee heeft opgelegd aan de organisator maar dat dit wel mogelijk moet zijn gezien deze organisatie elk jaar ergens plaats vindt.  Er wordt geen verdere toelage voorzien ten opzichte van de organisator maar de gemeente zal wel met hem samenwerken om de overige sponsorruimte zo optimaal mogelijk in te vullen.  Hij vindt de zoektocht naar een sponsor door de gemeente deontologisch te verantwoorden en dit gebeurt meer bij de organisatie van bijvoorbeeld Brasschaat Klassiek of de Triatlon en wordt dit ook gedaan door bijvoorbeeld de EVA vzw’s van de gemeente bij activiteiten.  Dit is een dagelijkse praktijk.

 

Raadslid Konings stelt dat dit niet correct is.  Immers verkrijgt de Triatlon wel een jaarlijkse toelage maar verder doet de organisatie alles zelf. 

 

De algemeen directeur verduidelijkt dat de gtotale visibiliteit door de KBWB worfdt gesteld op 100% waarvan zij zelf 50% claimt.  De gemeente als organisator heeft recht op de overige 50% waarvan ze via de twee hoofdsponsors reeds 30% heeft onderhandeld. Van de overige 20% wordt 10% ter beschikking gesteld van de kandidaat en 10% behoudt de gemeente zelf om haar uitgave van 350.000 euro voor de licentie te financieren.  Het voorwerp van de bevraging betreft dus het exclusieve recht om deze wedstrijden te mogen organiseren en het recht om 10% te valoriseren.

 

Er zijn verder inderdaad enkele aannames gebeurd in het kader van de financiële planning.  Het parcours ligt niet vast en dit kan ook niet want dit moet in samenspraak met de KBWB gebeuren.  Aan de kandidaat wordt gevraagd het vereiste technische dossier in te dienen.  Er wordt gewerkt met een stuurgroep waar de kandidaat en het gemeentebestuur deel van zal uitmaken.  De gemeente blijft uiteindelijk de initiatiefnemer en de licentiehouder maar zoekt hiervoor een organisator. 

 

Voor de bekendmaking worden alle klassiek gekende kanalen gebruikt binnen de markbevragingen.  Gericht aanschrijven kan overwogen worden maar het gelijkheidsbeginsel en principe van mededinging dient te worden gerespecteerd.  Indien er voorstellen van meer sectorgebonden communicatiebronnen zijn, zijn deze zeker welkom. 

Raadslid Konings heeft nog een vraag over de beoordelingscriteria.  Die omvatten ook de mogelijkheid om een bedrag te bieden voor het voorwerp van de opdracht.  Er is tevens ook geen weging toegekend an de verschillende criteria. Tot slot geeft hij aan dat ook het biedingsbedrag van 350.000 euro bij de KBWB voor de licentie zou kunnen overboden worden en dan is er helemaal geen organisatie om te bevragen. Hij vindt deze bedragen ook helemaal niet terug op de deelnemingsformulieren. 

De algemeen directeur beaamt dit.  Hij heeft het bestek op gemaakt naar eigen inzichten. Er zijn voorbeelden opgevraagd maar die waren hetzij niet aanwezig hetzij net direct beschikbaar.  Het voorwerp bestaat inderdaad uit een exclusief recht om dit te mogen organiseren en de beschikbare en te valoriseren visibiliteit maar in het kader van de mededinging kan dit best op het vlak van een bieding een criterium vormen.  Er zou theoretisch inderdaad kunnen overboden worden op de licantie maar er werd reeds een optie genomen na overleg met de KBWB.  Hij bevestigt tot slot dat deze bedragen wel zijn vermeld op de formulieren van de kandidatuur die hem door de KBWB zelf zijn toegestuurd en indien gewenst kan hij deze indieningformulieren overmaken. 

 

Jef Konings zegt dat men betreffende wetgeving en de reglementen van de Belgische wielerbond men hem hier een kopie van gegeven heeft en hier staat geen enkel bedrag in. Hij zegt af te wachten en wenst nog altijd dat er koers is in Brasschaat, maar dat het bestuur toch wat moet nadenken voor men dingen begint te vertellen.

 

Raadslid Eeman stelt dat zijn fractie zich zal onthouden op dit punt en verwijst naar eerdere tussenkomsten.

Raadslid Pauwels stelt dat zijn fractie niet tegen de wielerkoersen is maar ze is wel bezorgd over de financiering hiervan en de bijhorende risico’s en zijn fractie zal zich daarom ook onthouden.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

 

Vanuit de Belgian Cycling organisatie wordt jaarlijks een bevraging gedaan voor de organisatie van de Belgische Kampioenschap Wielrennen. Gemeenten kunnen zich kandidaat stellen voor het bekomen van de licentie om deze sportactiviteit te mogen organiseren. 

 

Het gemeentebestuur heeft in de gemeenteraad van 30 september 2019 goedkeuring gegeven aan de kandidatuurstelling voor het BK van 2026 en tevens de voorafgaandelijke kampioenschappen:

          BK Nieuwelingen2022

          BK Juniores 2023

          BK Elite z/c & U232024

          BK TT Elite2025

          BK wielrennen2026

 

Het gemeentebestuur wenst een organisatiepartner te vinden die kan instaan voor de volledige organisatie van deze kampioenschappen 2022-2026. Het gemeentebestuur wenst met het oog op een duurzaam partnership één organisatiepartner aan te stellen voor al deze kampioenschappen samen.

 

Organisatoren kunnen zich enkel kandidaat stellen voor het geheel van de organisatie van al de genoemde kampioenschappen 2022-2026 en niet afzonderlijk voor één van deze kampioenschappen.

 

In het kader van de opdracht “Organisatie van het Belgisch Kampioenschap Wielrennen 2026” werd een bevragingstekst met nummer 2019-115 opgesteld door Ward Schevernels, algemeen directeur.

 

Juridisch kader

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 56, § 3, 6°, waarbij de gemeenteraad delegatie van bevoegdheden kan verlenen aan het college van burgemeester en schepenen inzake vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als de opdracht nominatief door de gemeenteraad aan het college van burgemeester en schepenen is toevertrouwd.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

 

Advies

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 7 oktober 2019 principieel ingestemd met de bevragingstekst.

 

Financiële gevolgen

Aan de uitgavenzijde dient er gerekend te worden op 350.000,00 euro voor het bekomen van de licentie (afgesproken nettobedrag van de aanbesteding). Dit is te betalen als volgt:

  • Na de kandidatuurstelling zal de KBWB een voorlopige toewijzing doen van de licentie.  Binnen de 30 dagen hieropvolgend dient een eerste schijf betaald te worden van 20% zijnde 70.000,00 euro.
  • Vervolgens zal de KBWB een verkenning doen van het parcours en wordt er een bankwaarborg gevraagd voor de Belgische Kampioenschappen Weg voor Heren Elite en Cyclocross Heren Elite. De volgende termijnen worden opgenomen in de bankwaarborg:

o         Tweede schijf van 20% of 70.000,00 euro op 18 maanden van het event (december 2024)

o         Derde schijf van 20% of 70.000,00 euro op 12 maanden van het event (juni 2025)

o         Een vierde schijf van 20% of 70.000,00 euro op 6 maanden van het event (december 2025)

o         Een vijfde schijf van 20% of 70.000,00 euro op 2 maanden voor het event (maart/april 2026)

 

Gelet op het feit dat deze schijven moeten worden voorzien in een bankwaarborg dient de gemeente deze gehele uitgavekost in het lopende meerjarenplan te verrekenen zodat er geen overlopende kosten zijn naar de hieropvolgende legislatuur.

 

De gemeente kan voor de verdere organisatie een organisator aanstellen en tevens sponsors zoeken en/partner gemeenten. Actueel zijn er voorbesprekingen geweest met verschillende partners waarbij gerekend kan worden op volgende inkomsten:

  • 2 hoofdsponsors van 25.000,00 euro/jaar vanaf 2022 tot 2026. Deze sponsors zullen zowel het BK als de (N)Acht van Brasschaat sponsoren voor een bedrag van respectievelijk 30.000,00 euro BK en 20.000,00 euro (N)Acht van Brasschaat. Voor het BK betekent dit dus 5 jaar een bedrag van 30.000,00 euro of dus 150.000,00 euro
  • Vertrekpunt voorzien in Stad Antwerpen voor een bijdrage van 25.000,00 euro
  • Doortocht door 10 gemeenten aan wie een bijdrage van 5.000,00 euro zal worden gevraagd of dus 50.000,00 euro

 

Dit betekent dat ten overstaan van de uitgave van 350.000,00 euro reeds een bedrag is afgedekt van 225.000,00 euro en dient er nog te worden gerekend op een uitgave van 125.000,00 euro. Om deze kosten te dekken zal verder actief worden gezocht naar bijkomende sponsors en onderhandeld worden met de organiserende partner.

 

Indien bij de kandidatuurstelling de principiële intentieverklaringen van de verschillende sponsors en partner gemeenten kunnen worden afgesloten dient er een netto uitgavekost van 125.000,00 euro nu mee in het meerjarenplan worden opgenomen.

 

BESLUIT:

Met 19 ja-stemmen (Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Philip Cools, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Luc Van der Schoepen, Karin Willemen-Beyers, Christophe Thomas, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Bruno Heirman, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Greet Verbert en Tom Versompel), 10 onthoudingen (Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Robrecht Eeman, Ingeborg Hermans en Kasper Vanpoucke).

 

Art.1.- Goedkeuring te hechten aan de bevragingstekst voor de opdracht “Organisatie van het Belgisch Kampioenschap Wielrennen 2026”, opgesteld door Ward Schevernels, algemeen directeur.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

15 Opmaak intergemeentelijk RUP Woonparken. Goedkeuring aangepaste lastvoorwaarden. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid N. de Kort stelt dat zijn fractie zich gelet op eerder gegeven tussenkomsten zal onthouden.

 

Raadslid Van der Schoepen stelt dat ook zijn fractie zich zal onthouden op dit punt.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De gemeenteraad hechtte in zitting van 24 juni 2019 goedkeuring aan de deelname tot de onderhandelingsprocedure, de lastvoorwaarden, de gunningswijze, en de lijst uit te nodigen firma’s betreffende de opdracht “Opmaak intergemeentelijk RUP Woonparken”. Het bestek met referentie 2019-033 en de raming voor de opdracht werden opgesteld door de gemeente Schilde, die de aanbestedingsprocedure zal voeren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt 240.000,00 euro, btw niet inbegrepen of 290.400,00 euro, btw inbegrepen.

 

Echter, werd door de gemeente Schilde een noodzakelijke wijziging aangebracht in het bestek. Deze wijzigingen bevatten een significante aanvulling van de selectiecriteria. Waar in het oorspronkelijke bestek enkel verwezen werd naar het UEA, werden criteria in voorliggend aangepast bestek als volgt opgenomen:

 

Juridische situatie van de inschrijver (uitsluitingsgronden)

Het UEA, waarmee de ondernemer verklaart dat hij zich niet bevindt in een van de uitsluitingssituaties als bedoeld in de artikelen 67 tot 69 van de wet van 17 juni 2016.

 

Economische en financiële draagkracht van de inschrijver (selectiecriteria)

Het UEA, waarmee de ondernemer verklaart dat hij voldoet aan de onderstaande selectiecriteria:

 

Selectiecriterium

Een verklaring betreffende de totale omzet en de omzet van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, over de laatste drie beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de ondernemer met zijn bedrijvigheid is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn.

 

Minimumvereiste:

Minimum twee maal de geraamde waarde van de opdracht.

 

Technische en beroepsbekwaamheid van de inschrijver (selectiecriteria)

Het UEA, waarmee de ondernemer verklaart dat hij voldoet aan de onderstaande selectiecriteria:

 

Selectiecriterium

1. Een lijst van de voornaamste diensten die gedurende de laatste drie jaar werden verricht, met vermelding van het bedrag, de datum en de publiek- of privaatrechtelijke instanties waarvoor zij bestemd waren. Minimumvereiste: minimum 3 referentieprojecten.

2. De studie- en beroepskwalificaties van de dienstverlener.

 

Juridisch kader

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en artikels 330 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen als gevolg van deze aanpassing

 

De totale raming bedraagt 240.000,00 euro, btw niet inbegrepen of 290.400,00 euro, btw inbegrepen.

 

Het geraamd gemeentelijk aandeel in de kosten van deze opdracht bedraagt 60.000,00 euro, btw niet inbegrepen, hetzij 72.600,00 euro, btw inbegrepen (21%).

 

De uitgave voor deze opdracht voorzien is in het investeringsbudget 2019 - sleutel 0600/21400007

(opmaak diverse RUP’s en plannen).

 

BESLUIT:

Met 22 ja-stemmen (Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Philip Cools, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Karin Willemen-Beyers, Christophe Thomas, Robrecht Eeman, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Bruno Heirman, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert, Ingeborg Hermans, Kasper Vanpoucke en Tom Versompel), 7 onthoudingen (Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Luc Van der Schoepen en Greet Verbert).

 

Art.1.- Goedkeuring wordt gehecht aan het aangepaste bestek in het kader van de opdracht "Opmaak intergemeentelijk RUP Woonparken”. De aanpassing bevat de aanvulling van de selectiecriteria.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

16 Het Leeg zone 6 en 7.  Principiële goedkeuring tracé wegbedding. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Pauwels wenst vooreerst aan te kaarten waarom dit punt niet werd geagendeerd op de algemene commissie die een zeer beperkte agenda had en er tijd en ruimte was om dit te bespreken.  Er zijn plannen toegevoegd aan het dossier die moeilijk raadpleegbaar en interpreteerbaar zijn en hij kan op basis hiervan geen duidelijke beoordeling maken over de ontsluiting.  Hij vraagt dan ook om dit punt uit te stellen en voldoende informatie ter beschikking te stellen om dit te kunnen beoordelen

 

Raadslid Eeman sluit zich hier bij aan.

 

Raadslid Van der Schoepen sluit zich hier eveneens bij aan. Hij vraagt verder of er bij de aanleg hiervan rekening gehouden wordt met de watergevoeligheid van dit gebied en geopteerd wordt voor aangepaste ontwerptechnieken zoals bijvoorbeeld een verhoogd wegdek, de wijze van funderen, … .  Zijn fractie zal zich in alle geval onthouden op dit punt. 

Schepen Fonteyn licht aan de hand van de plannen de ontsluiting toe.  Er is ontsluiting voorzien zowel via de Beemdenstraat als de Tomermaat.  Eén en ander dient via de lopende CBO-procedure nog te worden gerealiseerd maar dit is duidelijk zichtbaar op het plan.  Het voorliggende punt handelt enkel over de wegenis die door de gemeente wordt voorzien. 

 

Raadslid Pauwels herhaalt dat het een gemiste kans is om dit in detail toe te lichten op de algemene commissie.  Verder heeft zijn fractie het moeilijk met dit project gelet op de problematiek het signaalgebied en de watergevoeligheid.  Op basis van zijn verkregen informatie zal jaarlijks een volume van 2 olympische zwembaden moeten worden verpompt op het gebied droog te houden en dit via het rioleringsstelsel en niet via buffering wat toch tegen de hudige visie is. 

 

Schepen Fonteyn geeft aan dat het voorliggende punt gaat over het wegtracé en niet over andere onderwerpen die in bezwaarschriften aan bod komen zoals water.  Dit wordt later zoals voorzien in de procedure door het college behandeld. 

 

Raadslid Pauwels zegt dat het wegtracé ontegensprekelijk deel uitmaakt van het project en ook de waterhuishouding. Hij vindt het niet goed dat water wordt verpompt naar de riolering.  Zijn fractie zal dan ook gelet hierop op op voorgaande tegen stemmen. 

 

Raadslid Eeman stelt dat het voorstel tot uitstel niet werd beantwoord en sluit zich aan bij dit voorstel om dit punt ter dege te kunnen voorbereiden. 

 

Waarnemend burgemeester Cools vindt de plannen van het wegtracé dat ter goedkeuring voorligt wel duidelijk en ziet geen reden waarom dit punt niet zou kunnen behandeld worden. 

 

Raadslid Eeman stelt dat ook zijn fractie dit punt dan niet zal goedkeuren. 

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

Ter hoogte van het Leeg zal nieuwe wegenis aangelegd worden. De werken omvatten de aanleg van

een nieuwe weg in functie van de verkavelingsaanvraag van De Voorkempen voor het vormen van 18

sociale kavels aan De Tomermaat. Ten behoeve van deze werken, werd op 11 maart 2019 de

aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend met referentie 2019/OVK/0002 door De Voorkempen-

H.E., Nijverheidsstraat 3 te 2960 Brecht.

De rijbaan wordt aangelegd in kasseien. Er worden zowel langse als dwarse parkeervakken voorzien,

deze worden ook in kasseien aangelegd. Tussen de parkeervakken is een groene berm voorzien met

laanbomen. Voor de opvang van regenwater zijn er achter de percelen buffergrachten voorzien en

komt er o.a. een wadi in de groenzone. De fietsverbinding tussen De Tomermaat en Het Leeg wordt

doorgetrokken en aangelegd in asfalt.

Het dossier werd volledig en ontvankelijk verklaard op 5 april 2019. Er werd een openbaar

onderzoek gehouden van 15 april 2019 tot 14 mei 2019. Naar aanleiding van de bezwaren en

negatieve adviezen werd, na overleg met het studiebureau en de bezwaarindieners, op 23 augustus

2019 een wijzigingsverzoek ingediend bij de gemeente door de aanvrager.

In collegezitting van 2 september 2019 werd er ingestemd met het ingediende wijzigingsverzoek mits

het organiseren van een nieuw openbaar onderzoek en het opnieuw stellen van adviesvragen.

Er werd een tweede openbaar onderzoek gehouden van 6 september 2019 tot en met 5 oktober 2019.

Het verkrijgen van de omgevingsvergunning vereist nog twee zaken:

          kennisneming en weerlegging van de bezwaarschriften inzake het wegtrace door de gemeenteraad

          goedkeuring tracé van de weg door de gemeenteraad

Bezwaarschriften in het kader van het eerste openbaar onderzoek

Er werden 7 bezwaarschriften ingediend door buurtbewoners, waarvan 1 met een petitie met 147

handtekeningen. De bezwaren werden tijdig ingediend en zijn ontvankelijk.

De bezwaren handelen hoofdzakelijk over de verkeersproblematiek, de watergevoeligheid van de

omgeving, het verdwijnen van het groen, de leefbaarheid van de wijk en de keuze van de

straataanleg.

 

Bezwaarschriften in het kader van het tweede openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek liep tot 5 oktober 2019. Er werden 8 bezwaarschriften ingediend. De

bezwaren werden tijdig ingediend en zijn ontvankelijk. De nota met betrekking tot weerlegging van de

bezwaren inzake wegenis wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd kennis te nemen van de nota, opgemaakt door de

afdeling ruimte en wonen, waarin de kern van de bezwaren inzake de wegenis zal opgenomen

worden. de bezwaren die niet handelen over de zaak der wegenis zullen door het college behandeld worden in het kader van de vergunningsbeslissing.

 

Juridisch kader

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald de artikels 2§2 en 41.11°, waarbij

wordt bepaald dat de gemeenteraad bevoegd is voor de daden van beschikking over onroerende

goederen.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en

latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341

betreffende het bestuurlijk toezicht.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren,

en latere wijzigingen.

Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 meer bepaald: Titel 3 - hoofdstuk 8 - artikel

47 betreffende de kennisneming van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend

tijdens het openbaar onderzoek door de gemeenteraad.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, meer bepaald artikel 31,

betreffende de voorwaarde goedkeuring gemeenteraad voor het verlenen van de

omgevingsvergunning en artikel 29 betreffende het afsluiten van het openbaar onderzoek.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT:

Met 22 ja-stemmen (Adinda Van Gerven, Myriam Van Honste, Philip Cools, Goele Fonteyn, Inez Ven, Carla Pantens, Karina Hans, Dirk de Kort, Bart Brughmans, Jef Konings, André Van Mechelen, Niels de Kort, Karin Willemen-Beyers, Christophe Thomas, Bart Thijs, Walter Vermeulen, Bruno Heirman, Erwin Callens, Hedwig van Baarle, Joris Van Cauwelaert, Dieter Heughebaert en Tom Versompel), 5 neen-stemmen (Rudi Pauwels, Lisa Buysse, Robrecht Eeman, Ingeborg Hermans en Kasper Vanpoucke), 2 onthoudingen (Luc Van der Schoepen en Greet Verbert).

 

Art.1.- Neemt kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het

openbaar onderzoek.

 

Art.2.- Neemt kennis te nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek conform artikel 47 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 en goedkeuring te hechten aan de nota inzake weerlegging van de bezwaren aangaande de wegenis.

 

Art.3.- Goedkeuring wordt gegeven aan aan het in het ontwerp van de opdracht voorgestelde tracé van de wegbedding.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

17 Zegersdreef, vak Bredabaan - Frilinglei.  Goedkeuring tracé wegbedding. - GOEDGEKEURD

 

 

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

In zitting van 11 maart 2019 hechtte het college van burgemeester en schepenen principiële

goedkeuring aan het ontwerp voor de wegeniswerken aan de Zegersdreef ter hoogte van het vak

Bredabaan-Frilinglei.

 

Deze werken omvatten de heraanleg van de bestaande wegenis in de Zegersdreef en

Donksesteenweg met wijziging van het huidige wegprofiel. In de Zegersdreef wordt de rijweg in kassei

versmald van 6,00 m naar 5,00 m. Parkeren op de rijbaan blijft hier mogelijk. Aan beide zijden wordt

voorzien in gemengde fiets- en voetpaden in asfalt in plaats van voetpaden in betontegels. Tussen het

fietspad en de rijbaan blijft een groene berm behouden. In de Donksesteenweg, vak Zegersdreef -

Lemmélei, wordt de rijweg in asfalt versmald van 6,00 m naar 5,00 m. Het dubbelrichtingsfietspad

wordt verbreed naar 2,50 m in asfalt in plaats van betonstraatstenen. Aan beide zijden wordt een

parkeerstrook in kassei met een breedte van 2,00 m voorzien met plantvakken tussen de

parkeervakken. Aan de even zijde komt een dubbelrichting fietspad in asfalt, aan de oneven zijde een

voetpad.

 

Ten behoeve van deze werken werd op 21 mei 2019 de aanvraag tot omgevingsvergunning

met referentie 2019/OMV/0306 ingediend voor riolerings- en wegeniswerken gelegen Zegersdreef - Donksesteenweg te Brasschaat door Pidpa, Vierselsebaan te 2280 Grobbendonk.

Het dossier is volledig en ontvankelijk verklaard op 3 juni 2019. Er werd een openbaar

onderzoek gehouden van 13 juni 2019 tot 13 juli 2019.

 

Het verkrijgen van de omgevingsvergunning vereist nog twee zaken:

          goedkeuring van de bezwaarschriften en de weerlegging ervan door de gemeenteraad.

          goedkeuring tracé van de weg door de gemeenteraad.

 

Er werden twee bezwaarschriften ingediend door buurtbewoners. De bezwaren werden tijdig

ingediend en zijn ontvankelijk. De bezwaren handelen niet over de zaak der wegenis en zullen door het college behandeld worden in kader van de vergunningsbeslissing.

 

Juridisch kader

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald de artikels 2§2 en 41.11°, waarbij

wordt bepaald dat de gemeenteraad bevoegd is voor de daden van beschikking over onroerende

goederen.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en

latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 326 tot en met 341

betreffende het bestuurlijk toezicht.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren,

en latere wijzigingen.

Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 meer bepaald: Titel 3 - hoofdstuk 8 - artikel

47 betreffende de kennisneming van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend

tijdens het openbaar onderzoek door de gemeenteraad.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, meer bepaald artikel 31,

betreffende de voorwaarde goedkeuring gemeenteraad voor het verlenen van de

omgevingsvergunning en artikel 29 betreffende het afsluiten van het openbaar onderzoek.

 

Financiële gevolgen

Er zijn geen financiële gevolgen.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Goedkeuring te hechten aan het ontwerp voor het wegentracé, zoals opgenomen in de lastvoorwaarden voor de opdracht "Zegersdreef: wegen- en rioleringswerken (vak Bredabaan - Frilinglei)".

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

18 Het Leeg. Overdracht gronden openbaar domein. Goedkeuring akte bij sterkmaking. - GOEDGEKEURD

 

 

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

In zitting van 23 februari 2006 keurde de gemeenteraad de verwerving goed van de beddinggronden in Het Leeg, vak Beemdenstraat/Het Leeg 43. De grondafstanden gebeuren voor toevoeging aan het openbaar domein.

 

Op 4 september 2019 werd de verkoopakte van de woning Het Leeg 9 verleden.

Er werd in dit verband een akte tot grondafstand opgesteld door notaris Walter Geeraerts, vennoot van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid “Stefan Van Tricht & Walter Geeraerts, geassocieerde notarissen”, met zetel te Schoten, Paalstraat 110.

Thans wordt aan de gemeenteraad gevraagd goedkeuring te hechten aan het ontwerp van de akte tot grondafstand met een  vergoeding van 747,50 euro aan de afstanddoeners, met name de heer Buyle Kenneth en mevrouw Wouters Joyce, tevens de kopers van de woning.

Het liggingsplan, opgemaakt op 28 december 2018 door landmeter-expert Lieven Monden kent volgnummer 10 toe aan de betreffende grondafstand. Op het plan wordt een overdracht van 49m² vermeld.

 

Een schattingsverslag werd opgemaakt door Marijke Decleer waarbij de waarde op 32,5 euro per m² wordt bepaald voor de gronden die zich over de helft van de wegbedding bevinden.

In dit geval wordt dus 26 m² grond kosteloos overgedragen aan de gemeente en 23m² grond wordt vergoed aan een bedrag van 32,50 euro/m², wat de totale vergoeding op 747,50 euro brengt.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd worden goedkeuring te hechten aan de akte tot grondafstand en de bijhorende vergoeding.

 

De kosten die voortvloeien uit deze akte zijn ten laste van de gemeente en bedragen 956,67 euro, btw inbegrepen.

 

Juridisch kader

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en

latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en artikels 330 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

Financiële gevolgen

Voor de verwerving van de gronden over de as van de wegbedding (23m²), wordt een vergoeding voorzien van 747,50 euro, te voldoen door de gemeente aan de kopers. De verwerving van de resterende 26 m² is kosteloos.

 

Voor de opmaak van de akte is krediet voorzien in het exploitatiebudget 2019 sleutel 011002/31610010 Erelonen deurwaarders, notarissen, advocaten ed.

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Er wordt goedkeuring gehecht aan de akte, opgemaakt door het kantoor van geassocieerde notarissen Stefan Van Tricht en Walter Geeraerts, betreffende de grondafstand gelegen in de wegbedding ter hoogte van Het Leeg 9 te Brasschaat en de daarin opgenomen grondafstand aan degemeente van 49 m² van de wegbedding, voor toevoeging aan het openbaar domein.

 

Art.2.- Er wordt goedkeuring gehecht aan de vergoeding van 747,50 euro die de gemeente dient te voldoen aan de afstanddoeners, met name de kopers van de woning.

 

Art.3.- Er wordt goedkeuring gehecht aan de vertegenwoordiging voor de gemeente Brasschaat bij sterkmaking, door mevrouw Van Pelt An, notarisbediende, wonende te Antwerpen, Lambrechtshoekenlaan 211 bus F1.

 

Art.4.- Voor de opmaak van de akte is krediet voorzien in het exploitatiebudget 2019 sleutel 011002/31610010 Erelonen deurwaarders, notarissen, advocaten ed.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

19 Aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer. Gewijzigde parkeersituatie Brasschaat: verboden te parkeren +7,5 Ton. - KENNISGENOMEN

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Eeman merkt op dat in de motivatie de focus wordt gelegd op vrachtwagens en hij vraagt of hier ook busvervoer onder moet worden verstaan. Hij vraagt tevens hoe hier toezicht op zal worden gehouden.  Er zijn verschillende chauffeurs die met hun bus of vrachtwagen mee huiswaarts nemen na het werk.

 

Schepen Fonteyn bevestigt dat dit inderdaad gaat over alle voertuigen met een MTM hoger dan 7,5 ton.  Wat betreft het toezicht zal eerst uitgebreid en actief worden gesensibiliseerd door oa te voorzien in mededelingen onder de ruitenwissers.  Pas nadien volgt eventueel een repressief optreden.  Het is ook niet de bedoeling om iemand die zijn middaglunch gebruikt te gaan beboeten, wel om het langdurig parkeren van deze voertuigen te beperken tot bepaalde zones.  Het gaat over ca 20 tot 25 voertuigen. 

 

Raadslid Konings vraagt zich af waar deze dan staan.  Hij heeft een rondvraag gedaan en kwam nog niet aan 10 stuks maar hij wil wel aannemen dat dit meer kan zijn.  Hij vraagt zich wel af hoe men kan zien dat de MTH hoger is dan 7,5 ton.

 

Schepen Fonteyn antwoordt dat dit uitdrukkelijk wordt vermeld in de verplichte boorddocumenten van het voertuig. 

 

Raadslid Konings vraagt zich verder af hoe men zal omgaan met vrachtwagens van de gemeente zelf, verhuiswagens, betonmixers voor een bouwproject, … . 

Schepen Fonteyn antwoordt dat dat dergelijke activiteiten dienen te beschikken over een vergunning voor de inname van het openbaar domein.  Ook voertuigen in het kader van nutswerken worden via jaarvergunningen verstrekt. 

 

Raadslid Konings geeft aan dat de beoogde zoneborden niet bestaan in de wegcode en vraagt zich tevens af hoeveel verschillende type zones er mogen bestaan in een gemeente.  Hij dacht dat dit er maar twee mochten zijn.  Verder vraagt hij zich af welke oplossingen er worden aan gereikt en hoe de mensen naar alternatieve locaties worden begeleid. 

 

Schepen Fonteyn antwoordt dat de voorgestelde borden zijn gekozen in samenspraak met de politie en reglementair zijn. Ze moeten wel opgesteld worden aan alle invalswegen van de gemeente, het betreft een totaal van 78 stuks.  Verder zijn alternatieve locaties zoals Sportoase, P&R aan de oprit van de E19 in Sint-Job, de Kapelsesteenweg aan de brug van de E19 in kaart zijn gebracht en mee worden verwerkt in de sensibilisatie.  Verder is het ook de bedoeling dat werkgevers zelf moeten instaan voor de nodige stalplaatsen.  Deze maatregel is noodzakelijk gelet op een eerder ongeval op de Bredabaan richting Wuustwezel in de bocht voor MtH en verwijst ook naar verschillende meldingen op de Frilinglei waar een vrachtwagen het zicht belemmert. 

 

 

Raadslid Van der Schoepen sluit zich aan bij dit punt maar vraagt om te voorzien in extra communicatie van de busmaatschappijen waarvan de gemeente weet dat ze veel activiteiten op het grondgebied doen zoals schoolvervoer. 

 

Schepen Fonteyn stemt in met dit voorstel en zal dit verder opnemen met de diensten. 

Beslissing

 

 

Het parkeren van vrachtwagens van meer dan 7,5 ton veroorzaakt hinder en overlast in woonwijken. Dit parkeren vormt tevens een probleem voor de algemene verkeersveiligheid over het grondgebied Brasschaat, voornamelijk in functie van de zichtbaarheid voor de zwakke weggebruikers.

 

Het aanrijden, parkeren en terug wegrijden van deze voertuigen veroorzaakt beschadigingen aan het openbaar domein.

 

Een zonaal parkeerverbod voor vrachtwagens van meer dan 7,5 ton zal de verkeersleefbaarheid en de verkeersveiligheid in de gemeente Brasschaat aanzienlijk verbeteren.

 

De bevoegdheid voor het vaststellen van de aanvullende reglementen op de politie over het wegverkeer is bij besluit van de gemeenteraad van 30 april 2009 toevertrouwd aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 14 oktober 2019 goedkeuring gehecht aan het aanvullend reglement.

 

Neemt kennis van het collegebesluit van 14 oktober 2019 met titel 'Aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer. Gewijzigde parkeersituatie Brasschaat: verboden te parkeren + 7,5Ton.'

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

20 Nieuwe overeenkomst met vzw toerisme Brasschaat. - GOEDGEKEURD

 

 

Zittingsverslag

 

Raadslid Pauwels was aanwezig bij de opening en vindt het een zeer goed resultaat.  Hij stelt wel voor om de bekendmaking van de aanwezigheid meer buiten het gebouw zichtbaar te maken, bijvoorbeeld via een banner.

 

Schepen Pantens antwoordt dat het infoteken, dat nu nog in de hoofdbibliotheek hangt, nog aan het nieuwe infopunt zal komen te hangen. Dit werd eerder vandaag ook besproken op het dagelijks bestuur en ook het idee van een bevlagging werd geopperd.  Dit wordt zeker verder uitgewerkt.

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De overeenkomst tussen de gemeente Brasschaat en vzw toerisme Brasschaat is verlopen op 30 juni 2019. Om de samenwerking verder te zetten stelt de dienst lokale economie en toerisme voor om de overeenkomst te vernieuwen voor de komende legislatuur.

 

Juridisch kader

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 56 en 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen en artikels 330 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht.

 

Adviezen

Kathleen Andries: positief advies
vzw toerisme Brasschaat: positief advies

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

Kost

25.000 euro, btw inbegrepen (jaarlijks)

Budgetsleutel

0521/64930000 actie 1419/007/001/002/001

Budget/jaar

Exploitatie in 2019-2026

Krediet beschikbaar

Ontoereikend. Het tekort bedraagt 5.000 euro per jaar.

Visum financieel directeur

Niet van toepassing

 

Het huidige toelage reglement voorziet 20 000 euro per jaar. De dienst lokale economie en toerisme stelt voor om de toelage te verhogen naar 25 000 euro per jaar omwille van;

          verdubbeling in onkosten vergoedingen vrijwilligers uitbreiding openingsuren onthaal

          verderzetting onkosten vergoedingen vrijwilligers onthaalwerking Den Toren

          ontwikkeling nieuw product met gids Mariadomein en wijk Kaart

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Er wordt principiële goedkeuring gegeven aan de nieuwe samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Brasschaat en vzw toerisme Brasschaat als volgt:

 

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST 

 

TUSSEN:

 

De vzw toerisme Brasschaat, met ondernemingsnummer 431.976.533, met maatschappelijk zetel te Brasschaat, Bredabaan 399, vertegenwoordigd de heer door Robert Van Deuren, Voorzitter en de heer Marc Sanders, secretaris, daartoe gemachtigd bij besluit van de raad van bestuur van 24 september 2019.

 

Hierna genoemd “de vzw toerisme”;

 

EN

 

De gemeente Brasschaat, Verhoevenlei 11, 2930 Brasschaat, vertegenwoordigd door ondergetekenden, de heer Jan Jambon, burgemeester, en de heer Ward Schevernels, algemeen directeur, in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2019 en onder voorbehoud van de uitoefening van bestuurlijk toezicht door de hogere overheid;

 

hierna genoemd “de Gemeente”;

Samen genoemd “Partijen”

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van de Gemeente van 26.01.1984 waarbij goedkeuring werd verleend aan de oprichting van de vzw toerisme;

Gelet op de publicatie van de oprichting van de vzw toerisme in het Belgisch Staatsblad op 17 september 1986;

Gelet op de laatste statutenwijziging van de vzw toerisme gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 13 mei 2011;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

Gelet op het decreet toeristische samenwerkingsverbanden van 6 maart 2017

Komen partijen overeen als volgt:

 

Artikel 1: Voorwerp van de samenwerkingsovereenkomst

De overeenkomst heeft tot doel de samenwerking te regelen tussen Partijen. Dit betreft de uitvoering van een gemeentelijke opdracht  met als doel:

 

          promoten van de gemeente Brasschaat

          ontwikkelen van het toeristisch-recreatief product* in Brasschaat

          bestendigen van het toeristisch-recreatief product* in Brasschaat

          vrijwilligerswerking promoten en continueren

 

* definitie toeristisch-recreatief product  volgens Strategisch beleidsplan 2020 voor het toerisme in Vlaanderen-Brussel van Toerisme Vlaanderen: de componenten die samen het toeristisch-recreatief product vormen of er mee samenhangen zijn: 1.  de primaire productelementen: het fysisch en stedelijk landschap, de attracties en bezienswaardigheden, de evenementen en de concentratie van beslissings- en kenniscentra; 2. de secundaire productelementen: de horeca, de logiessector, het congres- en seminarie-wezen en het winkelaanbod; 3.  elementen van de functionele context: het imago en de promotie, de toegankelijkheid en bereikbaarheid, nutsvoorzieningen en het onthaal- en informatienetwerk.  4.  elementen van de sociale context: de houding van de samenleving ten opzichte van het toerisme en de recreatie; de talenkennis.

 

dit in overeenstemming met de omschrijving van haar doel zoals omschreven in artikel 3 van de statuten van de vzw toerisme;

 

Meer specifiek belast de Gemeente de vzw Toerisme met volgende concrete opdrachten:

 

§ 1. voorzien in een onthaalwerking toerisme:

          uitbaten van een toeristisch infopunt zowel online als offline voor iedereen

          verzorgen van een decentrale onthaalwerking in Brasschaat, regio Kempen en Vlaanderen

          grondige kennis van het toeristisch aanbod van Brasschaat beheersen

          verkoop van streekproducten, gadgets, arrangementen voor groepen en individuele bezoekers, fiets- en wandelkaarten,…

          deelname aan min. 2 evenementen met bovenlokaal karakter ter promotie van het toerisme in Brasschaat

          deelname aan min. 2 evenementen met bovenlokaal karakter ter promotie van het toerisme buiten Brasschaat.

 

§ 2. ontwikkeling van toeristische producten:

          organisatie en verkoop van arrangementen

          actieve marketing van de toeristische producten in eigen beheer

          bovenlokaal denken beheersen en stimuleren

          netwerken en samenwerking

 

§ 3. exploitatie van toeristische producten:

          Sprookjespad

          Den Toren (middels uitvoering van de concessieovereenkomst dd.24 september 2018)

 

§ 4. vrijwilligers aantrekken en motiveren

          voorzien in een jaarlijkse netwerkmoment

          voorzien van vormingsmomenten

          ambassadeurschap stimuleren

 

§ 5. geven van adviezen rond toerisme op vraag van de gemeente

 

Artikel 2: Duur

Deze samenwerkingsovereenkomst wordt afgesloten voor een duur van 6 jaar. Deze start op 22 oktober 2019 en eindigt op 30 juni 2025.

 

Artikel 3: Financiële afspraken

De gemeente voorziet, binnen de perken van de door de gemeenteraad goedgekeurde begroting, een jaarlijkse toelage / subsidie voor ondersteuning van de realisatie van de overeengekomen doelstellingen en opdrachten. Deze toelage/subsidie wordt ieder werkingsjaar, uiterlijk 1 april door de gemeente uitbetaald. De eerstvolgende toelage zal conform deze nieuwe overeenkomst uitbetaald worden in 2020 voor het werkingsjaar 2020.

 

Deze subsidie/toelage bedraagt:

25.000 EUR

 

Artikel 4: Huisvesting

De Gemeente faciliteert de werking van de vzw Toerisme door het ter beschikking stellen van een uitgerust lokaal voor uitbating van een fysiek toeristisch infopunt.

Momenteel bevindt de ter beschikking gestelde ruimte zich te Brasschaat, Bredabaan 407 (Vrijetijdsbalie Toerisme), vooraan bibliotheek centrum. Deze ter beschikking gestelde ruimte verplaatst op nog nader te bepalen datum naar een nieuw lokaal gelegen op het gelijkvloers van het oud gemeentehuis naast de personeelsingang, te Brasschaat, Bredabaan 182.

Er kan gebruik gemaakt worden van de toiletten en keuken (met koffie- en theefaciliteiten) op de gelijkvloers. Er wordt eveneens kastruimte ter beschikking gesteld en de vzw Toerisme kan gebruik maken van de kelder voor opslag van materiaal/voorraad.

 

De gemeente engageert zich om het onderhoud van deze ter beschikking gestelde ruimte op zich te nemen en de verbruikskosten voor nutsvoorzieningen te dragen en eveneens in te staan voor de nodige kleine reparaties/herstellingen. De vzw Toerisme brengt de Gemeente onmiddellijk op de hoogte van eventueel toegebrachte beschadigingen, mankementen en eventueel nodige herstellingen.

 

Artikel 5: Overige afspraken

De gemeente verleent volgende logistieke ondersteuning aan de vzw Toerisme;

          ICT ondersteuning (printer, telefoon, pc,en daarop betrekking hebbende technische ondersteuning)

          Terbeschikkingstelling kantoorbenodigdheden (papier, balpennen, nietjesmachine,…)

          gebruik van communicatie kanalen van de gemeente ter promotie van eigen toeristisch-recreatieve producten

          postkosten

 

Artikel 6: werking en evaluatie

Met het oog op toezicht en evaluatie van de naleving van onderhavige overeenkomst, van de uitvoering van de taken van de vzw toerisme alsook van de aanwending van de middelen die door de gemeente ter beschikking wordt gesteld, stelt de vzw toerisme;

          een jaarverslag en een financieel verslag op met betrekking tot elk werkingsjaar

          een zelfevaluatie van de toeristisch-recreatieve producten in eigen beheer

          een begroting met bijhorend actieplan voor het opvolgende jaar uiterlijk 15 juli

          een financieel overzicht per kwartaal van alle inkomsten en uitgaven

          een kwartaalrapportage met volgende indicatoren

aantal bezoekers onthaal offline

aantal bezoekers onthaal online

aantal reservaties arrangementen

omzet verkoop producten

aantal deelgenomen evenementen met bovenlokaal karakter

aantal aanvullingen decentrale onthaalpunten

aantal stuks distributie ‘magazine toerisme’

aantal marketing acties

aantal uren vrijwilligerswerk

aantal vormingsmomenten voor vrijwilligers

aantal bezoekers Den Toren

aantal vertellingen Sprookjespad

aantal gidsbeurten Mariadomein

 

Om de toelevering van informatie naar de gemeente te vereenvoudigen is er nodige aandacht voor:

          het digitaal raadpleegbaar maken van alle documenten van de vzw voor beide partijen

          het digitaal archiveren

          een duidelijk inzicht in processen die betrekking hebben op de werking van de vzw toerisme Brasschaat

 

Artikel 7: werkgroep

voor de verwezenlijking van de opdracht wordt een werkgroep opgericht, die belast is met alle praktische aspecten. Deze werkgroep wordt samengesteld uit minimaal 1 vertegenwoordiger van elke partij:

          De voorzitter vzw toerisme en de secretaris namens vzw toerisme Brasschaat

          De coördinatoren van vzw toerisme Brasschaat

          Ambtenaar dienst lokale economie en toerisme namens partij gemeente Brasschaat

 

Elk lid kan zich ten allen tijden laten bijstaan door specialisten ter zake. Bij wijzigingen in de personeelsbezetting van de Partijen kunnen personen met een gelijkaardige functie de hierboven vermelde personen vervangen. De werkgroep komt minimaal 3 keer per maand samen.

Alle beslissingen worden genomen in consensus.

 

Artikel 8: inkomsten uit exploitatie en verkoop

De inkomsten uit exploitatie en verkoop worden ontvangen en beheerd door partij vzw toerisme Brasschaat. Enige wijziging in tarief of beheer van deze gelden gebeurt in overleg met de werkgroep.

 

Artikel 9: communicatie

Bij elke vorm van communicatie dient men de huisstijl van de gemeente Brasschaat in acht te nemen, indien anders beslist door de werkgroep naar aanleiding van promotie van specifieke toeristisch-recreatieve producten.

 

De gemeente stelt een emailadres ter beschikking voor alle nodige communicatie van de vzw toerisme Brasschaat naar interne en externe contacten.

 

Artikel 10: bijsturing en sanctionering

Indien blijkt dat de vzw Toerisme Brasschaat haar verbintenissen niet naleeft, worden in overleg correctieve maatregelen afgesproken. Indien de gemeente Brasschaat vervolgens een blijvende niet-nakoming vaststelt, kan zij het gemotiveerd besluit formuleren om de subsidie éénzijdig te herzien. De vzw Toerisme Brasschaat wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht.

 

Artikel 11: wijzigingen

Tijdens de looptijd van de overeenkomst kunnen bijkomende opdrachten aan de vzw toerisme Brasschaat opgedragen worden mits op voorhand over deze bijkomende opdrachten en bijhorende middelen wordt onderhandeld tussen beide partijen. Dit gebeurt op basis van een expliciete opdrachtomschrijving vanwege de gemeente Brasschaat en een hierop gebaseerd onderbouwd kostenvoorstel van de vzw toerisme Brasschaat. Deze opdrachten worden duidelijk vertaald in een afzonderlijke overeenkomst die dan als addendum integraal deel uitmaakt van de onderhavige overeenkomst.

 

Op initiatief van beide partijen en na akkoord van beide partijen kunnen bepalingen van deze overeenkomst worden aangepast. Deze wijzigingen worden neergeschreven in een addendum dat onlosmakelijk deel uitmaakt van de onderhavige overeenkomst.

 

Artikel 12: bemiddeling

Onverminderd bovenstaande bepalingen worden geschillen waartoe deze beheersovereenkomst aanleiding geeft, geregeld via een bemiddelingsprocedure, die op initiatief van ieder partij kan worden opgesteld. Deze bemiddelingsprocedure omvat het formuleren van een voorstel door een commissie van deskundigen. Deze commissie zal bestaan uit een afgevaardigde van de gemeente, een afgevaardigde door de vzw toerisme Brasschaat en een derde onafhankelijk deskundige, door beide partijen aan te duiden.

 

 

Onderhavige overeenkomst bestaande uit 4 pagina’s werd opgemaakt te Brasschaat op …………………………….in 2 exemplaren, waarvan elke Partij erkent er één te hebben ontvangen.

 

De Partijen verklaren op een open en constructieve manier invulling te geven aan de doelstellingen van deze samenwerkingsovereenkomst.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

21 Mondelinge vraag van Andre Van Mechelen, raadslid over de seniorengids. - KENNISGENOMEN

 

 

Zittingsverslag

 

Schepen Van Mechelen zegt, als gewezen schepen van senioren, toch wel wat vragen te hebben gekregen van heel wat senioren over de seniorengids. De gemeente Brasschaat is meer dan 11.000 senioren rijk.

 

Een grotere groep gepensioneerden betekent bijvoorbeeld dat we het aanbod aan zinvolle invulling van vrije tijd moeten verruimen: sport, cultuur, ontspanning, cursussen in de Remise of de dienstencentra. Maar we moeten ook klaar staan voor meer vragen naar hulp en ondersteuning: het huishouden doen, kleine karweienuitvoeren, aangepast vervoer, ondersteuning van mantelzorg en thuiszorg. Maar bovenal moeten we het enorme aanbod aan hulp en zorg meer toegankelijk maken bij onze senioren. En dit aanbod moet ook voldoende kenbaar gemaakt worden.

 

De ideale manier hiervooris volgens hem de uitgave van een leesbare seniorengids. Niet iedereen heeft internet of heeft een smartphone.

In het verleden gaf het gemeentebestuur elke drie jaar een seniorengids uit. Deze gids vond raadslid Van Mechelen zelf zeer praktisch en werd ook veel door hem geraadpleegd. Vorig jaar was de gids klaar voor het drukken maar is de verspreiding ten gevolge van de gemeenteraadsverkiezingen niet kunnen gebeuren.

 

Hij vraagt of de seniorengids niet terug kan uitgegeven worden bijvoorbeeld in de seniorenweek die plaats vindt november.

 

Schepen Hans antwoordt dat de seniorengids behouden is en dat deze inderdaad kortelings zal verschijnen en inderdaad voor de seniorenweek.  Er werd nog gewacht op de verdere besluitvorming inzake de poets en karweidienst zodat de informatie correct kon worden opgenomenEr zijn verder ook nog enkele aanpassingen gebeurd, zoals een digitaal platform waar mensen die gepensioneerd zijn, maar toch nog willen werken terecht kunnen. Schepen Hans bevestigt dat de aangehaalde diensten zeker zijn opgenomen.

 

Raadslid Van Mechelen dankt schepen Hans en is verheugd dat de seniorengids in aantocht is.

Beslissing

 

 

Art.1.- Neemt kennis van de brief/e-mail van Andre Van Mechelen, raadslid over de seniorengids.

 

Art.2.-De seniorengids zal uiterlijk eind november 2019 beschikbaar zijn.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Overzicht punten

 

 

22 Gecoro-samenstelling. Goedkeuring. - GOEDGEKEURD

 

 

Beslissing

 

 

Feiten en motivering

De Gemeentelijke Ruimtelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (Gecoro) heeft onder andere als

opdracht de gemeenteraad te adviseren bij het opmaken van ruimtelijke instrumenten en het

behandelen van bezwaren tijdens deze procedures. De Gecoro wordt samengesteld na de installatie

van de nieuwe gemeenteraad. De nieuwe commissie treedt aan nadat de gemeenteraad de nieuwe

leden heeft benoemd. De Gecoro blijft tot dan in de oude samenstelling functioneren.

 

Op de gemeenteraadszitting van 29 april 2019 werd de gecoro-samenstelling als volgt vastgelegd:

13 leden met 1 vertegenwoordiger van elk van volgende 7 maatschappelijke geledingen: defensie, duurzaamheid, handelaars, werkgevers, cultuur, sport en jeugd en 6 deskundigen op het vlak van ruimtelijke ordening. Daarnaast zijn de vertegenwoordigers en plaatsvervangers van de politieke fracties aangesteld.

 

Op de gemeenteraadszitting van 26 augustus 2019 werd de gecoro samengesteld.

Er dient nog een plaatsvervanger voor een van de leden aangesteld te worden.

 

Juridisch kader

Volgens artikel 1.3.3 en 1.3.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Volgens het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen worden geraamd op:

Kost 37,18 euro per lid, per vergadering.

Voor de voorzitter bedraagt dit 74,37 euro

Budgetsleutel 0100/62000000 presentiegelden mandatarissen

Exploitatie/Investering in 2019

Krediet beschikbaar Ja

Visum financieel directeur Niet van toepassing

 

BESLUIT eenparig:

 

Art.1.- Worden aangeduid als vertegenwoordigers van de politieke fracties in de Gecoro:

 

Politieke fractie

Effectief lid

Plaatsvervangend

N-VA

Hedwig van Baarle

Goele Fonteyn

Brasschaat 2012

Hugo Dirks

Herman Lauwers

Vlaams Belang

Luc Van der Schoepen

Greet Verbert

Open VLD

Barbara Ophoff

Anne Van Aperen

CD&V

Dirk de Kort

Niels de Kort

PVDA

Patsy De Waerhert

Rob Eeman

 

Art. 2. - Deze vertegenwoordigers mogen enkel deelnemen aan de bespreking van de onderwerpen voor advies aan de Gecoro worden voorgelegd. Zij mogen niet aanwezig zijn bij de beraadslaging en de stemming over het advies.

 

Art.3.- De geselecteerde kandidaten voor de Gecoro worden goedgekeurd en vast benoemd voor een termijn van 6 jaar als volgt:

 

Voorzitter

 

John Mooens

Architect

 

Deskundigen

 

Effectief lid

 

Plaatsvervangend

 

1) Myriam Martens

Advocaat

Willy Hof

Vastgoed opleiding

2) Johan Rijckaert

Architect

Peter Geeraerts

Notaris

3) Levin Vesweyver

Teamleader omgevingsberoepen Provincie Antwerpen

Ria Van Ranst

Directeur milieu en ruimtelijke ordening Alfaport

4) Geert Peeters

Ontwikkelaar

Frederik Looten

Directeur externe relaties en new business De Watergroep

5) Peggy Vandesande

Igenieur

Herman Van Miegem

Ontwikkelaar

6) Anne Stuer

Medewerker landschap en erfgoed bij Regionaal Landschap de

Voorkempen en Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst (IOED)

Erfgoed Voorkempen

 

Maria Matheeusen

IFANG

 

Maatschappelijke geledingen

 

Vereniging

Effectief lid

Plaatsvervangend

Cultuurraad

1) Francis Denys

Jef Valenbeghs

Natuurpunt VZW

2) Johannes Neegers

Cornelius Ibens

Forum Lokale Economie

3) Erik Lejeune

 

Jeugdraad

4) Eli Verheyen

Jens Van 't Slot

Sportraad

5) Mieke Verschaeren

Noëlla Runsch

UNIZO

6) Hans De Beenhouwer

Gui Boven

Pl. Militaire Overheid

7) Ruth Moors

Kris Van Echelpoel

 

Het Forum Lokale Economie stelt zijn plaatsvervanger voor nadat het Forum is samengesteld.

 

Art.4 - Martine Kenis, afdelingshoofd Ruimte en Wonen van de gemeente Brasschaat wordt aangeduid als niet-stemgerechtigde vaste secretaris.

 

 

Publicatiedatum: 02/12/2019
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.